• No results found

Keramiek - drs. D.R. Stiller (Hazenberg Archeologie)

Werkwijze

Er zijn 72 fragmenten gedetermineerd afkomstig van het proefsleuven onderzoek (projectcode HMHM) uitgevoerd in plangebied aan de Marquettelaan, gemeente Heemskerk. Het materiaal omvatte 45 scherven aardewerk, 26 fragmenten bouwmateriaal en 1 fragment ijzer (tabel 11). Het materiaal is redelijk fragmentair met een gemiddelde gewicht van 6 gram per scherf. Mede hierdoor ontbra ken vaak kenmerkende details voor scherpe dateringen. Enkele fragmenten zijn verweerd of er is zand aangekoekt. Als gevolg hiervan is de datering van het materiaal relatief globaal. Zo zijn er 17 handgevormde scherven die in de periode vanaf de (late) IJzertijd/Ro meinse tijd tot en met de Vroege Middeleeuwen gedateerd kunnen worden. Gezien het redelijk harde baksel is een date ring in de Romeinse tijd of Vroege Middeleeuwen waarschijnlijker dan de IJzertijd.1 Uit Vroege en het begin van de Late Middeleeuwen kunnen 23 scherven geplaatst worden. Zes fragmenten dateren uit de Late middeleeuwen of de Nieuwe tijd.

Het aardewerk is gedetermineerd aan de hand van de werkwijze van het Deventer-systeem. Een probleem van het Deventer-systeem is dat dit op het moment nog toegespitst is op de latere pe riode van de Middeleeuwen (Late Middeleeuwen B) en op de postmiddeleeuwse periode. Voor de Volle Middeleeuwen (Late Middeleeuwen A) staat slechts een beperkt aantal vormen en baksels ter beschikking. Om dit op te vangen is met aanvullende literatuur gewerkt.2

Binnen het systeem wordt op baksel, vorm en type/volgnummer gewerkt. Wanneer een type niet aangegeven kan worden, is men beperkt tot een determinatie op vorm of zelfs alleen het baksel.

Door de fragmentaire aard van het gevonden materiaal was het niet mogelijk om verder te deter-mineren dan deze twee niveaus. Dit heeft ook tot gevolg gehad dat de dateringen deels globaal zijn. Waar mogelijk is op kenmerken van het materiaal het aardewerk scherper gedateerd.3

Determinatie

In de volgende paragrafen wordt per aardewerksoort een kort overzicht van de belangrijkste ken-merken gegeven en vervolgens wordt op het aangetroffen materiaal ingegaan. Hiervoor is een chronologische volgorde aangehouden.

1 Persoonlijke mededelingen van drs. S. Bloo (specialist aardewerk Prehistorie) en drs. G. Besuijen (specialist aardewerk Romeinse tijd).

2 Zie literatuurlijst

3 Vermeld moet worden dat de determinaties niet gekoppeld zijn aan de door de Stichting Promotie Archeo logie (SPA) beheerde database van het Deventer-systeem. Bij koppeling worden voorwerpen ter referentie opgenomen in de database en kunnen wanneer nodig nieuwe typen, vormen en zelfs baksel soorten uitgedeeld worden.

Aardewerk uit de Late IJzertijd/Romeinse tijd

Er is één fragment gepolijst handgevormd aardewerk aangetroffen (vondstnr. 1). Het fragment is redelijk hard gebakken wat een datering in de Late IJzertijd of in de Romeinse tijd waarschijnlijk maakt.

Indet fragmenten

Er zijn 20 niet nader te determineren scherven afkomstig uit verschillende sporen. Op basis van baksel en uiterlijk kunnen deze waarschijnlijk in de Romeinse tijd of in de Vroege Middeleeuwen gedateerd worden. Het betreft over het algemeen grijze baksels. De fragmentaire aard maakt een nadere determinatie en datering moeilijk. Op basis van het andere aardewerk is een datering in de Vroege Middeleeuwen waarschijnlijker dan de Romeinse tijd. Eén scherf kan gezien het fijnere en hardere baksel mogelijk in de Late Middeleeuwen gedateerd worden (vondstnr. 2)

Ruwwandig aardewerk

Een opvallend fragment is een bodemfragment van gedraaid ruwwandig aardewerk (vondstnr. 14).

