• No results found

In deze paragraaf worden aan de hand van beschrijvende statistiek de resultaten van de enquête beschreven. Allereerst wordt in subparagraaf 4.1.1 ingegaan op de respons op de enquête, de bruikbaarheid van de door de deelnemers gegeven antwoorden en of er sprake is van non-reponse bias. Vervolgens wordt in subparagraaf 4.1.2 ingegaan op de demografische gegevens van de deelnemers. Tot slot worden in subparagraaf 4.1.3 de variabelen van dit onderzoek behandeld.

4.1.1 Respons.

De beschrijvende statistiek met betrekking tot het responspercentage en de bruikbaarheid van de antwoorden zijn weergegeven in tabel 4.1. De enquête is in totaal naar zeshonderddertig medewerkers binnen de onderzochte internationale accountantsorganisatie verstuurd, van deze mensen hebben vierentachtig mensen (responspercentage van 13,3%) de enquête (gedeeltelijk) ingevuld. Er is voor gekozen om alleen de antwoorden van de medewerkers mee te nemen die de enquête in zijn geheel hebben ingevuld, omdat enkel van deze deelnemers de demografische gegevens bekend zijn. Elf van de deelnemers (1,7%) hebben de enquête slechts gedeeltelijk ingevuld en deze antwoorden zijn daardoor niet bruikbaar. In totaal blijven er dus van drieënzeventig deelnemers bruikbare gegevens over. Deze drieënzeventig deelnemers hebben gemiddeld veertien minuten gedaan over het invullen van de enquête.

Respons N % totaal % bruikbaar

Verstuurd 630 100% - Ingevuld 84 13,3% - Niet ingevuld 546 86,7% - Bruikbaar 73 11,6% 87% Onbruikbaar 11 1,7% 13%

Om te achterhalen of er sprake is van non-response bias, dienen de kenmerken van de deelnemers die gereageerd hebben te worden vergeleken met degene die niet hebben gereageerd. Echter, in dit onderzoek zijn de kenmerken van de deelnemers die niet hebben gereageerd niet bekend. Volgens Smith (2015) kunnen de kenmerken van de medewerkers die niet hebben gereageerd worden ingeschat door de kenmerken van de deelnemers die als laatst hebben gereageerd na de tweede herinnering als proxy te nemen. De veronderstelling is hierbij dat degene die het laatste reageren lijken op degene die helemaal niet reageren.

Aan de hand van een independent samples T-test zijn de groep deelnemers die na de uitnodiging hebben gereageerd tot en met de eerste herinnering (34 deelnemers) vergeleken met de groep die gereageerd heeft na de tweede herinnering (25 deelnemers). Op basis hiervan zijn geen significante verschillen geconstateerd in de antwoorden van de deelnemers op de drie proxy’s van de afhankelijke variabele (p>0,05). Op basis hiervan kan dus worden gesteld dat er geen sprake is van non-response bias.

4.1.2 Demografische gegevens.

De beschrijvende statistiek met betrekking tot de demografische gegevens, geslacht, nationaliteit, leeftijd, hoogst afgeronde opleiding, huidige functie, het land van de kantoorlocatie en de werkervaring in de controlepraktijk en in de controlepraktijk bij de onderzochte internationale accountantsorganisatie is onderstaand weergegeven in tabel 4.2. Van de deelnemers aan de enquête is het grootste gedeelte (69,9%) mannelijk, werkzaam in de functie assistent/staff (74%) en in het bezit van een afgeronde WO-master diploma (79,5%). De nationaliteit (53,4% Nederlandse en 43,8% Belgische) en het land van de kantoorlocatie (50,7% Nederland en 49,3% België) van de deelnemers zijn vrijwel evenredig verdeeld. De leeftijd varieert van 21 t/m 34 jaar, met een gemiddelde leeftijd van 25,34 jaar. De werkervaring in de controlepraktijk van de deelnemers varieert van 0 t/m 7 jaar met een gemiddelde van 2,19 jaar, waarvan gemiddeld 2,03 jaar bij de onderzochte accountantsorganisatie.

