• No results found

Draaiboek veldonderzoek

In document TiZwolle, The Ultimate Experience (pagina 93-98)

Het literatuuronderzoek en de deskresearch vormen de basis waarna begonnen kan worden met het veldonderzoek. Het veldonderzoek belichaamd de derde fase van het double diamond model. In deze fase staan ontwikkeling, herhalingen en testen van ideeën centraal (Design councel, n.d.). Er zijn verschillende methodes welke gebruikt kunnen worden in deze fase. Er zijn methodes voor het genereren van ideeën, bijvoorbeeld brainstormen, en voor het reageren op en uitwerken van ideeën, zoals prototyping. Dit onderzoek richt zich op het genereren van ideeën, de methodes welke daarbij gebruikt worden zijn in dit onderzoek ‘brainstorming’ en ‘design a workshop’ (Innovation English, n.d.). Bij deze methodes worden de deelnemers van de workshop niet alleen aangezet tot het creëren van ideeën maar worden deze ideeën ook gelijk geëvalueerd en getest door de deelnemers zelf. Door het herhalen van de opdracht nadat nieuwe informatie voor handen is gekomen, wordt gekeken of de deelnemers hun ideeën willen aanscherpen of aanpassen. Alle methodes en systemen welke gebruikt zijn voor het service design veldonderzoek zijn beschreven en uitgewerkt in het handboek ‘Innovating for people’ van het LUMA instituut (2012). Hieronder volgt het draaiboek voor de gehouden workshops.

Voorbereiding:

What’s on the radar: invulling van de radar. Het overall thema is dagrecreatie. Voor de participanten zal dit vertaald zijn in: ‘Een dagje uit’. Verder zal de radar op verdeeld worden in 6 segmenten. 2 hiervan zijn leeg gelaten worden. Om zo de participant ruimte te geven voor eigen invulling.

Concept poster: Voor het maken van de concept posters is er op voorhand beeldmateriaal verzameld. Zo zijn er folders, advertenties en reisgidsen aanwezig. Dit om voldoende

materiaal over zowel dagrecreatie te hebben als materiaal waar de participant zich in kan herkennen qua emoties, behoeftes en waarden. Het beeldmateriaal moet tot de verbeelding spreken en moet de participant aan sporen actief na te denken over zijn ‘dagje uit’. Hiernaast is een voorbeeld opgenomen van een concept poster welke iemand heeft gemaakt van zijn vakantie. In de poster zijn zowel

leuzen/woorden te zien welke behoeftes omschrijven, als foto’s van de destinatie en afbeeldingen die behoeftes uit beelden. Zoals de klok en de scharen.

De participant: de participant vult van te voren de zelftest in van het Recron. De uitslag is voorafgaand aan de workshops gemaild naar de onderzoeker. Ook is de participant van te oren gevraagd om beeldmateriaal te verzamelen en mee te nemen naar de workshops. Het beeldmateriaal mag bestaan uit magazines, folders, advertenties van dagrecreatie en al het ander wat de participant associeert aan dagrecreatie.

Workshop:

Intro: Kort verhaal vertellen waarom we hier zitten. Waarvoor doe ik het onderzoek, wat wil ik

onderzoeken, hoe gaan we het vandaag aanpakken. Het moet voor de participanten duidelijk zijn wat er van hun verwacht wordt, wat het doel van de workshop is en wat er opgeleverd gaat worden. Context schetsen: De participant zullen worden bijgepraat over enkele trends en ontwikkelingen op de markt van dagrecreatie. Om de participanten al vast aan het denken te zetten over invulling van indoor dagrecreatie worden enkele trends uit het onderzoek besproken evenals enkele innovative concepten. Whats on the radar: Eerst zal uitleg gegeven worden over het onderdeel whats on the radar. De bedoeling en werkwijze zullen uitgelegd worden en er zal een voorbeeld gegeven worden om de participanten op weg te helpen. De participanten zullen allen individueel aan de slag gaan. De onderzoeker houdt hier de voortgang in de gaten en kijkt of iedereen op gang komt. Na ong. 10 minuten worden de resultaten in de groep besproken.

Brainstorm moment:Iedere participant motiveert zijn keuzes en de onderzoeker en andere

participanten kunnen vragen stellen. Ook wordt er besproken wat ze van elkaars ideeën vinden, wat er wellicht nog ontbreekt en wat misschien een hogere prioriteit verdiend. Na dit brainstormmoment wordt de participant gevraagd om nogmaals naar zijn radar te kijken. Hij heeft nu ong. 5 minuten de tijd om dingen te veranderen en toe tevoegen na aanleiding van wat hij gehoord en gezien heeft tijdens de tussenbespreking van de opdracht. Na afloop vraagt de onderzoeker aan ieder nog om een korte motivatie/ toelichting.