De rivierzandmagering met onder andere veldspaat en augiet wijst richting een productieplaats in Oost-Nederland of in het Duitse Rijnland.4 Dit komt overeen met de bekende productieplaatsen van dit aardewerk in het Duitse Rijnland (o.a. Mayen en Badorf) en in Nederland (o.a. Maastricht en Cuijk). Mogelijk betreft het een fragment van een Wölbwandtopf. Dit aardewerk kan in het eerste kwart van de 6e eeuw tot en met de eerste helft van de 8e eeuw gedateerd worden. Over het alge-meen worden deze potten in Nederland langs of in de buurt van de Rijn gevonden (Verhoeven, 2007: 7-11).

Kogelpot aardewerk

Het kogelpotaardewerk ontleent zijn naam aan de meest voorkomende potvorm: de kogelpot. Het grote verspreidingsgebied van deze vorm leidt er toe dat kogelpotten in verschillende aardewerk-soorten en baksels gemaakt worden. Bij dit onderzoek wordt het aardewerk bedoeld met het bak sel zoals dat in West- en Noord-Nederland voorkomt. Dit handgevormde aardewerk wordt vanaf eind 8e eeuw/begin 9e eeuw tot begin 14e eeuw gedateerd (Verhoeven, 1998). Hoewel een uitgebreide typochro nologie ontbreekt voor dit aardewerk, zijn er wel enkele trends. Ronde randen worden over het algemeen wat ouder gedateerd dan vierkante randen maar komen ook, in minder grote hoeveel-heden, voor in de latere perioden (Verhoeven, 1998: 108-110).

Tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn 13 scherven kogelpotaardewerk aangetroffen. Hiervan is één randfragment (vondstnr. 5) van een rond type gezien. De overige fragmenten betreffen wand-frag menten. Over het algemeen betreft het redelijk grove baksels met steengruis en zand als

ON-nr. werk-put

vlak spoor vondst nr. materiaal fabricage soort object type glazuur locatie glazuur

decoratie vorm diameter opening

gewicht rand wand bodem oor RW BW RWB totaal vroeg laat periode opmerkingen

45228 1 1 1 1 aardewerk handgevormd IJzertijd/

Romeinse tijd

indet gepolijst gepolijste

buitenkant

23 1 1 -250 450 IJZL/ROM gepolijst redelijk veel

zand-magering, redelijk hard, waar-schijnlijk ROM

45228 1 1 1 1 aardewerk indet indet 1 1 1 -800 1050 IJZ/VME indet scherf klein beige/oker

kleurig baksel

45228 1 1 1 2 aardewerk handgevormd indet 39 1 1 -12 1050 ROM/VME Rom/VME scherf

45228 1 1 1 2

bouwma-teriaal

mal geel/roodbakkend baksteen 2 1 1 1250 LME/NT fragment zeer sterk

afgesle-ten baksteen. Geel baksel roodgeaderd

45228 1 1 1 2 aardewerk gedraaid grijs indet indet 2 1 1 1000 1500 LME indet gedraaid(?) grijs

frag-ment. Hard gebakken waar-schijnlijk laat middeleeuws

45228 1 1 1 2 aardewerk handgevormd blauwgrijs indet bg-indet 3 1 1 1000 1250 LMEA Paffrath(achtig) baksel

