• No results found

De comités en de politiek

H3 Het ontstaan van de El Salvador-comités

3.3 De comités en de politiek

10 januari 1981 begon het FMLN met ‘La Ofensiva Final’. Dit markeerde het begin van de burgeroorlog in El Salvador. De Verenigde Staten besloten de regering in El Salvador financieel en militair te ondersteunen. Bij de comités heerste de overtuiging dat het conflict in El Salvador en de onrust in heel Midden-Amerika zou stoppen indien de Verenigde Staten 115 IISG, Archief YT, inv. Nr. 1, Jaarverslag ESKN 1981-1982.

116 IISG, Inv. Nr. BRO 1841/5, tijdschrift: El Salvador vergeten? Nee!.

zich niet meer met de regio zouden bemoeien. In Nicaragua steunden de VS een uitgebreid offensief tegen de Sandinisten, de VS gebruikten Honduras als militaire basis en in Guatemala hielpen de Verenigde Staten meermaals verkiezingen te vervalsen ten gunste van een pro- Amerikaanse regering.118 Dit leidde tot nieuwe acties. Op 4 april 1981 organiseerden de

comités in Rotterdam een grote landelijke demonstratie tegen de Amerikaanse inmenging in El Salvador. De leus: ‘El Salvador geen tweede Vietnam, geen interventie in Nicaragua, weg met de verkiezingsfarce in Guatemala en El Salvador; Handen af van Midden-Amerika’dekte het best de lading van de demonstratie. Voor het Amerikaanse consulaat ontstonden opstootjes en de demonstratie eindigde in de Laurenskerk. Hier richtten de verschillende Midden-Amerika comités, maatschappelijke organisaties zoals Pax Christi en politieke partijen zoals de PvdA, D66, PSP, PPR, en de CPN het ‘Breed Platform tegen de inmenging van de Verenigde Staten in El Salvador’ op.119

De populariteit van de El Salvador-comités en het Breed Platform was groot. Dit bleek uit de succesvolle acties, de hoge opkomst bij demonstraties en het groot aantal maatschappelijke en politieke partijen dat bij het platform betrokken was. De bovengenoemde partijen, PvdA, D’66, PSP, PPR en de CPN spraken zich kritisch uit over de rol die de Verenigde Staten speelden in het conflict. Dit waren echter allemaal oppositiepartijen. Tussen 1977 en 1981 vormden de VVD en het CDA de coalitie. Dit was het kabinet Van-Agt I. De regering had geen boodschap aan de doelstellingen van de solidariteitscomités en het Breed Platform.120 In september kwam een coalitie van de PvdA, D’66 en het CDA aan de macht,

het kabinet Van-Agt II. Minister van Buitenlandse Zaken werd Max van der Stoel. Deze regering stond positiever tegenover het FMLN.

De regeringen van Mexico en Frankrijk verleenden het FMLN in augustus 1981 diplomatieke steun. De landen verklaarden dat het FMLN een legitieme representatieve politieke macht in El Salvador was. Dit bood het FMLN hetnodige politieke- en diplomatieke aanzien. Ondanks de afkeuring van de Verenigde Staten en hun bondgenoten in Latijns- Amerika van deze internationale bemoeienis met El Salvador, sloot Nederland zich samen met Noorwegen, België en Oostenrijk in septemberaan bij deze verklaring. De erkenning was opmerkelijk aangezien de Nederlandse regering vriendschappelijke betrekkingen onderhield met de Salvadoraanse regering. Om de negatieve impact op de betrekkingen te beperken werd

118 Rabe, The killing zone, 160-164.

119 IISG, Archief DOC NL, Inv. Nr. 7.1, folder manifestatie en oprichting Breed platform, 1981. 120 Handelingen Tweede Kamer, zitting 1981-1982, Blad 177.

echter een aanpassing aan de Frans-Mexicaanse verklaring toegevoegd: alleen de politieke arm van het FMLN, de FDR werd erkend.121

Dit nieuws werd enthousiast ontvangen door de El Salvador-comités. Een half jaar later echter ging het Breed Platform verhaal halen bij van der Stoel. Met de erkenning van het FDR was de Nederlandse regering volgens het Platform verplicht mee te helpen aan een oplossing van het conflict. De regering zou alles in werking moeten zetten om een einde te maken aan de Amerikaanse interventie in El Salvador. Bovendien werd de minister gevraagd ontwikkelingshulp beschikbaar te stellen voor humanitaire doeleinden geselecteerd door het FMLN. Daarnaast werd ook een vergroting van het ontwikkelingshulpbudget voor Nicaragua aanbevolen.122 De bereidheid van minister Max van der Stoel om het FDR te erkennen in

september was echter het laatste openlijk positieve gebaar vanuit de politiek richting het FMLN geweest.

Dat de steun van de Nederlandse regering uitbleef, weerhield de comités er niet van om het in West-Europa te proberen. Op 5 en 6 december 1981 werd een conferentie in Parijs georganiseerd waarin de verschillende West-Europese El Salvador-comités hun plannen en de strategie met elkaar konden bespreken. Het doel was het organiseren van een West-Europa- brede organisatie en het ontwerpen van een voorstel om in te dienen bij het Europees parlement ter ondersteuning van het FMLN. De opkomst was echter laag met slechts acht comités. Bovendien was er weinig animo voor nieuwe demonstraties en bestond er weerstand tegen een overkoepelende Europese structuur, omdat veel comités een kleine achterban hadden en zodoende beschikten over weinig mankracht. Uiteindelijk werd besloten dat de ESKN als coördinatiepunt zou fungeren voor het uitwisselen van informatie tussen de comités. De solidariteitscomités in Nederland waren relatief goed georganiseerd, talrijk en beschikten over veel informatie uit El Salvador. Dit gold ook voor de comités in West- Duitsland.123 Ook later in 1985 zou weer blijken dat de Nederlandse en West-Duitse comités

het beste op de hoogte waren van de ontwikkelingen binnen het FMLN en in El Salvador. Er werd afgesproken deze informatie beter door te spelen aan andere Europese comités.124