• No results found

Algemeen besluit

In document Meten is weten (pagina 196-199)

Enkele obstakels bij het meten van gemeentelijke administratieve sancties

4. Algemeen besluit

Deze bijdrage had tot doel meer duiding te geven bij het meten van overlast, en gemeen-telijke administratieve sancties in het bijzonder. Dat werd gedaan aan de hand van drie delen. In het eerste deel werd stilgestaan bij mogelijke valkuilen bij het interpreteren van cijfers en moeilijkheden bij het meten van overlast. In het tweede deel gaven we meer toelichting bij onderzoek dat reeds gevoerd werd naar de invoering en de toepassing van GAS door gemeenten. Uit deze onderzoeken konden drie relevante kenmerken afgeleid worden die een invloed kunnen hebben op de toepassing van GAS: “demografische” factoren, “sociaaleconomische” kenmerken en “bestuurlijke” kenmerken. Zij geven specifiek uiting aan de lokale beleidskeuzes en de lokale context. In het derde deel vergeleken we de cijfers over de instroom en de uitstroom van GAS-dossiers in drie ver-schillende Vlaamse gemeenten. Stap per stap werd een vergelijking opgebouwd tussen de gemeenten en werden de obstakels bij het meten van overlast en het vergelijken van de toepassing van GAS in de praktijk alsmaar duidelijker. Hoe dieper we de vergelijking tussen de gemeenten probeerden voeren, hoe moeilijker de vergelijking werd. Uit ons onderzoek kunnen we een aantal tips voor toekomstig onderzoek afleiden. Zelfs wanneer de onderzoeker ten volle rekening houdt met de louter theoretische obstakels die zich stellen bij het meten van “overlast”, zoals die heel duidelijk geschetst zijn in deze bijdrage (de context waarin cijfers verzameld worden, subjectiviteit en veranderlijkheid van het begrip, categorisering en definiëring), is het voorbereidend werk niet ten einde. De onderzoeker moet vervolgens nagaan welke instrumenten een bestuur gebruikt om het overlastfenomeen aan te pakken. Gemeentelijke administratieve sancties zijn slechts één instrument in de strijd tegen overlast, dat naast een veelheid van andere beleidsinstrumenten bestaat. Wanneer de onderzoeker daarna historisch onderzoek (in casu over de toepassing van GAS) vergelijkt, moet het cijfermateriaal kritisch bekeken worden en binnen de eigen beleidscontext geplaatst worden. Dat kan gebeuren op basis van drie “relevante kenmerken” die cijfermatige verschillen tussen gemeenten kunnen duiden.

We namen in deze bijdrage zelf de proef op de som. We probeerden cijfermateriaal over de toepassing van GAS in drie verschillende Vlaamse gemeenten met elkaar te vergelijken en reden ons daarbij al snel vast in de vergelijking. Zowat alle obstakels

die we hierboven bespraken, traden op de voorgrond bij een poging om een overlast in cijfers uit te drukken, bijvoorbeeld door de hoeveelheid GAS-boetes in gemeenten te vergelijken. Als wij er al niet in slagen om een obstakelvrije vergelijking te maken, dan heeft het er alle schijn van dat de onderzoeker, mandataris of burger die een gelijkaardige oefening probeert te maken, al even snel op dezelfde obstakels zal stoten.

Er kan dan ook besloten worden dat cijfermateriaal, of het nu bedoeld is om “overlast” of gemeentelijke administratieve sancties te meten, steeds moet bekeken worden in de context waarin het verzameld wordt en minstens getoetst moet worden aan diverse “relevante kenmerken” die een invloed kunnen hebben op het uiteindelijke resultaat. Cijfers moeten dus gekaderd worden binnen een groter geheel en met aandacht voor de context vergeleken worden. Indien we daarmee geen rekening houden, dan blijft de strijd tegen overlast in Antwerpen voor eeuwig en altijd “groter” dan in Herstappe.

Bibliografie

Billiet, J. & Waege, H. (2006). Een samenleving onderzocht : methoden van sociaalweten-schappelijk onderzoek. Antwerpen, De Boeck.

