• No results found

Acceptatie bij werknemers

In document Samen veilig werken (pagina 36-43)

In dit hoofdstuk wordt de volgende onderzoeksvraag beantwoord: ‘’In hoeverre zullen de nieuwe normen worden geaccepteerd door de werknemers?’’. Deze vraag is beantwoord door middel van een enquête. De enquête is terug te vinden in bijlage V.

Implementatie van OHSAS 18001:2007 gaat gepaard met een veranderingsproces. Er zijn namelijk extra eisen en normen waaraan werknemers moeten voldoen wanneer ze willen werken volgens de manier die OHSAS 18001:2007 voorschrijft. Een aantal voorbeelden hiervan zijn:

 Een beter uitgevoerde RI&E (Risico Inventarisatie & Evaluatie), zodat meer

beheersmaatregelen van risico’s naar voren komen voor een betere veiligheid op de werkplek. De beheersmaatregelen moeten nagestreefd worden.

 Bij veel organisaties is de Rl&E en momentopname. Omdat organisaties steeds veranderen zijn ook de Arboaspecten die kunnen leiden tot onveilige situaties aan verandering onderhevig. Niet voor niets is ‘Management of Change’ een belangrijk onderdeel binnen de OHSAS- norm. Bij veranderingen worden de inventarisatie en evaluatie steeds bijgewerkt en doelstellingen en programma’s aangepast aan de actuele situatie. Het managementsysteem speelt in op een dynamische situatie (SCCM, 2010).  Door een combinatie van aandacht voor communicatie, follow-up door interne audits en

het sturen op prestatiedoelstellingen, is de kans op daadwerkelijke verbetering sterk toegenomen.

 De ‘Plan-Do-Check-Act’ cyclus moet worden nagestreefd. Dit is het plannen, uitvoeren, controleren van uitvoering en het nemen van verbetermaatregelen. In de regel wordt een cyclus van een jaar aangehouden om voor de organisatie als geheel doelstellingen te formuleren en de realisatie daarvan te beoordelen. Uiteraard kunnen er onderdelen zijn waar de cyclus korter in is. Dit geldt in het bijzonder voor activiteiten waarvan de risico’s het grootst zijn. Daar zal vaker de ‘vinger aan de pols; worden gehouden. Jaarlijks dient de directie een uitspraak te doen over het functioneren van het systeem. Het systeem functioneert wanneer de geplande doelstellingen worden gerealiseerd en de naleving van de wet- en regelgeving op Arboaspecten wordt geborgd.

In de vragen van de enquête wordt ingespeeld op de veranderende eisen en normen waaraan werknemers moeten voldoen en in welke mate deze worden geaccepteerd bij werknemers.

§9.1 Resultaten enquêtes

Er zijn in totaal 50 enquêtes afgenomen onder de ongeveer 150 werknemers werkzaam in de productie. De werknemers die dus de hoogste risico’s hebben binnen VSG.

37

In de enquête zijn de vragen opgesplitst in 6 onderdelen, namelijk:  Kennis van OHSAS 18001:2007

 Veiligheidsbewustzijn van de werknemers  Middelen voor bevordering registraties  Handelen naar OHSAS 18001:2007  Directiebetrokkenheid

 Acceptatie van OHSAS 18001:2007

Deze onderwerpen zijn gekozen aan de hand van de OHSAS- norm. De OHSAS- norm geeft aan dat deze onderwerpen belangrijk zijn voor een organisatie. Bij kennis van OHSAS 18001:2007 gaat het niet om de kennis van de norm, maar om de onbewuste kennis die werknemers hebben op het gebied van veiligheid en arbeidsomstandigheden. Om er achter te komen in welke mate de kennis van verschillende onderdelen van de OHSAS- norm al aanwezig is zijn drie onderwerpen leidend. Namelijk RI&E, procedures en

beheersmaatregelen.

De resultaten van de enquête zijn in SPSS verwerkt. De schaalverdeling is als volgt:  Zeer Oneens – 1

 Oneens – 2  Neutraal – 3  Eens – 4  Zeer eens – 5

Voordat de data geanalyseerd is, is bij vijf variabelen met een negatieve vraagstelling, een positieve hercodering toegepast. Op deze manier blijft de schaalverdeling op een juiste manier gehandhaafd.

Per onderwerp zijn de gemiddeldes en standaarddeviatie uitgerekend. Zie tabel 5. Aan de gemiddelden wordt een waardeoordeel gegeven, dat wil zeggen dat een score van 3 of lager laag wordt bevonden. Een score tussen 3 en 4 redelijk en bij een score van 4 of hoger kan worden gesteld dat de betreffende variabele van een hoog niveau is.

