• No results found

23-06-1997    E. van Dijk, M. Geldorp, M. van der Gugten Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek – Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "23-06-1997    E. van Dijk, M. Geldorp, M. van der Gugten Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek – Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek"

Copied!
85
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Veiligheid op Esprit:

module leerlingen onderzoek

Amsterdam, 23 juni 1 99 7

drs. E . v a n Dijk drs. M. Geldorp

drs. M. van der Gugten

Deze module maakt onderdeel uit van het instrumentarium voor projecten 'Veiligheid op School', dat door het ASVOS is ontwikkeld

in opdracht van de gemeente Amsterdam .

(2)

Veiligheid op Esprit:

module leerlingenonderzoek

Amsterdam, 23 juni 1 997

drs. E . van Dijk drs . M. Geldorp

drs . M. van der Gugten

Deze module maakt onderdeel uit van het instrumentarium voor projecten 'Veiligheid op School', dat door het ASVOS is ontwikkeld

in opdracht van de gemeente Amsterdam.

(3)

Het Amsterdams Samenwerkingsverband Veiligheid Op School (ASVOS) wordt gevormd door:

Arbodienst GG&G D

Centrum voor Nascholing

STEI NMETZ Advies & Opleiding

Van Dijk, Van Soomeren en Partners

Het ASVOS-Ioket is bereikbaar bij:

Arbodienst GG&G D Nieuwe Achtergracht 1 00 Postbus 2027

1 000 CA AMSTERDAM telefoon: (020) 555 54 29 telefax: (020) 555 54 2 2

contactpersoon: d e heer drs M .S . T.M. Weijers

Colofon:

(0 Van Dijk, Van Soomeren en Partners, Amsterdam, 1 996

auteurs: drs P.M . de Savornin Lohman en drs M. van der Gugten opdrachtgever: gemeente Amsterdam, dienst SEC/Onderwijs

Auteursrecht:

Deze module is in samenwerking met het ASVOS ontwikkeld door Van Dijk, Van Soomeren en Partners B.V. te Amsterdam ten behoeve van projecten 'Veiligheid op School' in de VO/BVE­

sector. Voor deze toepassing heeft de gemeente Amsterdam de licentierechten verkregen.

Overname van gegevens of toepassing van de module buiten de gemeente Amsterdam is niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Van Dijk, Van Soomeren en Partners B.V.

Pagina 4 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(4)

Inhoudsopgave

1 Inleiding

1 . 1 Algemeen kader 1 . 2 O pzet en uitvoering 1 . 3 Leeswijzer

2 Steekproef

2 . 1 Algemene kenmerken steekproef 2 . 2 Achtergrondkenmerken steekproef

3 Daderschap 3 . 1 Vernieling/graffiti 3 . 2 Diefstal

3 . 3 Verbale agressie/geweld 3 . 4 Bedreiging

3 . 5 Fysieke agressie/geweld 3 . 6 Seksuele intimidatie 3.7 Illegale handel/heling 3.8 Conclusies

4 Slachtofferschap 4 . 1 Vernieling/graffiti 4 . 2 Diefstal

4 . 3 Verbale agressie/geweld 4 . 4 Bedreiging

4 . 5 Fysieke agressie/geweld 4 . 6 Seksuele intimidatie 4 . 7 Illegale handel/heling 4.8 Conclusies

5 M elding/opvang en schoolbinding 5 . 1 Melding e n opvang daders 5 . 2 Melding en opvang slachtoffers 5 . 3 Schoolbinding

6 Veiligheid en aanpak 6 . 1 Veiligheid

6 . 2 Aanpak

7 Algemene conclusies

Bijlage 1 Esprit Scholen groep Bijlage 2 Berlage

Bijlage 3 Marcanti Bijlage 4 M ondriaan Bijlage 5 NOVA

Bijlage 6 Schakelklassen

Pagina 5 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek

7 7 7 8

9 9 9

1 3 1 3 1 4 1 5 1 6 1 7 1 9 1 9 20

23 23 24 25 2 6 26 27 28 29

31 3 1 32 35

37 37 38 41

45 51 57 63 69 75

DSP - Amsterdam

(5)

Pagina 6 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(6)

1 Inleiding

1 .1 Algemeen kader

In het kader van het project 'Veiligheid op School' is op de scholengroep Esprit een leerlingenonderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek verschaft de school een beeld over de veiligheidssituatie op school, zoals deze wordt ervaren door de leerlingen. Deze gegevens kunnen gebruikt worden bij het opstellen van een schoolveiligheidsplan. Bovendien kan een herhaling van dit onderzoek te zijner tijd inzicht geven in hoeverre het project 'Veilig heid op School' tot resultaten heeft geleid: zijn en voelen leerlingen zich in de toekomst veiliger in en rond de school. De resultaten van dit onderzoek

staan in dit rapport .

Dit onderzoek past in een breed aanbod van standaardinstrumenten die het ASVOS in opdracht van de gemeente Amsterdam heeft ontwikkeld . Deze instrumenten kunnen op maat worden ingezet bij de projecten 'Veilig heid op School'. In de informatiebrochure 'Samen o p weg naar een veilige school ' worden doelstellingen e n samenhang tussen d e verschillende

instrumenten/modules beschreven.

1 .2 Opzet en uitvoering

In het kader van het leerlingenonderzoek is een vragenlijst ontwikkeld, die hoofdzakelijk gericht is op het in kaart brengen van de veiligheidssituatie op school. Leerlingen worden als dader, slachtoffer of omstander regelmatig geconfronteerd worden met allerlei vormen van normoverschrijdend gedrag . Hierbij kan het gaan om veel voorkomende zaken als pesten, schelden of vernielen, maar ook om veel ingrijpender delicten als brandstichting, geweld of seksuele intimidatie.

Om inzicht te verkrijgen in de ervaringen en meningen van leerlingen is een steekproef van klassen getrokken die participeerden in dit onderzoek. De klassen zijn zodanig geselecteerd dat zowel betrouwbare uitspraken over de Esprit-scholengroep als geheel, als de aparte vestigingen kunnen worden gedaan. Bovendien is gestreefd naar een evenredige spreiding over de volgende achtergrondvariabelen: leeftijd, geslacht, afkomst, schoolrichting (brugklas, VWO, HAVO, MAVO, VBO en IVBO) en leerjaar .

