• No results found

Doorbetaaldloonregeling als werknemer bij doorbetaler is verzekerd

In document Handboek Loonheffingen 2017 (pagina 51-54)

U mag de doorbetaaldloonregeling ook toepassen als de werknemer bij de hoofdwerkgever niet verzekerd is voor de werknemersverzekeringen. Is de werknemer bij de doorbetaler verzekerd voor de werknemersverzekeringen en niet bij de hoofdwerkgever, dan moet de doorbetaler aangifte doen van het premieloon en de premies werknemersverzekeringen van de werknemer betalen. In dat geval geldt de doorbetaaldloonregeling dus alleen voor de loonbelasting/premie volksverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage Zvw. De hoofdwerkgever moet de werkgeversheffing Zvw betalen of op het nettoloon bijdrage Zvw inhouden. Werkgeversheffing betaalt hij bijvoorbeeld voor een commissaris. Bijdrage Zvw houdt de werkgever bijvoorbeeld in op het nettoloon van een directeur-grootaandeelhouder.

4.15 Cafetariaregeling

U kunt gebruikmaken van een cafetariaregeling. Een cafetariaregeling is een regeling waarbij de werknemer belast loon ruilt voor onbelast loon. Hij kan bijvoorbeeld kiezen voor een beloning in natura, een onbelaste verstrekking, vergoeding of terbeschikkingstelling in de plaats van loon in geld.

Let op!

Binnen een cafetariaregeling zijn vergoedingen voor gereedschappen, computers, mobiele

communicatiemiddelen en dergelijke apparatuur niet gericht vrijgesteld, omdat ze niet voldoen aan het noodzakelijkheidscriterium. Zie ook paragraaf 20.1.7.

Voor de werknemer heeft een cafetariaregeling 2 voordelen:

- Hij kan de arbeidsvoorwaarden beter afstemmen op zijn persoonlijke behoeften.

- Hij kan beter gebruikmaken van de fiscale mogelijkheden.

Maakt een werknemer gebruik van een cafetariaregeling, dan wijzigt zijn brutoloon. Deze wijziging moet u vastleggen in de arbeidsovereenkomst of een aanvulling daarop. Een nadeel kan dan zijn dat uitkeringen en verstrekkingen waarvan de hoogte wordt bepaald door het loon in geld, lager worden. Bijvoorbeeld uitkeringen in het kader van de WW, vakantiebijslag en doorbetaald loon bij ziekte.

De werknemer kan ervoor kiezen om belast loon om te ruilen voor loon waarvoor een gerichte vrijstelling geldt. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een vergoeding voor studiekosten. Kiest de werknemer voor loon waarvoor geen gerichte vrijstelling geldt, dan moet u het belaste loon aanwijzen als eindheffingsloon (zie paragraaf 8.1.3). Wordt de vrije ruimte overschreden, dan betaalt u over het meerdere 80% eindheffing (zie hoofdstuk 8).

U mag een cafetariaregeling ter beoordeling aan ons opsturen. Wij keuren de regeling dan goed of af.

Wij doen alleen geen uitspraak over de regeling als deze bepalingen bevat die in strijd zijn met wettelijke

bepalingen waarvan u niet mag afwijken, bijvoorbeeld uit de Wet op het minimumloon of het Burgerlijk Wetboek.

Voorbeeld van een cafetariaregeling: variabele kilometervergoedingen

Een werknemer heeft recht op een dertiendemaanduitkering in december. Hij krijgt een vergoeding van € 0,10 per kilometer voor zijn woon-werkverkeer. Hij reist per jaar 4.280 kilometer tussen zijn woning en zijn werk. De fiscaal toegestane vergoeding voor deze werknemer is 4.280 × € 0,19 =

€ 813,20, maar hij krijgt van u een vrijgestelde vergoeding van € 428. Het verschil tussen de beide vergoedingen is € 385,20.

In maart komt u met de werknemer overeen dat hij voor een bedrag van € 385,20 afziet van zijn 13e maand. In plaats daarvan krijgt de werknemer een aanvullende vergoeding voor het woon-werkverkeer van € 385,20. Deze aanvullende vergoeding hoort niet tot het loon van de werknemer.

Bovendien hoort de aanvullende vergoeding tot de gerichte vrijstellingen en komt dus niet ten laste van uw vrije ruimte.

Zie paragraaf 21.1.4 voor meer informatie over variabele kilometervergoedingen.

4.15.1 Cafetariaregeling en de fiets

U kunt de cafetariaregeling ook gebruiken voor een fiets. U kunt uw werknemers dan onder gunstige voorwaarden faciliteiten voor de fiets bieden: krijgt uw werknemer van u een renteloze lening voor de aanschaf van een fiets, dan is het voordeel van deze renteloze lening geen loon voor de werknemer (zie ook paragraaf 20.2.5).

