• No results found

Dienstbaarheid in de gemeente Almelo: discursieve strategieën en praktijken

Hoofdstuk 6 Het discours ‘dienstbaarheid’

6.3 Dienstbaarheid in de gemeente Almelo: discursieve strategieën en praktijken

Heersende ideeën en regelmatigheden in datgene wat gezegd wordt

De geïnterviewde ambtenaar van de gemeente Almelo is sinds 2000 werkzaam bij de gemeente Almelo als beleidsmedewerker Afval. Haar eerste associatie met woord afval is: “Iets wat ik niet meer wil hebben. Iets waar

ik geen waarde meer aan hecht”. De centrale gedachte van het afvalbeheer en –beleid van de gemeente Almelo

is om het aan de ene kant zo makkelijk mogelijk te maken voor de burger en om aan andere kant ervoor te zorgen dat het financieel gezien zo optimaal mogelijk wordt uitgevoerd. Het belangrijkste uitgangspunt en de wijze van positionering van de gemeente Almelo wordt omschreven in het gesprokene en geschrevene als ‘de burger’ en ‘serviceverlening’. Persoonlijk blijft ‘milieu’ de belangrijkste drijfveer van de gesproken ambtenaar. Momenteel is de gemeente Almelo in plaats van tweewekelijks, vierwekelijks het restafval gaan inzamelen in de gehele gemeente (juni 2016). De volgende stap is een systeemverandering naar

Omgekeerd Inzamelen. Omgekeerd inzamelen is anno 2017 nog een stap te ver, eerst moet het huidige afvalbeheer met een verminderde inzamelfrequentie verbeteren. De gedachte achter deze maatregelen is dat de gemeente Almelo meer grondstoffen bij de burger wil ophalen en dat ze minder service op restafval wil. Het geheel van ideeën duidt in eerste instantie op meerdere belangen. Enerzijds wordt de burger en serviceverlening als centrale gedachte neergezet. Daarnaast is milieu een belangrijke persoonlijke ambtelijke drijfveer die ook in praktijk terugkomt. Deze persoonlijke drijfveer botst echter weer met de eerste associatie, niet gericht op het milieu: afval, iets waar ik geen waarde meer aan hecht.

Na deze eerste scan van het denken over afval, de eerste associatie, de centrale gedachte en

uitgangspunten en persoonlijke drijfveren is het interviewtranscript verder uiteengerafeld. In de gemeente Almelo is in het groter geheel een regelmaat aangetroffen waarop er over het afvalbeheer gesproken wordt. Negenentwintig maal categoriseert de gemeente Almelo bepaalde gebeurtenissen, problemen en oplossingen vanuit een servicegerichte insteek. Vanuit de gemeente wordt voornamelijk waarde gehecht aan de burger. Enkele citaten: “dat gemak van de mens wel heel erg bovenaan staat” en “het voor de burger zo

makkelijk mogelijk maken”. Bovendien wordt vermeld dat: “Als het om verandering gaat, moet de burger er eerst klaar voor zijn. Je kunt dingen wel heel snel willen, maar als je het heel snel wilt krijg je zovéél weerstand, dat het dan niet werkt”.

Barrières:

- Zonder een systeemverandering is er nauwelijks een drempel om beter te gaan scheiden; - (Onnodige) angst bij de politiek voor dumpingen en de invoering van Diftar

- Door het hebben van een duobak kan vrijwel niet aan tariefdifferentiatie (Diftar) worden gedaan. Het restafval kan niet worden gemeten op volume en gewicht indien gft aanwezig is. Kansen:

- Laat de gemeenteraad eerst een doelstelling vaststellen en praat daarna pas over de structuur. Zo heb je een stok achter de deur voor het nemen van maatregelen;

- Stop als gemeente niet na het inzamelproces van afval, maar kijk ook naar het

verwerkingsproces. Zorg bij aanbestedingen ervoor dat bekend is waar het afval naartoe gaat en dat de bedrijven met aantoonbare gegevens daarover komen.

De gemeente Almelo maakt daarnaast wel stappen op het gebied van milieu, een afweging die Almelo dertien keer gebruikt als afweging in het afvalbeheer. De reden dat de gemeente Almelo beleid voert om het afvalbeheer op milieuvlak te verbeteren zijn de doelen die het ministerie de laatste jaren heeft gesteld en daarnaast door de Twentse Afvalvisie. Wederom is een patroon te ontdekken dat service hierin een belangrijke rol speelt. Immers, alvorens er een verandering plaatsvindt, wordt bekeken wat dit betekent voor de burger. Zo is er nooit eerder wat gebeurd op het gebied van het milieu, om “de kinderziekten” af te wachten, vanwege de burgers. Daarnaast wil de gemeente Almelo "eerst de tijd rijp maken voor de burgers” en wordt er veel gekeken naar het gedrag van de burger. Met Omgekeerd Inzamelen als toekomstplan geeft de gemeente Almelo aan zowel de arme burgers als de rijke burgers te betrekken. Door een hoge

serviceverlening op grondstoffen en geen serviceverlening op restafval (fysieke inspanning om dit weg te brengen) worden ook de inwoners geraakt die het qua geld niet uitmaakt hoeveel restafval zij aanbieden. Opvallend is het feit dat voor de argumenten, om het afvalbeheer op een milieu gerelateerde manier vorm te geven, het belangrijkste argument, de burger, een achterliggende rode draad vormt.

