• No results found

Afzonderlijke scenario’s

2 Kwalitatieve analyse van het systeem van zorg

2.3 Vergroten effectiviteit en efficiëntie van behandeling of diagnose door medische technologie

3.3.1 Afzonderlijke scenario’s

De resultaten voor de scenario’s worden weergegeven als grafiek. In prin- cipe kan van iedere modelvariabele een grafiek worden gemaakt. Omwille van de bondigheid van de rapportage wordt hier volstaan met grafieken van:

- het aantal kinderen, volwassenen en ouderen met overgewicht - het aantal personen met diabetes II

- het aantal personen dat aan een vermageringsprogramma meedoet - het aantal personen met prediabetes langdurig onder controle - het extra aantal bezoeken aan een huisarts in verband met overge-

wicht en diabetes (ten opzichte van 2010)

- het aantal ziekenhuisopnames in verband met diabetes 2. Scenario Korte karakteristiek

Basis De trend van een toename van de BMI bij kinderen, volwassen

en ouderen zet in de hele periode door. Zo stijgt de fractie van het aantal volwassen met een BMI tussen 25 en 30 door tot 50%. Algemene preventie

(Afvallen)

De trend wordt door ingrijpende preventie tot staan gebracht en omgebogen. Er wordt over de hele linie ingezet op het halveren van de fractie met overgewicht, binnen een periode van tien jaar.

Programma Over de hele linie worden mensen met overgewicht begeleid

(bijvoorbeeld door diëtisten) bij het afvallen. Het doel is om de te komen tot een halvering van het aantal mensen met overgewicht. Echter deze programma’s hebben een lange looptijd en kennen een successcore van maximaal 30%. Omdat de capaciteit er ook nog niet is, duurt het een tijd voordat de programma’s daadwerkelijk bestaan.

Controle Mensen met het voorstadium van diabetes worden gestimuleerd om

minder te eten, meer te bewegen, medicijnen te gaan gebruiken, etc. om te voorkomen dat zij ‘full blown’ diabetes 2 krijgen. Er wordt aangenomen dat deze groep in omvang wordt gehalveerd. In dit scenario wordt ook meer ingezet op zelfmanagement.

Combinatie De scenario’s afvallen tot en met controle worden gecombineerd,

met als doel om te laten zien wat er moet gebeuren om het aantal diabetes 2-patiënten in 2045 even hoog te laten zijn als nu, waarbij in de tussentijd het aantal diabetespatiënten niet mag uitkomen boven de RIVM-prognose voor 2025 (ca. 1.3 miljoen).

De scenario’s die ingrijpen op preventie en ‘behandeling’ van overgewicht (afvallen en programma) hebben tot effect dat in iedere leeftijdscategorie het aantal (veel) te zware personen daalt. Opvallend is dat dit niet overal met gelijke snelheid gaat. De reden hiervoor ligt in de gemodelleerde mechanismen. Deze zorgen er onder ander voor dat er een deel van de mensen die in de obese-groep afvallen, toch nog een BMI houden van boven de 25. Daarmee wordt de afname van het aantal te zware personen in die bewuste groep getemperd.

Ook laten de resultaten zien dat algemene preventie sneller tot resulta- ten leidt dan de selectieve preventie door afvalprogramma’s voor alleen personen met overgewicht. Dit wordt veroorzaakt doordat de algemene preventie aangrijpt op een grotere groep personen, maar vooral ook doordat in het model rekening is gehouden met de capaciteit diëtisten in Nederland en een voorzichtige groei van de capaciteit in deze beroeps- Figuren 3.7a-f: Resultaten voor verschillende variabelen voor door-

Het scenario controle heeft geen impact op het aantal personen met overgewicht. Dit scenario valt dan ook voor deze variabelen samen met het basisscenario.

Een ander mechanisme dat werkt in bovenstaande scenario’s is dat wanneer het aantal kinderen of volwassenen met overgewicht daalt, op termijn volwassenen en ouderen met overgewicht zal afnemen. Dit is een gevolg van het gemodelleerde mechanisme ‘jong geleerd…’ (overgewicht blijft wanneer een kind op volwassenen respectievelijk volwassen of ou- der, 65+, wordt). Daarnaast zijn er verschillende trends tegelijkertijd aan het werk: de omvang van de leeftijdgroep wordt door de demografische ontwikkeling beïnvloed, maar ook door de verwachte (deels autonome) trend in de toename van de fractie personen met een te hoog BMI. Het meest rigoureuze effect wordt bereikt door massief in te zetten op preventie van overgewicht, met als doelstelling om binnen tien jaar de groep te zware mensen te halveren.

