• No results found

De samenhang van de prestaties met schoolkenmerken

8. De relatie tussen prestaties en kenmerken van scholen en leerlingen

8.3 De samenhang van de prestaties met schoolkenmerken

8.3.1 Achtergrondkenmerken en samenstelling leerlingenpopulatie van scholen

Tabel 8.3 laat zien in welke mate de prestaties voor Luisteren, Spreken en Gesprekken variëren met een aantal achtergrondkenmerken van de scholen. De variabele Toezichtarrangement is buiten beschouwing gelaten, aangezien deze nauwelijks varieert tussen de scholen (zie Tabel 3.1).

Schoolgrootte is relevant bij Spreken en Gesprekken, maar niet bij Luisteren; en denominatie is relevant bij Luisteren en Spreken, maar niet bij Gesprekken. Er bleek ook geen verschil in verdeling of in gemiddelden op de variabelen wanneer deze gewogen of ongewogen voor de verhouding van het aantal onderzochte leerlingen ten opzichte van het totale aantal leerlingen in groep 8 op een school werden meegenomen. Stedelijkheid vertoont alleen samenhang met de scores voor Gesprekken en Regio alleen met de score voor Spreken.

Tabel 8.3 – Samenhang tussen achtergrondkenmerken school en scores voor mondelinge taalvaardigheid

Weinig stedelijk 247,2 248,6 250,2

Matig stedelijk 252,4 249,3 235,1

Sterk stedelijk 251,4 253,6 253,3

Zeer sterk stedelijk 250,5 249,2 256,2

Toetsingsconclusie 0 0 **

Denominatie

Openbaar 246,2 248,6 251,5

Rooms-Katholiek 244,8 255,6 248,1

Protestants-Christelijk 255,3 247,8 248,3

Overig 256,9 250,3 252,5

** significant bij p<0,01; * significant bij p<0,05; 0=niet significant.

Tabel 8.4 heeft betrekking op de samenhang van de taalvaardigheidsscores met de variabelen die verwijzen naar de samenstelling van de leerlingenpopulatie in de school of de groep 8 waarin het peilingsonderzoek is afgenomen. Afgezien van het percentage gewichtenleerlingen op school (zie Tabel 3.1) zijn deze variabelen geconstrueerd met behulp van gegevens uit de schoolleiderslijst of de individuele leerlingengegevens; zie ook de voetnoten.

De samenstelling van de leerlingenpopulatie vertoont vooral samenhang met de prestaties voor Luisteren: hoe kansarmer de populatie, hoe lager die prestaties. Dat geldt echter niet of veel minder bij de prestaties voor Spreken en Gesprekken.

99

Tabel 8.4 – Samenhang tussen kenmerken leerlingenpopulatie school/groep en scores voor mondelinge taalvaardigheid

** significant bij p<0,01; * significant bij p<0,05; 0=niet significant.

1 Incl. Nl. dialect/Fries.Dit is een optelling van de antwoorden op vraag 20a+20b in de schoolleiderslijst (zie Tabel 6.17).

2 Deze variabelen verwijzen naar de antwoorden op vraag 21a resp. 21b in de schoolleiderslijst (zie Tabel 6.18).

3 Deze variabele is geconstrueerd m.b.v. de leerlingvariabele Leerlinggewicht (zie Tabel 3.2).

4 Deze variabele is geconstrueerd m.b.v. de leerlingvariabele Thuistaal (zie Tabel 8.2).

8.3.2 Onderwijsaanbod mondelinge taalvaardigheid

In deze paragraaf staat de samenhang centraal van de prestaties mondelinge taalvaardigheid met het onderwijsaanbod mondelinge taalvaardigheid. Informatie daarover is verzameld met de schoolleidersvragenlijst, zie ook Hoofdstuk 6. Voor deze paragraaf is in overleg met de opdrachtgever een selectie gemaakt van variabelen uit deze lijst – of nieuw geconstrueerde variabelen die daaruit zijn voortgekomen - waarvan een samenhang met prestaties zou kunnen worden verondersteld. De voetnoten onder de tabellen geven meer uitleg over deze variabelen. Niet betrokken in de selectie zijn variabelen die hoofdzakelijk zijn verzameld om de situatie op de scholen in beeld te brengen. Dat geldt bijvoorbeeld voor vragen over het aanbod in de kleutergroepen en de ervaren belemmeringen of verbeterpunten in mondelinge taalvaardigheidsonderwijs.