Benodigdheden: Post-its

Markeerstiften / viltstiften

Voor elke participant een Radar op A3 formaat

Doel: Participanten bewuster maken van behoeftes en eigen vrijetijdsgedrag

Concept poster: Nu iedere participant bewuster is gaan nadenken over zijn vrijetijdsbesteding en – gedrag wordt er verder gegaan met de concept poster. Hiermee gaan de participanten aan de slag met het visueel maken van hun behoeftes, vrijetijdsgedrag en creert elke participant een beeld van hoe zij vrijetijdsbesteding op de locatie Ecodrome zouden willen invullen. Na 30 min. ronden we af met de opdracht. Iedere participant krijgt ook nu weer de kans om zijn werk toe te lichten. De onderzoeker zorgt ook hier weer dat de motivatie achter gemaakte keuzes besproken wordt.

Brainstorm moment:Wanneer alle posters besproken zijn en de participanten misschien weer nieuwe inzichten hebben gekregen, is er gelegenheid om met zijn alle te brainstromen. De participanten hebben de kans om hun eigen concept poster aan te vullen of wellicht aan te passen. Het is belangrijk dat in deze fase alle participanten aan het woord komen en sterke punten van andere posters kunnen benoemen evenals aspecten die zij naderhand nog zouden willen toevoegen aan hun eigen poster. Op deze manier testen de participanten hun eigen werk en kunnen ze met behulp van het werk van de andere participanten hun ideeën verder aanscherpen of wijzigen.

Benodigdheden: Beeldmateriaal. (artikelen, folders, magazines, ed.) A3 papier

Scharen

Viltstiften / markeerstiften Lijm

Doel: Concreet toe werken naar creatieve concepten welke de doelgroep aan spreken. Behoeftes, waarden, emoties en vrijetijdsgedrag vormen samen een conceptinvulling voor TiZwolle.

Afsluiting:

Participanten worden bedankt voor de hulp en de inzet. Er zal uitgelegd worden wat er nu gaat gebeuren met hun radars en posters en er zal aan de participanten gevraagd worden wat ze er van vonden en of iemand nog ideeën of gedachtes over de workshop hebben die nog niet gedeeld zijn. Koffie, thee en fris zal klaar staan. Participanten hebben de kans om na te praten en eventueel nog individueel vragen te stellen aan de onderzoeker, mochten ze daar behoefte aan hebben.

Tijdspad:

Onderdeel Subonderdeel Tijdsduur Opmerking

Intro 5 minuten Wat en waarom

Context schetsen 5 minuten Trends en situatie

Whats on the radar 35 minuten

Uitleg 5 minuten

Eerste sessie 10 minuten Creeëren bewustwording en ideeën

Brainstorm moment 10 minuten Testen, heroverwegen en evalueren resultaten

Tweede sessie 5 minuten Diepere bewustwording en aanscherpen

resultaten

Evaluatie 5 mintuten Evalueren resultaten

Concept poster 60 minuten

Uitleg 5 minuten

Eerste sessie 30 minuten Creeëren ideeën

Brainstorm moment 10 minuten Testen en evalueren ideeën Tweede sessie 10 minuten Aanscherpen en creeëren ideeën

Evaluatie 5 minuten Evalueren ideeën

Afsluiting 5 minuten

Totale tijdsduur 1 uur en 50

Observatie:

Tijdens de workshops is er een naast de onderzoeker nog een waarnemer aanwezig welke de groep en zijn gedrag observeerd. Ook zal hij tijdens de opdrachten whats on the radar en de concept poster langs de participanten gaan om te kijken hoe ze te werk gaan en eventueel vragen naar verduidelijking. Daarnaast zullen de workshops opgenomen worden. Tijdens de intro, nabesprekingen en

brainstormsessies zal de recorder in het midden van de kring staan zodat zowel de onderzoeker als de participanten goed verstaanbaar zijn. Tijdens de opdrachten zal de onderzoeker de recorder

meenemen zodat vragen, opmerkingen en motivaties ook opgenomen kunnen worden. Analyse:

Na dat beide workshops afgerond zijn kunnen de uitkomsten geanalyseerd worden. Dit zal gedaan worden volgens de methodes welke genoemd zijn in paragraaf 2.9.

In document TiZwolle, The Ultimate Experience (pagina 93-98)