• No results found

Als uw werkzaamheden bij verschillende sectoren horen

In document Handboek Loonheffingen 2017 (pagina 54-57)

Als uw werkzaamheden bij verschillende sectoren horen, sluiten wij u aan bij de sector waar het merendeel van uw werkzaamheden bij hoort. Hierbij is het werk waarvoor u het hoogste premieloon betaalt (of naar verwachting gaat betalen), doorslaggevend.

Wij kunnen u op uw verzoek ook bij meer dan 1 sector aansluiten, een zogenoemde gesplitste aansluiting.

Meer informatie over de voorwaarden voor gesplitste aansluiting krijgt u bij de BelastingTelefoon (0800 - 0543) of bij uw belastingkantoor.

Groepsaansluiting

Als u met andere werkgevers die verschillende werkzaamheden uitvoeren, een economische of organisatorische eenheid vormt, kunt u toch bij 1 sector worden aangesloten, een zogenoemde groepsaansluiting. Hierbij is onder meer van belang onder welke sector het grootste deel van het totale premieloon van de aangesloten werkgevers valt. Meer informatie over de voorwaarden voor groepsaansluiting krijgt u bij de BelastingTelefoon (0800 - 0543) of bij uw belastingkantoor.

5.2 Premie WW-Awf

De premie WW-Awf is voor 2017 2,64% (zie tabel 9 achter in dit handboek).

Let op!

Overheidswerkgevers betalen voor overheidswerknemers geen premie WW-Awf. In plaats daarvan betalen zij de premie Uitvoeringsfonds voor de overheid (Ufo-premie) (zie paragraaf 5.4).

5.3 Sectorpremie

De hoogte van de sectorpremie is afhankelijk van het werkloosheidsrisico in de bedrijfs- of beroepssector waarin u werkt (zie paragraaf 5.1.1 en tabel 10 achter in dit handboek).

Let op!

Overheidswerkgevers betalen voor overheidswerknemers geen sectorpremie. In plaats daarvan betalen zij de premie Uitvoeringsfonds voor de overheid (Ufo-premie) (zie paragraaf 5.4).

De volgende sectoren hebben een hoger werkloosheidsrisico dan andere sectoren:

- agrarisch bedrijf - bouwbedrijf

- culturele instellingen - horeca algemeen - schildersbedrijf

Daarom gelden er voor deze sectoren 2 premiepercentages: een hoog en een laag percentage. Als u werkgever bent in 1 van deze 5 sectoren, bekijkt u per werknemer of u het hoge percentage of het lage percentage moet gebruiken. U gebruikt standaard het hoge percentage. Alleen in de volgende gevallen gebruikt u het lage percentage:

- U sluit een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor ten minste een jaar of voor onbepaalde tijd met uw werknemer. In de arbeidsovereenkomst moet u het aantal arbeidsuren eenduidig vastleggen. Aan die voorwaarde voldoet u niet bij een oproepcontract waarin u het aantal uren niet vastlegt, of bij een nul-urencontract. U mag dan dus niet het lage percentage toepassen.

- U sluit een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor maximaal 8 aaneengesloten weken in een

kalenderjaar met een scholier of student. Deze student heeft aan het begin van het kwartaal waarin u de overeenkomst sluit, een wettelijk recht op studiefinanciering of op vergoeding van studiekosten, of heeft aan het begin van dat kwartaal recht op kinderbijslag.

- U neemt tijdelijk een buitenlandse student of scholier aan uit een ander land van de Europese Unie, IJsland, Noorwegen, Zwitserland of Liechtenstein. De student is maximaal 8 aaneengesloten weken per kalenderjaar bij u in dienst en is aan het begin van het kwartaal waarin u hem aanneemt, ingeschreven bij een onderwijsinstelling waar hij een voltijdse opleiding volgt.

- U sluit een leer-werkovereenkomst met een mbo-leerling die de beroepspraktijkvorming van de beroepsbegeleidende leerweg volgt.

Als uw werknemer binnen 1 jaar nadat u hem in dienst hebt genomen, recht krijgt op een WW-uitkering omdat de dienstbetrekking bij u eindigt, moet u met terugwerkende kracht tot het begin van de

dienstbetrekking alsnog het hoge premiepercentage betalen.

Om het lage premiepercentage te mogen gebruiken moet u ook voldoen aan de volgende administratieve voorwaarden:

- U legt het aantal arbeidsuren vast in de schriftelijke arbeidsovereenkomst. Een nul-urencontract is niet mogelijk.

- U bewaart de schriftelijke arbeidsovereenkomst bij uw loonadministratie.

- U bewaart voor een scholier of student het 'Model opgaaf gegevens voor de loonheffingen (studenten- en scholierenregeling)' bij uw loonadministratie (zie ook paragraaf 16.16).

- U bewaart voor een buitenlandse student of scholier een kopie van zijn International Student Identity Card (ISIC) bij uw loonadministratie.

- U bewaart voor een werknemer op basis van een leer-werkovereenkomst een kopie van die overeenkomst bij uw loonadministratie.