Demografische gegevens Aantal % Min. Max. Gem. Std. dev. Geslacht Man 51 69,9% Vrouw 22 30,1% Nationaliteit Nederlandse 39 53,4% Belgische 32 43,8% Overige 2 2,7% Leeftijd 73 100% 21 34 25,34 2,299 Opleiding MBO-4 1 1,4% VWO 3 4,1% HBO Bachelor 6 8,2% WO Bachelor 1 1,4% WO Master 58 79,5% Post-initiële opleiding 4 5,5% Functie Assistent/staff 54 74,0% Senior staff 19 26,0% Land Nederland 37 50,7% België 36 49,3%

Aantal jaren werkzaam in de controlepraktijk 73 100% 0 7 2,19 1,816 Aantal jaren werkzaam in de controlepraktijk

organisatie X 73 100% 0 7 2,03 1,666

Tabel 4.2: Beschrijvende statistiek demografische gegevens

4.1.3 Variabelen.

In tabel 4.3 is de beschrijvende statistiek weergegeven met betrekking tot de afhankelijke variabele, de mate van PS en de onafhankelijke variabele, internationale culturele verschillen. Dit is gedaan voor de proxy’s van beide elementen van de afhankelijke variabele, de sceptische eigenschappen en het sceptisch handelen en voor de drie onderzochte cultuurdimensies (machtsafstand, individualisme, onzekerheidsvermijding). Naast een totaal categorie (bevat alle 73 deelnemers waarvan de antwoorden bruikbaar zijn) is een opsplitsing gemaakt op basis van het land waar de kantoorlocatie zich bevindt. Dit aangezien aan de hand van de kantoorlocatie is bepaald of een accountant binnen de Nederlandse of Belgische cultuur werkzaam is.

Variabele Land Gem. Std. Dev Min. Max.

Afhankelijke variabele

Score meetschaal Hurtt Nederland 130,00 10,773 105,00 155,00

België 123,97 13,530 86,00 148,00

Totaal 127,03 12,499 86,00 155,00

Saldo rekening "Equipment" Nederland € 781.757 € 862.503 € 0 € 2.000.000

België € 1.123.611 € 965.881 € 0 € 2.500.000

Totaal € 950.342 € 924.704 € 0 € 2.500.000

Kans dat de verklaring van

het management juist is Nederland 33,51 25,627 0 100,00

België 36,94 21,885 0 80,00 Totaal 35,21 23,753 0 100,00 Onafhankelijke variabele Machtafstand Nederland 73,92 39,478 0 145,00 België 86,81 38,399 0 170,00 Totaal 80,27 39,219 0 170,00 Individualisme Nederland 95,54 51,286 0 210,00 België 68,06 48,022 0 175,00 Totaal 81,99 51,260 0 210,00 Onzekerheidsvermijding Nederland 113,24 47,642 25,00 205,00 België 112,36 52.242 0 260,00 Totaal 112,81 49,616 0 260,00

Tabel 4.3: Beschrijvende statistiek variabelen

In de tabel is te zien dat er door de deelnemers gemiddeld een score van 127,03 is behaald op de meetschaal van Hurtt. Accountants werkzaam in Nederland scoren gemiddeld hoger op deze meetschaal dan accountants in België (130,00 tegenover 123,97). Accountants werkzaam in Nederland bezitten dus meer sceptische eigenschappen dan accountants werkzaam binnen België. Daarnaast kan worden gesteld dat accountants werkzaam binnen Nederland sceptischer handelen dan accountants binnen België. Accountants binnen Nederland gaan namelijk met een lager saldo op de rekening “Equipment” akkoord dan accountants in België (€ 781.757 tegenover € 1.123.611) en schatten de kans gemiddeld lager in dat de verklaring van het management juist is (33,51 tegenover 36,94). In paragraaf 4.4 wordt nader geanalyseerd of deze verschillen significant zijn.

Met betrekking tot de cultuurverschillen tussen Nederland en België blijkt dat accountants werkzaam in Nederland lager scoren op de dimensie machtsafstand (73,92 tegenover 86,81) en hoger op de dimensies individualisme (95,54 tegenover 68,06) en onzekerheidsvermijding (113,24 tegenover 112,36).