• No results found

De economische situatie van bedrijven is van belang bij de keuze om tot (sport)sponsoring over te gaan. Enkele jaren geleden beleefden veel voetbalclubs gouden tijden, waarin het economisch goed ging en sportsponsoring aan populariteit won. Sportaccom (2002) beklemtoont dat bedrijven in de economische toestand van de laatste jaren niet meer in de rij staan voor sponsoring van een bvo (Smulders & van der Pol, 2004). Uit een inventarisatie van het Sponsor Magazine blijkt dat de inkomsten uit sponsorgelden het afgelopen seizoen met 2,5 miljoen terugliepen (Brabants Dagblad 8-10-04; Metro 7-10-04). Daarom wordt in deze paragraaf stilgestaan bij de economische situatie in de regio waar het potentieel van N.E.C. zich bevindt.

Het conjunctuurbericht van CBS (22 sept. 05) geeft aan dat het conjunctuurbeeld is verbeterd. De economie is in het tweede kwartaal van 2005 gegroeid met 1,3 procent ten opzichte van een jaar eerder. Belangrijkste oorzaken voor de groei zijn de hogere export en de hogere investeringen. Ook de verwachte productie in de industrie en de verwachte omzetontwikkeling in de zakelijke dienstverlening, geven een positiever beeld. De ondernemers in de zakelijke dienstverlening verwachten vanaf het derde kwartaal van 2005 meer orders en een hogere omzet.

Ook uit de door de Kamer van Koophandel gehouden enquête regionale bedrijfsontwikkeling bleek dat de eerste tekenen van economisch herstel in Centraal Gelderland manifest zijn en dat deze in 2005 zijn doorgezet. De nominale omzet stijgt in Centraal Gelderland met 1,0%. Voor wat betreft de (nominale) omzetontwikkeling boeken met name de industrie, de groothandel en dienstensector progressie. De detailhandel en de bouwnijverheid hadden in

2004 daarentegen te maken met een negatieve omzetontwikkeling. In 2005 heeft alleen de detailhandel te maken met een omzetdaling. Vooral de detailhandel food heeft de omzet, mede als gevolg van de prijzenoorlog in supermarktbranche, sterk zien dalen (KvK Centraal Gelderland, 2004a, 2005). Ook in het Oost-Brabantse bedrijfsleven klonken weer hoopgevende signalen in het ERBO. De Oost-Brabantse economie lijkt weer nadrukkelijk uit het dal te klimmen. De omzet van het totale Oost-Brabantse bedrijfsleven steeg in 2004 jaar met enkele procenten en in 2005 zet ook hier deze ontwikkeling door. De regio zat qua omzet zelfs boven het landelijke gemiddelde. De groei van de omzet wordt voor een belangrijk deel bepaald door de toename van de export. Het internationaal ondernemen is cruciaal voor de ontwikkeling van de Nederlandse economie. Het voorzichtige herstel van de nationale economie komt vrijwel volledig voor rekening van de export. Nederlandse bedrijven die exporteren profiteren van de krachtige groei van de wereldeconomie (KvK Centraal Gelderland, 2004a). De industriële bedrijven en metaalbedrijven melden opvallend positieve resultaten.

Voor het eerst sinds het jaar 2001 is de investeringsbereidheid onder het bedrijfsleven niet meer dalende. Noemde de Kamer van Koophandel het aantal investeringen van bedrijven in 2004 nog ‘zorgwekkend’, voor 2006 verwacht zij dat de investeringen in 2006 flink zullen opleven door het herstel van de productiegroei en de hogere winstgevendheid. In Centraal Gelderland is het percentage bedrijven dat investeert op hetzelfde niveau gebleven (58%), landelijk is het met 2% gestegen naar 61% (KvK Centraal Gelderland, 2005a).

Van de Noordoost-Brabantse bedrijven investeert 62 procent tegen 57 procent van de Zuidoost-Brabantse bedrijven (KvK Oost Brabant, 2005). Landelijk gezien is er behalve een lichte afname in de groothandel, een (lichte) toename in de investeringen zichtbaar in alle sectoren. Traditioneel is het aandeel investeerders onder de grote bedrijven (89%) veel groter dan onder de kleine bedrijven (60%) (Kamer van Koophandel, 2005).

In centraal Gelderland zijn de sectoren met de meeste investeringen de industrie en de groothandel (beide 65%). Deze twee sectoren kennen beide een groei ten opzichte van 2004. Binnen de industrie zijn het met name de papierindustrie en de chemische- en kunststoffenindustrie waar de investeringsbereidheid hoog ligt. De bereidheid om te investeren in de bouwnijverheid is fors afgenomen; van 70% in 2004 naar 52% dit jaar. Na een groei van 5% in 2004 is dit een opvallende terugslag. Wellicht heeft dit te maken met het grote aanbod van bedrijven en de vele startende ondernemingen, waardoor het vertrouwen in de toekomst vermindert (Rabobank, 2005). In de detailhandel zit de investeringsbereidheid weer enigszins in de lift; het percentage is met 1% gestegen naar 48%. Toch blijft dit cijfer aan de lage kant (KvK Centraal Gelderland, 2005a, p. 6).

Opvallend is wel dat de investeringsbereidheid onder bedrijven in de regio Nijmegen opnieuw daalt, hetgeen niet in lijn is met het nationale beeld. Het vertrouwen onder ondernemingen in deze regio is nog steeds dalende. De investeringsbereidheid in de regio Nijmegen is het laagst in de bouwnijverheid en de detailhandel. In de industrie is de investeringsbereidheid gelijk gebleven, waarbij de papier- en grafische industrie en metaal- en elektrotechnische industrie nog redelijk investeren.

In de groothandel en de dienstensector ligt het aandeel bedrijven met investeringen op 59%. Ook binnen de dienstverlening zijn er grote verschillen tussen de branches, waarbij de

de transportsector (81%), makelaardij (78%) en de zakelijke diensten (62%) het redelijk tot goed doen (KvK Centraal Gelderland, 2005b).

De economische ontwikkelingen kunnen belangrijk zijn voor het sponsorbeleid van bedrijven. Na jaren waarin het economisch minder ging, en ook de bvo’s daar in de sponsorbelangstelling last van hadden (Sportaccom, 2002) lijkt de economie weer te groeien. De bvo’s kunnen hiervan profiteren. Uit de cijfers van de Kamer van Koophandel blijkt dat de economische groei voor een groot deel te danken is aan de export naar andere landen. Indien bedrijven veelal internationaal georiënteerd zijn, zal naar alle waarschijnlijkheid minder snel tot sponsoring van een club als N.E.C. worden overgegaan, omdat de uitstraling van de club met name regionaal is. Dat de investeringsbereidheid in alle sectoren groeit, kan duiden op een kans voor N.E.C., gezien het aangaan van een sponsorrelatie ook als investering kan worden gezien. Een andere belangrijke, grootschaliger ontwikkeling is de verandering van het accent van sponsoring. Maatschappelijke en culturele sponsoring wint aan terrein de laatste jaren (zie ook paragraaf 3.2). Zo sponsort het zeer grote bedrijf TPG het World Food Program; is Brand Bierbrouwerij hoofdsponsor van de Uitmarkt en ondersteunt energiebedrijf Essent jong muzikaal talent. Sponsors willen op een dergelijke wijze hun maatschappelijke betrokkenheid tonen.