Onderwerp Gemiddelde Standaarddeviatie

Kennis 3.43 0.26

Veiligheidsbewustzijn 2.91 0.16

Middelen voor bevordering registraties

3.80 0.60

Handelen naar OHSAS 3.36 0.18

Directiebetrokkenheid 3.29 0.23

Acceptatie 2.69 0.37

38

Wanneer er wordt gekeken naar de gemiddeldes en standaarddeviaties kunnen een aantal uitspraken worden gedaan over de kennis, acceptatie, veiligheidsbewustzijn, middelen voor bevordering registraties, handelen en directiebetrokkenheid.

Kennis

In de vragen over kennis wordt vooral ingegaan op kennis van procedures, veiligheidsrisico’s, beheersmaatregelen en taken en verantwoordelijkheden. Uit de resultaten blijkt dat de kennis van OHSAS 18001:2007 op een gemiddelde van 3.43 ligt. Vooraf is bepaald dat een score tussen 3 en 4 als redelijk kan worden opgemerkt. Deze score kan dus als redelijk worden gewaardeerd. Dat neemt niet weg dat de kennis van OHSAS 18001:2007 een verbeterslag nodig heeft om OHSAS 18001:2007 op het gewenste ambitieniveau te kunnen implementeren. Om het gewenste ambitieniveau te bereiken, moet de kennis op een hoog niveau zijn. Dit houdt in dat deze score hoger dan een 4 moet zijn.

Veiligheidsbewustzijn

Uit de resultaten van de enquête blijkt dat het veiligheidsbewustzijn op een gemiddelde ligt van 2.91. Vooraf is bepaald dat een score lager dan 3 als laag kan worden opgemerkt. Een laag veiligheidsbewustzijn houdt in dat de werknemers van VSG niet op de juiste manier bewust zijn van de gevolgen wanneer ze zich niet houden aan veiligheidsregels, procedures en beheersmaatregelen. Een hoge kennis van OHSAS 18001:2007 heeft dan ook geen nut als het veiligheidsbewustzijn laag is. Werknemers gebruiken de kennis dan nauwelijks, en daar gaat het juist om bij veiligheidsbewustzijn. De acceptatie van OHSAS 18001:2007 is bij een laag veiligheidsbewustzijn daarom moeilijker.

De score van de standaarddeviatie ligt hier laag, dat betekent dat een groot gedeelte van de werknemers dezelfde antwoorden hebben ingevuld. Dat houdt in dat deze voorgaande uitspraak over veiligheidsbewustzijn geldt voor het grootste gedeelte van de werknemers. Middelen voor bevordering registraties

Uit de resultaten van de enquête blijkt dat de middelen voor bevordering registraties op een gemiddelde ligt van 3.80. Vooraf is bepaald dat een score tussen 3 en 4 als redelijk kan worden opgemerkt. Dit betekent, gezien de vraagstelling van de enquête, dat veel

werknemers hebben ingevuld dat er meer middelen moeten komen om registraties door te geven. De middelen zijn op dit moment onvoldoende. Dit betekent dat incidenten en bijna- incidenten veel minder worden gemeld. En dat is juist erg belangrijk voor een implementatie van OHSAS 18001:2008: het melden van alle incidenten en bijna- incidenten. De

standaarddeviatie is hier hoog. Dat betekent dat er veel verschil is tussen de antwoorden. Na het verwerken van de gegevens van de enquête is hier op doorgevraagd. De reden dat de standaarddeviatie hier zo hoog ligt, is dat op dit moment alleen leidinggevenden incidenten

39

en bijna- incidenten doorgeven aan de KAM- manager. Medewerkers die dus geen middelen hebben om deze incidenten gelijk door te geven, hebben het gevoel dat ze dat dan ook niet verplicht zijn. Er bestaat dan de kans dat alleen incidenten met lichamelijk letsel worden doorgegeven en dat bijna- incidenten vergeten worden. Hier geldt ook weer dat een

verbeterslag moet worden gemaakt om medewerkers zover te krijgen dat ze elk incident en bijna- incident gaan aangeven.

Handelen

Uit de resultaten van de enquête blijkt dat het handelen naar OHSAS 18001:2007 op een gemiddelde ligt van 3.36. Vooraf is bepaald dat een score tussen 3 en 4 als redelijk kan worden opgemerkt. Werknemers handelen al redelijk richting de OHSAS- norm, aangezien in deze norm ook veel algemene veiligheidsvoorschriften staan beschreven. Dit komt tot uiting in het feit dat werknemers hun taken en verantwoordelijkheden kennen, persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken wanneer deze aanwezig zijn en preventieve maatregelen nemen.