45228 1 1 1 3 aardewerk handgevormd indet 54 11 11 -12 1050 ROM/VME Mogelijk Inheems Romeins,

mogelijk Vroeg Middeleeuws

45228 1 1 2 4 aardewerk gedraaid badorf indet 4 1 1 720 900 VMEB/

VMEC

45228 2 1 2 5 aardewerk gedraaid proto-steengoed indet s5-indet 2 1 1 1200 1280 LME klein fragment, mogelijk laat

Pingsdorf

45228 2 1 2 5 aardewerk indet rood indet 1 1 1 450 1900 ME/NT klein sterk afesleten

frag-ment. Baksel te fijn voor bak-steen datering ME of NT waarschijnlijk

45228 2 1 2 5 metaal gesmeed? ijzer slak 4 1 1 indet slakachtig materiaal

45228 2 1 2 5 aardewerk handgevormd kogelpot indet kp-indet ronde

rand

11 1 1 2 800 1300 ME ronde rand type 1 volgens

ver-hoeven. Grof gemagerd

45228 1 1 1 7 aardewerk handgevormd kogelpot indet kp-indet 1 1 1 800 1300 ME grof gemagerd (zand,

mis-schien steengruis)

45228 1 1 1 7 aardewerk indet indet indet 2 1 1 450 1500 ME indet afgesleten fragment,

waarschijnlijk middeleeuws

45228 3 1 5 8 aardewerk handgevormd kogelpot indet kp-indet 2 1 1 800 1300 ME grof gemagerd

45228 3 1 5 8 aardewerk gedraaid rood maaslands

aarde werk

indet rm-indet loodgla-zuur

buitenzijde 1 1 1 900 1250 ME klein fragment, rossig baksel.

Mogelijk Andenne aardewerk.

Roodbakkend echter niet geheel uitgesloten. In combi-natie met kogelpot, baksel en loodglazuur rood maaslands/

An denne waarschijnlijker

45228 4 1 8 9 aardewerk handgevormd indet indet 3 1 1 -12 1050 ROM/VME indet afgesleten fragment.

Baksel gemagerd met potgruis, waarschijnlijk ROM of VME

45228 4 1 8 9 aardewerk handgevormd indet indet 8 1 1 -12 1050 ROM/VME indet fragment, grofgemagerd

steengruis, waarschijnlijk ROM of VME

45228 4 1 8 9 aardewerk handgevormd kogelpot indet kp-indet 19 1 1 800 1300 ME dikwandig, grofgemagerd (zand

+ steen gruis/graniet). Buiten-zijde beroet

Tabel 11. Analyse aardewerk.

ON-nr. werk-put

vlak spoor vondst nr. materiaal fabricage soort object type glazuur locatie glazuur

decoratie vorm diameter opening

gewicht rand wand bodem oor RW BW RWB totaal vroeg laat periode opmerkingen

45228 4 1 10 10 aardewerk handgevormd kogelpot indet kp-indet 5 1 1 800 1300 ME grofgemagerd (steengrijs,

pot-gruis) buitenzijde beroet

45228 4 101 9 11 aardewerk gedraaid roodbakkend indet r-indet

loodgla-zuur

dubbelzij-dig

18 9 1 1 1500 1700 NT open vorm: kom of schaal

rede-lijk grote vorm

45228 5 1 13 12 aardewerk gedraaid Rijnlands

rood-beschil derd aardewerk

indet pi-indet 2 1 1 900 1250 ME hard gebakken, roodbaksel met

grijs oppervlak

45228 6 1 22 17 aardewerk gedraaid Rijnlands

roodbeschil derd aardewerk

indet pi-indet 0 1 1 900 1250 ME zeer klein fragment. Geel

baksel waarschijnlijk Rijnlands roodbeschilderd/pingsdorf aardewerk

45228 6 1 17 16 aardewerk gedraaid roodbakkend indet r-indet

loodgla-zuur

dubbelzij-dig

2 1 1 1500 1900 NT klein randfragment. Dik

geglazuurd, NT date ring waarschijnlijk

45228 7 1 45 18

bouwma-teriaal

handgevormd leem leem 10 1 1 fragment verbrand leem.

