• No results found

Aan de hand van alle informatie uit voorgaande hoofdstukken, de juridische analyse en het kwalitatieve onderzoek, zal ik nu een antwoord formuleren op de hoofdvraag.

Welke juridische regels spelen er bij het implementeren van videoregistratie op de verloskamer en hoe zijn deze regels in te vullen voor het Máxima Medisch Centrum?

Alle juridische eisen heb ik besproken in hoofdstuk 5 en vervolgens toegepast op het MMC in hoofdstuk 7. Uit deze juridische analyse blijkt dat er algemene regels zijn en doelspecifieke regels. De algemene regels gelden altijd, voor welke vorm of welk doel van videoregistratie er ook gekozen wordt.

Bij videoregistratie op de verloskamer is er sprake van verwerking van bijzondere persoonsgegevens. Daarom moet er worden voldaan aan verschillende eisen die de Wet bescherming persoonsgegevens stelt, waaronder een grondslag voor verwerking, een nauwkeurig omschreven doel, melding bij de Autoriteit Persoonsgegevens, informeren van de betrokkenen en beveiligen van de gemaakte beelden. Tevens geldt voor alle vormen van videoregistratie dat er advies en instemming moet worden gevraagd aan de ondernemingsraad van het ziekenhuis.

Bij de bespreking van de doelspecifieke eisen is gekozen voor een splitsing in de smalle toepassing en brede toepassing. Onder de smalle toepassing valt de verbetering van kwaliteit van zorg middels nabespreking, feedback en training van artsen. Voor smalle toepassing geldt allereerst een andere uitzonderingsgrond voor het verbod van verwerking van persoonsgegevens (namelijk art. 21 Wbp) dan voor brede toepassing, waarbij alleen ondubbelzinnige toestemming als uitzondering geldt (art. 23 Wbp). De beelden moeten bewaard worden tot het gekozen doel is bereikt, tenzij ervoor gekozen wordt de beelden op te nemen in het patiëntendossier (dan is de bewaartermijn 15 jaar). Het beroepsgeheim kan voor brede toepassing alleen doorbroken worden middels toestemming van de patiënt, terwijl voor smalle toepassing daartoe nog kan worden uitgeweken naar de uitzondering in art. 7:457 lid 2 BW. Het informed consent kan voor de brede toepassing alleen worden verkregen door expliciet toestemming te vragen van de patiënt. Bij smalle toepassing is het mogelijk dit te baseren op veronderstelde toestemming, mits de inbreuk op de privacy en de bewaartermijn

zo minimaal mogelijk zijn. Kanttekening hierbij is wel dat indien de beelden gebruikt worden voor een training van artsen gedurende een langere periode er minder gemakkelijk over veronderstelde toestemming gesproken kan worden dan indien de beelden alleen worden gebruikt in de nabespreking direct na de bevalling. Tenslotte is het portretrecht behandeld, omdat bij videoregistratie sprake is van een niet in opdracht gemaakt portret. Bij smalle toepassing is er veelal geen sprake van openbaarmaking van de beelden, waardoor de betrokkene in principe geen beroep kan doen op art. 21 Aw. Indien de beelden wel openbaar worden gemaakt verdient het aanbeveling om toestemming van de patiënt te vragen, omdat er dan een grote kans is dat het belang van de privacy van de patiënt opweegt tegen het belang de informatie openbaar te maken en de patiënt zich daartegen zal verzetten.

Nadat uit de juridische analyse bleek dat het in theorie mogelijk moet zijn de videoregistratie van start te laten gaan, heb ik een enquête gehouden onder hulpverleners, patiënten en het ondersteunend personeel van het MMC. Doel hiervan was te achterhalen hoe de stakeholders denken over een dergelijke innovatie. Uiteindelijk bleek ook dat ongeveer de helft van de totale groep respondenten voor invoering van videoregistratie is en de helft tegen. Uit de analyse van de vragenlijsten blijkt daarnaast dat er veel kennis ontbreekt bij de stakeholders: men weet niet welke regels er zijn en op welke manier de videobeelden zouden kunnen worden gebruikt. Daarnaast bleek dat de respondenten die zich negatief opstelden tegenover de videoregistratie dit vooral deden vanwege een gebrek aan of foutieve kennis over dit onderwerp.

Videoregistratie op de verloskamer zou naar mijn mening een goede ontwikkeling zijn in de verdere verbetering van de geboortezorg in Nederland. Uit algemene onderzoeken zou blijken dat de zorg in Nederland de beste is van Europa. Nu wordt het tijd om ook de geboortezorg tot het allerhoogste niveau te tillen. De vele regels die komen kijken bij videoregistratie zouden mijns inziens geen belemmering moeten zijn aan de daadwerkelijke invoering ervan, de sceptische houding van sommige stakeholders evenmin. De regels zijn wellicht voor een ziekenhuis overweldigend, maar zouden toch relatief eenvoudig kunnen worden ingepast. Daarbij kan gekozen worden voor een smalle of brede toepassing van videoregistratie. De smalle toepassing is wellicht gemakkelijker te realiseren, omdat videoregistratie dan zonder expliciete toestemming van patiënten plaats zou kunnen vinden. Het kan echter ook waardevol zijn te kiezen voor de brede toepassing, omdat daarmee voor de voordelen voor de

patiënt beter tot hun recht komen (bijvoorbeeld de verwerking van een traumatische bevalling of het gebruiken van beelden in een juridische procedure). Om deze innovatie werkbaar te maken zullen patiënten en hulpverleners goed geïnformeerd moeten worden zodat het kennisgat wordt gedicht en voor hen het nut van videoregistratie zwaarder zal gaan wegen dan de problemen die zij nu zien.