Directiebetrokkenheid

Uit de resultaten van de enquête blijkt dat de directiebetrokkenheid op een gemiddelde ligt van 3.29. De directiebetrokkenheid ligt hiermee op een redelijk niveau. Dit komt niet alleen naar voren in het interview dat eerder is afgenomen, maar volgt ook uit de enquête die is afgenomen onder de werknemers. Hieruit kan worden afgeleid dat de werknemers, net als de directie, vinden dat de directie genoeg betrokken is. En dit is positief voor implementatie van OHSAS 18001:2007.

Acceptatie

Uit de resultaten van de enquête blijkt dat de acceptatie op een gemiddelde ligt van 2.69. Vooraf is bepaald dat een score lager dan 3 als laag kan worden opgemerkt. Acceptatie heeft met een score van 2.69 tevens het laagste gemiddelde. Veel werknemers vinden dat een implementatie van OHSAS 18001:2007 tijd nodig heeft. Zoals met veel veranderingen hebben medewerkers tijd nodig om aan de nieuwe normen en eisen te wennen. Medewerkers die de kennis wel hebben maar er niet bewust mee omgaan, zullen veel moeite krijgen om dit bewustzijn te verbeteren. Hier wordt door de KAM- afdeling van VSG dan ook streng toezicht op gehouden, en dat vinden werknemers onprettig, waardoor de acceptatie lager zal liggen. Wanneer de acceptatie laag ligt, zal de implementatie ook moeilijker gaan. Acceptatie van medewerkers is dus de drijvende kracht achter een implementatie van OHSAS 18001:2007 op het juiste ambitieniveau.

Naast de resultaten uit de gemiddeldes van de onderwerpen, zijn ook nog een aantal vragen naast elkaar gelegd.

40

De vragen ‘Ik ben op de hoogte van alle beheersmaatregelen van de risico’s die beschreven worden in de RI&E’ en ‘Ik houd altijd rekening met de beheersmaatregelen van risicovol werk’ zijn naast elkaar gelegd. De eerste vraag gaat expliciet in op de RI&E om te testen of werknemers op de hoogte zijn van de RI&E. Bij de tweede vraag wordt alleen ingegaan op het nemen van beheersmaatregelen voordat risicovol werk wordt uitgevoerd, de

beheersmaatregelen die zijn vastgesteld in de RI&E worden niet benoemd. De uitkomst was dan ook dat veel werknemers bij de eerste vraag ‘oneens’ invulden en bij de tweede vraag ‘eens’. Hieruit kan geconcludeerd worden dat de werknemers niet op de hoogte zijn van de RI&E van de organisatie, maar wel vaak eerst eigen beheersmaatregelen nemen voordat risicovol werk wordt uitgevoerd. Dit is dus het verschil tussen de kennis en het handelen naar. De kennis is hier niet optimaal, maar het handelen wel. Dat betekent dat de acceptatie bij werknemers moeizamer zal verlopen, omdat veel werknemers in de werkplaats naar eigen inzicht juist handelen belangrijker vinden dan kennis van documenten en procedures. In de tabel 6 uit SPSS is dit resultaat af te leiden.

Enquêtevraag Gemiddelde

Ik ben op de hoogte van alle

beheersmaatregelen van de risico’s die beschreven worden in de RI&E

2.69

Ik houd altijd rekening met de

beheersmaatregelen van risicovol werk

4.06

Tabel 6: gemiddeldes van twee enquêtevragen

§9.2 Draagvlak

Bij het creëren van draagvlak in de organisatie moet ervoor gezorgd worden dat er

ondersteuning en goedkeuring wordt gegeven voor plannen of beslissingen (Pijlman, R.). Op dit moment is er nog weinig draagvlak met betrekking tot een Arbomanagementsysteem. Zoals eerder al is geconstateerd, is het veiligheidsbewustzijn laag.Wat men steeds voor ogen dient te houden is dat een medewerker enkel veilig zal werken indien hij zelf op de hoogte is van het hoe en waarom van veilig werken. Het komt er dus op aan om elke medewerker individueel te overtuigen en hem hiervan bewust te maken. Uit de enquête is gebleken dat de kennis van OHSAS 18001:2007 wel degelijk bestaat, maar dat het bewustzijn van de urgentie om het uit te voeren ontbreekt. Hieronder volgt een voorbeeld uit de praktijk van VSG die deze uitspraak bekrachtigd:

