• No results found

Deel  VI   -­‐ Surface Plane 58

6 Conclusie

In dit hoofdstuk zijn conclusies getrokken uit de uitgevoerde concepttesten. Met deze conclusies is

antwoord worden gegeven op de deelvragen welke zijn opgesteld in het testplan. Met deze

beantwoorde vragen wordt een antwoord gegeven worden op de globale onderzoeksvraag.

6.1 Deelvraag

Hieronder volgt een overzicht van conclusies per deelvraag.

1. In hoeverre is de testpersoon in staat dag en nacht te onderscheiden wanneer deze kijkt naar een

scherm in het ontwerp?

Twee van de drie testpersonen in de milde groep en alle testpersonen in de middelgroep

hebben aangegeven dat het op de applicatie overdag is. Ook viel het hen op dat de tijd op de

klok verkeerd stond.

2. Is de testpersoon in staat om te navigeren in het scherm met de stappen van de handeling?

De twee testpersonen in de groep met beginnende dementie hebben daadwerkelijk interactie

gehad met het prototype tijdens de test. Binnen het scenario stap-voor-stap hebben deze twee

testpersonen gebruik gemaakt van de pijlen in het prototype. Testpersoon 1 heeft ook gebruik

gemaakt van de knop vorige nadat hij per ongeluk twee schermen verder ging.

Binnen de groep met middel dementie gebruikten alle drie de testpersonen de afbeelding om

vooruit te komen in het stappenscherm.

3. Begrijpt de testpersoon dat de handeling is afgelopen bij het laatste stap scherm?

Het was voor alle testpersonen die de test hebben doorlopen duidelijk dat de laatste stap

daadwerkelijk de laatste is. Testpersoon 1 van de middelgroep merkte op dat de applicatie niet

aangeeft dat het tijd is om koffie te gaan drinken. Hieruit valt te concluderen dat de

testpersonen weten dat de handeling ten einde is en dat het tijd is voor de volgende handeling.

4. In hoeverre begrijpt de testpersoon dat de handeling in het echt moet worden uitgevoerd?

Bij alle testpersonen, met uitzondering van testpersoon 3 uit de beginnende groep, was het

duidelijk dat de handeling in het echt moet worden uitgevoerd. De taalbarrière met testpersoon

3 was te groot om duidelijk te maken wat er moet gebeuren of om überhaupt instructies op het

scherm te lezen.

Uit deze resultaten komt naar voren dat het voor de testpersonen geen probleem is om te

interpreteren dat de handeling in het echt moet worden uitgevoerd. Wel wordt het gevoel

mogelijk versterkt wanneer er gebruikt wordt gemaakt van foto’s in de eigen omgeving van de

testpersoon. Dit kwam naar voren doordat er bij de beginnende groep door 2 testpersonen

werd opgemerkt dat de testpersonen thuis een ander koffiezetapparaat hebben.

58

Het scenario met het benodigdhedenscherm is alleen uitgevoerd bij de groep met beginnende

dementerenden omdat dit ook de beoogde doelgroep is voor dit scherm. De twee testpersonen

die Nederlands spreken snapten dat er bij dit scherm koffie gezet moet worden. Daarbij gaf

testpersoon 2 aan dat dit scherm handig kan zijn wanneer mensen moeite hebben met het

bedenken van de ingrediënten.

Dit scherm geeft alleen geen beeld van de locatie van het ingrediënt. Dit is niet iets wat werd

opgemerkt door de testpersonen maar kwam achteraf ter sprake tussen de observator en de

begeleiders. Deze gaven aan dat het makkelijk kan zijn voor de dementerenden wanneer er ook

wordt aangegeven waar een ingrediënt zich bevindt.

6. Begrijpt de testpersoon dat er een handeling moet worden uitgevoerd na het zien van het

suggestiescherm?

Het scenario voor het suggestiescherm viel samen met het scenario voor het overzichtsscherm

omdat deze qua uiterlijk gelijk zijn. Het was voor alle testpersonen duidelijk dat de handeling

moet worden uitgevoerd na het zien van dit scherm. Ook klikten alle testpersonen (met

uitzondering van testpersoon 3 van de beginnende groep) het plaatje aan om verder te gaan.

7. Begrijpt de testpersoon de twee opties in het verificatiescherm?

Uit de testen is gebleken dat de testpersonen in beide groepen de opties in het

verificatiescherm begrijpen. Alle testpersonen hebben klikte op het voor hun juiste antwoord.

Hierbij werd in vrijwel alle gevallen gebruik gemaakt van het plaatje om te antwoorden. Alleen

testpersoon 2 van de beginnende groep drukte op de nee-knop, maar pas toen hij het scherm

voor de tweede keer voor zich kreeg.

6.2 Onderzoeksvraag

Met de antwoorden die gegeven zijn op de deelvragen wordt in deze paragraaf een antwoord

gegeven op de globale onderzoeksvraag. De onderzoeksvraag, welke is opgesteld in het testplan,

luidt als volgt;

In welke mate is het ontworpen concept op de iPad toepasbaar als daghulp bij het uitvoeren bij handelingen en als hulpmiddel voor het duidelijk maken van het moment van de dag voor gebruikers binnen de primaire doelgroepen?

Vijf van de zes geteste personen bleek in staat de scenario’s te voltooien en zo een positief antwoord te geven op de deelvragen. Alleen testpersoon 3 uit de groep met beginnende dementie was niet in staat de scenario’s te voltooien wegens onvoldoende kennis van de Nederlandse taak. Uit deze concepttest is gebleken dat de primaire doelgroepen goed kunnen omgaan met het navigeren op de daghulp. Doordat de verschillende opties beperkt worden gehouden per scherm zijn de personen in de doelgroep goed in staat om de optie te kiezen die voor hun geldt (bijvoorbeeld in het verificatiescherm).

Doordat de daghulp in een later stadium ook geluidssignalen zal gaan geven wanneer er aandacht nodig is wordt de gebruiker herinnerd om de daghulp te pakken. Hierbij wordt de gebruiker iedere keer weer geconfronteerd met de tijd, dag en datum om het besef van tijd zo vaak mogelijk te herhalen.

59