5.4 Ufo-premie

Overheidswerkgevers betalen voor overheidswerknemers geen premie WW-Awf en geen sectorpremie. In plaats daarvan betalen zij de premie Uitvoeringsfonds voor de overheid (Ufo-premie). De Ufo-premie is in 2017 0,78% (zie tabel 14).

Hebt u werknemers in dienst voor wie u Ufo-premie moet betalen en werknemers voor wie u premie WW-Awf en sectorpremie moet betalen? Dan mag u deze opnemen in dezelfde aangifte loonheffingen. In het werknemersdeel van de aangifte vult u de Ufo-premie of de premie WW-Awf en de sectorpremie in. In het collectieve deel neemt u het totaal op van de premie WW-Awf, het totaal van de sectorpremie en het totaal van de Ufo-premie.

Let op!

Het kan zijn dat u voor een werknemer voor het ene deel van de dienstbetrekking Ufo-premie moet betalen en voor het andere deel premie WW-Awf en sectorpremie. In dat geval neemt u deze dienstbetrekking als 2 afzonderlijke inkomstenverhoudingen in de aangifte op (zie paragraaf 3.4). U vult dus voor beide delen van de dienstbetrekking een werknemersdeel van de aangifte in.

Onder overheidswerknemer verstaan we:

- de werknemer die valt onder artikel 2 Wet privatisering ABP

- de beroepsmilitair die valt onder de Algemene militaire pensioenwet - de werknemer die werkt in de Koninklijke Hofhouding

5.5 Basispremie WAO/IVA/WGA

De basispremie WAO/IVA/WGA is voor alle werkgevers gelijk. De basispremie voor 2017 is 6,16%. De basispremie WAO/IVA/WGA heeft een opslag voor de kinderopvang, die voor alle werkgevers geldt. Deze opslag is voor 2017 0,50%.

De totale basispremie WAO/IVA/WGA inclusief de kinderopvangtoeslag is 6,66% (zie tabel 9 achter in dit handboek).

5.6 Gedifferentieerde premie Whk

Via de gedifferentieerde premie Werkhervattingskas (Whk) draagt u bij aan:

- WGA-uitkeringen aan werknemers met een vast dienstverband - WGA- en ZW-uitkeringen aan zogenoemde flexwerkers

Flexwerkers

Met flexwerkers, of werknemers met een flexibel dienstverband, bedoelen we in dit verband:

- werknemers die ziek uit dienst zijn gegaan, zoals uitzendkrachten, werknemers met een tijdelijk dienstverband of werknemers met een vaste dienstbetrekking aan wie ontslag is aangezegd

- werknemers die binnen 4 weken na het einde van hun dienstverband ziek zijn geworden (de zogenoemde nawerking) en niet op andere gronden recht hebben op een ZW-uitkering

- werknemers met een fictieve dienstbetrekking die ziek zijn, zoals thuiswerkers en provisiewerkers

Opbouw gedifferentieerde premie Whk

De gedifferentieerde premie Whk voor 2017 bestaat uit de volgende delen:

- premiecomponent WGA

- premiecomponent ZW voor flexibele dienstbetrekkingen (ZW-flex)

Met de premiecomponent WGA worden de WGA-lasten van werknemers met een vast dienstverband en van flexwerkers betaald. De premiecomponent ZW is het gevolg van het doorbelasten van ZW-lasten voor flexwerkers. Ook overlijdensuitkeringen aan nabestaanden en re-integratiekosten worden doorbelast in de gedifferentieerde premie Whk.

Indeling in werkgeverscategorieën

Voor het vaststellen van uw gedifferentieerde premie Whk is het van belang of u een kleine, grote of middelgrote werkgever bent:

- U bent voor 2017 een kleine werkgever als uw premieloon in 2015 maximaal € 322.000 was (zie paragraaf 5.6.1).

- U bent voor 2017 een grote werkgever als uw premieloon in 2015 meer dan € 3.220.000 was (zie paragraaf 5.6.2).

- U bent voor 2017 een middelgrote werkgever als uw premieloon in 2015 meer was dan € 322.000 en maximaal € 3.220.000 was (zie paragraaf 5.6.3).

In de volgende situaties gelden specifieke regels voor het gedifferentieerde Whk-premiepercentage dat u moet gebruiken:

- U bent een startende werkgever (zie paragraaf 5.6.4).

- U hebt een werknemer in dienst op grond van de Wet sociale werkvoorziening (WSW) (zie paragraaf 5.6.5).

- U hebt de beschikking of de mededeling van het gedifferentieerde premiepercentage Whk niet of te laat gekregen (zie paragraaf 5.6.6).

- Er is sprake van een overgang van uw onderneming (zie paragraaf 5.6.7).

- Er is sprake van regres (zie paragraaf 5.6.8).

U kunt een deel van de premie verhalen op uw werknemers (zie paragraaf 5.6.9).

In document Handboek Loonheffingen 2017 (pagina 54-57)