Op dinsdag 4 februari 2014 kwam het volgende bericht binnen bij KAM- manager Roy de Witte:

Goedemiddag Roy,

Vanmorgen is er een ongeval geweest in de werkplaats. Meneer Nieuwenhuis was bezig met gaten frezen in een U- profiel. Toen er veel boorkrullen om de frees zaten wilde hij die

41

verwijderen, hij had op dat moment al zijn BPM aan en op (kennis, RE). Maar aangezien de frees nog draaide werd zijn handschoen gegrepen door de aanwezige krullen, waardoor zijn hand/pols om de frees werd gewikkeld. Daardoor heeft hij nu een dikke hand en pols en is zeer beperkt in het gebruiken van zijn vingers. Het is zeker niet handig om de boorkrullen weg te halen als de frees nog draait, daar was hij ook wel van op de hoogte (kennis, RE). Toch raar dat zulke dingen dan gebeuren (laag bewustzijn, RE).

Uit dit bericht kan worden afgeleid dat de kennis van medewerkers aanwezig is, maar dat medewerkers zich niet bewust zijn van de gevolgen van acties wanneer beheersmaatregelen niet worden opgevolgd.

De bestaande bedrijfscultuur, waaronder de waarden en normen die gelden binnen de organisatie, moeten aansluiten bij en draagvlak bieden aan OHSAS 18001:2007. Vanuit de OHSAS- norm wordt voorgeschreven dat de organisatie bewustwording moet creëren (norm 4.4.2) met betrekking tot de arbeidsomstandigheden. Men moet zich bewust worden van de gevaren en risico’s die de werkzaamheden en het individuele gedrag met zich mee (kunnen) brengen. Bewustwording en dus het creëren van draagvlak en aanzetten tot veranderen kan onder andere bereikt worden door betrokkenheid te creëren (Weijkamp, 2014).

Hier volgen een aantal tips voor VSG over het creëren van draagvlak:

1. Draagvlak kan worden gecreëerd wanneer werknemers vroegtijdig worden ingelicht over het nieuwe beleid en de te volgen maatregelen;

2. Hierbij is het van belang om het plan of de beslissing vooraf bij de werknemers ‘in de week’ te zetten. Hierbij kunnen werknemers wennen aan het idee zodat de

verandering niet als zeer plotseling wordt ervaren. Ook kan in deze tijd de werknemers de ruimte worden gegeven om mee te denken over het plan of beslissing;

3. Het geven van voorlichtingen en trainingen aan werknemers;

4. Een externe partij inhuren om het bewustzijn van medewerkers te vergroten (Veiligheid.nl, 2014).

Uit een gesprek met een externe partij over draagvlak, ‘Productiebedrijf Timberland’ in Almelo, kwam het volgende naar voren: het KAM- managementsysteem wordt niet gelezen of geraadpleegd door de werknemers. Het is vooral belangrijk dat leidinggevenden weten hoe het managementsysteem in elkaar steekt en welke normen en eisen belangrijk zijn, zodat het kan worden overgebracht naar de productiemedewerkers. Deze

productiemedewerkers moeten het managementsysteem vooral ten uitvoering brengen en bewust worden van de urgentie van het goed uitvoeren hiervan. Leidinggevenden zijn hierbij de drijfveer en moeten de medewerkers hierbij motiveren. Er moet dus draagvlak zijn op het gebied van het goed uitvoeren van de maatregelen en activiteiten die komen kijken bij het

42

implementeren van een systeem. Hierbij is het niet van belang of de medewerkers het systeem ook echt raadplegen, dit wordt vooral gedaan door de leidinggevenden die de productiemedewerkers weer op de hoogte brengen van de belangrijkste aspecten.

§9.3 Conclusie

De belangrijkste conclusie van de acceptatie van de werknemers is dat de kennis van de veiligheidsrisico’s redelijk is, maar dat het bewustzijn van veiligheid laag is. Ook is het creëren van draagvlak een belangrijke opgave voor VSG, omdat werknemers de drijvende kracht zijn voor een implementatie van OHSAS 18001:2007. Werknemers beseffen nog niet goed wat de gevolgen kunnen zijn van het niet houden aan beheersmaatregelen en

procedures op het gebied van arbeidsomstandigheden. Aangezien de kennis er wel is, is de conclusie dat het veiligheidsbewustzijn moet worden verhoogd om implementatie van OHSAS 18001:2007 makkelijker te maken.

43

In document Samen veilig werken (pagina 36-43)