• No results found

Deelnemerslijst invitationals

40 Deelnemende organisaties Invitationals Vrijwillige Inzet 10 en 12 maart 2009

HGJB Hervormd Gereformeerde Jeugdbond Heartjump

Humanitas

Humanitas /Fonds Verstandelijk Gehandicapten Jeugdorganisatie Protestantse Kerken Nederland

IHSAN Islamitisch Instituut voor Maatschappelijk Activeringswerk IOS Internationale Organisiatie Sport

JOP Landelijk Jeugdorganisatie Protestantse Kerk Jong Nederland

KNHS Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie KNKV Koninklijke Nederlandse Korfbalverbond

KNGU Koninklijke Nederlandse Gymnastiek Unie Landelijk Bureau Jong Nederland

MEZZO, landelijke Vereniging voor Mantelzorgers NCS Nederlandse Culturele Sportbond

NAJK Nederlandse Agrarische Jongeren Kontakt Nationale Jeugdraad

Nederlandse Rode Kruis

Nederlandse Culturele Sportbond

NISB Nederlandse Instituut voor Sport en Bewegen Nivon Jong Stichting Hulp in de Praktijk Stichting Kico

Stichting Landschapsbeheer Nederland TOS Thuis Op Straat

VNPF Vereniging Nederlandse Poppodia en -Festivals YMCA Bureau Zuid West

YMCA Nederland

YfC Youth for Christ Nederland

56

57

Bijlage V Tips

Hieronder volgt een beschrijving van de tips voor selectiecriteria en randvoorwaarden en tips voor de begeleiding en uitvoering van het programma verkregen op de twee

invitationals met vrijwilligersorganisaties.

Onderstaande tips voor selectiecriteria en aandachtspunten waaraan de

vrijwilligersprojecten die in aanmerking komen voor subsidiering zouden moeten

voldoen, zijn meegenomen in de (rand)voorwaarden van de projecten (paragraaf 4.3) en zullen expliciet worden benoemd in de oproepen voor het indienen van projectideeën (call for ideas) bij programmalijn 1. Tevens zijn een aantal punten terug te vinden in het beoordelingsformat van ZonMw (zie bijlage III).

• Geef inzicht in de wijze van betrekken van de doelgroep (met name jongeren) bij de opzet en uitvoering van het project

• Geef een SMART omschrijving van het project (onder andere in termen van doelen, doelgroep en bereik)

• Geef een beschrijving van de mate van draagvlak voor het project bij samenwerkingspartners (toevoegen van convenant, intentieverklaring, samenwerkingscontract)

• Geef een beschrijving van de verdeling van taken en verantwoordelijkheden van de betrokken samenwerkingspartijen

• Beschrijf hoe binnen het project wordt gewerkt aan het creëren van een win-win situatie voor alle betrokkenen (vrijwilligers, vrijwilligersorganisatie,

samenwerkingspartners, gemeente)

• Geef inzicht in de wijze waarop het aanbod in het project complementair is aan het aanbod van de lokale professionele organisaties (niet parallel en niet er tegenin werkend)

• Geef aan hoe binnen het project wordt ingezet (actief en/of passief) op langdurige partnerschappen

• Geef een beschrijving van de wijze van werving (eventueel selectie) en begeleiding van de vrijwilligers

• Geef een beschrijving van vrijwilligersprofiel(en): welke kwaliteiten zijn nodig om een project goed te kunnen uitvoeren;

• Geef een beschrijving van de wijze van inzet van ‘nieuwe media’ bij de opzet, uitvoering en/of verantwoording van het project;

• Geef een verantwoording voor de keuze van de doelgroep voor het project en de daaraan gerelateerde aanpak van het project (inter-/intragenerationeel, inter-/

intracultureel, bepaalde leeftijdsgroep, bepaalde sekse, bepaalde wijk, etc.).

Hieronder staan de tips van de organisaties aanwezig op de invitationals aan ZonMw over de vormgeving en uitvoering van het programma. Onder iedere tip is beknopt achter de ‘’ aangegeven óf, en waar en hoe de tip is overgenomen bij de vormgeving van het programma.

Geef een tijdspad

Het globale tijdspad is opgenomen in hoofdstuk 8 van deze programmatekst. In de oproepen tot indienen van een projectidee zal een gedetailleerd tijdspad worden gecommuniceerd.

Voeg een heldere definitielijst toe (wat is een gezin, een innovatie?)

58

Definities van termen als gezin en innovatie zijn opgenomen in de programmatekst.

Benoem vraagpunten als hoe ethische beweegredenen (iets goed doen voor anderen) zich verhouden tot persoonlijke motieven (cv aanvullen, persoonlijke kwaliteiten versterken, eigen netwerk uitbreiden, eenzaamheid verbreken).

Verschillen tussen gedachten over en motivatie voor vrijwilligerswerk bij verschillende culturen. En waar ligt de grens tussen ‘aanvulling op betaald werk’ en ‘overnemen van betaald werk’.

