• No results found

Cultuurhistorische waarden

In document Van Teylingenweg 100 (pagina 24-28)

• Kernenstrategie met voor iedereen de mogelijkheid om te wonen in het dorp of de kern waar men dat wil.

Feitelijk gaat het om 'betaalbaar', 'beschikbaar' en 'geschikt' wonen voor iedereen. In samenwerking tussen gemeente en marktpartijen wordt een goede mix aan woningen gerealiseerd, afgestemd op de vraag. De woonvisie biedt hierbij het kader. Primair is het woonbeleid gericht op het bouwen voor de eigen inwoners.

Daarnaast wordt waar vraag is ook ruimte gegeven aan anderen die zich willen vestigen in Woerden, zoals uit de regio.

De nieuwbouwopgave tot 2020 is om circa 1.000 woningen netto toe te voegen voor de gehele gemeente Woerden. Er wordt een gevarieerd aanbod gerealiseerd. In Kamerik ligt een opgave om woningen te bouwen voor senioren in de vrije sector, huur en koop.

Strategische Woningbouwplanning Gemeente Woerden 2016-2020

Op basis van de Woonvisie Woerden is een Strategische Woningbouwplanning opgesteld waarmee gestuurd wordt op woningbouwprogramma, planning en fasering. In de strategische woningbouwplanning worden de woningbouwprogramma's op basis van het toetsingskader verder uitgewerkt of bijgesteld. Tevens worden bij de strategische woningbouwplanning de overige aspecten, zoals de stedenbouwkundige en planologische mogelijkheden, meegenomen.

In de Strategische Woningbouwplanning voor de kern Kamerik wordt uitgegaan van gemiddeld 14 woningen per jaar, waarbij tot en met 2020 in totaal 61 woningen gepland in Kamerik NO2, Kanis-Miland en voormalige scholenlocaties.

Planspecifiek

Het plangebied levert met drie nieuwe woningen een bijdrage aan de netto toe te voegen woningen voor de kern Kamerik. Dit wordt verder meegenomen in de strategische woningbouwplanning. Vooralsnog is er geen strijd met het woonbeleid van de gemeente Woerden.

2.2 Cultuurhistorische waarden

2.2.1 Archeologie

2.2.1.1 Kader Wettelijk kader

In 1992 is in Valletta (Malta) het Europees Verdrag inzake de bescherming van het archeologisch erfgoed (Verdrag van Malta) ondertekend. Het Verdrag van Malta voorziet in bescherming van het Europees archeologisch erfgoed onder meer door de risico's op aantasting van dit erfgoed te beperken. Per 1 juli 2016 is de Erfgoedwet ingegaan totdat de Omgevingswet in werking treedt. De Erfgoedwet bundelt bestaande wet- en regelgeving voor behoud en beheer van het cultureel erfgoed in Nederland. Onder andere de Monumentenwet is hierin opgegaan. Op basis van de Erfgoedwet zijn mogelijke (toevals)vondsten bij het verrichten van werkzaamheden in de bodem altijd beschermd. Artikel 5.10 lid 1 van de Erfgoedwet stelt namelijk: 'Degene die anders dan bij het verrichten van opgravingen een vondst doet waarvan hij weet dan wel redelijkerwijs moet vermoeden dat het een archeologische vondst betreft, meldt dit zo spoedig mogelijk bij Onze Minister'.

Gemeentelijk archeologie beleid

Het archeologisch beleidsplan van de gemeente Woerden is vastgesteld in september 2007. In het beleidsplan is het archeologisch beleid van de gemeente Woerden in hoofdlijnen beschreven. Vervolgens is in december 2010 de archeologische maatregelenkaart vastgesteld als onderdeel van het beleidsplan. Op de Archeologische waardenkaart wordt aangegeven voor welke gronden archeologische waarden in de ondergrond te verwachten zijn.

23 2.2.1.2 Huidige situatie

Informatie over bekende en verwachte archeologische waarden is in eerste instantie verzameld op basis van de verwachtingskaarten op Rijks, provinciaal en gemeentelijk niveau.