8.1 Aanbevelingen

Het idee van de zwarte doos, black box, medical data recorder of zoals in deze scriptie de videoregistratie staat nog in de kinderschoenen. Veel ziekenhuizen durven of kunnen niet echt doorzetten met dit project. Er zijn veel regels, er is een cultuurverandering nodig binnen de muren van het ziekenhuis en zowel artsen als patiënten vragen zich af wie er in het bezit kan komen van de beelden.

Met mijn onderzoek hoop ik een deel van deze onzekerheden weg te nemen door de regels te verduidelijken en de ziekenhuizen een keuze voor te leggen. Het zou mijns inziens zonde zijn als het bij dit papieren onderzoek blijft en er geen vervolg wordt gemaakt door stappen te zetten in het verder onderzoeken van dit project en mogelijk ook de implementatie in de praktijk. In het licht hiervan heeft minister Schippers onlangs ook aangegeven de mogelijkheden rondom videoregistratie verder te onderzoeken en dan met name de bescherming die door enkele ziekenhuizen werd gevraagd.83 Om het project rondom

videoregistratie succesvol voort te kunnen zetten heb ik op basis van mijn eigen onderzoek nog enkele aanbevelingen geformuleerd.

“Maak weloverwogen keuzes en leg deze vast.”

Het toepassen van videoregistratie gaat niet volgens een vast stramien. De belangrijkste keuze die gemaakt moet worden is of de videobeelden worden gebruikt voor de brede of de smalle toepassing zoals die in deze scriptie is gehanteerd. Welke keus uiteindelijk ook gemaakt wordt, zorg ervoor dat het doel nauwkeurig omschreven wordt zodat er bij de betrokkenen geen twijfel over kan ontstaan.

“Communiceer de gemaakte keuzes naar de betrokkenen en meet nogmaals het draagvlak.”

Uit de afgenomen vragenlijst bleek dat er grote verdeeldheid heerst over of het verstandig zou zijn de videoregistratie toe te passen. Geconcludeerd werd dat dit mogelijk zijn oorzaak vindt in de vele onduidelijkheden voor de stakeholders. Zodra er door het ziekenhuis keuzes zijn gemaakt kunnen de stakeholders hierover geïnformeerd worden. Er is dan ook veel meer duidelijk over hoelang de beelden bewaard zullen worden, wie deze in kan zien en hoe de privacy gewaarborgd wordt. Het verdient aanbeveling dan nogmaals de vragenlijst af te nemen om te onderzoeken of er na een duidelijke voorlichting meer mensen achter deze innovatie staan.

“Kies voor zekerheid en vraag toestemming.”

Uit de juridische analyse bleek dat het in principe mogelijk is om zonder expliciete toestemming van de patiënt videoregistratie toe te passen. Er zijn echter vele redenen om te kiezen voor een variant van videoregistratie met expliciete toestemming. Allereerst is het filmen van een onschuldige operatie minder ingrijpend voor wat betreft de privacy dan een bevalling. Het aannemen van veronderstelde toestemming voor een bevalling zal waarschijnlijk op meer weerstand stuiten dan het aannemen van veronderstelde toestemming voor een kleine operatie. Ten tweede bleek uit de praktische analyse dat bijna de helft van de patiënten wel in zou stemmen indien zij gevraagd zouden worden om toestemming. Daarbovenop is mijn verwachting dat indien de patiënten beter worden geïnformeerd en er duidelijke afspraken worden gemaakt, er nog meer patiënten hun toestemming zouden geven. Ten derde is er wanneer er met toestemming wordt gewerkt nooit onduidelijkheid of onenigheid over de gemaakte beelden. Er zijn een aantal grijze gebieden waarin naar mijn mening beter gekozen kan worden voor toestemming, dan voor de uitzondering die veel onzekerheid met zich mee kan brengen. Voorbeelden hiervan zijn de uitzondering m.b.t. het doorbreken van de geheimhoudingsplicht, het openbaar maken op grond van de auteurswet, het verkrijgen van informed consent en de grondslag die de Wbp vereist. Tenslotte kan er wanneer de patiënt expliciet en ondubbelzinnig toestemming geeft ook gekozen worden voor de brede toepassing van videoregistratie waardoor meer doelen na kunnen worden gestreefd. Ik denk dat dit uiteindelijk meer recht doet aan de mogelijkheden die videoregistratie met zich meebrengt.

Bijlage I: Bronnenlijst