• No results found

Beleidsprioriteit «Instrumentarium en tijdpad om te komen tot een vermindering van de administratieve lasten»

In document Ambitieus, maar haalbaar (pagina 84-87)

14 STARTNOTITIE ECONOMISCHE ZAKEN

14.1 Beleidsprioriteit «Instrumentarium en tijdpad om te komen tot een vermindering van de administratieve lasten»

14.1.1 Vraagstelling

De Tweede Kamer vraagt ten aanzien van de beleidsprioriteit «Verminde-ring van administratieve lasten» onderstaande gegevens:

Er is een commissie uit het bedrijfsleven benoemd die invulling moet geven aan de reductie van de administratieve lasten met 25%. Gevraagd wordt:

een tijdpad voor de besluitvorming over de maatregelen die moeten leiden tot een vermindering van de administratieve lasten met 25%;

een tijdpad voor de implementatie van de vermindering van de administratieve lasten met 25% ten opzichte van het basisjaar;

per maatregel aangeven welke gekwantificeerde bijdrage de maatregel moet leveren aan de vermindering van de administratieve lasten en welke effecten de maatregel eventueel heeft op de rijksbegroting;

welke middelen worden hiervoor aangewend, wat is het resultaat, stemt dat overeen met de verwachtingen.

14.1.2 Het beleidsveld

14.1.2.1 Algemene beschrijving

Al sedert enige decennia tracht de overheid de administratieve lastendruk voortvloeiend uit wet- en regelgeving te beteugelen. In 1995 nam het kabinet zich, in het kader van de MDW-operatie1, een reductie van de administratieve lasten voor van 10% in de betreffende kabinetsperiode. In de memorie van toelichting bij de begroting 1999 wordt aangegeven dat de regering deze doelstelling heeft gerealiseerd. Het huidige kabinet had zich voor de periode 1998–2002 een reductie van wederom 10% voorge-nomen. De Tweede Kamer heeft via een motie gevraagd om de admini-stratieve lasten te verminderen met 25%. Het kabinet heeft aangegeven zich in te zullen spannen om de gewenste vermindering in de kabinets-periode te realiseren2. Het ministerie van EZ is coördinerend ministerie voor de MDW-operatie.

De instrumenten waarmee getracht wordt de administratieve lasten-reductie te realiseren zijn nog in ontwikkeling. Het kabinet denkt aan een aantal opties voor verdere reductie (de zoektocht naar andere opties gaat echter door):

1. minder en eenvoudiger meldingen aan de overheid;

2. standaardformulier voor informatieverstrekking aan de overheid;

3. gebruik van informatie- en communicatie technologieën (ICT) voor vermindering van administratieve lasten;

4. vaker gebruiken van eenmaal aan overheid aangeleverde data;

5. stroomlijning vergunningenprocedures; en 6. nog beter vat op de effecten van nieuwe regels.

14.1.2.2 Financieel belang

Het onderwerp is rijksbreed en overstijgt het ministerie van EZ. De koppeling met één of enkele begrotingsartikelen is niet mogelijk.

Bovendien is lastenverlichting voor het bedrijfsleven niet één op één te vertalen naar veranderingen in begrotingsartikelen. Lastenverlichting voor bedrijven kan lastenverzwaring voor de overheid inhouden.

1Marktwerking, Deregulering en Wetgevings-kwaliteit.

2Tweede Kamer, vergaderjaar 1997–1998, 19 071, nr. 13

Het financieel belang van de administratieve lasten is groot. Bij (inmiddels enigszins gedateerd) eerder onderzoek werd de totale omvang van deze lasten geschat op f 13 miljard.

14.1.2.3 Concreetheid en meetbaarheid doelstellingen

Zoals blijkt uit de beschrijving van het beleid is voor de reductie van administratieve lasten een concreet doel geformuleerd: «25% administra-tieve lastenreductie in de kabinetsperiode 1998–2002». Het gaat om de administratieve lasten voor het bedrijfsleven voortvloeiend uit wet- en regelgeving.

Bij de concreetheid van het doel worden door het ministerie enige kanttekeningen gezet. Voor de vorige kabinetsperiode was er volgens de staatssecretaris van EZ sprake van een scherpe definitie van administra-tieve lasten: «De kosten die een onderneming moet maken om te voldoen aan de administratieve en procedurele verplichtingen van regelgeving».

Essentieel waren hierin de wettelijke verplichting, de informatieoverdracht en dat het ondernemingen betreft. Overwogen wordt voor de huidige kabinetsperiode of ook de administratieve lasten van burgers erbij betrokken moeten worden. Zeker omdat sommige lastenverlichtingen voor het bedrijfsleven naar een andere speler in de informatieketen (bijvoorbeeld burgers, maar ook andere overheden) worden doorgegeven en dus geenechte lastenverlichtingen zijn.

Het doel «25% administratieve lastenreductie» is onbepaald omdat de totale omvang van de lastendruk onbekend is. De meetbaarheid van het doel is ook door het ministerie als niet eenvoudig aangegeven: «Het bepalen van de totale kwantitatieve omvang van administratieve lasten is een ingewikkelde aangelegenheid.» Ook bij de eerste reductieprojecten van het ministerie is gewerkt met «mogelijke, globale indicaties van de kwantitatieve betekenis» van relevante regelgeving waarop lasten-verlichting van toepassing zou kunnen zijn. De zinvolheid van het uitdrukken in een percentage is betrekkelijk.