Rijk (AMK en IKAW)

In of bij het plangebied liggen geen terreinen met een vastgestelde waarde volgens de Archeologische Monumentenkaart. Het plangebied bevindt zich evenmin binnen 250 m van de grens van een archeologisch waardevol terrein of archeologisch Rijksmonument.

Volgens de (IKAW) van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed geldt voor het plangebied een lage kans op het aantreffen van archeologisch waarden.

Provincie

Volgens kaart 4 (Cultuurhistorie) in de Provinciale Ruimtelijke Verordening 2016 ligt het plangebied buiten de zone die is aangemerkt als CHS-Archeologie. Het plangebied ligt wel in het provinciale CHS-Agrarisch cultuurlandschap van Kockengen-Kamerik-Zegveld. Hier wordt verder op ingegaan in paragraaf 2.3.2.

Cultuurhistorische waarden.

Gemeente

Volgens de archeologische Beleidskaart gemeente Woerden (2010, kaart 11) ligt het plangebied in een zone met een hoge archeologische verwachting.

Uitsnede Archeologische waarden- en verwachtingenkaart (licht oranje ingekleurd = hoge verwachtingswaarde)

Het plangebied ligt aan een historische ontginningsas en is tevens onderdeel van het historische bewonerslint. Uit de toelichting van de Archeologische beleidskaart gemeente Woerden (2010) blijkt dat deze twee kenmerken de reden zijn voor het toekennen van een hoge archeologische verwachtingswaarde aan het plangebied.

24 2.2.1.3 Planspecifiek

Gezien de verwachtingswaarde is nader archeologisch onderzoek noodzakelijk. Er bestaat een onderzoeksverplichting wanneer het plangebied groter is dan 100 m² en de diepte van de bodemingreep meer is dan 30 cm onder het maaiveld. De beoogde ontwikkelingen in het plangebied overschrijden deze norm. Derhalve is archeologisch onderzoek (Transect, definitieve versie d.d. 1 april 2019, zie bijlagen bij toelichting, bijlage 1.) uitgevoerd.

Uit het onderzoek blijkt dat binnen het onderzochte gebied een tweeledige archeologische verwachting geldt (zie onderstaande afbeelding).

Archeologisch advieskaart (bron: Transect)

Er is een laat-middeleeuwse woonheuvel aanwezig is. De contouren van deze woonheuvel (terp) zijn met een oranje kleur weergegeven op de afbeelding, inclusief een bufferzone van 5 meter. De archeologische verwachting voor de woonheuvel, exclusief de mestkelder, is hoog voor archeologische waarden uit de Late Middeleeuwen. Op die locatie is het te behouden woonhuis aanwezig. Ter plaatse van de stal met een mestkelder zijn de archeologische waarden verloren gegaan.

Ten behoeve van het opstellen van het bestemmingsplan wordt aanbevolen om voor deze hoge archeologische verwachting een dubbelbestemming in het bestemmingsplan op te nemen. De dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' voorziet hier in. Het is echter vooralsnog niet mogelijk om hieraan planregels (vrijstellingsregels) te verbinden, aangezien de daadwerkelijke verwachting (waarde) van de woonheuvel nog niet met behulp van waarderend archeologisch onderzoek kon worden vastgesteld.

Mochten er dus bouwwerkzaamheden binnen de aangeduide terp (inclusief buffer) plaatsvinden, zal dus een vervolgonderzoek noodzakelijk zijn om de daadwerkelijke aanwezigheid en kwaliteit van de verwachte archeologische resten vast te stellen, tenzij het plaats heeft zonder graaf- en heiwerkzaamheden. Dit onderzoek wordt uitgevoerd in het vervolgtraject. Als resultaat van dit onderzoek kunnen dan ook uitspraken gedaan worden vanaf welke diepte eventuele resten aanwezig zijn en hoe deze behouden kunnen worden in het toekomstig ontwerp van het betreffende gebouw. Het onderzoek zou eventueel kunnen worden uitgebreid met een waardestellend booronderzoek van de woonheuvel aan de voorzijde van de bebouwing om zodoende in zijn geheel een uitspraak te kunnen doen over de algehele kwaliteit (behoudenswaardigheid) van de woonheuvel.

