• No results found

Conclusie

Nederland heeft afspraken met de Europese Unie gemaakt over het aandeel duurzame energie in 2020. Om de doelstellingen te bereiken is er een energietransitie nodig waarbij het aandeel duurzame energie van de huidige 4.6 procent naar 14 procent moet stijgen. Een dergelijke transitie en het bijbehorende Nederlandse beleid wordt beïnvloed door de huidige discours over hernieuwbare energie. Om dit inzichtelijk te maken is er in dit onderzoek aan de hand van een framing discoursanalyse een overzicht gemaakt van de verschillende stromingen die de huidige discours over hernieuwbare energie vormgeven. Hiertoe zijn 16 actoren geselecteerd die onderverdeeld zijn in de groepen politieke partijen, belangengroepen en informatieverstrekkers. Door het analyseren van publiek toegankelijke teksten en het vervolgens ordenen van de uitkomsten per actor is getracht een antwoord te vinden op de onderzoeksvraag:

Wat zijn de belangrijkste stromingen in de discours over hernieuwbare energie in Nederland en tot hoeverre zijn deze bepalend voor het behalen van de 2020 doelstellingen?

Voor het beantwoorden van de vraag is het frame van elke actor samengevat en geanalyseerd. De resultaten van de individuele analyse geven een overzicht van alle aanwezige frames en inzicht in de standpunten van elke actor. Om te bepalen welke stromingen dominant zijn in het vormen van de discours is het bereik van de actoren bepaald. Hieruit is gebleken dat de VVD, de PvdA, VNO- NCW en Greenpeace de grootste invloed hebben op het vormen van de discours.

Met een overzicht van de frames en de invloed van de actoren zijn er vier pijlers opgesteld waaraan de stromingen te onderscheiden zijn. Dit zijn de waarom, de hoe, de wie en de rol van de overheid. Elke pijler heeft een bijbehorende indeling waarop de frames gecategoriseerd kunnen worden. Met behulp van de vier indelingen is te bepalen welke stroming de overhand heeft.

De waarom

De waarom van een energietransitie is gebaseerd op de indeling naar rationaliteit van Rydin (2003). Uit deze indeling is te concluderen dat een energietransitie ongeveer evenredig vanuit de wetenschappelijke als de economische rationaliteit verdedigd wordt. De huidige discours wordt dus voornamelijk gevormd door het geloof in klimaatverandering en de urgentie om deze tegen te gaan, en door het zien van economische voordelen in een transitie naar hernieuwbare energieopwekking. In mindere mate wordt de discours gevormd door het geloof dat hernieuwbare energie bijdraagt aan een eerlijkere sociale verdeling. In deze analyse is gekeken naar welke rationaliteit het meest dominant naar voren komt in de frames van actoren. Hoewel er een verdeling is gemaakt, zijn de wetenschappelijke en de economische rationaliteit terug te vinden in het frame van vrijwel elke actor. Dit kan komen doordat de actoren beide rationaliteiten ondersteunen en dan ook op beiden hun frame samenstellen. Echter, bij sommige actoren lijkt het erop dat zij dit niet vanuit een intrinsieke waarde doen maar vanuit de overtuiging dat zij de andere rationaliteit moeten verdedigen willen zij geloofwaardig overkomen. Dit toont aan hoe belangrijk deze twee stromingen zijn in het vormen van de discours. De PVV is de enige partij die vanuit een economische rationaliteit geen duurzame transitie beoogt.

De hoe

Voor het beoordelen van de manier waarop een transitie moet plaatsvinden, is gebruik gemaakt van de indeling van Dryzek (1997). Het draait in deze categorisering om het sociaal- maatschappelijke perspectief waaruit actoren veranderingen willen doorvoeren. De huidige discours wordt het meest beïnvloed door de reformistisch creatieve dimensie welke een verandering van het huidige systeem voor ogen heeft waarin economie en duurzaamheid verenigd worden. Hiernaast zijn er nog twee andere belangrijke dimensies: de radicaal prozaïsche en de radicaal creatieve dimensie. Beiden stromingen hebben een complete omslag van het huidige politiek-maatschappelijk systeem voor ogen. De eerste draagt oplossingen aan die gedefinieerd worden door de industrialisatie terwijl de tweede stroming een extremere omslag bepleit waarin de omgangsvormen compleet veranderen.