Date-ring middeleeuws?

45228 7 1 48 19 aardewerk indet grijs indet 3 1 1 -12 1450 ROM/ME klein fragment handgevormd

aardewerk, bak sel wat fijner.

Oppervlak doet niet kogel pot-ach tig aan is echter deels aan-getast. Waarschijn lijk ROM of ME grijs aardewerk

45228 6 1 14 14

bouwma-teriaal

handgevormd leem leem 96 24 24 fragmenten verbrand leem,

enkele met takafdrukken

45228 6 1 14 14 aardewerk handgevormd kogelpot indet kp-indet 25 7 7 800 1300 ME diverse fragmenten

handge-vormd aarde werk, deels ver-brand. Enkele fragmenten grofgema gerd, fijner baksel komt ook voor. Waarschijn lijk allen kogelpot

45228 6 1 14 14 aardewerk gedraaid Rijnlands

roodbeschil derd aardewerk

kogelpot pi-kog

rand-type 9.4b

7 1 1 960 1070 ME randtype 9.4b volgens Sanke,

behorende bij een gedraaide kogelpot. Klingelhard gebakken.

45228 6 1 14 14 aardewerk gedraaid Rijnlands

roodbeschil derd aardewerk

indet pi-indet 3 1 1 900 1250 ME badorf niet geheel uitgesloten.

45228 6 1 14 14 aardewerk gedraaid ruwwandig

wölb- wand-topf

stand-vlak

91 1 1 525 750 VME dik ruwwandig fragment.

Rivierzand mage ring met een beetje veldspaat en wat zwarte mineralen(augiet en dergelijke). Herkomst duits

Badorf en Rijnlands/Lokaal Roodbeschilderd (Pingsdorf) aardewerk

Badorf en het Rijnlands Roodbeschilderd aardewerk werd in het Duitse Vorgebirgte geproduceerd bij de dorpjes Badorf en Pingsdorf en de directe omgeving. Het aardewerk uit deze laatste plaats werd voorheen als Pingsdorf aardewerk aangeduid. Tegenwoordig wordt de term Rijnlands Rood-beschilderd gebruikt. Voor het rond het midden van de 11e eeuw vergelijkbare aardewerk uit Zuid-Limburg wordt de term Lokaal Roodbeschilderd aardewerk gebruikt (Bruin, 1966, Verhoeven, 2007: 30-32). De vormen en decoratie zijn praktisch gelijk aan dat van het Rijnland. Het materiaal uit Zuid-Limburg is iets grover gemagerd, maar de verschillen zijn dusdanig klein dat het onder-scheid maar moeilijk gemaakt kan worden (Boer & Hiddink, 2009: 65-66).

Er is één fragment Badorf (vondstnr. 4) en vier fragmenten Roodbeschilderd aardewerk (vondstnrs.

12, 14 en 17) verzameld bij het onderzoek. Eén randfragment (vondstnr. 14) kon nader gedeter-mineerd worden. Het betreft een gedraaid kogelpotje met randtype 9.4b dat volgens Sanke (2002:

328) gedateerd kan worden in de periode van circa de tweede helft van de 10e eeuw tot en met het derde kwart van de 11e eeuw. De overige scherven kunnen niet nauwkeuriger gedateerd worden dan de algemene looptijd van de fragmenten in de periode 8e/9e eeuw voor het Badorf en 10e tot en met 13e eeuw voor het Roodbeschilderde aardewerk.