Cammaert, F. (2006). Onderzoeksrapport – Evaluatie van de toepassing van de wet be-treffende de Administratieve Sancties in de gemeenten – Gemeentelijke Administratieve sancties, onuitg. Zie ook: www.besafe.be/publicaties/gemeentelijke-administratieve-sancties, geraadpleegd in september 2016.

Deklerck, J. & Pleysier S. (2006). Over hondenpoep en hangjongeren. Een verkennend onderzoek naar overlastfenomenen in parken en groenzones. Tijdschrift voor Veiligheid, 2006, 1, 5-20.

De Schepper, T. & Fayad, L. (2015) Gemeentelijke administratieve sancties 2015: in-voering en toepassing in Gemeentelijke Administratieve Sancties. De bestuurlijke aanpak van overlast, losbl., Brussel, Politeia, 2015/2.

De Schepper, T. & Fayad, L. (2016) Onbekend is onbemind. Een aantal ervaringen en ontwikkelingen uit de bestuurspraktijk als mogelijk antwoord op maatschappelijke vragen over het gemeentelijk administratief sanctierecht in sanctierecht in Orde van de Dag, 2016, 1, 11-26.

De Sutter, T. (red.) (2010). Gemeentelijke administratieve sancties. Balans 1999-2009, Brugge, Die Keure.

Desmet, N. (2010). Integrale veiligheid: gemeenten roeien met de riemen die ze heb-ben in Lokaal, 2010, 7, 32-34.

Dupuis, B., et al. (red.) (2013). Jaarverslag Federale Politie 2012, onuitg.

Geudens, G. (2015). Gemeentelijke administratieve sancties: een stand van zaken na de wet van 24 juni 2013 en haar uitvoeringsbesluiten in Rechtskundig Weekblad, 2015-2016, 6, 203-222.

Kadernota Integrale Veiligheid 2004, federale ministerraad, 30 maart 2004. Kadernota Integrale Veiligheid 2016-2019, federale ministerraad, 3 juni 2016.

Pauwels, L. (2010). Criminaliteit en onveiligheid in cijfers? Reader criminografie. Gent, Universiteit Gent.

Rasschaert, M. (2014-2015). Toepassing van administratieve sancties bij “kleine misdrijven”. Hoe staan betrokken actoren tegenover de uitbreiding van het toepassingsgebied?, masterproef van de opleiding Master in de criminologie, Universiteit Gent, academiejaar 2014 – 2015, promotor Prof. Dr. B. De Ruyver, onuitg.

Smoos, S. (2006). L’evolution des sanctions administratives communales: de 1999 à 2006, UVCW, 2006. Zie ook: www.uvcw.be/espaces/police/sanctions-administratives, geraadpleegd in september 2016.

Van Heddeghem, K. (2005). En nu volle GAS vooruit? – Gemeentelijke administratieve sancties moeizaam uit de startblokken in Politiejournaal & Politieofficier, juni 2005, 6, 6-11. Van Liempt, A. (2010). Leefbaarheid in Sint-Truiden: hoe te meten? In Cahiers Politie-studies, december 2010, 17.

VVSG (2008). Samenvatting onderzoek toepassing gemeentelijke administratieve sanc-ties (26 november 2008), www.vvsg.be/veiligheid, geraadpleegd in september 2016. VVSG (2014). Onderzoek naar de implementatie en toepassing van de nieuwe GAS-wetgeving in Vlaamse gemeenten, studie uitgevoerd door Laurent Fayad, professionele bachelor in de rechtspraktijk, in opdracht van VVSG, www.vvsg.be/veiligheid, geraadpleegd in september 2016.

Warnez, B. (2014). De interbestuurlijke samenwerking inzake gemeentelijke adminis-tratieve sancties in T.Gem., 2014,1, 2-15.

Warnez, B. (2015). De interbestuurlijke samenwerking inzake gemeentelijke admi-nistratieve sancties in Gemeentelijke Admiadmi-nistratieve Sancties in Gemeentelijke Admi-nistratieve Sancties. De bestuurlijke aanpak van overlast, losbl., Brussel, Politeia, 2015/1.

2de proef

Slim netwerken als basis voor een goede

In document Meten is weten (pagina 196-199)