Binnen de vraag over hoe een hernieuwbare energie een transitie moet maken, zijn er drie belangrijke stromingen te onderscheiden in de discours.

De wie

Een derde belangrijk onderdeel van de discours gaat over wie er verantwoordelijk wordt gehouden voor een transitie naar hernieuwbare energie. Vooral in deze indeling is er een enorm spanningsveld tussen de verschillende stromingen terwijl deze indicator van essentieel belang is voor het vormen van accuraat beleid. De meeste actoren zien een transitie voortkomen uit de samenleving. Deze groep bestaat voornamelijk uit belangengroepen voor natuur of duurzame energie. De overheid, de wetenschap en de markt worden daarnaast ook gezien als aanvoerder van een energietransitie. Hoewel ook hier de meeste actoren meerdere partijen verantwoordelijk houden en zich dus niet per definitie op één partij richten, zijn hier toch essentiële verschillen te ontdekken in de frames. De afwezigheid van overeenstemming over wie er verantwoordelijk is, belemmert een beleidsvoering waar alle actoren zich in kunnen vinden.

De rol van de overheid

De Nederlandse overheid heeft de duurzame energie doelstellingen met de EU gesloten en speelt een belangrijke rol in het realiseren van de transitie. De manier waarop de overheid moet handelen is een belangrijk onderwerp in de frames van de actoren en ook hier lopen de meningen over uiteen. De actoren zijn ingedeeld op hoe zij de rol van de overheid zien. Dit is onderverdeeld op of de overheid een top-down of een bottom-up aanpak moet hanteren en of zij moet ingrijpen of stimuleren. De helft van de actoren pleit voor een bottom-up aanpak die uitgaat van stimulering. Echter, de andere helft van de actoren verdedigt een top-down aanpak hoewel hier een tweestrijd bestaat tussen de keuze voor ingrijpen of stimuleren.

Alle actoren zijn actief bezig met het thema hernieuwbare energie. Alhoewel het niet altijd duidelijk is of zij dit uit een intrinsieke waarde doen of dat zij meedoen omdat ze het onderwerp niet links kunnen laten liggen, geeft de actieve discussie wel weer dat dit onderwerp momenteel van groot belang is. De bovenstaande indelingen tonen aan dat er veel verschillende stromingen aanwezig zijn binnen de vier pijlers. Over het algemeen is te stellen dat de meeste actoren een duidelijke voorkeur hebben maar dat zij ook vaak andere stromingen in hun frames opnemen. Dit

demonstreert dat actoren inzien dat het opnemen van andere stromingen zal leiden tot geloofwaardigheid bij een breder publiek.

Ondanks de brede aandacht en ondersteuning voor het onderwerp laten de grote verschillen in frames ook zien dat er nog geen eenduidige weg ingeslagen kan worden richting de doelstellingen. Een energietransitie naar een aandeel van 14 procent hernieuwbare energie in 2020 behoeft een sterke samenwerking tussen alle betrokken actoren en een brede ondersteuning van de samenleving. Het botsen van stromingen zal een snelle en krachtige transitie in de weg staan. Vanuit dit oogpunt is het waarschijnlijk dat de EU 2020 doelstellingen over hernieuwbare energie niet gehaald zullen worden. Toch kan de grote verscheidenheid ook voordelen met zich meebrengen. Doordat er meerdere partijen verantwoordelijk worden gehouden voor de transitie zal er ook uit meerdere hoeken actie komen. Zo hoeft Nederland niet te wachten op één partij maar zal een transitie naar een hernieuwbare energievoorziening vanuit alle kanten worden ingezet. Of de doelstellingen uiteindelijk behaald worden is daarnaast ook nog afhankelijk van mogelijke incidenten of grote veranderingen. Zo kan een olieramp het bewustzijn onder de mensen vergroten en de transitie versnellen terwijl het vinden van nieuwe olievelden de noodzaak voor een transitie kan verkleinen.