25

In de overige delen van het plangebied is een lage verwachting op het aantreffen van archeologische waarden vastgesteld. Bovendien geldt ook hier dat ter plaatse van de nieuwe woningen veelal reeds bebouwing aanwezig is en de bodem derhalve reeds verstoord zal zijn. Vanuit archeologisch oogpunt bestaan er dan ook geen bezwaren om de voorgenomen ontwikkelingen plaats te laten vinden in dit deel van het plangebied. Transect geeft aan dat de voorgenomen ingrepen hier plaats kunnen vinden zonder aanvullende archeologische maatregelen. Om die reden wordt voor dit deel van het plangebied geen archeologische dubbelbestemming opgenomen.

Voorts geldt dat, op het moment dat er tijdens graafwerkzaamheden toch archeologische zaken worden aangetroffen, een wettelijke meldingsplicht bestaat om deze vondsten te melden bij de bevoegde overheid (gemeente Woerden).

2.2.2 Cultuurhistorische waarden 2.2.2.1 Kader

Rijksbeleid

Met ingang van 1 januari 2012 is het gewijzigde Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in werking getreden. Het voorstel tot wijziging is een uitvloeisel van de Beleidsbrief Modernisering Monumentenzorg (MoMo) uit 2009. Op grond van artikel 3.1.6 van het Bro dienen cultuurhistorische waarden uitdrukkelijk te worden meegewogen bij het opstellen van bestemmingsplannen. Dat betekent dat gemeenten een analyse moeten verrichten van de cultuurhistorische waarden in een bestemmingsplangebied en moeten aangeven welke conclusies ze daar aan verbinden.

Provinciaal beleid

Volgens kaart 4 (Cultuurhistorie) van de Provinciale Ruimtelijke Verordening 2016 ligt het plangebied binnen de zone die is aangemerkt als CHS-agrarisch cultuurlandschap. Het plangebied valt tevens onder het Landschap Groene Hart. In de Provinciaal Ruimtelijke Structuurvisie worden de volgende kernkwaliteiten benoemd:

• openheid;

• veenweidekarakter, inclusief lintbebouwing;

• landschappelijk diversiteit;

• rust en stilte.

Voor het Groene Hart geldt dat deze kwaliteiten worden behouden zo mogelijk versterkt.

Gemeentelijk beleid

De gemeente Woerden heeft het beleid aangaande de cultuurhistorie onder andere opgenomen in het Landschapsontwikkelingsplan (2011). Er wordt bepleit zoveel mogelijk rekening te houden met de aanwezige cultuurhistorische kwaliteiten.

2.2.2.2 Huidige situatie

Het gebied Kockengen–Kamerik-Zegveld, waar het plangebied onder valt, is een typisch twaalfde-eeuws cope-ontginningslandschap dat nog behoorlijk intact is. Het is een schoolvoorbeeld van onder centrale regie uitgevoerde, zeer regelmatige cope-ontginning en vormt (met het in Zuid-Holland doorlopende deel) het grootste aaneengesloten complex daarvan in Nederland. Het betreft een binnen Europa unieke veenontginning, met vaste dieptematen, een regelmatig patroon van sloten en een ritme van (dwars)kaden en boerderijlinten met oriëntatie op de ontginningsbasis. Zowel enkelzijdige als dubbelzijdige linten komen voor, met een veelal half open karakter. Er worden drie deelgebieden onderscheiden: het schaakbordpatroon van zeer regelmatige ontginningsblokken rond Kockengen (cope), de waaiervormige verkaveling van Zegveld (opstrek) en het gebied rond Kamerik met ten opzichte van de ontginningsbasis verschoven boerderijlinten.

2.2.2.3 Conclusie

Het plangebied ligt aan de historische ontginningsas en is onderdeel van het boerderijlint van de kern Kamerik. De beoogde ontwikkelingen houden rekening met de historische structuur van het landschap. Een deel van de gedempte waterweg in het zuiden van het plangebied wordt gereconstrueerd. De reconstructie

26

zal het oorspronkelijke doorzicht veiligstellen en daarmee de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten versterken. Bovendien komen in de nieuwe opzet de kwaliteiten van het bestaande woonhuis beter tot zijn recht, wat eveneens bijdraagt aan het versterken van de cultuurhistorische waarden.

In document Van Teylingenweg 100 (pagina 24-28)