Aandacht voor verschillende culturen vindt zijn plek in het relevantiecriterium

‘diversiteit’ (zie paragraaf 4.3). Voor vrijwillige inzet in samenwerking met professionals is geformuleerd dat geen sprake van vrijwillige inzet mag zijn in situaties waar professionele inzet vereist is; vrijwillige inzet komt er bij / er naast.

In het programma is ook ruimte voor wetenschappelijk onderzoek voor de invulling van kennishiaten betreffende vrijwillige inzet en de pedagogische civil society waarbij dergelijke vragen een plek kunnen krijgen (zie paragraaf 4.2, programmalijn 1, onderdeel d).

Geef aan in hoeverre er in de regeling ingezet kan worden op eenmalige kleine projecten (‘vuurpijlen’)

In principe kunnen binnen dit programma alleen ‘grote’ subsidieaanvragen worden gedaan. Een project kan echter bestaan uit een ‘vuurwerkpakket’ mits er aan de criteria voor bijvoorbeeld borging en een bijdrage aan de

pedagogische civil society is voldaan. Daarnaast kunnen nog niet landelijk werkende organisaties ondersteuning krijgen bij het uitbreiden van hun activiteiten (zie paragraaf 4.2, programmalijn 3, onderdeel b).

Zorg bij uitvoering van de regeling voor ondersteuning bij het uitwisselen van expertise tussen de betrokken vrijwilligersprojecten (zowel informatieoverdracht als intervisie, gedifferentieerd naar betrokkenen, bijvoorbeeld besturen,

stafmedewerkers, gemeenteambtenaren)

Uitwisseling, intervisie, individueel advies voor verschillende partijen maakt onderdeel uit van dit programma (zie hoofdstuk 4 en 6).

Denk na over waar landelijke vrijwilligersorganisaties middelen al dan niet voor mogen inzetten (voor professionalisering van de eigen organisatie en/of juist om de uitvoering van vrijwilligersprojecten op lokaal niveau weg te zetten)

In hoofdstuk 4 staat omschreven waar projectideeën op kunnen worden ingediend. Een gedetailleerde omschrijving volgt in de oproep tot het indienen van projectideeën.

Denk na over al dan niet oormerken van (een deel van) de middelen voor gezinnen respectievelijk jongeren

Er wordt geen strikt onderscheid gemaakt tussen subsidieaanvragen gericht op jongeren en gezinnen (zie paragraaf 4.2), omdat een strikte scheiding tussen deze twee doelgroepen niet goed mogelijk is. Wel zal binnen het programma worden bewaakt dat de verhouding in evenwicht is.

Denk na over de mate van verplichting tot samenwerking (met gemeenten)

Dit aspect is opgenomen in paragraaf 4.1/4.2 /4.3 en vormt één van de beoordelingscriteria.

Wees helder over de organisatorische context/voorwaarden (waar mag men de regeling op inzetten). Zoals waarborgen van de continuïteit van de organisatie (=

bijvoorbeeld ten minste één betaalde professional) en het inspelen op de tijdelijke aanwezigheid van de vrijwilliger

Binnen de projecten is de mogelijkheid om ook betaalde medewerkers te financieren; echter borging van het project op moment dat de tijdelijke

59

geldstroom vanuit dit programma stopt moet waarschijnlijk zijn. (Zie verder voorwaarden projecten in paragraaf 4.3)

Zorg dat er een (digitale) verzamelplek komt van kennis voor de organisaties die deelnemen aan de regeling; is er een mogelijkheid om die kennis ook beschikbaar te maken voor andere projecten buiten de regeling (zoals www.bosimpuls.nl)?

Onderdeel van het programma is het versterken/uitbreiden van de landelijke infrastructuur, waarbinnen dit type activiteiten een plek zullen krijgen (zie paragraaf 4.2, programmalijn 3).

Overweeg de mogelijkheid om enkele ‘extra zwaarwegende factoren’ mee te geven ten gunste van een kans op financiering, bv indien intergenerationeel, verbindend tussen jongeren en gezinnen, multicultureel, dubbelslag van contact leggen met ouders via kinderaanbod

Deze factoren zijn onder andere opgenomen in paragraaf 4.3 en krijgen een plek in de oproepen tot indienen van een projectidee (call for ideas).

Het verder kunnen uitbouwen van bestaande initiatieven lijkt niet ‘innovatief’, maar kan toch zinvol zijn in het kader van ‘al doende steeds meer leren’

Er is in dit programma en de beoordeling een brede definitie van innovatie opgenomen (zie hoofdstuk 3).

Niet alleen inzetten op het opzetten en verbinden (kan binnen de regeling), maar ook in behouden en borgen (vraagt om meer tijd dan 2 jaar).

 Door middel van de beoordelingscriteria samenwerking en borging en het begeleidingstraject wordt geprobeerd om toch tot projecten te komen die in een periode van twee jaar een lokale inbedding verwerven. Daarnaast wordt vanuit dit programma ook gewerkt aan de relaties tussen gemeenten, professionals en vrijwilligers organisaties.

60

61