Discussie

Dit onderzoek heeft uiteraard ook zijn beperkingen. Allereerst is er sprake van een kwalitatief onderzoek waarin het de rol van de onderzoeker is om data te interpreteren. Hierdoor is het aannemelijk dat wanneer exact hetzelfde onderzoek door iemand anders wordt uitgevoerd, er toch sprake kan zijn van een andere interpretatie wat resulteert in afwijkende resultaten. Om deze afwijking in te perken is zo veel mogelijk gebruik gemaakt van letterlijke teksten zoals deze door de actoren zijn geschreven of geuit.

Een tweede beperking komt voort uit beperkte middelen en tijd. Er is een analyse van 16 actoren uitgevoerd hoewel er nog meer actoren zijn die actief de discours proberen te beïnvloeden. Binnen de tijdslimiet was het onmogelijk om alle publicaties en uitspraken van elke actor mee te nemen in de analyse. Er is gekozen voor de meest toegankelijke stukken om zo toch de hoofdpunten te ontleden.

Ten derde zijn de frames ingedeeld op vier verschillende pijlers omdat deze verdeling een praktische toepassing kent. Wederom moest er een keuze worden gemaakt die rekening houdt met de beperkte middelen en tijd. Wanneer het onderzoek uitgebreid zou worden, is het interessant om de frames ook in te delen binnen bekend benoemde discoursen.

Aanbeveling

Aanbeveling 1

Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat er een grote verdeeldheid is onder de actoren. Daarom is het van belang om te focussen op de overeenkomsten. Vrijwel alle actoren nemen de Nederlandse afhankelijkheid mee in hun argumentatie. Op het moment dat er beleid wordt gevoerd

dat zich baseert op het onafhankelijk maken van Nederland, is er een grote kans dat meerdere actoren meewerken in plaats van er tegenin gaan. De grootste verdeeldheid bestaat in de discussie over het gebruik van kernenergie en gas. Om te voorkomen dat de tweedeling sterker wordt, is het aan te bevelen om binnen het thema hernieuwbare energie de discussie over kernenergie en gas zo veel mogelijk links te laten liggen.

Aanbeveling 2

Dit onderzoek heeft een overzicht gegeven van de huidige discours over hernieuwbare energie. In een vervolgonderzoek kan het interessant zijn om de Nederlandse discours te vergelijken met de discours van een land dat voorloopt op het gebied van duurzaamheid. Daarmee kan bezien worden wat er momenteel mist in Nederland waardoor we achterlopen in Europa.

Referenties

Aedes (2013, 6 september) Energieakkoord helpt woningcorporaties met energiebesparing. Geraadpleegd op 17 april 2014 van: http://www.aedes.nl/content/artikelen/bouwen-en-energie/energie-en-duurzaamheid/energieakkoord-helpt-ook- woningcorporaties-met-ene.xml

Aedes (2013, 18 september) Extra geld voor energiebesparende maatregel. Geraadpleegd op 17 april 2014 van:

http://www.aedes.nl/content/artikelen/bouwen-en-energie/energie-en-duurzaamheid/extra-geld-voor- energiebesparende-maatregelen.xml

Aedes (2014, 27 maart) Huurwoningen steeds energiezuiniger. Geraadpleegd op 17 april 2014 van:

http://www.aedes.nl/content/artikelen/bouwen-en-energie/energie-en-duurzaamheid/huurwoningen-steeds- energiezuiniger.xml

Aedes (z.j.) Energie en duurzaamheid. Geraadpleegd op 17 april 2014 van:

http://www.aedes.nl/content/dossiers/energie-en-duurzaamheid.xml

Autoriteit Consument en Markt (2013) Notitie ACM over sluiting 5 kolencentrales in SER Energieakkoord. Opgehaald op 2 mei 2014 van: https://www.acm.nl/nl/publicaties/publicatie/12033/Notitie-ACM-over-sluiting-5-kolencentrales-in- SER-Energieakkoord/

Boot, P., Boer, H. de, Hoorn, A. van, Koelemeijer, R., Notenboom, J., Ros. J., (2014) Windenergie. Argumenten bij vijf

stellingen. Policy brief 1396. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving

Bryman, A., (2012) Social Research Methods.Oxford University Press, Oxford (4th edition) Chapter 3.