Mondelinge taalvaardigheid in de hele school

Tabel 8.5 betreft de variabelen die in Deel 1 van de schoolleidersvragenlijst (zie paragraaf 6.2) zijn verzameld. Van belang om te vermelden hier is dat als een onderwijsaanbodvariabele voor Luisteren, Spreken en Gesprekken afzonderlijk is bevraagd, in de tabel alleen de samenhang met de betreffende vaardigheidsscore is opgenomen.

Voorbeeld: Tabel 8.5 bevat de variabele ‘Gebruik zelf uitgewerkte leerlijn’ die de waarde 0 (nee) of 1 (ja) kan aannemen. Eigenlijk is hier sprake van drie variabelen die verwijzen naar het gebruik van een zelf uitgewerkte leerlijn bij a) Luisteren, b) Spreken en c) Gesprekken. Variabele a is alleen getoetst op samenhang met de score Luisteren, variabele b alleen op samenhang met Spreken, enz. Bij de voetnoten onder de tabel is dit aangeduid met ‘per subdomein’.

100

Tabel 8.5 – Samenhang tussen kenmerken onderwijsaanbod hele school en scores voor mondelinge taalvaardigheid

Luisteren Spreken Gesprekken

Plaats mtv in taalbeleids-/schoolplan

Niet expliciet genoemd 257,0 255,6 254,6

Globaal beschreven 247,4 250,0 247,3

Gedetailleerd beschreven 242,7 230,3 250,5

Toetsingsconclusie ** ** 0

% van de totale tijd taalonderwijs voor mtv

Pearson’s R -,030 ,087 -,065

Gerichte ondersteuning achterblijvers groep 3 t/m 8=ja3

Pearson’s R -,037 -,030 -,006

Toetsingsconclusie 0 0 0

** significant bij p<0,01; * significant bij p<0,05; 0=niet significant.

1 Dichotomie per subdomein met 0=Nee (vooral taalmethode) en 1=Ja (vooral zelf ontwikkeld materiaal/beide evenveel).

2 Dichotomie per subdomein met 0=Nee (uit taalmethode) en 1=Ja (uitgewerkt per leerjaar, bouw of school).

3 Dichotomie per subdomein met 0=Nee en 1=Ja, incidenteel of structureel.

4 Dichotomie per subdomein met 0=Geen toetsen en 1=Toetsen uit taalmethode + Onafhankelijke toetsen + Zelf ontworpen toetsen.

5 Dichotomie per subdomein met 0=Geen observaties en 1=Observaties door groepsleerkracht + door taalcoördinator.

De meeste variabelen in Tabel 8.5 vertonen geen samenhang van betekenis met de scores voor mondelinge taalvaardigheid. Slechts een enkele keer is dat wel het geval; niet altijd in de verwachte richting. Zo scoren leerlingen op scholen die de doelen voor mondelinge taalvaardigheid gedetailleerd hebben beschreven, significant lager op de toetsen voor Luisteren en Spreken dan leerlingen op scholen waar mondelinge taalvaardigheid niet expliciet wordt genoemd in het taalbeleidsplan. Overigens geeft de significantietoetsing geen causaal verband weer en zou een verklaring voor dit resultaat kunnen zijn dat scholen waarvan leerlingen minder hoog scoren het mondelinge taalvaardigheidsonderwijs juist meer aandacht geven.