Hoe haalbaar dat is, laten de onderstaande grafieken zien.

In deze twee grafieken is te weergegeven hoe groot de inspanning moet zijn om de (in twee van de drie scenario’s) opgelegde doelstellingen realiseren over het terugbrengen van het aantal (veel) te zware mensen. Er zullen zeer veel mensen (miljoenen!) bezig zijn met programma’s om het gewicht te verlagen of zijn bezig met het onder controle houden van de ziekte in een vroeg sta- dium. Beide grafieken horen bij verschillende scenario’s, de aantallen mogen niet bij elkaar worden opgeteld!

Hier is veel geld voor nodig, we kunnen dat op dit moment niet exact becij- feren. Hooguit kunnen we een orde van grootte noemen: voor het afvallen in programma’s oplopend tot een paar honderd miljoen in 2040. De kosten van preventie van ontwikkelen van overgewicht zijn hierin niet meegenomen. Figuur 3.8a en b: Resultaten wat betreft aantal personen in

De vraag is nu hoe deze aanzienlijke afnamen in het model zullen door- werken op het aantal mensen met diabetes 2. In de berekeningen die wij hebben gemaakt, komen we voor het basisscenario hoger uit dan de RIVM-prognoses31: meer dan 2 miljoen. Een reden hiervoor is dat we re-

kening houden met een voortgaande trend in het aantal te zware mensen en met het langer leven van de groep mensen met diabetes 2.

Figuur 3.9: Resultaten wat betreft aantal personen met diabetes

Het aantal mensen dat ondanks de ingrijpende preventiemaatregelen toch diabetes 2 krijgt, blijft in alle scenario’s een hardnekkig stijgende lijn vertonen. Omdat de groep mensen met diabetes 2 bij het begin van de simulatie groot is (700.000) en deze groep voor een groot deel uit volwassenen bestaat die nog gemiddeld 25 jaar te leven hebben, werkt de afname in de instroom in deze groep zeer gedempt door. Omdat tegelijkertijd de levensverwachting in het model toeneemt (door innova- ties in de medische wetenschap) wordt de ‘natuurlijke’ afname van deze groep ook nog afgeremd. Tegelijkertijd wordt de instroom van het aantal mensen met prediabetes weliswaar ‘afgeknepen’, maar omdat die groep nog een grote omvang heeft, stromen er nog veel mensen door naar de groep mensen met diabetes 2.

Het meeste rendement wat betreft het terugbrengen van het aantal dia- betespatiënten wordt bereikt door in scenario controle ervoor te zorgen dat in het behandelbare, mogelijk ‘omkeerbare’, stadium, de doorontwik- keling naar diabetes 2 te stoppen. Dat scheelt in 2045 ongeveer 650.000 diabetespatiënten. Ook hiervoor geldt dat door een te verwachten ont- wikkeling in de medische technologie hier in de toekomst meer mogelijk- heden voor het voorkomen hiervan zullen liggen.

Vervolgens kunnen we de gevolgen zichtbaar maken voor het huisartsbe- zoek en de ziekenhuisopnamen.

In bovenstaande twee grafieken is een schatting gemaakt van een tweetal gevolgen van de gemodelleerde ontwikkelingen. De toename van het aantal huisartsbezoeken is berekend door gebruik te maken van de erva- ringscijfers uit Nederland (en België) over de relatie tussen de bezoekfre- quentie en de mate van overgewicht. Verder is geschat dat mensen met diabetes 2 gemiddeld maandelijks éénmaal de huisarts bezoeken. Het aantal extra ziekenhuisopnames is berekend door de huidige gege- vens over ziekenhuisopname in verband met diabetes 2 te combineren met de aantallen die in het model worden berekend.

Wanneer we kijken naar de termijn waarop de effecten van de scenario’s preventie en afvallen worden bereikt, valt op dat deze pas op langere termijn tot substantiële daling leiden in het aantal diabetespatiënten en van de kosten. Bijvoorbeeld: in het scenario afvallen moeten de grootste inspanningen tussen 2010 en 2020 worden gedaan, terwijl de effecten daarvan op het aantal diabetespatiënten pas na 2030 substantieel zijn. Het aantal huisartsbezoeken wordt wel direct gunstig beïnvloed, maar het aantal ziekenhuisopnames gaat ook pas na 2025 afwijken van het basis- scenario. De kosten gaan dus werkelijk voor de baten uit.