CDA (2014a) Duurzaamheid. Geraadpleegd op 11 april 2014 van:

https://www.cda.nl/standpunten/standpunt/duurzaamheid/

CDA (2014b) Energie. Geraadpleegd op 11 april 2014 van: https://www.cda.nl/standpunten/standpunt/energie/

CDA (2014c) Kernenergie. Geraadpleegd op 11 april 2014 van:

https://www.cda.nl/standpunten/standpunt/kernenergie/

CDA (2014d) Schaliegas. Geraadpleegd op 11 april 2014 van: https://www.cda.nl/standpunten/standpunt/schaliegas/

CDA (z.j. a) Thema duurzaamheid. Geraadpleegd op 11 april 2014 van:

https://www.cda.nl/standpunten/thema/duurzaamheid/

CDA (z.j. b) Thema Europa. Geraadpleegd op 11 april 2014 van: https://www.cda.nl/standpunten/thema/europa/

Centraal Bureau Fondsenwerving (z.d.) Geraadpleegd op 7 juni 2014 van: http://www.cbf.nl/Instelling- organisatie/3923/Greenpeace-Nederland-St

D66 (z.j. a) Duurzame energie. Geraadpleegd op 13 april 2014 van: https://d66.nl/standpunt-over/duurzame-energie/

D66 (z.j. b) Groene groei. Geraadpleegd op 13 april 2014 van:

https://d66.nl/standpunt-over/groene-groei/

D66 (z.j. c) Energiebesparing. Geraadpleegd op 13 april 2014 van: https://d66.nl/standpunt-over/energiebesparing-2/

D66 (z.j. d) Kernenergie. Geraadpleegd op 13 april 2014 van: https://d66.nl/standpunt-over/kernenergie/

De volledige Volkskrant top 200 van invloedrijkste Nederlanders 2013 (2013, 30 november) Volkskrant.

http://www.volkskrant.nl/vk/nl/11784/Top-200-van-de-macht/article/detail/3553664/2013/11/30/De-volledige- Volkskrant-Top-200-van-invloedrijkste-Nederlanders-2013.dhtml

Devall, B., en Sessions, G., (1985) Deep Ecology: Living as if Nature Mattered. Salt Lake City, UT: Peregrine Smith

Dryzek, J.S., (1997) The Politics of the Earth: Environmental Discourses. Oxford: Oxford University Press

ECN (z.j. a) Energie innovatie. Geraadpleegd op 6 mei 2014 van: https://www.ecn.nl/nl/energie-innovatie/

ECN (z.j. b) Visie & missie. Geraadpleegd op 6 mei 2014 van: https://www.ecn.nl/nl/over-ecn/visie-missie/

ECN (z.j. c) Producten en diensten. Geraadpleegd op 6 mei 2014 van: https://www.ecn.nl/nl/producten-en-diensten/

e-Decentraal (z.j. a) Leden. Geraadpleegd op 4 mei 2014 van: http://www.e-decentraal.com/leden/leden/

e-Decentraal (z.j. b) De visie van e-Decentraal is:. Geraadpleegd op 4 mei 2014 van: http://www.e-decentraal.com/over-e- decentraal/visie-missie-en-strategie/

Greenpeace (2013) Energy[r]evolution: a sustainable Netherlands energy outlook. Rapport van Greenpeace.