De vragenlijsten zijn door de leerlingen in de klas ingevuld. Hierbij is de volgende standaardprocedure gehanteerd:

de verantwoordelijke docent heeft een korte (standaard) toelichting voor de klas over het onderzoek gegeven;

de vragenlijsten zijn uitgedeeld en individueel door de leerlingen ingevuld;

bij problemen met het invullen heeft de docent een leerling individueel hulp geboden door een vraag uit te leggen;

nadat een leerling klaar was met invullen, heeft hij/zij de ingevulde vragenlijst in de envelop gestopt, deze dichtgeplakt en aan de zijkant van

·de bank gelegd;

nadat alle leerlingen klaar waren met invullen en alle vragenlijsten zijn opgehaald is de les vervolgd.

De omvang en samenstelling van de steekproef wordt in paragraaf 2. 1 beschreven.

Pagina 7 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP -Amsterdam

(7)

, .

""'

:iJ: 1 .3

Na afronding van het onderzoek naar de veiligheid op Esprit is de ontwikkel­

de vragenlijst ook afgenomen bij de schakelklassen, om na te kunnen gaan in hoeverre de uitkomsten afwijken van de overige leerlingen van Esprit. De resultaten hiervan zijn opgenomen in bijlage 6. In het rapport worden de resultaten alleen genoemd wanneer zij significant afwijken van de resultaten van de reguliere klassen.

In dit rapport is voor alle vragen nagegaan of de vestigingen significant van elkaar verschillen in de resultaten. Waar dit het geval was, is in de

betreffende tabel de vraag/rij gemarkeerd met een *. Het gehanteerde significantieniveau is 5% (alpha =0.05). Significante verschillen voor de overige achtergrondkenmerken (leeftijd , geslacht, afkomst, schoolrichting en leerjaar) worden alleen genoemd wanneer zij relevant zij n .

Leeswijzer

De resultaten van dit onderzoek zijn ingedeeld in de volgende hoofdstukken . Na het inleidende hoofdstuk worden in het tweede hoofdstuk de steek­

proefkenmerken gepresenteerd . In het derde hoofdstuk worden daders en daden geanalyseerd. In het vierde hoofdstuk worden slachtoffers en slacht­

offer-ervaringen geanalyseerd. In het vijfde hoofdstuk staat een analyse van de reacties van de school op daders en slachtoffers. Hierin staat ook de analyse van de mate waarin de leerlingen zich gebonden voelen aan de school. In het zesde hoofdstuk staat een analyse van situaties en plaatsen waarin leerlingen zich onveilig voelen en de delicten waar de school volgens hen iets aan zou moeten doen . In het laatste hoofdstu k wordt een resumé van de belangrijkste conclusies uit dit rapport gegeven.

In dit onderzoek zijn verschillende type delicten geanalyseerd. Omdat de soorten delicten sterk uiteenlopen zijn de resultaten ingedeeld in zeven hoofdgroepen van delicten, namelijk vernieling/graffiti, stelen, verbale agressie/geweld, bedreiging , fysieke agressie/geweld, seksuele intimidatie en illegale handel/heling. Om de overzichtelijkheid te bewaren worden de resultaten zowel per hoofdgroep als per subgroep besproken . Bovendien zijn alle resultaten zowel voor de Esprit scholengroep als totaal, als voor de verschillende vestigingen berekend. Daar waar het de overzichtelijkheid en de hoofdlijnen van het rapport ten goede kwam, zijn resultaten opgenomen in de bijlage. De bijlagen zijn ingedeeld naar vestiging en niet naar onder­

werp (zoals de hoofdstukken) . De resultaten van het onderzoek bij de leer­

lingen uit de schakelklassen is in zijn geheel opgenomen in bijlage 6. In het rapport worden de resultaten alleen genoemd wanneer zij significant afwij­

ken van de resultaten van de reguliere klassen.

Pagina 8 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(8)

2 Steekproef

2.1 Algemene kenmerken steekproef

Tabel 2 . 1

2.2

Voor dit onderzoek is een steekproef uit de leerlingen-populatie van de Esprit-scholengroep getro kken volgens de richtlijnen uit module 3 van het ASVOS-project . De steekproef is zo getrokken dat er ook ten aanzien van de vier vestigingen - Berlage, Marcanti, Mondriaan en NOVA - betrouwbare uitspraken kunnen worden gedaan.

De verdeling over de vestigingen in de steekproef wijkt significant af van de verdeling in de totale populatie. Om die reden is de steekproef zodanig gecorrigeerd door weging, dat de vestigingen in de totaalcijfers voor de Esprit-scholengroep naar rato vertegenwoordigd zij n . De weging is dus alleen bij de berekening van de totaalresultaten relevant, de aantallen per vestiging zijn ongewogen meegenomen in dit onderzoek. Door de weging wijkt de optelsom van de resultaten per vesting af van het totaalresultaat . Hieronder staat in tabel 2.1 hoe de gewogen en ongewogen steekproeven zich verhouden tot de volledige schoolpopulatie .

Aantal leerlingen op d e scholen en in de steekproef (in aantallen en procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA

aantal/percentage abs 740 687 567 1 406

leerlingen op % 2 2 2 0 1 7 4 1

school (populatie)

aantal/percentage abs 1 67 1 92 1 54 234

leerlingen in steek- % 2 2 2 6 2 1 3 1

proef

aantal/percentage abs 1 63 1 5 1 1 2 5 309

leerlingen in % 22 20 1 7 41

steekproef na weging

Achtergrondkenmerken steekproef

Totaal

3.400 1 00

747 1 00

748 1 00

I n onderstaande tabellen worden enkele achtergrondgegevens van de groep respondenten weergegeven. Het betreft gegevens over respectievelijk leeftijd, geslacht, afkomst, schooltype en leerjaar. In dit onderzoek is tevens nagegaan of er verschillen optreden die verklaard kunnen worden vanuit deze achtergrondvariabelen. Wanneer dit het geval is wordt dit i n het rapport aangegeven.

Pagina 9 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(9)

,."�"

.. � &.

:., ':, . �. ,�

..

Tabel 2 . 2

Tabel 2 .3

Steekproef uitgesplitst naar leeftijd (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

1 1 jaar

1 2 jaar 4 3 7 2 3

1 3 jaar 9 1 4 1 7 9 1 1

1 4 jaar 1 7 22 22 22 2 1

1 5 jaar 23 2 2 1 6 1 8 20

1 6 jaar 1 7 20 1 4 1 7 1 7

1 7 jaar 1 1 1 5 1 6 1 5 1 4

1 8 jaar 1 1 4 5 1 2 9

1 9 jaar of ouder 7 3 6 5

De leeftijd van de respondenten loopt van 1 1 tot 1 9 jaar. De meesten zitten in de leeftijdscategorie 1 3- 1 7 jaar (84%), waarbij het aantal leerlingen per leeftijd varieert tussen de 1 2 en de 2 1 procent.