Blauwgrijs aardewerk

Tot het blauwgrijze aardewerk wordt het importaardewerk uit Paffrath en Elmpt gerekend (Oskamp in Boer & Hiddink, 2009). Bij het vondstmateriaal is slechts één scherf van een paffrathbaksel (vondstnr. 2) gezien. Dit kan niet nauwkeuriger gedateerd worden dan in de periode 10e/11e eeuw tot en met het begin van de 13e eeuw.6

Rood Maaslands aardewerk

Bij het onderzoek is één klein fragment loodgeglazuurd aardewerk met een roze-rood baksel ver-zameld dat waarschijnlijk uit het Midden Maasgebied afkomstig is (vondstnr. 8). Dit wordt ook wel Andenne-aardewerk genoemd en werd met name in de periode van de 10e tot en met het midden van de 13e eeuw in West-Nederland geïmporteerd (Verhoeven, 1998: 69).

Proto-steengoed

Proto-steengoed vormt samen met Bijna Steengoed de tussenfase tussen het Rijnlands/Lokaal Roodbeschilderd aardewerk en ‘echte’ Steengoed uit de Late Middeleeuwen. Proto-steengoed wordt vanaf het begin tot en met het derde kwart van de 13e eeuw gedateerd. Er is één klein wandfragment Proto-steengoed (vondstnr. 5) gezien. Het is echter niet geheel uitgesloten dat het een laat en grof Roodbeschilderd (Pingsdorf) baksel betreft.

Roodbakkend Aardewerk

Het gedraaide roodbakkend aardewerk verschijnt in grotere aantallen in West-Nederland vanaf 1250. Aan het eind van de Middeleeuwen is het de dominante aardewerkgroep. Binnen het gede-termineerde aardewerk zijn twee fragmenten dik geglazuurd gezien, onder andere afkomstig van

6 Verhoeven gaat uit van een start van de productie in Paffrath in de 10e eeuw. Steinbring stelt dat dit begin 11e eeuw was.

een kom of schaal (vondstnrs. 11 en 16). De scherven kunnen op basis van baksel en glazuur vanaf de 16e eeuw gedateerd worden.

Bouwmaterialen

De bouwmaterialen zijn in twee categorieën onder te verdelen. Er zijn 25 fragmenten verbrande leem (vondstnrs. 14 en 18) en een klein fragment laat- of postmiddeleeuws baksteen (vondstnr. 2) gezien. Bij het verbrande leem is ook aardewerk uit de Volle Middeleeuwen aangetroffen. Dat het leem ook gebruikt is als bouwmateriaal, blijkt uit enkele fragmenten met takafdrukken.

Literatuurlijst

Bartels, M., 1999. Steden in Scherven. Amersfoort.

Bruijn, A., 1966. De Middeleeuwse Pottenbakkerijen in Zuid-Limburg (Nederland). Tongeren.

Boer, E. de & H. Hiddink, 2009. Opgravingen aan de Ter Hofstadlaan te Someren. Zuidneder-landse Archeologische Rapporten 37. Amsterdam.

Hiddink, H., 2009. Bewoningsporen uit de volle Middeleeuwen en de Nieuwe tijd op de Beekse Akkers bij Beek en Donk, gemeente Laarbeek. Zuidnederlandse Archeologische Rapporten 36.

Amsterdam.

Sanke, M., 2002. Die mittelalterliche Keramikproduktion in Brühl-Pingsdorf. Rheinische Aus grabungen Band 50. Mainz.

Bitter, P., 2008. Onderzoeksschema’s Classificatiesysteem. Zwolle.

Steinbring, B., 2004. Das mittelalterliche Kirchspiel Lohn Die Nebenorte. Bonn.

Verhoeven, A.A.A., 1989. Middeleeuws aardewerk uit Bergeyk. In: A.A.A. Verhoeven & F. Theuws (red.); Het Kempenproject 3. De Middeleeuwen centraal. Waalre.

Verhoeven, A.A.A., 1998. Middeleeuws gebruiksaardewerk in Nederland (8ste-13de eeuw).

Amsterdam.

Verhoeven, A.A.A., 2007. Middeleeuws en vroeg-modern aardewerk en glas. Syllabus UvA editie 2007-2008, Amsterdam.