Greenpeace (z.j. a) Greenpeace Nederland. Geraadpleegd op 2 mei 2014 van: http://www.greenpeace.nl/#

Greenpeace (z.j. b) Wind en zon hebben de toekomst!. Geraadpleegd op 2 mei 2014 van:

http://www.greenpeace.nl/campaigns/schone-energie/De-oplossing1/

Greenpeace (z.j. c) Het probleem. Geraadpleegd op 2 mei 2014 van: http://www.greenpeace.nl/campaigns/schone- energie/het-probleem/

Hajer, M. & Versteeg, W., (2005) A decade of discourse analysis of environmental politics: achievements, challenges, perspectives. Journal of Environmental Policy and

Planning, 7 (3): 175–184

Kiesraad (z.d) Verkiezingsuitslagen Tweede Kamer 1918-heden. Geraadpleegd op 5 juni 2014 van:

http://www.verkiezingsuitslagen.nl/Na1918/Verkiezingsuitslagen.aspx?VerkiezingsTypeId=1

Leiserowitz A.A., Kates R.W., Parris T.M., (2006) Sustainability values, attitudes, and behaviors: a review of multinational and global trends. Annual Review of Environment and Resources. 2006 (31) :413–44

Mol, A., (1997) Ecological Modernization: Industrial transformations and environmental reform. In: Redclift, M.R., en Woodgate, G. (1997). The international handbook of environmental sociology. Cheltenham: Edward Elgar Publishing Limited

Natuur en Milieu (2014, 24 januari) Europees klimaatbeleid is teleurstellend. Geraadpleegd op 6 mei 2014 van:

http://www.natuurenmilieu.nl/nieuws/20140124-europees-klimaatbeleid-is-teleurstellend/

Natuur en Milieu (z.j. a) Over ons. Geraadpleegd op 6 mei 2014 van: http://www.natuurenmilieu.nl/over-ons/over-ons/

Natuur en Milieu (z.j. b) Doelstelling en strategie. Geraadpleegd op 6 mei 2014 van: http://www.natuurenmilieu.nl/over- ons/doelstelling-en-strategie/

Natuur en Milieu (z.j. c) Intro energie. Geraadpleegd op 6 mei 2014 van:

http://www.natuurenmilieu.nl/themas/introenergie/

Natuur en Milieu (z.j. d) Zuinige huizen. Geraadpleegd op 6 mei 2014 van:

http://www.natuurenmilieu.nl/themas/energie/wonen/

PvdA (z.j. a) Klimaat- en energiebeleid. Geraadpleegd op 10 april 2014 van:

http://www.pvda.nl/standpunten/groen/Klimaat-+en+energiebeleid

PvdA (z.j. b) Duurzaamheid. Geraadpleegd op 10 april 2014 van:

http://www.pvda.nl/standpunten/groen/Duurzaamheid

PvdA (z.j. c) Kernenergie. Geraadpleegd op 10 april 2014 van: http://www.pvda.nl/standpunten/groen/Kernenergie

PvdA (z.j. c) Bevoegdheden Europa. Geraadpleegd op 10 april 2014 van:

http://www.pvda.nl/standpunten/Europa/Bevoegdheden+Europa

PVV (2012) Hun Brussel, ons Nederland. Verkiezingsprogramma 2012-2017.

Rein, M., & Schön, D., (1993) Reframing Policy Discourse. In F. Fischer & J. Forester (Red.) The Argumentative Turn (p. 145-166). Durham en Londen: Duke University Press.

Rijksoverheid (z.d.) Energieakkoord: meer energiebesparing, meer banen. Geraadpleegd op 18 maart 2014 van:

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/energie/energieakkoord

Rydin Y., (2003) Conflict, Consensus and Rationality in Environmental Planning: an Institutional Discourse Approach. Oxford: Oxford University Press:

SP (2014) Superstaat nee, samenwerken ja. Verkiezingsprogramma Europese verkiezingen 22 mei 2014.