Voorbeeld 1: aanschaf van een fiets

Een werknemer koopt een elektrische fiets van € 1.500. U zet € 1.500 van het brutoloon van de werknemer om in een vergoeding voor de aanschaf van de fiets. Deze aanschafkosten wijst u aan als eindheffingsloon. Als de vrije ruimte niet wordt overschreden, betaalt u daarover geen belasting.

Bij een belastingtarief van 40,8% heeft de werknemer een belastingvoordeel van € 612.

Voorbeeld 2: combinatie van aanschaf en gebruik

U verstrekt uw werknemer een renteloze lening van € 1.500 om een fiets te kopen. De werknemer krijgt van u bovendien een vergoeding van € 0,15 per kilometer voor werkverkeer. De woon-werkafstand van de werknemer is 4 kilometer. Per werkdag krijgt hij dus een vergoeding van

€ 1,20. De werknemer zet deze vergoeding in voor aflossing van de lening. Als de werknemer 20 dagen per maand werkt, krijgt hij maandelijks een vergoeding van € 24. De werknemer heeft de lening van € 1.500 dan na ongeveer 5 jaar terugbetaald.

De aanschaf van de fiets gaat niet ten koste van uw vrije ruimte omdat er sprake is van een lening aan de werknemer die hij moet terugbetalen. De terugbetaling van de lening gaat eveneens niet ten koste van uw vrije ruimte omdat de werknemer de lening aflost met een gerichte vrijstelling (de kilometervergoeding). Het rentevoordeel is onbelast.

Stap 5 Premies werknemersverzekeringen berekenen

U moet premies werknemersverzekeringen betalen voor werknemers die verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen. Zie hoofdstuk 1 als u wilt weten wie wel en niet verzekerd zijn voor deze verzekeringen.

In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:

- werknemersverzekeringen en premies (zie paragraaf 5.1) - premie WW-Awf (zie paragraaf 5.2)

- sectorpremie (zie paragraaf 5.3) - Ufo-premie (zie paragraaf 5.4)

- basispremie WAO/IVA/WGA (zie paragraaf 5.5) - gedifferentieerde premie Whk (zie paragraaf 5.6)

- premies werknemersverzekeringen berekenen (zie paragraaf 5.7) - kortingen en vrijstelling (zie paragraaf 5.8)

- premiekorting oudere werknemer (zie paragraaf 5.9)

- premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer (zie paragraaf 5.10) - premiekorting jongere werknemer (zie paragraaf 5.11)

- premiekortingen oudere werknemer en arbeidsgehandicapte werknemer berekenen (zie paragraaf 5.12) - premiekortingen verrekenen en toetsen (zie paragraaf 5.13)

- premievrijstelling marginale arbeid (zie paragraaf 5.14) - lage-inkomensvoordeel (LIV) (zie paragraaf 5.15)

- eigenrisicodragerschap werknemersverzekeringen (zie paragraaf 5.16)

5.1 Werknemersverzekeringen en premies

De werknemersverzekeringen verzekeren werknemers tegen het inkomensverlies als ze werkloos, arbeidsongeschikt of ziek worden. Nederland kent de volgende werknemersverzekeringen:

- Werkloosheidswet (WW)

- Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) - Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)

Deze wet bestaat uit de volgende regelingen:

- Inkomensvoorziening volledig en duurzaam arbeidsongeschikten (IVA) - Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA)

- Ziektewet (ZW)

Als werkgever betaalt u de volgende premies voor de werknemersverzekeringen:

- premie WW-Awf (zie paragraaf 5.2) - sectorpremie (zie paragraaf 5.3) - Ufo-premie (zie paragraaf 5.4)

- basispremie WAO/IVA/WGA (zie paragraaf 5.5) - gedifferentieerde premie Whk (zie paragraaf 5.6)

Voor bepaalde werknemers kunt u een premiekorting (zie paragraaf 5.9, 5.10 en 5.11) of een premievrijstelling (zie paragraaf 5.14) krijgen.

Zie voor de percentages voor de premies werknemersverzekeringen voor 2017 tabel 9, 10, 10a en 14 achter in dit handboek.

5.1.1 Sectoraansluiting

Voor de werknemersverzekeringen is het bedrijfsleven verdeeld in sectoren. Elke sector bestaat uit 1 of meer bedrijfs- of beroepstakken of gedeelten daarvan. U bent verplicht aangesloten bij 1 van de sectoren.

Bij welke sector dat is, hangt af van uw werkzaamheden. Uitgangspunt is dat werkgevers met dezelfde werkzaamheden bij dezelfde sector zijn aangesloten.

U moet weten bij welke sector u bent aangesloten, omdat de sectoraansluiting de hoogte bepaalt van de sectorpremie en van invloed kan zijn op de hoogte van de gedifferentieerde premie Whk die u moet betalen (zie paragraaf 5.3 en 5.6).

In document Handboek Loonheffingen 2017 (pagina 51-54)