Per regeling kan concreter worden gemeten wat de lastenreductie is. EZ denkt aan een modelmatige berekening of schattingen van de kwantita-tieve omvang per regeling. En voor de «Kwantitakwantita-tieve omvang van het

«macrototaal»» noemt EZ een enquête of een integrale berekening gebaseerd op een rekenmodel. Dit laatste houdt in per regeling de administratieve lasten becijferen om vervolgens de regelingen te sommeren en zo een totaal te berekenen.

Het model is een beperkte weergave van de werkelijkheid en zal niet volledig kloppen. Het kan echter gebruikt worden om voortgang te meten.

Voorwaarde is dan wel dat exact hetzelfde model gebruikt wordt.

14.1.3 Gevraagde gegevens

14.1.3.1 Soort gegevens en afdekking beleidsveld

De Tweede Kamer vraagt naar gegevens in de vorm van plannings-gegevens. Verder gaat het er om welke middelen/maatregelen worden aangewend.

De gevraagde gegevens zijn voorts te herleiden tot een tweetal indica-toren (gekwantificeerde reductiebijdrage en eventuele effecten op de rijksbegroting). Daarnaast is een algemene vraag gesteld die informatie over de doeltreffendheid van de maatregelen tot doel heeft.

Door de onzekerheden in de maatregelen die getroffen gaan worden (het zijn nog slechts opties, bovendien is een commissie uit het bedrijfsleven bezig met het verder uitwerken van – nieuwe – opties) is het moeilijk om

aan te geven of het beleidsveld volledig wordt afgedekt. De omvang van het beleidsveld is, ook vanuit financieel perspectief, moeilijk exact meetbaar.

14.1.3.2 Haalbaarheid gevraagde gegevens

Voor de gekwantificeerde reductiebijdrage moet duidelijk zijn voor wie de lastenvermindering geldt. De doelgroep van het beleid is in eerste instantie het bedrijfsleven. Een terechte vraag is dan ook welke effecten de lastenvermindering voor de rijksbegroting heeft. Dit geldt te meer omdat de lastenverlaging voor het bedrijfsleven kan doorwerken in een lastenverzwaring voor bijvoorbeeld overheden of burgers.

Lastenverzwaring voor lagere overheden en/of burgers is overigens niet altijd (direct) op de begroting terug te vinden.

Het tijdpad voor de besluitvorming over de regelgeving met betrekking tot de lastenverlichting geeft een eerste indicatie van de beleidsprestatie die nodig is om te komen tot lastenverlichting. Het tijdpad van de daadwerke-lijke lastenverlichting is aan de ene kant duidelijk: basisjaar is 1998, eindjaar is 2002. Aan de andere kant is het onduidelijk wanneer de uiteindelijke lastenverminderingen doorwerken bij de doelgroep.

Voor het verkrijgen van de gevraagde informatie speelt afhankelijkheid van derden (met name bedrijfsleven) een rol. Bovendien is de informatie verspreid over ministeries en beleidsterreinen.

Er kan niet worden gesteund op de informatie zoals die is verzameld voor de eerdere administratieve lastenreductie aangezien er nieuwe maatre-gelen moeten worden getroffen. De informatie aangaande de verdere reductie van de administratieve lasten zal in eerste instantie echter alleen een helderder tijdpad voor de inzet van de maatregelen betreffen en in laatste instantie (tegen het eind van de kabinetsperiode) de daadwerke-lijke administratieve lastenreductie.

Voor vergelijkbaarheid in de tijd is men afhankelijk van de mate waarin de omvang van de lastenreductie op een consistente wijze (modelmatig) geschat wordt.

De meetbaarheid kan naar de mening van de Rekenkamer vergroot worden als een nulmeting beschikbaar is en als bekend is wat de daadwerkelijke administratieve lasten per maatregel zijn.

14.1.4 Overzicht aandachtspunten

Onderstaande tabel geeft de belangrijkste aspecten van de analyse weer en vermeldt of er sprake is van een direct aandachtspunt. In de startnotitie is in de corresponderende paragraaf meer informatie over het

aandachtspunt opgenomen en zijn eventueel aanbevelingen geformu-leerd.

Aandachtspunten

Doelen/doelstellingen

Concreetheid/meetbaarheid X

Koppeling begrotingsartikelen X

Departementsoverstijgend X

Overige n.v.t.

Doelen/doelstellingen Gevraagde gegevens

Vraag betreft geen prestaties o

Afdekking beleidsveld nb

Overige n.v.t.

Aanwezigheid informatie

Jaarlijkse oplevering X

Afhankelijkheid derden X

Betrouwbaarheid nb

Aansluiting aanwezige kengetallen nb

Overige n.v.t.

X aandachtspunt

o geen direct aandachtspunt

n.v.t. niet van toepassing

nb niet bekend

In document Ambitieus, maar haalbaar (pagina 84-87)