SP (z.j. a) Duurzame energie. Geraadpleegd op 11 april 2014 van:

http://www.sp.nl/milieu/standpunten/milieu/standpunten/cd_259/standpunt_over_duurzame_energie.html

SP (z.j. b) Energie. Geraadpleegd op 11 april 2014 van:

http://www.sp.nl/milieu/standpunten/milieu/standpunten/cd_127/standpunt_over_energie.html

SP (z.j. c) Energie en klimaatonderzoek. Geraadpleegd op 11 april van:

http://www.sp.nl/standpunten/cd_415/standpunt_over_energie_en_klimaatonderzoek.html

SP (z.j. d) Kernenergie. Geraadpleegd op 11 april van:

http://www.sp.nl/standpunten/cd_129/standpunt_over_kernenergie.html

SP (z.j. e) Windenergie. Geraadpleegd op 11 april van:

http://www.sp.nl/standpunten/cd_403/standpunt_over_windenergie.html

SP (z.j. f) Gas als overgangsbrandstof. Geraadpleegd op 11 april van:

http://www.sp.nl/standpunten/cd_391/standpunt_over_gas_als_overgangsbrandstof.html

SP (z.j g) Europese Unie en milieu. Geraadpleegd op 11 april van:

http://www.sp.nl/europa/standpunten/europa/standpunten/cd_71/standpunt_over_europese_unie_en_milieu.html

Szarka, J. (2004) Wind Power, Discourse coalitions and climate change: Breaking the stalemate. European Environment, 14: 317-330

Tweede Kamer de Staten Generaal (2014, 20 mei) Kamerdebat Wijziging van de Wet milieubeheer (jaarverplichting

hernieuwbare energie vervoer, hernieuwbare brandstofeenheden en elektronisch register hernieuwbare energie vervoer)

(33834). Geraadpleegd op 28 mei 2014 van:

http://www.tweedekamer.nl/vergaderingen/plenaire_vergaderingen/details/index.jsp?date=20-05-2014#2014A01785

Twitter (z.j) Geraadpleegd op 2 juni 2014 van: www.twitter.com

Urgenda (z.j. a) De Missie van Urgenda: Samen Sneller Duurzaam. Geraadpleegd op 20 mei 2014 van:

http://urgenda.nl/over-urgenda/missie/

Urgenda (2014) Nederland: 100 % duurzame energie in 2030. Rapport Urgenda. Ecodrukkers: Nieuwkoop

VNO-NCW (z.j. a) Leden en regio’s. Geraadpleegd op 15 april 2014 van: http://www.vno- ncw.nl/over_vnoncw/leden_en_regios/Pages/default.aspx

VNO-NCW (z.j. b) Duurzaam ondernemen. Geraadpleegd op 15 april 2014 van: http://www.vno-

ncw.nl/Publicaties/Dossiers/Pages/Duurzaam_ondernemen_164.aspx?source=%2fpublicaties%2fdossiers%2fPages%2f default.aspx#.U52ZEfmSzTo

VNO-NCW (z.j. c) Energie. Geraadpleegd op 15 april 2014 van: http://www.vno-

ncw.nl/Publicaties/Dossiers/Pages/Energie_130.aspx?source=%2fpublicaties%2fdossiers%2fPages%2fdefault.aspx#.U5 2ZyvmSzTo

VNO-NCW (2014, 31 maart) Europees energiebeleid moet spoedproject worden. Geraadpleegd op 15 april 2014 van:

http://www.vno-

ncw.nl/Publicaties/Nieuws/Pages/Europees_energiebeleid_moet_spoedproject_worden_2770.aspx#.U52Ye_mSzTo

VVD (z.j.) Standpunten. Geraadpleegd op 10 april 2014 van: http://www.vvd.nl/standpunten

Vries, A. de. (2014, 15 april) Stem voor omwonende bij plaatsten windmolens. Geraadpleegd op 10 april 2014 van:

http://www.pvda.nl/berichten/2014/04/Stem+voor+omwonenden+bij+plaatsen+windmolens

Wijngaart, R. van den, Folkert, R., & Middelkoop, M. van. (2014) Op weg naar een klimaatneutrale woningvoorraad in 2050.

Investeringsopties voor een kosteneffectieve energievoorziening. Beleidsstudie 738. Den Haag: Planbureau voor de

Leefomgeving.

Respondenten

Respondent Planbureau voor de Leefomgeving. Interview op 6 mei 2014, Den Haag.

Respondent e-Decentraal. Interview op 8 mei, Amsterdam