Mondelinge taalvaardigheid in groep 8

Tabel 8.6 heeft betrekking op de variabelen die in Deel 2 van de schoolleidersvragenlijst (zie paragraaf 6.3) zijn verzameld. Ook hier geldt dat als een onderwijsaanbodvariabele voor Luisteren, Spreken en Gesprekken afzonderlijk is bevraagd, in de tabel alleen de samenhang met de betreffende vaardigheidsscore is opgenomen.

101

In de tabel blijkt dat alleen de frequentie van het oefenen van Luisteractiviteiten in groep 8 significant samenhangt met de desbetreffende mondelinge taalvaardigheidsscore.

Tabel 8.6 – Samenhang tussen kenmerken onderwijsaanbod in groep 8 en scores voor mondelinge taalvaardigheid

Luisteren Spreken Gesprekken

Frequentie aandacht voor domein bij taalonderwijs

Minstens eens per week 250,9 249,6 249,2

Vaker dan eens per maand 247,5 247,7 252,7

Minder vaak 247,5 261,6 248,5

Toetsingsconclusie 0 0 0

Frequentie aandacht voor domein bij andere vakken

Minstens eens per week 248,9 250,9 246,5

Vaker dan eens per maand 250,6 249,2 250,9

Minder vaak 249,4 249,7 253,6

Toetsingsconclusie 0 0 0

Aantal x (soms/vaak) Luisteractiviteiten oefenen1

Pearson’s R ,059

Toetsingsconclusie *

Aantal x (soms/vaak) Spreektaken oefenen2

Pearson’s R ,054

Toetsingsconclusie 0

Aantal x (soms/vaak) Gesprekstaken oefenen3

Pearson’s R -,010

Toetsingsconclusie 0

** significant bij p<0,01; * significant bij p<0,05; 0=niet significant.

1 Optelling van aantal keren ‘Soms‘ en ‘Vaak’ bij vraag naar frequentie waarin leerkracht 6 typen luisteractiviteiten oefent.

2 Optelling van aantal keren ‘Soms‘ en ‘Vaak’ bij vraag naar frequentie waarin leerkracht 6 typen spreektaken oefent.

3 Optelling van aantal keren Soms‘ en ‘Vaak’ bij vraag naar frequentie waarin leerkracht 5 typen gesprektaken oefent.

Kenmerken team en schoolorganisatie

In Tabel 8.7 staat Deel 3 van de schoolleidersvragenlijst centraal, waarin kenmerken van het team zijn verzameld en in kaart is gebracht hoeveel aandacht er op school is voor mondelinge taalvaardigheid (zie paragraaf 6.4). Deze tabel bevat geen variabelen die op Luisteren, Spreken en Gesprekken afzonderlijk betrekking hebben. Zie ook de voetnoten onder de tabel.

102

Tabel 8.7 – Samenhang tussen kenmerken schoolorganisatie en scores voor mondelinge taalvaardigheid

Aantal x (soms/vaak) mtv-zaken op agenda team2

Pearson’s R -,056 -,016 -,044

Toetsingsconclusie * 0 0

Aantal x (enigszins/zeker wel) schoolbestuur betrokken3

Pearson’s R -,014 -,070 -,041

Toetsingsconclusie 0 * 0

** significant bij p<0,01; * significant bij p<0,05; 0=niet significant.

1 Optelling van aantal keren ‘Soms‘ en ‘Vaak’ bij vraag naar frequentie interne ondersteuning/samenwerking op school (vraag 25).

2 Optelling van aantal keren ‘Soms‘ en ‘Vaak’ bij vraag naar frequentie mtv-zaken op agenda teamvergadering (vraag 26).

3 Optelling van aantal keren Enigszins‘ en ‘Zeker wel’ bij vraag naar betrokkenheid schoolbestuur bij mtv (vraag 27).

Ook de variabelen in deze tabel vertonen weinig tot geen significante samenhang met de vaardigheidsscores. Waar dat wel het geval is, zien we soms tegengestelde effecten bij de verschillende domeinen; bijvoorbeeld hoe hoger het percentage leerkrachten met nascholing in mondelinge taalvaardigheid, hoe lager de scores Luisteren en hoe hoger de scores voor Spreken.