Steekproef uitgesplitst naar geslacht (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Jongens 5 3 52 46 65 57

Meisjes 47 48 54 35 43

Het aantal jongens in de totale steekproef bedraagt 5 7 % , het aantal meisjes 43 % . Binnen de verschillende vestigingen is de verdeling ook min of meer gelijk. Alleen NOVA wijkt hierin significant af van de overige vestigingen .

Tabel 2 .4 Steekproef uitgesplitst naar afkomst (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Autochtonen 3 3 6 4

Allochtonen 99 97 97 94 96

Conform de landelijke afspraken zijn leerlingen gedefinieerd als allochtoon als de leerling zelf of één van de ouders buiten Nederland is geboren . Uit de resultaten blijkt dat 96 % van de leerlingen op de scholen allochtoon is. Per vestiging is dit min of meer gelijk.

In de totale steekproef zijn de meeste allochtonen van Marokkaanse afkomst (43 % ) . Daarna volgen Turkse ( 1 9 % ) en Surinaamse ( 1 3 %) leerlingen . Er zijn wel enige verschillen tussen de vestigingen . Deze gegevens staan hieronder.

Pagina 10 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(10)

Tabel 2 .5

Tabel 2 . 6

Tabel 2 . 7

Steekproef uitgesplitst naar allochtone afkomst (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Marokko 3 1 5 2 5 8 38 43

Turkije 24 1 7 20 1 7 1 9

Suriname 9 1 7 1 2 1 4 1 3

Nederlandse Antillen! 3 3 2 2

Aruba

Anders 3 5 1 2 8 29 23

De afkomst van leerlingen buiten de genoemde landen is zeer divers. De meeste leerlingen uit deze categorie 'anders' komen uit voormalig Joego­

slavië en Pakistan .

Steekproef uitgesplitst naar schooltype (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Brugklas 1 0 1 5 1 7 8

VWO 1 7 22 8

HAVO 1 6 8 1 6 8

MAVO 29 28 44 3 2 1

VBO 1 4 8 5 3 8

IVBO 6 3

Anders 29 35 4 1 5

De meeste respondenten zitten op de M AVO en het VBO (59 % ) . Voor de afzonderlijke Esprit-vestigingen wisselen de verhoudingen echter, ook omdat per vestiging verschillende schoolrichtingen worden verzorgd . Omdat er een verband kan zijn tussen schooltype en normoverschrijdend gedrag, kan dit verschillen tussen vestigingen verklaren . In de rapportage wordt hier waar relevant aan gerefereerd .

Steekproef uitgesplitst naar leerjaar (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

1 e leerjaar 1 1 1 7 20 1 9 1 7

2e leerjaar 33 2 1 24 23 25

3e leerjaar 30 2 3 1 9 34 2 8

4 e leerjaar 1 2 1 8 2 7 2 4 2 1

5e leerjaar 1 3 2 1 9 9

6e leerjaar 2

De meeste respondenten zitten in de eerste 4 leerjaren ( 90 % ) . Dit is logisch omdat maar enkele van de onderzochte opleidingen langer dan 4 jaar duren ( HAVONWO ) . Bovendien zijn dit niet de opleidingen met de meeste respondenten (zie tabel schooltype) .

Pagina 1 1 Veiligheid o p Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(11)

r.r���---�------

Pagina 1 2 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(12)

3 Daderschap

In dit onderzoek is gevraagd hoe vaak leerlingen zich schuldig maakten aan één of meer vormen van normoverschrijdende gedrag op of rond school. De resultaten staan in onderstaande tabel .

Tabel 3 . 1 Aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig maakte aan één of meer normoverschrijdende gedragingen (in procenten) .

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Percentage daders 6 1 6 3 69 58 62

Uit de resultaten blijkt dat de ongeveer tweederde van de leerlingen zich het afgelopen jaar schuldig hebben gemaakt aan één of meer normover­

schrijdende gedragingen. De vestigingen verschil len hierin niet significant.

In de onderstaande paragrafen wordt voor elke hoofdgroep (vernieling/

graffiti, stelen, verbale agressie/geweld , bedreiging, fysieke agressie/

geweld , seksuele intimidatie en illegale handel/heling) weergegeven hoeveel leerlingen zich aan normoverschrijdend gedrag op dit gebied schuldig hebben gemaakt.

Overigens bleek dat relatief veel leerlingen ( 1 7 % ) de vragen naar het type delict d at zij hebben gepleegd niet hebben ingevuld . Onduidelijk is of zij dit deden omdat zij nooit dader zijn geweest, omdat zij onvoldoende gemo­

tiveerd waren om de vragenlijst in te vullen of omdat zij niet bekend wilden maken dader te zijn geweest. Na bestudering van de cases moet het meest aannemelijk worden geacht dat deze leerlingen de vraag oversloegen omdat zij geen dader zijn . In de tabellen is het percentage daders daarom gerela­

teerd aan de gehele steekproef, inclusief de niet-invullers. Voor de inter­

pretatie moet er hierdoor wel rekening mee worden gehouden dat de per­

centages het minimale aantal leerlingen betreffen dat een delict gepleegd heeft. Een geflatteerd beeld van de werkelijkheid kan niet worden uitge­

sloten.

3.1 Vernieling/graffiti

In de tabel 3 . 2 staat het aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig heeft gemaakt aan diverse vormen van vernieling . In de tabel d aaronder wordt voor deze groep daders aangegeven hoe vaak zij zich hier het afgelopen jaar aan schuldig hebben gemaakt.

Pagina 13 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(13)

Tabel 3 . 2 Aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig maakte aan vernieling/graffiti (in procenten)

in de afgelopen 1 2 maanden:

1 tot 3 tot 6 tot meer dan 2 keer 5 keer 1 0 keer 1 0 keer

iets vernielen in of aan het schoolgebouw 76 1 4 1 1

iets inkrassen op een deur, meubels, 64 1 9 6 1 2

enzovoorts

met spuitbus of viltstift het schoolgebouw 5 7 2 9 7 7

bekladden (muren, deuren, enzovoorts)

een brand of fikkie stoken in of bij de school 5 7 1 4 1 4 1 4

iets vernielen van een andere leerling 80 9 5 6

iets vernielen van iemand die op school 75 1 3 4 8

werkt

I n totaal heeft ongeveer 40 % van de leerlingen zich in het afgelopen jaar schuldig gemaakt aan vernieling graffiti . Ruim een kwart van de leerlingen heeft zich het afgelopen jaar schuldig gemaakt aan het inkrassen van deuren en meubels . Ook vernielden zij betrekkelijk vaak iets van een mede­

leerling . Op Mondriaan worden vaker dan op de andere scholen inkras­

singen gemaakt, op NOVA juist minder . Op het Mondriaan en het Marcanti wordt significant vaker brand gesticht. De meeste daders pleegden vernie­

lingen incidenteel. Niettemin is er duidelijk een groep daders die regelmatig tot zeer vaak vernielingen pleegt.

3.2 Diefstal

In tabel 3 .4 staat het aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig heeft gemaakt aan diverse vormen van diefstal. In de tabel daaronder wordt voor deze groep daders aangegeven hoe vaak zij zich hier het afgelopen jaar aan schuldig hebben gemaakt.

Pagina 14 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(14)

Tabel 3 .4 Aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig maakte aan diefstal (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Stelen 7 12 9 13 1 1

een fiets of bromfiets stelen 4 6 3 5 4

geld/spullen stelen van een 3 5 4 3

andere leerling

geld/spullen stelen van iemand 2 3 2 2

die op school werkt

geld of spullen stelen die van de 5 7 4 6 6

school zijn

Tabel 3.5 Aantal keer dat daders zich het afgelopen jaar aan stelen schuldig maakten (in procenten)

in de afgelopen 1 2 maanden:

1 tot 3 tot 6 tot meer dan 2 keer 5 keer 1 0 keer 1 0 keer

een fiets of bromfiets stelen 6 1 1 8 6 1 5

geld/spullen stelen van een andere leerling 74 1 3 4 9

geld/spullen stelen van iemand die op school 69 1 5 1 5

werkt

geld of spullen stelen die van de school zijn 78 1 0 5 7

Een klein deel van de leerlingen maken zich schuldig aan diefstal ( 1 1 % ) . Bovendien hebben zij geen duidelijke voorkeur: leerlingen stelen net z o vaak fietsen/brommers, als geld/spullen . Ook lij kt het erop dat er vrijwel net zo vaak van medeleerlingen, als van de school en van schoolpersoneel wordt gestolen . Diefstal wordt vooral incidenteel gepleegd.

3 . 3 Verbale agressie/geweld

In tabel 3 .6 staat het aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig heeft gemaakt aan diverse vormen van verbale agressie/geweld . In de tabel daaronder wordt voor deze groep daders aangegeven hoe vaak zij zich hier het afgelopen jaar aan schuldig hebben gemaakt.

Pagina 15 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(15)

,�

I -

Tabel 3 . 6 Aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig maakte aan agres- sie/geweId (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Verbale agressie/geweld 45 48 51 37 43

pesten/treiteren van een 38 40 4 1 30 36

andere leerling

pesten/treiteren van een 2 3 1 8 27 1 8 21

leraar/lerares

discriminerende opmerkingen 9 1 0 1 2 1 0 1 0

maken over iemands huids- kleur, cultuur of godsdienst

een andere leerling 1 4 1 7 1 2 1 4 1 4

lastigvallen/opdringerig zijn

Tabel 3 . 7 Aantal keer dat daders zich het afgelopen jaar aan verbale agressie/geweld schuldig maakten (in procenten)

in de afgelopen 1 2 maanden:

1 tot 3 tot 6 tot meer dan 2 keer 5 keer 1 0 keer 1 0 keer

pesten/treiteren van een andere leerling 57 20 3 1 9

pesten/treiteren van een leraar/lerares 50 1 9 6 24

discriminerende opmerkingen maken over 63 20 3 1 5

iemands huidskleur, cultuur of godsdienst

een andere leerling lastigvallen/opdringerig 70 1 5 3 1 2 zijn

Relatief veel leerlingen maken zich schuldig aan verbale agressie (43 % ) . De agressie richt zich het meest op medeleerlingen, maar ook leraren/leraressen zijn vaak het slachtoffer. Verder valt het hoge aantal discriminerende

opmerkingen op. Allochtonen discrimineren onderling blijkbaar ook veel.

Opvallend veel daders maken zich of incidenteel of juist heel regelmatig schuldig aan pesten en treiteren . Leraren en leraressen worden met ongeveer dezelfde regelmaat getreiterd als medeleerlingen.

3.4 Bedreiging

In tabel 3. 8 staat het aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig heeft gemaakt aan diverse vormen van bedreiging . In de tabel daaronder wordt voor deze groep daders aangegeven hoe vaak zij zich hier het afge­

lopen jaar aan schuldig hebben gemaakt.

Pagina 16 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(16)

Tabel 3 . 8 Aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig maakte aan bedreiging (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Bedreiging 1 6 22 15 23 20

iets van een andere 3 , 3 5 2 3

leerling afpakken door te dreigen met geweld

een wapen meenemen 1 4 2 1 1 2 22 1 8*

naar school (mes, knuppel, enzovoorts)

een andere leerling 2 2 3 3 3

bedreigen met een wapen

iemand die op school werkt bedreigen met een wapen

Tabel 3.9 Aantal keer dat daders zich het afgelopen jaar aan fbeJdreiging schuldig maakten ( in procenten)

in de afgelopen 1 2 maanden:

1 tot 3 tot 6 tot meer dan 2 keer 5 keer 10 keer 1 0 keer

iets van een andere leerling afpakken 68 1 4 1 8

door te dreigen met geweld

een wapen meenemen naar school (mes, 44 1 6 7 34

knuppel, enzovoorts)

een andere leerling bedreigen met een 35 2 5 5 35

wapen

iemand die op school werkt bedreigen 50 1 7 33

met een wapen

Eén op de vijf leerlingen heeft zich het afgelopen jaar schuldig gemaakt aan bedreiging . Veel leerlingen nemen een wapen mee naar school, een aantal zelfs zeer regelmatig . Bovendien nemen leerlingen van NOVA en Marcanti significant vaker een wapen mee dan leerlingen van de andere vestigingen . Het aantal leerlingen dat daadwerkelijk gebruik maakt van wapens door mensen te bedreigen is weliswaar veel lager, maar niettemin zorgelijk . Ook hier maken opvallend veel daders zich hier of incidenteel of juist heel regel­

matig schuldig aan bedreiging.

3.5 Fysieke agressie/geweld

In tabel 3 . 1 0 staat het aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig heeft gemaakt aan diverse vormen van fysieke agressie/geweld. In de tabel daaronder wordt voor deze groep daders aangegeven hoe vaak zij zich hier het afgelopen jaar aan schuldig hebben gemaakt.

Pagina 1 7 Veiligheid o p Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(17)

;.

Tabel 3 . 1 0 Aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig maakte aan fysieke agressie/geweld (in procenten)

_ ,Tabel 3. 1 1

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Fysieke agressie/geweld 30 42 34 41 38

een andere leerling slaan of 25 40 2 8 33 31 ·

schoppen

iemand die op school 2 2

werkt slaan of schoppen

meedoen aan een 1 5 1 6 1 6 2 6 20·

vechtpartij

een andere leerling 2 4 4 6 4

verwonden met een wapen of iets dat je als wapen gebruikte (schooltas, stoel- poot, enzovoorts)

iemand die op school werkt verwonden met een wapen of iets dat je als wapen gebruikte

Aantal keer dat daders zich het afgelopen jaar aan fysieke agressie/geweld schuldig maakten (in procenten)

een andere leerling slaan of schoppen

iemand die op school werkt slaan of schoppen

meedoen aan een vechtpartij

een andere leerling verwonden met een wapen of iets dat je als wapen gebruikte (schooltas, stoelpoot, enzovoorts)

iemand die op school werkt verwonden met een wapen of iets dat je als wapen gebruikte

1 tot 2 keer

64 50

57 58

80

in de afgelopen 1 2 maanden:

3 tot 6 tot meer dan 5 keer 1 0 keer 1 0 keer

20 5 1 1

30 20

2 1 8 1 4

29 3 1 0

20

Fysieke agressie komt op alle scholen veel voor: meer dan eenderde deel van de leerlingen heeft zich hier het afgelopen jaar wel eens schuldig aan gemaakt (38% ) . Overigens komen de meeste vechtpartijen neer op gevech­

ten met de blote vuist, wapens worden minder vaak ingezet. Daarbij komt het slaan/schoppen van medeleerlingen vaker op het M arcanti voor en vechtpartijen vaker op het NOVA. Schoolmedewerkers zijn over het algemeen minder vaak het slachtoffer dan medeleerlingen.

De meeste daders plegen fysiek geweld incidenteel . Toch is er ook een groep daders die vaker tot zelfs zeer regelmatig ernstige fysieke

geweldadigheden pleegt. Daders maken zich hier blijkbaar of incidenteel of juist heel regelmatig aan schuldig . Bovendien zijn er enkele leerlingen die zeer regelmatig schoolpersoneel lastig vallen.

Pagina 18 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(18)

3.6 Seksuele intimidatie

In tabel 3 . 1 2 staat het aantal leerlingen tjat zich het afgelopen jaar schuldig heeft gemaakt aan diverse vormen van seksuele intimidatie. In de tabel daaronder wordt voor deze groep daders aangegeven hoe vaak zij zich hier het afgelopen jaar aan schuldig hebben gemaakt.

Tabel 3 . 1 2 Aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig maakte aan seksuele intimidatie (in procenten)

Seksuele intimidatie

vervelende seksuele opmerkingen maken tegen een andere leerling

een andere leerling tegen zijn of haar zin aanraken of betasten (seksueel)

Berlage 1 3 1 1

3

Marcanti 1 4 1 4

4

Mondriaan 1 2 1 0

4

NOVA 1 2

9

6

Totaal 1 3 1 1

4

Tabel 3 . 1 3 Aantal keer dat daders zich het afgelopen jaar aan seksuele intimidatie (in procenten)

vervelende seksuele opmerkingen maken tegen een andere leerling

een andere leerling tegen zijn of haar zin aanraken of betasten (seksueel)

1 tot 2 keer

5 7

52

in de afgelopen 1 2 maanden:

3 tot 5 keer

2 1

1 0

6 tot 1 0 keer

4

1 6

meer dan 1 0 keer 1 9

2 3

Seksuele intimidatie komt relatief vaak voor, gemiddeld eentiende van de leerlingen maakte zich hier het afgelopen jaar schuldig aan . Meestal blijft het beperkt tot opmerkingen, maar een aantal leerlingen geeft aan zich (ook) schuldig te maken aan seksuele betasting. Jongens maken zich hier significant vaker schuldig aan dan meisjes.

Wederom tekent zich hier een groep notoire daders af, naast de daders die incidenteel seksuele intimidatie plegen. De weinige daders die zich schuldig maakten aan seksuele betasting deden dit in bijna de helft van de gevallen vaker dan vijf keer het afgelopen jaar.

3.7 Illegale handel/heling

In tabel 3 . 1 4 staat het aantal leerlingen d at zich het afgelopen jaar schuldig heeft gemaakt aan diverse vormen van illegale handel . In de tabel daaronder wordt voor deze groep daders aangegeven hoe vaak zij zich hier het afge­

lopen jaar aan schuldig hebben gemaakt.

Pagina 1 9 Veiligheid o p Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(19)

:r

"',�

3"

a

.,,:. .;:..�

., :( "J!

, "-

, "*

"' .-;.

"' .�

��4'"

,

... .�

�;.

Tabel 3. 1 4 Aantal leerlingen dat zich het afgelopen jaar schuldig maakte aan illegale handel/heling (in procenten)

Tabel 3 . 1 5

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Illegale handel/heling 3 5 4 3 4

verkopen van drugs 2 2 2 2

aan andere leerling(en)

verkopen van gestolen 2 4 5 3 4

spullen aan andere leerling(en)

Aantal keer dat daders zich het afgelopen jaar aan illegale handel/heling schuldig maakten (in procenten)

in de afgelopen 1 2 maanden:

1 tot 3 tot 6 tot meer dan

2 keer 5 keer 1 0 keer 1 0 keer

verkopen van drugs aan andere 25 1 7 1 7 42

leerling(en)

verkopen van gestolen spullen aan 4 1 22 1 1 26

andere leerling(en)

Een minderheid van de leerlingen maakte zich het afgelopen jaar schuldig aan de verkoop van drugs en gestolen goederen. Wanneer dit laatste wordt gerelateerd aan het aantal leerlingen dat steelt, lijkt stelen voornamelijk te worden aangewend voor eigen gebruik of voor verkoop aan afnemers buiten de school. Uit het aantal keren dat daders het delict pleegden valt op te maken dat het hier om een harde kern gaat, die overtredingen zeer regelmatig maakt. Het is blijkbaar niet een delict waar leerlingen snel toe overgaan.

Onderzocht is of er significante verschillen zijn voor leerlingen met

verschillende etnische achtergronden. Dit bleek alleen het geval voor handel in gestolen goederen . Leerlingen van autochtone afkomst geven aan zich hier iets vaker aan schuldig te maken dan leerlingen van allochtone afkomst.

3.8 Conclusies

De zes delicten waaraan leerlingen zich het afgelopen jaar het meest schuldig maakten zijn achtereenvolgens:

het pesten/treiteren van medeleerlingen (36%);

het slaan en/of schoppen van medeleerlingen (3 1 %);

het inkrassen van deuren, meubels, enzovoorts (28 %);

het pesten/treiteren van docenten ( 2 1 %);

het meedoen aan vechtpartijtjes (20%);

het meenemen van wapens ( 1 8 % ) .

Het aantal plegers v a n fysiek geweld in diverse vormen is opvallend, evenals het feit dat bijna eenvijfde van de leerlingen wapens mee naar school neemt. Stelen komt relatief veel minder voor dan vernieling en geweld. Bovendien lijken verbaal en fysiek geweld zich vooral op medeleer­

lingen te richten. Een minderheid van de leerlingen maakt zich schuldig aan de verkoop van drugs en gestolen goederen, zij het wel regelmatig .

Pagina 20 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP Amsterdam

(20)

De verschillende vestigingen verschillen niet significant ten aanzien van het aantal delictplegers en de hoofdgroepen van delicten die worden gepleegd . Wel zijn er in de deelvormen enige verschillen . Zo worden op het Mondriaan meer inkrassingen op deuren en meubels gemaakt. Leerlingen van het NOVA en M arcanti nemen vaker wapens mee. Op deze scholen wordt ook vaker gevochten dan op de andere vestigingen .

Voor een aantal delicten geldt dat veel daders zich hier of incidenteel of juist heel regelmatig aan schuldig maken. Zo nam 60% van de daders af en toe een wapen mee naar school, 7 % 6 tot 1 0 keer en maar liefst 34 % zeer regelmatig. Hetzelfde patroon geldt voor het verkopen van drugs, het plegen van vernielingen aan schoolgebouw en -meubilair en de meeste delicten in de hoofdgroepen vernieling/graffiti, diefstal, verbale

agressie/geweld, bedreiging, fysieke agressie/geweld en seksuele intimidatie. Vergrijpen die vooral incidenteel voorkomen zijn bepaalde vormen van vernieling, zoals het vernielen van bezit van medeleerlingen en schoolwerknemers .

Verder is leerlingen gevraagd wat het ergste vergrijp was waar zij zich het afgelopen jaar aan schuldig hebben gemaakt. De antwoorden zijn divers . De meeste vallen onder reeds genoemde categorieën, zoals het pesten of geweldadig optreden tegen medeleerlingen en het plegen van vernielingen . Dit kan wel heel extreem zijn . Zo gaf een leerling aan een medeleerlinge in het toilet te hebben opgesloten tot zij bereid was 'intiem met hem te zijn . Ook hadden leerlingen op iemand geschoten of iemand doodgeslagen.

Enkele leerlingen noemden juist relatief onschuldige vergrijpen, zoals het stelen van een appel van de groenteboer, tegen een meisje zeggen dat hij/zij verliefd is en het stelen van een snoepje.

Andere vergrijpen die door de leerlingen niet genoemd werden, zijn spijbelen , blowen, spieken en aan de brandspuit zitten .

Voor de meeste delicten geldt dat deze significant vaker door jongens dan door meisjes worden gepleegd. Een uitzondering hierop vormen het plegen van vernielingen en diefstal : deze worden door beide groepen ongeveer even vaak gepleegd .

Allochtonen verschillen onderling en ten opzichte autochtonen nauwelijks in het type daden dat zij plegen . Alleen maken Antillianen zich significant vaker schuldig aan verbale agressie (80% van de Antillianen versus 40-

54 % van de rest van de g roepen) . Ook maken autochtonen zich vaker schuldig aan illegale handel ( 1 2 % autochtonen versus 0-7 % van de rest van de g roepen) .

Tussen de verschillende schoolrichtingen zijn nauwelijks significante verschillen . Alleen op het HAVO/VWO maken leerlingen zich minder vaak schuldig aan bedreiging dan op de andere schooltypen . In de brugklas komt bedreiging het minst voor.

Opvallend genoeg was er nauwelijks samenhang met de leeftijd van de leerlingen : oudere leerlingen maken zich ongeveer net zo vaak schuldig aan normoverschrijding als jongere leerlingen .

Voor d e hoofdgroepen i s nagegaan o f leerlingen uit schakelklassen zich hier vaker of juist minder vaak aan schuldig maken dan andere Esprit-leerlingen .

Uit de resultaten blijkt dat geen van de verschillen significant zijn . Dat wil zeggen d at leerlingen uit schakelklassen zich niet significant minder vaak aan normoverschrijdend gedrag schuldig maken d an de andere leerlingen van Esprit (zie bijlage 6) .

Pagina 2 1 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP . Amsterdam

(21)

'.

Pagina 22 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(22)

4 Slachtofferschap

Tabel 4 . 1

I n dit onderzoek i s leerlingen ook gevraagd hoe vaak ze zelf op en rond de school slachtoffer zijn geweest van normoverschrijdend gedrag, door andere leerlingen of door personeelsleden van de school. De resultaten van het afgelopen jaar staan in onderstaande tabel .

Aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer was van één of meer delicten (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

percentage slachtoffers 48 5 1 5 3 6 0 5 4

Uit de resultaten blijkt dat ruim de helft van alle leerlingen het afgelopen jaar slachtoffer was van één of meer delicten. De vestigingen verschilden hierin niet significant.

Van wel ke delicten leerlingen slachtoffer werden staat in de navolgende paragrafen . De delicten waarvan leerlingen slachtoffers waren zijn wederom ingedeeld in de zeven hoofdgroepen vernieling/graffiti, stelen, verbale agressie/geweld, bedreiging; fysieke agressie/geweld, seksuele intimidatie en illegale handel/heling . Ook hier zijn de percentages gerelateerd aan de gehele steekproef om dezelfde redenen als bij de analyse van het

daderschap. Daarom geldt hier ook de waarschuwing dat de percentages beschouwd moeten worden als het minimale aantal slachtoffers van een delict op de ESPRIT-scholengroep.

4. 1 Vernieling/graffiti

In tabel 4 . 2 staat het aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer is geweest van vernieling . In de tabel daarna wordt voor deze groep

slachtoffers aangegeven hoe vaak zij hier het afgelopen jaar slachtoffer van zijn geweest.

Tabel 4 . 2 Aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer was van vernieling/graffiti (in procenten)

Berlage Marcanti Vernieling/graffiti

er zijn spullen van mij vernield

14 1 4

Pagina 23 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek 23 23

Mondriaan 16 16

NOVA 29 29

Totaal 22*

2 2 *

D S P - Amsterdam

(23)

.l....

Tabel 4 .3 Aantal keer dat leerlingen het afgelopen jaar slachtoffer waren van vernieling (in procenten)

4.2

Tabel 4.4

1 tot 2 keer

7 1

3 tot 5 keer

1 6

in de laatste 1 2 maanden:

6 tot 1 0 keer

7

meer dan 10 keer 7

De mate waarin spullen van de leerlingen worden vernield is groot.

Gemiddeld eenvijfde van de leerlingen geeft aan hier slachtoffer van te zijn geweest. De omvang loopt per vestiging significant uiteen : op het NOVA en M arcanti zijn leerlingen hiervan vaker het slachtoffer dan op Berlage en Mondriaan. Bovendien blijft het in veel gevallen niet beperkt tot een eenmalige gebeurtenis.

Diefstal

In tabel 4.4 staat het aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer is geweest van vormen van diefstal . In de tabel daaronder wordt voor deze groep slachtoffers aangegeven hoe vaak zij hier het afgelopen jaar slacht­

offer van zijn geweest.

Aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer was van diefstal (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Stelen 25 35 26 34 31

er is een fiets of bromfiets van 7 1 0 8 1 0 9

mij gestolen

er zijn spullen of geld van mij 2 1 3 1 2 1 32 2 7 -

gestolen

Tabel 4.5 Aantal keer dat leerlingen het afgelopen jaar slachtoffer waren van stelen (in procenten)

gedurende de laatste 1 2 maanden:

1 tot 3 tot 6 tot meer dan 2 keer 5 keer 1 0 keer 1 0 keer

er is een fiets of bromfiets van mij 77 1 5 2 6

gestolen

er zijn spullen of geld van mij gestolen 77 1 6 3 5

Spullen en geld worden veel vaker van leerlingen gestolen dan fietsen en bromfietsen. O p het Berlage en Mondriaan komt diefstal significant minder vaak voor dan op de andere vestigingen . Van de slachtoffers geeft een redelijk aantal wel aan vaker tot regelmatig bestolen te zij n .

Pagina 24 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP -Amsterdam

(24)

4.3 Verbale agressielgeweld

Tabel 4 .6

Tabel 4 . 7

I n tabel 4 . 6 staat het aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer i s geweest van diverse vormen van verbale agressie/geweld. In d e tabel daar­

onder wordt voor deze groep slachtoffers aangegeven hoe vaak zij hier het afgelopen jaar slachtoffer van zijn geweest.

Aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer was van verbale agressie/geweld (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Verbale agressie/geweld 33 29 30 36 33

ik werd gepest/getreiterd 19 12 2 1 15 1 6

door andere leerling(en) of iemand die op school werkt

een andere leerling maakte 15 14 12 16 15

discriminerende opmer- kingen tegen mij (over mijn huidskleur, cultuur of gods- dienst)

iemand die op school werkt 7 10 5 12 9

maakte discriminerende opmerkingen tegen mij (over mijn huidskleur, cultuur of godsdienst)

een andere leerling viel mij 7 8 8 16 1 1 *

lastig/deed opdringerig

iemand die op school werkt 4 3 3 3

viel mij lastig/deed opdringerig

Aantal keer dat daders zich het afgelopen jaar aan verbale agressie/geweld schuldig maakten (in procenten)

gedurende de laatste 12 maanden:

1 tot 3 tot 6 tot meer dan

2 keer 5 keer 10 keer 10 keer

ik werd gepest/getreiterd door 5 3 17 8 2 3

andere leerling(en) o f door iemand die op school werkt

een andere leerling maakte 5 1 20 10 20

discriminerende opmerkingen tegen mij (over mijn huidskleur, cultuur of godsdienst)

iemand die op school werkt 73 14 2 12

maakte discriminerende opmer- kingen tegen mij (over mijn huids- kleur, cultuur of godsdienst)

een andere leerling viel mij lastig/ 70 13 8 9

deed opdringerig

iemand die op school werkt viel 77 18 5

mij lastig/deed opdringerig

Verbale agressie in verschillende uitingsvormen komt vaak voor. Daarbij is een bepaalde g roep leerlingen veel vaker het slachtoffer van verbaal geweld dan een andere groep, die vooral incidentele aanvaringen meldt. Dit wijst op

Pagina 25 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(25)

'1',1.

··'tf:'

'<.:

het beeld van een in de verdrukking verkerende groep leerlingen, die doorlopend op allerlei manieren wordt lastig gevallen. Het lastig vallen van leerlingen komt op het NOVA overigens significant vaker voor dan op de andere vestigingen. Verder worden leerlingen vaker dan wellicht verwacht gediscrimineerd door het school personeel .

4.4 Bedreiging

In tabel 4 . 8 staat het aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer is geweest van vormen van bedreiging. In de tabel daarna wordt voor deze groep slachtoffers aangegeven hoe vaak zij hier het afgelopen jaar slacht­

offer van zijn geweest.

Tabel 4.8 Aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer was van bedreiging (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal (Beldreiging

ik moest spullen of geld geven omdat iemand mij dreigde met geweld

ik ben bedreigd met een wapen

2

2

5 2

4

4

3

5 3

3

Tabel 4 . 9 Aantal keer d a t leerlingen het afgelopen jaar slachtoffer waren van (beJdreiging (in procenten)

4 2

3

gedurende de laatste 1 2 maanden:

ik moest spullen of geld geven omdat iemand mij dreigde met geweld ik ben bedreigd met een wapen

1 tot 2 keer

3

3 tot 6 tot 5 keer 1 0 keer

meer dan 1 0 keer

Bedreiging komt minder vaak voor dan andere vormen van normover­

schrijdend gedrag . Gezien de ernst van dit soort delicten is het aantal slachtoffers toch opmerkelijk te noemen: 4% is het afgelopen jaar minstens één keer bedreigd .

4.5 Fysieke agressie/geweld

In tabel 4. 1 0 staat het aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer is geweest van vormen van fysieke agressie/geweld . In de tabel daarna wordt voor deze groep slachtoffers aangegeven hoe vaak zij hier het afgelopen jaar slachtoffer van zijn geweest.

Pagina 26 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(26)

Tabel 4. 1 0 Aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer was van fysieke agressie/geweld (in procenten)

Berlage M�rcanti Mondriaan NOVA Totaal

Fysieke agressie/geweld 6 1 4 9 1 3 1 1

ik ben geslagen of geschopt 6 1 3 5 1 2 1 0 *

iemand heeft mij verwond 4 1 *

met een wapen

Tabel 4 . 1 1 Aantal keer dat leerlingen het afgelopen jaar slachtoffer waren van fysieke agressie/geweld (in procenten)

ik ben geslagen/geschopt

iemand heeft mij verwond met een wapen

1 tot 2 keer

62 73

gedurende de laatste 1 2 maanden:

3 tot 6 tot meer dan 5 keer 1 0 keer 1 0 keer

2 1 1 0 7

27

Ongeveer een op de tien leerlingen is wel eens geslagen of geschopt. Op NOVA en Marcanti zijn leerlingen significant vaker.het slachtoffer van fysiek geweld dan op de andere vestigingen .

4.6 Seksuele intimidatie

Tabel 4. 1 2

In de onderstaande tabel staat het aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer is geweest van diverse vormen van seksuele intimidatie. In de tabel daaronder wordt voor deze g roep slachtoffers aangegeven hoe vaak zij hier het afgelopen jaar slachtoffer van zijn geweest.

Aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer was van seksuele intimidatie (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

Seksuele intimidatie 8 6 1 1 1 3 1 0

een andere leerling 5 5 8 9 7

maakte vervelende seksuele opmerkingen tegen mij

iemand die op school 2 2 2 2

werkt maakte vervelende seksuele opmerkingen tegen mij

een andere leerling raakte 2 2 3 6 4 *

m e aan/betastte me tegen mijn zin (seksueel)

iemand die op school 2 2

werkt raakte me aan/

betastte me tegen mijn zin (seksueel)

Pagina 27 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek DSP - Amsterdam

(27)

.,fJ..

:!Ir I � :

iZ t�:'" ---

a:; -� -

-:.l' .'!

. - - - � .

'-:�. "'�

;., ..

... ...

Tabel 4. 1 3 Aantal keer dat leerlingen het afgelopen jaar slachtoffer waren van seksuele intimidatie (in procenten)

1 tot 3 tot 6 tot meer dan 2 keer 5 keer 1 0 keer 1 0 keer

een andere leerling maakte vervelende seksu- 62 1 7 6 1 5 ele opmerkingen tegen mij

iemand die op school werkt maakte vervelen- 69 1 5 1 5

de seksuele opmerkingen tegen mij

een andere leerling raakte me aan/betastte me 63 1 1 7 1 9 tegen mijn zin

iemand die op school werkt raakte me aan/ 50 50

betastte me tegen mijn zin (seksueel)

Eentiende van de leerlingen geeft aan het afgelopen jaar het slachtoffer te zijn geweest van seksuele intimidatie. Nagegaan is of meisjes significant vaker het slachtoffer zijn dan jongens . Dit bleek inderdaad het geval : het afgelopen jaar was 7% van de jongens en 1 4% van de meisjes slachtoffer van seksuele intimidatie. Meestal gebeurde dit door medeleerlingen, maar ook schoolpersoneel maakte zich hier schuldig aan. Het verschil tussen het aantal slachtoffers van opmerkingen en het aantal leerlingen dat betast is, is betrekkelijk klein. Verder blijkt d at leerlingen van NOVA vaker op een seksuele manier worden lastig gevallen dan leerlingen van de andere vestigingen.

4.7 Illegale handel/heling

In de onderstaande tabel staat het aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer is geweest van diverse vormen van illegale handel/heling . In de tabel daaronder wordt voor deze groep slachtoffers aangegeven hoe vaak zij hier het afgelopen jaar slachtoffer van zijn geweest.

Tabel 4. 1 4 Aantal leerlingen dat het afgelopen jaar slachtoffer was van illegale handel (in procenten)

Berlage Marcanti Mondriaan NOVA Totaal

illegale handel 1 0 1 3 1 7 22 1 7

iemand wilde aan mij 5 5 7 1 1 8 ·

drugs verkopen

iemand wilde aan mij 9 1 2 1 6 1 8 1 5 ·

gestolen spullen verkopen

Tabel 4. 1 5 Aantal keer dat leerlingen het afgelopen jaar slachtoffer waren van illegale handel/heling (in procenten)

iemand wilde aan mij drugs verkopen

iemand wilde aan mij gestolen spullen verkopen

Pagina 28 Veiligheid op Esprit: module leerlingenonderzoek 1 tot 2 keer

37 50

3 tot 5 keer

2 8 2 1

6 tot meer dan 1 0 keer 1 0 keer

9 26

9 2 1

DSP - Amsterdam

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Indien u specifieke wensen heeft omtrent de woning, adviseren wij u deze tijdig kenbaar te maken aan uw aankopend makelaar en hiernaar zelfstandig onderzoek te (laten) doen.. Indien

De toename van het aantal reacties in de spoedmodule wordt vooral veroorzaakt door het feit dat meer woningzoekenden via deze module zijn gaan reageren.. Het aantal actief

Zorg en onderwijs sluiten op elkaar aan: er is een Commissie voor Leerlingenzorg (gesprek met leerkrachten, teamleider, IB-er en ouders. Leerlingen sluiten de laatste 5 minuten

dat kinderen gepest worden zeggen dat ze het niet meer leuk vinden en de pesters gewoon door gaan en niet naar de juf gaan. Ja ik wil meer grapjes kunnen maken

Als een school haar kwaliteit heeft vastgesteld (fase 1), is het zaak te meten wat anderen vinden van de kwaliteit van de school (fase

Mijn juf/meester treedt op als ik bang ben voor andere kinderen Mijn juf/meester treedt op als andere kinderen aan mijn spullen zitten Mijn juf/meester treedt op als anderen mij

1. Je kan je op deze school veilig voelen, en dat geeft een fijn gevoel 2. een paar kinderen zijn wel omaardig tegen me maar ik wel vrienden in groep groen en een paar kinderen uit

Ik voel me veilig op school; ik geef de school voor veiligheid het cijfer Ik heb het naar mijn zin op school; ik geef de school het