Kostenefficiëntie speelt een vergelijkbare rol als het milieu en wordt ook dertien keer benoemd als

uitgangspunt van het afvalbeheer. De gemeente Almelo wil het afvalbeheer zo efficiënt mogelijk uitvoeren en gaat hierin verder dan andere gemeenten. Een voorbeeld is dat de gemeente in 2011 tegen de

verenigingen die het papier inzamelden heeft gezegd dat het contract over vier jaar verbroken werd omdat de kosten niet meer in lijn stonden met de werkzaamheden. Dit staat in relatie met de centrale gedachte die de gemeente Almelo hanteert om het afvalbeheer zo optimaal mogelijk uit te voeren. De meest gebruikte (onbewuste) motieven die de gemeente Almelo beschrijft zijn ‘burger’, ‘service’,

‘gedragswetenschappen’ en ‘milieu’. Met de bewust gekozen beleidsvocabulaires ‘vierwekelijks inzamelen’ en Omgekeerd Inzamelen wordt inhoud gegeven aan het beleidsprogramma Afval, waarin het gemak van de burger centraal staat.

Om uiteindelijk Omgekeerd Inzamelen in te voeren worden vele tussenstappen gezet. Ambtelijk wordt benadrukt dat grote veranderingen niet te snel en tegelijkertijd gebracht moeten worden, omdat de weerstand onder de burgers dan erg hoog is. Allereerst is het vierwekelijks inzamelen gefaseerd ingevoerd (oktober 2015 tot en met juni 2016), zodat de inwoners van Almelo langzaam konden wennen aan de verandering. Pas zodra het vierwekelijks inzamelen naar wens verloopt wordt overgegaan tot het concept van Omgekeerd Inzamelen. In dit geval wordt de container voor restafval vervangen door een container voor plastic, metalen verpakkingen en drankenkartons (hierna genoemd als pmd), zodat de burger het gevoel krijgt om geen container te moeten inleveren. Inwoners brengen dan niet het pmd naar

milieupleintjes, maar het restafval. In alle afwegingen die de gemeente Almelo maakt wordt een verbinding gemaakt met de burgers. Maak het de burger zo gemakkelijk mogelijk. Dat de burger centraal staat wordt nog eens benadrukt door het feit dat een scenario met een vierde container aan huis niet goedgekeurd is (te veel voor de burgers) en door het inzetten van afvalcoaches (vuilnismannen) die de burgers kunnen helpen bij problemen. Deze afvalcoaches zijn niet bevoegd om strafbare feiten op te sporen zoals een buitengewoon opsporingsambtenaar (BOA) dat doet. Zowel de inwoners als de media ervaren dit als een positief fenomeen. Al met al heerst een dominant discours omtrent serviceverlening, omdat de gemeente Almelo constant haar problemen, gebeurtenissen en oplossingen categoriseert op het gebied van

verlening.

Praktijken: voorgaande patronen in relatie tot hun sociale context

Momenteel wordt het afval traditioneel beheerd, gepaard gaande met de in 2016 ingevoerde verandering van het tweewekelijks inzamelen van afval naar het vierwekelijks inzamelen. In de laagbouw beschikken de inwoners van de gemeente Almelo over minicontainers voor gft, restafval en papier. De minicontainer voor het restafval wordt in de toekomst mogelijk vervangen door een pmd container. Momenteel wordt dit afval nog weggebracht naar milieupleintjes. De hoogbouw (48 procent) brengt al het afval naar verzamelcontainers. Twente Milieu doet de inzameling van het afval en Twence verwerkt het afval. In de gemeente Almelo fungeert geen beleidsplan waarin haar visies staan beschreven. De ambtelijke

beleidsstuk. In opdracht van de (veertien) Twentse gemeenten, is daarentegen wel een Twentse afvalvisie opgesteld (2013). De belangrijkste conclusie van het onderzoek is dat de komende jaren een trendbreuk (systeemverandering) nodig is in het beheer van afval. De ambitie is om te streven naar een

hergebruikpercentage van 90 procent en naar 50 kilo huishoudelijk restafval per inwoner per jaar in 2030. Tabel 6.3.1 toont aan dat een daling in de hoeveelheid afval zichtbaar is vanaf 2010 (start inzameling plastic). De grootste daling vond plaats in 2016. Dit is te verklaren omdat de gemeente Almelo is gestart met het vierwekelijks inzamelen van restafval in plaats van een tweewekelijkse inzameling.

Tabel 6.3.1: Huishoudelijk afval (kg) per gemeente (Almelo) per inwoner (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2017).

De eigen aangegeven barrières en kansen bij de gemeente Almelo zijn: