• No results found

De wereld een stukje beter maken met duurzame producten. Gooi en Vechtstreek. najaar 2020 BEELD: PATRICK SIEMONS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De wereld een stukje beter maken met duurzame producten. Gooi en Vechtstreek. najaar 2020 BEELD: PATRICK SIEMONS"

Copied!
44
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De wereld een stukje beter maken met duurzame producten

BEELD: PATRICK SIEMONS

Gooi en Vechtstreek

w w w .ra b oe nc o.n l

najaar 2020

(2)

Met mijn vrouw en kinderen praat ik regelmatig over het eten dat op tafel staat. Waar komt het vandaan?

Kreeg de producent een eerlijke prijs? Dat bewust omgaan met eten en met onze omgeving kreeg ik zelf als kind ook mee. Vandaar dat ik koos voor de Rabobank als werkgever. Het feit dat deze organisatie gelooft in de global sustainability goals en die ook ondertekende, sluit aan bij mijn persoonlijke gevoel. We zijn maar even hier, het is onze taak om de aarde goed door te geven aan de volgende generatie. Daarom werkt de Rabobank niet alleen aan uitstekende financiële dienstverlening, we zetten ons ook in voor verduurzaming in de meest brede zin van het woord. Met de wortels stevig in de food

& agri-keten is het logisch dat onze focus daarbij ligt op voedsel.

Tijdens de coronacrisis werd meer dan ooit duidelijk dat we iets moeten veranderen in hoe we daar mee omgaan. We importeren bijvoorbeeld veel vlees, maar exporteren nog veel meer. Het is een gevolg van de economische werking: we verdienen aan wat we verkopen en kopen het goedkoper terug. Willen we dat soort stromen nog wel als samenleving? Een paar jaar geleden werd daar nauwelijks over gepraat, nu is het elke dag onderwerp van gesprek. Ik vind dat een positieve uitkomst van wat in veel opzichten moeilijke tijden zijn. Tijden waarin emotionele, maar zeker ook financiële zorgen zijn ontstaan bij veel van onze klanten. We hebben geprobeerd hen zoveel mogelijk te helpen. Met bijvoorbeeld uitstel van aflossingen, met veel online contact, met het delen van onze kennis, met initiatieven voor MKB-ondernemers.

Dat blijven we doen, ook in de toekomst. Sterker nog:

we zijn extra gemotiveerd om te werken aan nieuwe kansen en nieuwe verdienmodellen. Passend binnen onze missie voor een duurzamere wereld. En samen met veel uiteenlopende partijen in het Gooi en de Vechtstreek. Als nieuwe directievoorzitter zet ik me met energie voor deze thema’s in. Ik was het eerder met plezier vijf jaar bij Rabobank Het Groene Hart, nu ben ik actief in de regio waarin ik woon. Dat scheelt een stuk rijden en is dus per definitie duurzamer. Maar het maakt het maken en versterken van verbindingen ook makkelijker: ik kom in mijn privéleven als vanzelf mijn zakelijk netwerk tegen. Jou misschien binnenkort ook? Voor nu wens ik je veel leesplezier met deze Rabo &Co. En als je geïnspireerd raakt weet dan dat we openstaan voor een goed gesprek. Over duurzaamheid, je financiën of goede ideeën:

je bent welkom!

Dennis Kooren Directievoorzitter

Duurzaam gesprek

“Die lekkere avocado in je salade kost

€ 1,29 en komt uit Peru. Hoe kan dat eigenlijk? Zou je 50 cent meer betalen als het uit Nederland komt?”

TEKST: PINK COMMUNICATIE BEELD: PATRICK SIEMONS

Rabo &Co

(3)

Rabo &Co is een uitgave van de lokale banken van Rabobank Groepsorganisatie en wordt kosteloos verspreid onder leden en relaties van de bank en op verschillende openbare gelegenheden. Rabo &Co wordt gedrukt op duurzaam gerecycled papier en verschijnt in 87 verschillende lokale edities.

Het magazine geeft een inkijk in wat er speelt in de lokale en regionale gemeenschappen en op welke manier de Rabobank hier vanuit haar missie Growing a better world together bij betrokken is. Het magazine verschijnt drie keer per jaar. Concept en realisatie: Coöperatieve Rabobank U.A., Altavia Sumis, MPG, Pop Up Press. Mailadres redactie: communicatie.gvs@rabobank.nl. Lithografie en drukwerkcoördinatie: Altavia Sumis.

Lokale teksten: Pink Communicatie. Lokale fotografie: Patrick Siemons.

Rabo &Co is een uitgave van Rabobank. Niets uit deze Rabo &Co mag worden overgenomen, opgeslagen, en/of verspreid op welke wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van Rabobank. De Rabobank, Altavia Sumis en andere informatieleveranciers zijn niet aansprakelijk voor schade van welke aard ook als gevolg van onjuistheden in deze uitgave of in verband met het gebruik van deze uitgave.

4

Eerlijk winkelen Gonny zette in 2017 de EerlijkWinkelenroute op in Hilversum.

6

Koop lokaal

Een globaal voedselsysteem maakt ons kwetsbaar. Betekent corona de doorbraak van de korte keten?

8

Interview

De UrbanDanceGround moet tienermeiden aan het dansen krijgen. Omdat ze vaak te weinig bewegen.

12

Familiebanden

Door corona konden veel groot­

ouders hun kleinkinderen niet bezoeken. Hoe loste een hechte familie dat op?

15

Kort nieuws

Wat speelt er in de regio?

16

Coöperatief

Deze tijd leert ons dat we afhankelijk zijn van elkaar. Dat vergt een coöperatieve houding.

18

Rabo ClubSupport

Verenigingen bieden een waardevol netwerk. En soms helpen ze bij het realiseren van een droom.

20

Ik werk mee

Boaz helpt zijn moeder Janine een handje mee in coronatijd.

21

Samen online

Mevrouw Sterk­van Wijngaarden regelt haar bankzaken zelf.

Gemakkelijk online.

22

Voorloper

Het bedrijf Rebottled verzint nieuwe toepassingen voor lege wijnflessen. Want glas recyclen kost veel energie.

24

Ik blik terug

Jan van Holstein (1932) klom op van jongste bediende tot directeur Rabobank Hengelo.

Hij zag veel veranderen.

26

Interview

Pure smaken, eerlijke ingrediënten en lokale producten: dat is waar De Heeren van Loosdrecht voor staan.

28

Hier & Daar

De coronacrisis kan het uitgelezen moment zijn om je te laten omscholen.

32

Kansrijk project

Viore Centrum in Hilversum is er voor iedereen die leeft met kanker.

34

Column

Hoe wapen je je tegen oplichters?

Adviseur Particulieren Wendy vertelt.

36

Huisje-Boompje-Beestje De studerende dochters van Wicha en Leontine kwamen wegens de coronacrisis tijdelijk weer thuis wonen.

Hoe maak je het?

38

Egels hebben het moeilijk in de winter. Bouw een hotel voor deze beestjes.

De Kwestie

40

Ligt de toekomst van ons voedsel in hoogproductieve landbouw of juist in natuurinclusieve, agro­

ecologische technieken?

Kunst

42

Kunstenaar Alicia Framis vertelt over het levende sculptuur dat ze in 1997 op de Dam maakte.

Interview

43

Hoe zet Rabobank Gooi en Vechtstreek zich in voor duurzaamheid?

3

inhoudsopgave

(4)

TEKST: PINK COMMUNICATIE BEELD: PATRICK SIEMONS

Eerlijke producten, waar koop je die?

Producten die niet milieuvervuilend zijn, waar producenten een eerlijke prijs voor krijgen en waar volwassen mensen in goede omstandigheden aan

werken? En waar drink je tussendoor een duurzaam bakje koffie?

EE RL IJK W IN KEL EN

4 Rabo &Co

(5)

Samen brengen we mensen op ideeën om bij aankopen bewuste keuzes te maken

Gonny, mede-eigenaresse van Sus & So, zette in 2017 de EerlijkWinkelen- route op in Hilversum. ‘De stichting EerlijkWinkelen is opgericht in juli 2010 en heeft als doel consumenten de weg te wijzen naar winkels die fair trade, biologische en/of tweedehands producten verkopen. In Hilversum doen er 39 winkels mee. Van een duurzame optiek en restaurants, tot bloemenservice, tweedehandswinkels en grotere ketens. Een groot deel daarvan staat op de papieren route die in winkels ligt en ze staan allemaal in de eerlijkwinkelen-app.

Allemaal werken ze vanuit eenzelfde visie: de wereld een stukje beter maken met eerlijke handel en duurzame producten. Dat doen we zelf in onze winkel en webshop ook. We verkopen uitsluitend biologische en eerlijk geproduceerde kleding, bed- en badtextiel en woonaccessoires.

Dat vinden we belangrijk, want maar liefst 25% van het totaal aantal pesticiden gaat naar de katoenteelt. Dat is niet alleen milieuvervuilend, het blijft ook achter in de kleding die je draagt op je huid. De meeste mensen weten dat niet, maar willen wel steeds meer de herkomst van producten kennen en secuurder met het milieu omgaan.’

‘De Coronacrisis heeft dat bewustzijn versneld. Onze webwinkel deed het al erg goed, maar ontplofte in die tijd bijna. Dat hoorde ik van meer biologisch ondernemers. Hopelijk behouden we die trend en wordt er straks ook weer meer lokaal geproduceerd. Bijvoorbeeld met de teelt van vezelhennep, waar je ook kleding van kunt maken. Waar we kunnen dragen wij ons steentje bij, vanuit ons eigen idealisme.

Vandaar ook mijn inzet voor eerlijkwinkelen.nl. Toen Hilversum een aantal jaar geleden een Fairtrade-gemeente werd, zocht ik contact met de initiatief nemers. Net als vrijwilligers in andere steden heb ik de route hier opgezet en ik onderhoud die. Er komt af en toe een nieuwe papieren uitgave en er komen winkels bij op de app. We werken ook veel samen met de werkgroep Fair Trade Hilversum. Samen brengen we mensen op ideeën om bij zo veel mogelijk aankopen bewuste keuzes te maken. Dat doen we zelf ook. Tot aan onze enveloppen aan toe.’

koop lokaal 5

(6)

De voedselsector kan veel meer doen om consumenten te helpen om meer lokaal te kopen

6 Rabo &Co

(7)

TEKST: REDACTIE RABO &CO BEELD: BAS LOSEKOOT

De coronacrisis heeft de aandacht voor lokaal geproduceerd voedsel ver- groot. Er mogen zich in Nederland dan wel geen echte voedselproblemen hebben voorgedaan, het virus liet wel zien dat het volledig vertrouwen op een globaal voedselsysteem ons kwetsbaar maakt als grenzen plots worden gesloten. De vraag is of we voortaan niet veel beter al ons voedsel lokaal kunnen gaan produceren? En moeten we nog wel zoveel willen produceren voor de export?

‘Soms wordt export tegenover alles-moet-lokaal gezet, maar we moeten vooral op zoek naar een betere balans’, zegt Joris Lohman, oprichter van FoodHub. Met zijn bedrijf is Lohman op zoek naar nieuwe, duurzamere verbindingen in het gepolariseerde landbouwdebat. ‘Lokale consumptie en im- en export kunnen, én moeten, naast elkaar bestaan. Als er één wegvalt door welke oorzaak dan ook, dan vangt het andere dat op.’ Om beide systemen meer met elkaar in balans te brengen, moeten we meer lokaal gaan consumeren, zegt Lohman. ‘Op dit moment is vooral de korte keten in Nederland onderontwikkeld.’

Geen doel, maar middel

Kortere voedselketens moeten nooit een doel op zich worden, zegt directeur Food & Agri Nederland Carin van Huet van Rabobank. ‘Korte ketens kunnen wel een goed middel zijn om andere doelen te realiseren.’ Bij het verpakken, vervoeren en verhandelen van voedsel is een groot aantal bedrijven betrok- ken die allemaal iets willen verdienen. Van Huet: ‘In een keten met minder schakels kunnen we een betere opbrengst voor de boer realiseren.’

Het inkorten van de voedselketen zal de ervaren afstand tussen de stad en het platteland bovendien verkleinen. Als consumenten weer weten waar hun voedsel vandaan komt, hebben ze mogelijk ook meer begrip voor de mensen die hun voedsel produceren. ‘Als samenleving stellen we heel veel eisen aan boeren, bijvoorbeeld qua duurzaamheid’, zegt Van Huet. ‘Maar we moeten dan ook wel samen bereid zijn om hiervoor te betalen, je kunt de rekening niet eenzijdig bij de boeren neerleggen.’

Eten met de seizoenen

Consumenten zullen hun eetpatroon wel moeten aanpassen, als we meer lokaal willen eten. Asperges behoren tot de laatste producten waarvan de meeste stedelingen nog weten wanneer ze groeien. De meeste andere gewassen liggen het hele jaar door in de schappen. Sperziebonen bijvoor- beeld, die alleen ’s zomers uit eigen bodem voorhanden zijn. De rest van het jaar worden ze ingevlogen uit landen als Kenia.

‘In de drukte van alledag is het lastig om de aandacht van de consument te vragen voor lokaal en seizoensgebonden voedsel’, zegt lector Voedsel en Gezond Leven Sigrid Wertheim-Heck van de Aeres Hogeschool in Almere.

De voedselsector zou veel meer kunnen doen om de consument te helpen.

‘Supermarkten kunnen bijvoorbeeld een schap inrichten met uitsluitend regionale seizoensgroenten.’ De consument wil dit ook, denkt Wertheim:

‘We zien in de bierwereld dat seizoensgerelateerde producten het heel goed doen. Denk bijvoorbeeld aan Herfstbock.’

Balans

Conclusie? Het is goed om onze boeren te steunen door meer lokaal te ko- pen, maar we moeten onze mondiale ketens evengoed koesteren. Lohman:

‘Je moet voedsel verbouwen op de plek die zich hier het beste voor leent.

Koffie, thee en bananen blijven we importeren.’ Van Huet: ‘85 procent van onze export blijft binnen Noordwest-Europa. Op wereldschaal is dit eigenlijk gewoon regionale afzet.’

Verbouw voedsel vooral op de plek waar dit het beste groeit

koop lokaal 7

(8)

8 Rabo &Co

(9)

De UrbanDanceGround moet tienermeiden aan het dansen krijgen, in de buitenlucht,

in hun eigen wijk. Omdat ze vaak geen geld hebben voor een sport en te weinig

bewegen. Petra Pluimers is het brein achter de outdoor dansplekken, waarvan de eerste twee in Utrecht liggen. ‘Ik hoop dat die meiden denken: hé, aan mij is ook gedacht, mij vinden ze óók belangrijk.’

PE TR A PL UIME RS

TEKST: MENSJE MELCHIOR BEELD: FRANK RUITER

9

interview

(10)

P

Petra Pluimers (36)

Wie Wat

Bedenker UrbanDanceGround,

een gratis dansplek waar jongeren zich kunnen uitleven.

Waar

Utrecht

Waarom

Rabobank steunt dit project, omdat de dansplekken samen met de doelgroep zijn

bedacht en jongeren worden gestimuleerd om meer buiten te

bewegen.

Jongens vermaken zich met voetballen, maar de meiden

bewegen te weinig

etra Pluimers (36) liep zestien jaar geleden stage in een buurtcentrum in de Utrechtse wijk Kanaleneiland. ‘Mijn stagebegeleider wist dat ik van dansen hield en vroeg me om eens een les te geven in het buurtcentrum. In no time volgden veertig meiden elke week een les.

En een talent dat ze hadden! Een van de moeders ver- telde me dat haar dochter gek was op dansen, maar dat ze een gewone dansschool niet kon betalen. Zó oneerlijk vond ik dat. Ik ga zorgen dat die meiden wél een plek krijgen om hun talent verder te ontwikkelen, dacht ik toen.’

Ze zette PM-dance op, waar leden voor 12,50 euro per maand kunnen dansen. Inmiddels zijn er duizend leden, op veertien locaties in Midden-Nederland; een van de grootste bevindt zich op Kanaleneiland.

Daar ligt sinds kort ook de eerste UrbanDanceGround, vlak bij het Amsterdam-Rijnkanaal. Veel van de jonge-

ren op Kanaleneiland leven buiten. De gezinnen zijn er vaak groot en de ruimte in de portiekflats en laagbouw is beperkt. Voor de kleinere kinde- ren zijn er speeltuintjes in de wijk. De jongens vermaken zich met voetballen op Cruyff Courts of stalen hun spieren met de toestellen op de sport- veldjes langs het kanaal. Maar de meiden? ‘Die bewegen weinig’, weet Pluimers. ‘Geld voor een sportclub is er vaak niet. Als je aan hen vraagt:

“Waarom ga je niet lekker buiten sporten?”, ant- woorden ze: “Wat moet ik doen dan? Ik hou niet van voetbal, voor ons is er niks”.’

Master

Pluimers begon twee jaar geleden met de master Sport en Beweeginnovatie. Haar doel: uitvogelen hoe je jongeren meer kunt laten bewegen. ‘Voor mijn masteronderzoek heb ik een enquête ge- houden onder duizend jongeren. Daaruit kwam een enorm verschil naar voren tussen jongens en meisjes: 54 procent van de jongens sport buiten, bij de meisjes is dat maar 7 procent.’

‘Toen ben ik op zoek gegaan naar het beste idee om buiten bewegen te stimuleren – of dat nou voor jongens, meisjes of allebei is. Ik deelde flyers uit op scholen en er kwamen overal in Utrecht posters te hangen met de oproep ideeën in te dienen. Ik kreeg er vijfhonderd binnen; van een achtbaan waarop je van het ene huis naar het andere huis kon rennen, tot de “urbank”, waarop je je kunt opdrukken en je je telefoon aan kunt koppelen en zo work-outmuziek op kunt zetten.’

Achtbaan

De kunst was om uit vijfhonderd ideeën de beste te kiezen. ‘Met twaalf jongeren ben ik gaan zitten.

We hebben eerst een schifting gemaakt: wat is realistisch en wat niet? De achtbaan viel dus af

… Daarna maakten we een toptien, waarbij de

“urbank” bij iedereen goed scoorde. Er waren ook veel dansideeën, ingestuurd door meiden die bij- voorbeeld dansbattles in de wijk wilden houden – maar heel concreet waren die ideeën niet.’

10 Rabo &Co

(11)

Ik hoop dat meiden zich ook gezien voelen

Toch trok het idee om met dansen aan de slag te gaan. Met een groep meiden uit Kanaleneiland ging Petra Pluimers brainstormen. Wat zou voor hen de ideale plek zijn om buiten te dansen? Zo ontstond het plan voor de UrbanDanceGround:

14 vierkante meter groot, een zwart-witte dans- vloer (‘net als in dansfilms’), bankjes om te zitten en een “hufterproof” paal waar je je telefoon op kunt leggen en versterkt muziek kunt afspelen.

Op een informatiebord staat een QR-code.

‘Daarmee kun je inloggen op de UrbanDance- Ground-community. Dan krijg je elke week een video met een nieuwe choreografie te zien die je met je vriendinnen kunt leren. En je kunt er je eigen dansfilmpjes delen.’

Jaarbeursplein

Om het idee te ‘verkopen’, zocht Pluimers contact met Nijha, de leverancier van sport- en speeltoe- stellen die ook de Cruijff Courts maakt. Samen werkten ze het plan verder uit. ‘Met hun schetsen ben ik naar de gemeente Utrecht gestapt.

Wilden zij 20.000 euro betalen en zo een van de dancegrounds financieren? En ik benaderde Rabobank Utrecht. Ze kwamen met drie man

naar Kanaleneiland toe, ik presenteerde mijn plan en ze waren meteen enthousiast. Zo kreeg ik het tweede bedrag binnen.’

De andere dansplek komt bij het Centraal Station, op het Jaarbeursplein. Pluimers hoopt dat het niet alleen bij Utrecht blijft. ‘Hoe mooi zou het zijn als er straks in heel Nederland UrbanDance- Grounds liggen? En dat Utrecht dan een dance battle gaat houden met Enschede. Als dat lukt, heb ik wel een steentje verlegd, hoor.’

Hoe Pluimers zo zeker weet dat de UrbanDance- Ground er over een paar jaar niet bij ligt als een verlaten en verloederd veldje? ‘Dat gebeurt niet.

De meiden voor wie het bedoeld is, hebben de outdoor dansplek samen met mij bedacht. En als we zorgen dat er genoeg leuks te doen is – dan- slessen op afstand, masterclasses van bekende dansers, TikTok-challenges – wordt dit echt wel dé plek waar ze samen komen om te dansen.’

Buurtcoaches

Pluimers’ afstudeerproject is duidelijk succesvol.

Toch kan ze haar diploma nog niet ophalen. ‘Nee, ik moet nog onderzoeken hoe de dancegrounds in de praktijk uitpakken. Ik wil niet alleen dans- plekken neerleggen en klaar. Het is belangrijk dat de meiden straks hun plek innemen. Daarom maak ik ook een activatieplan. Met buurtcoaches die een oogje in het zeil houden en dansleraren die er les komen geven. En dus alle dingen die er op de UrbanDanceGround-community te doen zullen zijn. Ik hoop niet alleen dat de meiden er meer door gaan bewegen, maar ook dat ze zich gezien voelen. Dat ze denken: hé, niet alleen voor mijn broer is er buiten van alles, ook aan mij is gedacht. Ze vinden míj ook belangrijk.’

11

interview

(12)

Door het coronavirus konden veel grootouders hun kleinkinderen een poosje niet bezoeken. Hoe ging een hechte familie daar mee om?

En hoe belangrijk zijn sterke familiebanden eigenlijk?

‘Onze Zoom- party voelde

vertrouwd’

Toen haar kinderen twee en vier jaar oud waren, nam Tirzah Tetelepta hen mee naar de Molukken, naar het geboortedorp van haar ouders. Tirzah is geboren in Winterswijk, haar man is een geboren Groninger, maar de Molukse cultuur zit in de familie. Haar kinderen moeten wat leren over de afkomst van hun familie. Dat is immers ook een deel van hun identiteit, meent Tirzah. ‘Familie vind ik erg belangrijk. Je deelt een onverwoest­

bare band met elkaar.’

Tirzah Tetelepta (1976) werkt bij de Rabobank Groepsorganisatie in Utrecht als projectmanager cyber security. Ze is tevens voorzitter van het Kleurrijk Rabo­netwerk. Het begrip ‘familie’ neemt ze ruimer dan anderen: alle generaties, aftakkingen en partners horen erbij. Tirzahs dochter Amy is vernoemd naar haar vader, haar zoon Ruben naar haar lievelingsoom. Familieverjaardagen zijn áltijd druk bezocht. Oma en opa sturen vrijwel dagelijks appjes naar hun kleinkinderen: ‘Hoe gaat het met onze kindjes?’ Regelmatig logeren Tirzahs kinde­

ren bij hun grootouders, waar alles kan en mag.

En toen was daar het coronavirus.

Tirzah: ‘Omdat mijn ouders tot de risicogroep behoren – vanwege hun leeftijd, maar ook omdat mijn moeder een aangezichtsverlamming heeft – konden we elkaar niet meer bezoeken. Dat vond ik vervelend, ook voor mijn kinderen, maar ik merkte dat met name mijn ouders het er moeilijk mee hadden.’

Steun aan elkaar

We houden misschien niet allemaal van familie­

bezoeken, maar vanuit sociologisch perspectief is familie uiterst belangrijk.

Katya Ivanova is universitair docent sociologie aan Tilburg University, gespecialiseerd in interge­

nerationele saamhorigheid in complexe families.

‘Alle familieleden hebben profijt bij sterke familie­

banden — daar is tal van wetenschappelijk bewijs voor. In zo’n familie voelen mensen zich minder eenzaam en hebben ze steun aan elkaar.

Men zorgt ook voor elkaar. Je kunt ook aan heel praktische voordelen denken: goede kans dat opa en oma regelmatig op de kleinkinderen passen of dat ouders hun kind financieel kunnen steunen bij het kopen van een huis.

Kinderen op hun beurt kunnen ouderen leren omgaan met WhatsApp, om maar wat te noemen, en ze kunnen voor hen zorgen wanneer dat nodig is. Voordat we de verzorgingsstaat hadden, was de familie ons veiligheidsnet. Nog altijd is familie ons belangrijkste netwerk.’

Ivanova vervolgt: ‘Familieleden die regelmatig op de een of andere manier contact met elkaar hou­

den, plukken de vruchten van een familieband — die correlatie is aangetoond. Maar dat hoeft niet per se lijfelijk contact te zijn.’ Dat is goed nieuws, in tijden van corona. Met elkaar bellen of video­

bellen kan dus een goed alternatief zijn.

Op een kluitje

Ook in Tirzahs familie werd bij gebrek aan bezoeken van en aan opa en oma uitgeweken naar videobellen. Pardon: ‘Zoom­parties’, met de hele familie (zie fotobijschrift). ‘Rommelige gesprekken, maar daar staat onze familie om bekend. Het voelde dus heel vertrouwd’, lacht Tirzah. Natuurlijk, videobellen is niet hetzelfde als elkaar in het echt zien. Knuffelen.

Maar de familie bleef er nuchter onder: wat niet kan, kan niet. Maar de opluchting was groot en duidelijk zichtbaar toen Tirzah en haar ouders het weer aandurfden om elkaar te bezoeken.

‘We hadden afgesproken anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Maar zowel de kinderen als mijn ouders konden zich niet bedwingen: ze omhelsden elkaar gauw.’ In juni was er ‘eindelijk weer’ een familieverjaardag en werd het nog eens duidelijk hoezeer ook de ande­

re familieleden fysiek contact hadden gemist.

‘De halve woonkamer bleef leeg. Op de andere helft zat iedereen op een kluitje. Heerlijk.’

TEKST: RENS LIEMAN BEELD: MARCO VAN DUYVENDIJK

Rabo &Co

12

(13)

Agnes (1950) en Joseph (1948) Tetelepta, met hun dochter Tirzah (1976) en hun kleinkinderen Ruben (2013) en Amy (2014). Tijdens de lockdown konden ze alleen online met elkaar praten, via

Zoom. Het was de eerste keer voor iedereen even wennen, maar opa en oma zijn blij wanneer hun (klein)kinderen in beeld verschijnen. ‘Kunnen we al die smoeltjes niet ook in een raster zien?’, vraagt Joseph bij hun eerste Zoom-party. Na wat drukken op de knoppen krijgt hij het voor elkaar.

Kijk, daar zijn de kleinkinderen, Ruben en Amy hangen over Tirzah heen. Ze trekken gekke bekken.

‘Hallo lievelingen! Hoe is het daar?’ Agnes ziet Ruben antwoorden, maar ze hoort alleen haar beide zonen, die druk met elkaar in gesprek zijn. Joseph mengt zich erin, wil ook het woord. Agnes trekt zich juist terug. Laat ze hun gang maar gaan. Het wordt steeds rumoeriger, drukker, luider — net zoals op verjaardagen hier in huis. ‘Fijn, zeg.’

Kleinkinderen in tijden van corona

portretten 13

(14)

Tirzah vertelt hoe haar kinderen het online contact met haar ouders tijdens de lockdown hebben beleefd. ‘Ze weten hoe videobellen werkt, dat het nu

even wachten is totdat de anderen ook ingelogd zijn.’ Pling: oma en opa. Ruben:

‘Oma, we zien alleen je voorhoofd, haha!’ Tirzah zegt tegen haar moeder dat ze de telefoon iets moet kantelen. ‘Heeee, oma!’ roept Amy blij. Terwijl de rest van de familie inlogt, trekken de twee gekke bekken. Amy drukt haar neus bijna tegen het telefoonscherm, het is reuze interessant om iedereen te zien en te horen praten. Ook hun ooms melden zich en die beginnen met elkaar te praten. Weet de rest wel dat zij er ook nog zijn? Zo is er niets meer aan. De twee springen van de bank. ‘Doei allemaal, wij gaan buiten spelen’, roepen ze nog. En weg zijn ze.

Dochter in tijden van corona

portretten

14

(15)

KORT NIEUWS

kort nieuws

Rabo Coöperatiefonds ondersteunt lokaal

Het Coöperatiefonds van Rabobank Gooi en Vechtstreek richt zich in 2020 hoofdzakelijk op projecten die aansluiten op een aantal maatschappelijke thema’s:

het versterken van de lokale leefomgeving, duurzamer wonen, iedereen financieel gezonder, (ondernemers) duurzaam groeien en duurzamere voeding. Heeft jouw maatschappelijke organisatie een mooi project? Stuur dan een aanvraag in.

Kijk op rabobank.nl/gvs voor meer informatie.

Workshop Online Bankieren nu een-op-een

Door corona hebben we onze goed bezochte workshops Online Bankieren moeten annuleren.

We hopen dat we deze snel in kleine groepen weer kunnen organiseren. Tot die tijd ben je meer dan welkom voor een een-op-een training Online Bankieren. Dit kan bij jou thuis of op een van onze kantoren. Uiteraard houden we ons daarbij aan alle maatregelen in verband met corona. Heb je interesse in een persoonlijke uitleg over online bankieren? Stuur dan een mail naar particulieren.gvs@rabobank.nl. Wij nemen dan contact met je op om een afspraak te maken.

Rabo Samen Online voor Hypotheken

Je hypotheek online regelen. Ideaal. Maar voor zo’n financiële keuze is het wel prettig om persoonlijk geadviseerd te worden.

Rabobank introduceerde daarom onlangs Rabo Samen Online voor Hypotheken.

Daarbij regel je jouw hypotheek ge- makkelijk online, maar heb je ook een adviseur die meedenkt. Kijk voor meer info op rabobank.nl/hypotheken of bel (035)

Steuntje in de rug

Het coronavirus raakt inmiddels meer dan alleen onze gezondheid, ook onze economie wordt hard geraakt. Als coöperatieve Rabobank blijven we ook nu die stap extra zetten. Want lokale verenigingen, stichtingen en maatschappelijke instanties die door de coronacrisis bijvoorbeeld een activiteit starten die bijdraagt aan de lokale leefomgeving, kunnen een bijdrage aanvragen uit ons Coöperatiefonds. Denk aan het voorkomen van eenzaamheid of het steunen van schoolactiviteiten voor kinderen thuis als er geen internetvoorzieningen zijn. Tot en met juli is ruim € 8.700 uitgekeerd.

Dag van de zorg

In plaats van de jaarlijkse wandeling met bewoners, zetten medewerkers van de bank dit jaar Woonzorgcentrum Maria Dommer in Maarssen in het zonnetje. Het zorgpersoneel werd getrakteerd op een kopje koffie en wat lekkers door de Barista Company. En bewoners werden verblijd met een Rabobank- boeket. Een klein gebaar om iedereen in deze bijzondere tijd een glimlach te schenken.

15

(16)

Corona houdt de wereld in haar greep. Maar behalve de negatieve gevolgen die we ervan ondervinden, kunnen we er ook iets van leren: terwijl we elkaar fysiek op afstand houden, groeit het besef dat we in geestelijk opzicht juist naar elkaar toe moeten bewegen.

De coöperatie is springlevend

TEKST: ROLAND VAN DER VORST BEELD: BAS LOSEKOOT

heeft op het waterniveau in Bangladesh. Dat de brandende regenwouden in Brazilië wel eens zouden kunnen bijdragen aan de noodzaak tot ophoging van onze dijken. Ook de oplossingen voor deze uitdagingen beginnen bij het besef van onderlinge afhankelijkheid.

Je zou denken dat technologie ons daarbij kan helpen. Maar achteraf bekeken is de hele global village vooral een praatclub gebleken. Iedereen kan online naar hartelust communiceren, spelle- tjes spelen en zaken doen met de hele wereld.

Maar om nou te zeggen dat dit heeft geleid tot een diepgaand besef dat we elkaar nodig hebben, valt nog maar te bezien.

Digitale ecosystemen

Toch komt daar verandering in. Er komt steeds meer ‘coöperatieve technologie’. Zoals systemen die de onderlinge afhankelijkheden tussen meerdere partijen op een goede manier regelen.

De meeste platforms – zoals e-commercebedrijven, dating platforms en marktplaatsen – stimuleren nu nog de economische uitwisseling tussen twee partijen. Maar er komen steeds meer digitale ecosystemen die verschillende spelers met elkaar verbinden op een manier waar iedereen beter van wordt. Denk aan de digitale platforms in bijvoorbeeld Afrika en India die boeren gemakke- lijker verbinden met financiers, zadenleveranciers en afzetmarkten. Goed voor boeren en alle bedrijven in die keten. Deze digitale systemen stemmen de onderlinge afhankelijkheden zorg- vuldig op elkaar af. De spelers staan zo niet meer tegenover, maar tussen elkaar. We zijn vanuit

innovatie bij Rabobank actief aan het investeren in dergelijke platforms in de wereld.

Op de tweede plaats zijn er platforms die expli- ciet het algemene belang behartigen. Een klein voorbeeld dat bedoeld is om voedselverspilling tegen te gaan is Olio, een gratis app die buurtge- noten met elkaar verbindt die eten hebben dat ze zelf niet kunnen opeten. De app werkt eenvoudig:

je maakt een foto van je eten en mensen die zijn aangesloten ontvangen een alert. Inmiddels hebben een miljoen mensen in 49 landen zich hierbij aangesloten. Olio zorgt ervoor dat mensen niet tegenover, maar naast elkaar staan.

Hier zie ik traditioneel een belangrijke rol voor ons in Nederland. Het platform Support Your Locals, dat Rabobank actief heeft helpen bouwen, is zo’n voorbeeld hiervan.

Dit zijn nieuwe coöperatieve systemen die mensen bijeenbrengen op basis van wederzijdse afhankelijkheid. Dat is misschien wel een van de meest hoopgevende ontwikkelingen: het blijft niet meer bij praten alleen. Deze nieuwe syste- men maken het verbinden van mensen minder vrijblijvend.

Bouwer van coalities

Maar er is een derde manier waarop we het individuele belang kunnen helpen overstijgen:

een fysieke plek inrichten waar mensen onder elkaar zijn. Zo is de voetbalkantine voor veel ondernemers in het Westland een plek waar geschillen worden beslecht en oplossingen bedacht. De kantine is een neutrale, derde ruimte, waar men elkaar vertrouwt. Onder het voetbal ontstaat er tijd om het eens te worden.

De kantine is juist zo effectief omdat hij niet bedoeld is voor overleg. Langzamerhand kunnen we elkaar weer gaan ontmoeten. Laten we die mogelijkheid gebruiken om mensen uit ons netwerk bij elkaar te brengen. Van elkaar te laten leren. Hoe zij met de crisis zijn omgegaan.

Kunnen we samen misschien een buurt vooruit helpen?

Zelf ben ik onder andere betrokken bij een initiatief waarbij Rabobank kijkt hoe we boeren wereldwijd kunnen laten profiteren van de opslag van CO₂ in hun land. Ik zie een belangrijke rol weggelegd voor de bank als bouwer van coalities. Op lokaal niveau en op wereldschaal.

Daarmee helpen we de wereld vooruit.

En het is goed voor zaken, want nieuwe initiatieven moeten ook gefinancierd worden.

Twintig jaar geleden klonk de coöperatie voor veel mensen misschien ouderwets.

Tegenwoordig is zij springlevend. Rabobank is bij uitstek de organisatie om te laten zien dat de coöperatie kan werken. Let’s grow a better world together!

Roland van der Vorst Head of Innovation, Rabobank Nederland Meer dan ooit wordt duidelijk dat we alleen door samenwerking problemen kunnen oplossen.

De schade van deze crisis was veel kleiner geweest als landen een gezamenlijke strategie tegen Covid-19 hadden gekozen. Als er goede afspraken waren gemaakt over het delen van kennis, medicijnen en de mobiliteit van mensen.

De schade was minder groot geweest als we gekeken hadden naar de samenhang van de ver- schillende elementen (zoals gezondheidssymp- tomen, ziekenhuiscapaciteit, mobiliteitspatronen en culturele context) en hun systeemdynamische effecten. Als deze crisis íets duidelijk maakt, is het dat we de wereld als geheel moeten beschouwen.

Dat geldt niet alleen voor het bestrijden van Covid-19. De uitdagingen van deze tijd overschrij- den de grenzen van onze eigen haard. Ze vragen om een coöperatieve grondhouding. Eén waarbij we ons realiseren dat we afhankelijk zijn van elkaar. Dat het gebruik van fossiele brandstoffen in New York, Shanghai en Amsterdam invloed

16 Rabo &Co

(17)

Meer dan ooit wordt duidelijk dat we alleen door samenwerking de problemen van deze tijd kunnen oplossen

17

coöperatief

(18)

Hockey-international Terrance Pieters en kunstenaar Klaskie kunnen excelleren dankzij alle vrijwilligers die het verenigingsleven dragen. ‘De club voelt als mijn tweede huis.’

Onze

TEKST: SABINE SLUIJTERS BEELD: STUDIO POLAT

club

Maar we zaten ook jankend in de kleedkamer na een verloren finale.’

ClubSupport

Het verenigingsleven is een van de steunpilaren onder de Nederlandse samenleving. Naar schat- ting telt ons land 28.000 sportclubs en een kleine 40.000 culturele verenigingen. Hier komen jong en oud samen om te ontspannen, te leren of zichzelf uit te dagen. Verenigingen verbinden mensen en bieden een waardevol netwerk. En soms helpen ze jongeren bij het realiseren van hun ultieme droom.

Met ClubSupport ondersteunt Rabobank het Nederlandse verenigingsleven.

errance Pieters is zes jaar als hij begint met hockeyen in de F5 van Almere.

‘Ik was eigenlijk altijd op de club.’

Als hij terugdenkt aan die tijd verschijnt er een grote grijns op het gezicht van de 23-jarige aanvaller van het Nederlands elftal. ‘Op woensdag en vrijdag had ik training. Maar op dinsdag en donderdag organiseerde de vereniging instuif- trainingen voor wie zin had. Daar was ik altijd bij.’

Voor Pieters voelt zijn club als een tweede thuis.

Zijn ouders zijn actief als vrijwilliger. ‘Mijn vader coördineerde de zaalhockey en mijn moeder zat in de communicatie-commissie.’ Hij leert er al zijn beste vrienden kennen. ‘We speelden jarenlang in hetzelfde team. Dan breng je veel tijd met elkaar door en deel je heftige emoties. Intense blijdschap als we een belangrijke wedstrijd wonnen.

Ik wil mee naar de Olympische Spelen in Tokio

T

Stem op jouw favoriete clubs

Als coöperatieve bank investeert de Rabobank elk jaar een deel van de winst in lokale clubs en verenigingen. Zo kunnen ze blijven doen wat ze doen: ons land beter maken, buurt voor buurt.

Dit jaar stelt Rabobank Gooi en Vechtstreek met Rabo ClubSupport € 125.000 beschikbaar. Als lid van onze bank kun je mee beslissen over hoe dat bedrag wordt verdeeld. Van 5 t/m 25 oktober kun je via de Rabo App vijf stemmen uitbrengen op de clubs van je keuze. Doe je mee? Goed voor jouw club & goed voor jou!

Rabo &Co

18

(19)

Ik mag

mijn collectie showen in New York

Code

Pieters wordt zes jaar achtereen gecoacht door de vader van zijn beste vriend Manuel Verga.

Van hem leert hij ‘de code’: ongeschreven omgangsregels die hem vormen, ook buiten het hockeyveld. ‘Dat je altijd eerlijk moet zijn.

En iemand moet aanspreken als je het ergens niet mee eens bent.’ Maar wanneer hij gecon­

fronteerd wordt met racistische opmerkingen in en om het veld spreekt hij zich niet uit. ‘Ik vond dat ik ermee moest leren omgaan.’ De grappen die gemaakt worden – ook door teamgenoten – lijken onschuldig, maar raken hem wel degelijk.

‘Mensen realiseren zich gewoon niet wat woorden als ‘zwarte’ en ‘neger’ met je doen.’

Inmiddels hockeyt Pieters vier jaar in de hoofd­

klasse, het hoogste niveau in de hockeysport en maakt hij deel uit van de selectie van het Nederlands elftal. Vorig jaar stapte hij met pijn in zijn hart over van Almere naar Kampong.

‘Dat was een hele moeilijke beslissing, maar ik wilde hogerop. Mijn doel is meegaan naar de Olympische Spelen in 2021 en bij Kampong kan ik beter laten zien wat ik kan.’

Toch biedt een club een sporter niet alleen een platform om te leren en te excelleren, vindt Pieters. ‘De meerwaarde zit ook in het netwerk.

Ik ken genoeg jongens die stageplekken of werk hebben gekregen dankzij de vereniging.’

Zelf vond hij via een bestuurslid van Almere een huis in Amsterdam. Een notaris binnen Kampong hielp hem met het oprichten van een eigen bv.

‘Als ik iets nodig heb, kijk ik eerst even binnen de vereniging of er iemand is die me kan helpen of advies kan geven.’

Kunstbende

Hockey is een teamsport en dus bij uitstek een verenigingssport. Maar ook in de kunst en cultuur spelen verenigingen een belangrijke rol.

Uit recent onderzoek blijkt dat zo’n 1,5 miljoen Nederlanders een creatieve activiteit beoefenen bij een culturele of kunstzinnige vereniging.

Voor de 16­jarige Klaske Duin – of Klaskie zoals haar artiestennaam luidt – is dat Kunstbende, een jaarlijkse wedstrijd voor jong creatief talent, die eerder grote artiesten als Duncan Laurence en Martin Garrix voortbracht. Deelnemers komen uit in diverse categorieën uiteenlopend van fashion en theater tot dj, taal en influencer.

Met gratis workshops bereiden ze zich voor en wie de regionale voorronde wint, mag mee naar het finalistenweekend. ‘Dat is zo leuk. Je ontmoet daar zoveel nieuwe creatieve mensen.’

Met haar kledingcollectie won Klaskie de finale

van 2019 in de categorie fashion. ‘Daardoor mocht ik naar de Fashion Clash in Maastricht en Lowlands. Ik heb daar zoveel geleerd over het organiseren van een modeshow.’ Ook krijgt ze coaching in social media, waardoor ze beter vindbaar is op Instagram. ‘Daardoor ben ik gevonden door NY Fashion Week en mocht ik naar New York om mijn collectie te showen.’

Kunstbende geeft jonge talenten een podium en de kans om te ontdekken of ze echt verder willen in een bepaalde discipline. Naast de workshops en masterclasses zit de meerwaarde vooral in het enorme netwerk dat de vereniging biedt.

Maar liefst 85 procent van de deelnemers krijgt later werk in de cultuursector. Ook Klaskie weet zeker dat ze hierin verder wil. ‘Ik ben interdiscipli­

nair verteller. Ik vertel verhalen en gebruik daar­

voor alle kunstvormen die er zijn. Bij Kunstbende kan ik dat uitproberen. Tot ik achttien ben, ga ik elk jaar meedoen.’

Rabo ClubSupport 19

(20)

BOAZ WERKT MEE

‘Een beetje uitslapen en thuis zijn.

Dat vond ik het grote voordeel van niet naar school mogen door corona. Maar die

tijd was ook heel gek. We waren alle drie ziek, dus mijn moeder, mijn broer Abel en ik konden zes weken niet naar buiten. Toen het uiteindelijk wel mocht heb ik met mijn moeder best vaak gewandeld. Maar het liefste was ik gewoon gaan keepen, dat miste ik. Net als mijn vrienden.

Het was ook wennen om opeens met z’n drieën thuis te zijn. Mama werkt normaal elke dag en deed dat nu opeens vanuit thuis. Ze zei al snel dat we het echt samen moesten doen. Dat vond ik wel logisch. Ze moest ons helpen met school en haar eigen werk doen. Doordat we thuis waren heb ik gezien hoe druk dat werk is.

Dan kreeg ze soms wel vijf telefoontjes in een uur en hielp ze tegelijkertijd met mijn huiswerk.

Dan is het niet leuk als je ook nog alles in huis zelf moet doen. Ik heb dus geholpen, bijvoorbeeld met de afwas of opruimen.

En ik ben zelfstandiger gaan werken voor school. Dat moest ook wel, want we hadden niet gelijk vanaf het begin een duidelijk rooster.

Ik zit in het tweede jaar havo/vwo en we kregen veel opdrachten om zelf te doen. Ik vond dat echt veel zwaarder dan normaal. Of ik daarom wel weer terug wilde naar school? Nou…dat uitslapen was lekker hoor!’

Boaz, 14 jaar uit Bussum

TEKST: PINK COMMUNICATIE BEELD: PATRICK SIEMONS

ik werk mee

20

(21)

ONLINE

‘Takken van de grote kastanjeboom in de tuin zagen: dat doe ik niet zelf. Maar verder ben ik in alles zelfstandig. Ik spit de tuin, doe mijn boodschappen, trek er op uit. Zo hoort het ook, vind ik. Alles wat je zelf kan doen moet je blijven doen. Zeker je financiële zaken. Ik weet nog dat je bij de Rabobank zegeltjes kon sparen voor een dubbeltje. Sinds die tijd is er veel veranderd. Maar ik klaag zeker niet. Er is veel gemak voor teruggekomen. Ik bankier nu bijvoorbeeld gewoon online. Met dank aan de workshops van de Rabobank. De eerste die ik volgde is al jaren geleden toen de Random Reader werd geïntroduceerd. Eerst hielpen mijn kleindochters, maar ik wilde het toch zelf kunnen. Dus toen was ik erbij toen de bank er uitleg over gaf. Ik vond het heerlijk: je bent daar zó welkom. Koffie, thee, water, lekkere stoelen:

het staat allemaal klaar. Twee adviseurs geven met een presentatie een heldere uitleg en je krijgt alle informatie mee naar huis. Later heb

ik ook de workshop Internetbankieren gevolgd en die was net zo praktisch: ik kan het iedereen aanraden. Door de workshop Veilig Bankieren weet ik precies waar ik op moet letten en ook de workshop Mobiel Bankieren was interessant.

Daar doe ik nog niet veel mee, ik vind bankieren op de laptop prettiger. Maar als je wil kun je gewoon je mobiel of iPad meenemen naar de bank en dan leggen ze het helemaal uit. Heel ontspannen, gezellig en leerzaam. De volgende keer schrijf ik weer in!’

Cocky Sterk-Van Wijngaarden uit Laren

TEKST: PINK COMMUNICATIE BEELD: PATRICK SIEMONS

workshop online bankieren 21

(22)

Weinig zo lekker als een goed glas wijn. Alleen is het zonde dat de lege fles daarna in de glasbak verdwijnt. Als eigenaar van het bedrijf Rebottled heeft Jermain van der Graaf samen met zijn compagnon Juan Diego Flores daar een oplossing voor bedacht.

27-jarige Van der Graaf. ‘De productie van gerecycled glas kost maar 15 procent minder energie dan nieuw glas maken. Dat was naar mijn mening te weinig. Dus ben ik gaan kijken wat je nog meer met wijnflessen kon doen.’

Voor Van der Graaf stond al snel vast dat hij een duurzame en sociale onderneming wilde opzetten. Als student bedrijfseconomie stond hij al mede aan de basis van een multicultureel cateringbedrijf voor vluchtelingenvrouwen.

Hij merkte dat de glimlach op het gezicht van de vrouwen hem heel veel voldoening gaf.

Ook wilde hij zijn steentje bijdragen om de wereld een stukje beter te maken.

Leger des Heils

Maar op wat voor manier kon de wijnfles daar een rol in spelen? ‘In eerste instantie bedacht ik aarom worden bierflesjes

wel hergebruikt, maar wijn- flessen niet? Met die vraag als uitgangspunt startte Jermain van der Graaf in 2016 zijn bedrijf Rebottled: een sociale en duurzame onderneming waar lege wijnflessen een tweede leven krijgen als drinkglas.

Inmiddels heeft hij samen met zijn compagnon Juan Diego Flores vijf medewerkers in vaste dienst en werken er zo’n twintig mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt parttime in de fabriek aan de rand van Utrecht. Per maand produceert Rebottled ongeveer 20.000 drinkglazen uit de onderkant van lege wijnflessen.

‘Na onderzoek te hebben gedaan, kwam ik erachter dat het glas dat in de glasbak verdwijnt, minder duurzaam is dan ik dacht’, zegt de

TEKST: GUUS PETERS BEELD: ANNABEL OOSTEWEEGHEL

wijnfles Van naar drinkglas

W

22 Rabo &Co

(23)

om de flessen te laten hervullen’, herinnert Van der Graaf zich. Maar dat was haast onmogelijk.

‘De flessen worden in het buitenland gebotteld.

Om de flessen vanuit Nederland naar andere landen te sturen en daar opnieuw te vullen, zou heel veel werk en alles behalve duurzaam zijn.’

Dus kwam hij op het idee om er drinkglazen van te maken. Na in de eerste maanden gebruik te hebben gemaakt van de werkplaats van het Utrechtse Leger des Heils openden Van der Graaf en Flores eind 2018 hun eigen fabriek, The Rebottled Factory, in Utrecht. Hun idee:

om impact te hebben, moest de productie worden opgeschaald.

Vanaf de oprichting van het bedrijf haalde Rebottled de lege wijnflessen zelf op bij cafés en andere horecazaken. Het waren tegelijk de grootste afnemers van het duurzame product.

Tot corona de kop op stak en alles veranderde.

‘We konden geen lege flessen meer ophalen omdat de horeca dicht ging en ook onze afzet- markt droogde grotendeels op’, vertelt Flores (29).

‘We moesten andere wegen gaan bewandelen.’

Rebottled legde zich toe op de online verkoop aan consumenten en produceert sinds kort ook duurzame lampenkappen, kaarsenhouders en

drinkflessen van lege wijnflessen. Ook sloot het bedrijf een partnership met Libbey, een van de grootste glasfabrikanten ter wereld. De ambitie van de samenwerking is helder: de meest circulaire drinkglazen van Europa produceren. Flores: ‘ We richten ons nu nog op Nederland en België, maar merken dat er ook aanvragen uit andere landen binnenkomen.’

Een begrip in de glasindustrie

Zelf omschrijven Van der Graaf en Flores hun reis tot nu toe als een groot avontuur, met de nodige hobbels onderweg. ‘Als je het anders wil doen dan de rest, loop je tegen meer zaken aan’, zegt Flores. ‘Er bestaat geen vaste structuur of vast systeem voor wat wij doen. Je moet als het ware een hele keten veranderen. Het maakt de uitdaging extra groot om iets bij te dragen aan een betere wereld.’

Ze merken dat de vraag naar hun producten toeneemt. Samen met de aangesloten partners groeit Rebottled parallel mee aan de vraag.

‘Als we in het begin een order kregen van 40.000 glazen waren we daar vijf tot tien maanden mee bezig. Nu hebben we het binnen een maand klaar’, zegt Van der Graaf. ‘We willen een begrip worden in de glasindustrie, zodat we uiteindelijk een slinger kunnen geven aan de transitie naar een circulaire economie.’

Waarom worden wijnflessen niet

hervuld?

Rabo &

Rebottled

Rabo Foundation - die kwetsbare mensen

in groepsverband een beter toekomstperspectief

wil bieden door te investeren in hun zelfredzaamheid - investeert in Rebottled. Ook heeft

Rabo Foundation een breed netwerk

en organiseert zij netwerk events.

‘Dat heeft ons vooral bij de start van ons bedrijf enorm

geholpen’, zegt Van der Graaf over de steun van Rabo Foundation.

23

voorlopers

(24)

Jan van Holstein (1932) is van jongste bediende bij de Boerenleenbank opgeklommen tot kassier. Bijna een halve eeuw later gaat hij in 1992 als directeur van Rabobank Hengelo met pensioen. In al die jaren zag hij het bankwezen enorm veranderen.

jongste Van bediende tot kassier

TEKST: RENS LIEMAN BEELD: JITSKE SCHOLS

beetje aan persoonlijk contact, bij de alledaagse bankzaken althans. Maar dat is logisch, we leven in een andere tijd.’ Bovendien is het persoonlijk contact met de klant bij Rabobank zeker niet verdwenen, zegt Van Holstein: ‘Als een klant in mijn tijd een lening aanvroeg, dan bekeek ik zijn track record en controleerde ik de cijfers.

Toch was vertrouwen de basis. Dan helpt het als je elkaar een beetje kent. Dat is, denk ik, onveranderd gebleven bij Rabobank. De direc- teuren van de lokale Rabobank kennen de bedrijven en de ondernemers uit de buurt.’

e schrijven 1948. Jan van Holstein - dan 16 jaar oud, nu 88 - komt op voordracht van zijn vader bij de Naaldwijker Boerenleenbank te werken. Hoewel hij later naar Twente zou verhuizen, bleef hij de bank altijd trouw. Hij maakte de fusie tussen de Boeren leenbank en de Raiffeisenbank mee en zag bovenal van dichtbij hoe het bankieren én zijn clientèle veranderden. Een van die belangrijke veranderingen was automatisering en digitali- sering. Als jongste bediende zette Van Holstein zelf de eerste stapjes in die richting. ‘Mijn werk bestond aanvankelijk vooral uit het uittypen van dagafschrijvingen. Dat deed ik op een typemachine in een achterkamertje van de bank.’

Als de eerste boekhoudmachines op de markt komen, wordt Van Holstein op cursus gestuurd.

‘Toen ik terugkwam, was ik een hele pief: ik wist als enige hoe je die machine moest bedienen.’

Na de ‘giralisering van het loonzakje’ in de jaren zestig kreeg de bank steeds meer particuliere klanten. Het contact met klanten is dan nog heel persoonlijk. ‘Ik had een medewerker die kon zien als er een vaste klant aan kwam fietsen en dan alvast het juiste formulier en geldbedrag klaar- legde. ‘Honderd gulden weer, meneer Jansen?’

Als een boer voor een lening de bank binnenliep, dan hoefde hij maar te vragen: ‘Is Van Holstein er?’’ De grote vlucht van de digitalisering kwam pas later, nadat Van Holstein in 1992 pensioneer- de als directeur van Rabobank Hengelo. ‘In de banken van tegenwoordig ontbreekt het wel een

Vertrouwen was de basis. Dan helpt het als je elkaar

een beetje kent

W

ik blik terug

24

(25)

FIETS EENS LANGS!

Het lekkerste fruit van Boer Erik, een bezoek aan het Filmhuis, voor onze jongste bewoners een middagje kinderboerderij en mogelijkheden

voor het oogsten van je eigen groenten. Je vindt het in onze regio.

doe mee

Heerlijk eerlijk van Boer Erik

Verse producten uit de buurt. Dat is niet alleen een duurzame keuze, maar ook een lekkere! In Landwinkel Drogenbroek van Boer Erik haal je de zoetste kersen, smaakvolste aardbeien en sappigste appels.

En dat is lang niet alles. De winkel biedt een uitgebreid assortiment producten als heerlijke roomboter, boerenkaas, kwaliteitsvlees en loeiverse zuivel. Die vind je ook in de duurzame lunchboxen die Boer Erik bij je thuis of op je bedrijf levert. Samen met de slager, de bakker en de kruidenman stelde Erik verschillende boxen vol lekkers samen. Hij levert ze in een straal van 30 kilometer rond Loenen aan de Vecht. Liever helemaal zelf je box kiezen? Dat kan! Kijk op boererik.nl voor de mogelijkheden van lunch- boxen op maat. Daar lees je ook over het werkfruit: een eerlijk heer- lijk fruitabonnement waar je een hele werkweek plezier van hebt. Er is ook een schoolfruitabonnement en barbecuepakketten maken het aanbod compleet. Kijk op p. 35 voor de ledenaanbieding.

Andere wereld in Filmhuis Bussum

Het grote doek, het fantastische geluid, het donker, het drankje in de pauze. Maar vooral: het samen beleven. Natuurlijk kun je thuis een film kijken, maar het voelt ánders in de bioscoop. Niet voor niets trok Filmhuis Bussum vorig jaar ruim 71.000 bezoekers. Zij genoten er van onafhankelijke kwaliteitsfilms in uiteenlopende genres. Na 12 weken sluiting dit voorjaar ging het filmhuis mondjesmaat weer open volgens de bekende richtlijnen. Zo konden de vijf medewerkers en maar liefst 150 vrijwilligers weer aan de slag. ‘Gelukkig kwamen de mensen meteen weer terug en dat was heel fijn’, vertelt directeur Janine Beulink. ‘Het bevestigde dat er een enorme behoefte is aan het ontspannende uitje dat we met ons Filmhuis bieden. Het hoogst haal- bare bieden voor die fijne ervaring is onze taak en daar werken we hard aan.’ Ook even eropuit in een andere wereld? Kijk op filmhuisbussum.nl voor het programma.

Kinderboerderij De Warande

Wint zonnekracht het van jouw fietsenergie? In de belevingstuin van Kinderboerderij De Warande in Huizen is de fontein gekoppeld aan een zonnepaneel en fiets. Zo ervaar je zelf wat het effect is van duurza- me energie. De Rabobank droeg bij aan dit project, waarmee de kinder- boerderij nog leuker en leerzamer is geworden. Natuurlijk vind je er ook allerlei soorten dieren: van geitjes en schapen tot kippen en konijnen.

Ze worden verzorgd door mensen die er dagbesteding volgen. In 2017 werd het opgeknapt. In het nieuwe gebouw haal je een lekker ijsje of drankje voor op het terras. Er worden eitjes verkocht en groenten uit de eigen moestuin. En het is dé plek om je kinderfeestje te vieren en uitleg te krijgen over de natuur. De belevingstuin wordt de komende jaren verder uitgebreid. Wil je daar- aan bijdragen? Dat is juist nu van harte welkom. Kijk op kibohuizen.nl.

Je vindt daar ook de openingstijden en leuke evenementen.

Oogst je eigen duurzame groente

Waar komt jouw groente vandaan?

Is die op een eerlijke en milieuvrien- delijke manier verbouwd? Je weet het zeker als je zelf oogst bij Landin- Zicht aan de Rading 1b in Hilversum.

Voor € 320 word je aandeelhouder en oogst je ongeveer 30 weken per jaar eigen groenten. Oprichter en te- ler Wietse Bakker: ‘Elk week biedt de stichting CSA-landinzicht een grote diversiteit aan producten, waar 150 aandeelhouders van genieten.

Het zelf oogsten is leerzaam en verbindend en de prijzen zijn lager dan de normale biogroenten. Voor de telers zorgt deze constructie voor vaste afzet en risicodeling. We verbouwen alles natuurlijk, zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen.

Daarvoor werken we bijvoorbeeld samen met een legkippenbedrijf en biologische bloemschikker.

De legkippen zorgen in een roulatiesysteem voor bemesting en het onkruidvrij maken van grond.

Hiervoor kregen we een prijs van de Hilversum100, gesponsord door de Rabobank. Het volgende doel is een Hilversums netwerk van en voor producenten en burgers. Zodat we samen kunnen werken aan een duurzame, lokale voedselproductie.’

25

(26)

Een crisistijd omzetten in sterkere én nieuwe verbindingen.

De creatieve aanpak van De Heeren van Loosdrecht oogstte veel waardering onder haar relaties.

DE H EER EN

TEKST: PINK COMMUNICATIE

BEELD: PATRICK SIEMONS ier staan ze dan: de heren van Loosdrecht.’

Zo begroette Jan Lagrouw zijn buur­

mannen tijdens een barbecue. ‘We grapten dat we onder die naam wel iets in de markt konden zetten. Kroketten of zoiets. Maar dan wel een echte luxe versie van topkwaliteit. Toen iedereen de volgende dag aan het bijkomen was van de gezellige avond zat bij mij het idee nog in mijn hoofd. Het ging er niet meer uit en in 2014 ontstond De Heeren van Loosdrecht.’

Nu is Jan niet alleen directeur van zijn bedrijf E Power Radio & Online, maar ook Croquetteur Général van een bedrijf in luxe borrelhapjes en snacks. ‘Een enorm leuke combinatie. Ik verkoop

H

26 Rabo &Co

(27)

met E Power enerzijds zendtijd voor reclames voor commerciële omroepen. Gebakken lucht noem ik dat ook wel eens. Aan de andere kant leveren we met De Heeren hele tastbare producten. We begonnen met croquetten en heertjes: bitterballen in de vorm van een minicroquette. Later kwamen er aanvullingen, zoals het veganistische Groentemannetje en het pittige Javaantje. Allemaal topproducten met mooie ingrediënten. Zo gebruiken we voor de rundvleescroquette scharrelvlees van het Gelders rund. Onze bouillons worden nog echt ouderwets getrokken, groenten zijn vers. De smaakvolle kaas in onze Madammekes komt van Jan en Anneke de Wit uit Harmelen. Die pure smaken, eerlijke ingrediënten en lokale producenten vind ik belangrijk. Het past bij onze uitstraling en onze visie om echt iets goeds te maken.’

De marketing, verkoop en ideeën liggen bij het team van De Heeren, de productie bij krokettenbedrijf Zeldenrijk. ‘Een klein familiebedrijf, waarmee we met veel zorg en aandacht de recepturen van onze producten bedenken. Die leveren we via groothandels aan zo’n 250 betere horecabedrijven die passie hebben voor hun gasten. Met onze producten zetten ze hen het beste voor. De kwaliteit van onze producten voeren we ook door in ons netwerken. We steken veel energie in duurzame relaties. Zoals met de Rabobank, waar ik zelf privé al bankierde en die vanaf de start van De Heeren onze huisbankier is. De relatie is wederzijds: de Rabobank is een klant van E Power Radio & Online. En ik begreep dat er ook interesse is voor onze snacks. Ik vind het altijd prettig om met de Rabo-mensen contact te hebben, de service is gewoon echt goed.’

Net als bij veel anderen viel ook de omzet van De Heeren van Loosdrecht tijdens de coronacrisis van de ene op de andere dag weg.

‘Maar we zijn niet bij de pakken gaan neerzitten.

Ik merkte binnen de horeca snel saamhorigheid.

We voelden dat we het met elkaar moesten doorkomen. Daardoor stonden mensen heel open voor nieuwe contacten en ideeën. We hadden op de Horecava bezoekafspraken

gemaakt en die hebben we omgezet in proeverijen binnen de regels. Ook vroegen we ondernemers of ze op onze site wilden staan met hun bezorgservice. Vervolgens hebben we daar een reclamespotje voor gemaakt die we uitzonden op RTL4 en RTL5. Zo hebben we zo’n 3.000 consumenten via onze site doorgeleid naar horecabedrijven. Omdat het zo’n succes was besloten we om ook niet-klanten op de site te zetten. Het was niet ons doel, maar het heeft geleid tot veel goodwill. Sinds de horeca weer is opgestart draaien we topweken. Zo zie je maar weer dat iets voor een ander doen ook jezelf veel oplevert.’

Foto met dank aan de locatie:

Brasserie Wetterwille – Loosdrecht

Het past bij onze visie om echt iets goeds te maken

Jan Lagrouw

Wie

Croquetteur Général

Wat

van De Heeren van Loosdrecht en directeur van E Power

Radio & Online.

Waar

Loosdrecht

Waarom

Omdat hij de combinatie super leuk vindt. Én pure smaken, eerlijke ingrediënten

en lokale producten belangrijk vindt.

27

interview

(28)

Toen Philip van Baalen (60) in februari zijn baan kwijtraakte, zag hij zichzelf al van uitzendbaan naar uitzendbaan gaan of ‘saai productiewerk’

doen. De teamleider bij postbedrijf Sandd was na de overname door PostNL zijn baan kwijtgeraakt en een maand later kwam daar ook nog eens de coronacrisis overheen, met alle onzekerheid van dien. Maar toch zei een stemmetje in zijn hoofd:

zou dit misschien de kans zijn om te gaan doen wat ik écht leuk vind?

De Nieuwegeiner had altijd hard gewerkt: als timmerman, metselaar, onderhoudsmonteur, postbezorger en later had hij zich opgewerkt tot teamleider. ‘Toen ik thuis kwam te zitten, ging ik nadenken: waar heb ik altijd energie van gekregen, wat past nou echt bij mij?’ Waar zijn hart écht sneller van was gaan kloppen: vijftien jaar geleden deed hij vrijwilligerswerk in de ouderenzorg. Dat vond Van Baalen zo leuk dat hij zich toen al wilde laten omscholen: hij volgde de opleiding tot sociaal pedagogisch werker, waar- mee hij activiteiten zou kunnen begeleiden in de ouderenzorg. Maar er werd in die jaren bezuinigd en hij kwam niet aan de bak. Waarna hij dus voor Sandd ging werken.

Nu trok hij de stoute schoenen aan en vroeg aan UWV: ‘Ik wil me laten omscholen tot verzorgende.

Maar is er een kans dat ze mij op mijn 60ste nog willen hebben?’

De zorgsector in Midden-Nederland zit te springen om mensen, ook al zijn veel omscho- lingstrajecten tijdelijk op een laag pitje gezet wegens de coronacrisis. In de ouderen- en

gehandicaptenzorg is de vraag naar verzorgen- den en begeleiders enorm, in veel ziekenhuizen zijn verpleegkundigen hard nodig. Maar, zoals Paula Prinsen van het WerkgeversServicepunt Utrecht-Midden zegt: ‘Het zijn geen functies waar je met een paar maanden opleiding in stapt.

Je moet echt hart hebben voor de zorg en het omscholingstraject is pittig en lang.’

Minder kwetsbaar

Omscholing wordt de komende jaren voor veel werknemers bittere noodzaak. De voorspellingen zijn somber. Door de coronacrisis zal de econo- mie dit jaar met 6,4 procent krimpen, voorspelt De Nederlandsche Bank. De werkloosheid stijgt dit jaar naar verwachting naar 4,6 procent en in 2021 kan dit oplopen naar 7,3 procent. Vooral mensen die nu in de horeca en cultuur, sport en recreatie, de evenementenbranche en het toeris- me werken, zullen naar een andere baan moeten omzien; dat zijn de zwaarst getroffen sectoren.

In de regio Midden-Nederland slaat de corona- crisis iets minder hard toe dan in andere delen van het land. Volgens cijfers van UWV werkt in de regio Midden-Utrecht (onder andere Utrecht, De Bilt, Houten, Montfoort, Utrechtse Heuvelrug, Woerden, Zeist) 28 procent in een sector die te maken krijgt met een (zeer) grote krimp van werkgelegenheid. 47 procent werkt in een sector die nog weinig last heeft van de coronacrisis en bijna een kwart van de werknemers in deze regio werkt juist in een sector waar de werkgelegen- heid groeit. Voor de regio Amersfoort

De voorspellingen over het verlies van banen stemmen niet vrolijk. Maar het kan ook het uitgelezen moment zijn om je te laten omscholen. Want aan verzorgenden, installatiemonteurs en programmeurs is de komende jaren in de regio Midden-Nederland heel veel behoefte. ‘Zou dit een kans zijn om eindelijk te doen wat ik écht leuk vind?’

Crisis? Al eens gedacht aan omscholing?

TEKST: MARLIE VAN ZOGGEL ILLUSTRATIE: GEMMA PAUWELS

28 Rabo &Co

(29)

29

hier en daar

(30)

(met daarbij Baarn, Soest, Leusden, Woudenberg, Bunschoten, Nijkerk) is dat niet veel anders. Ter vergelijking, zo schrijft UWV in een analyse van de impact van de coronacrisis: ‘In Nederland werkt 32 procent in een sector met grote tot zeer grote krimp in werkgelegenheid, 45 procent in een sector waarin de gevolgen voor de werk- gelegenheid beperkt zijn en 23 procent in een sector met groeiende werkgelegenheid.’

Wat Midden-Nederland ook helpt, is het gemiddelde hoge opleidingsniveau van de beroepsbevolking. ‘Dat maakt dat mensen sneller ergens anders aan het werk kunnen, eventueel met bijscholing’, zegt Jeroen Schuil, arbeids- marktadviseur UWV, onder andere voor de regio de Gooi- en Vechtstreek en Amersfoort. ‘Hoger opgeleiden zijn minder kwetsbaar en komen minder vaak voor langere tijd thuis te zitten. Voor hen kan deze tijd ook een kans zijn, een extra zet om iets heel anders te gaan doen.’

Gouden handjes

Juist in de hardst geraakte sectoren in Mid- den-Nederland, zoals de horeca en de evene- mentenbranche, werken veel mensen met een tijdelijk contract. Deze flexwerkers vliegen er vaak als eerste uit – bedrijven ontdoen zich van hun flexibele schil om te overleven. Waar kunnen zij terecht als hun baan nu sneuvelt?

Uit een rondgang van Rabo&Co langs arbeids- marktdeskundigen van verschillende UWV’s in deze regio, uitzendbureau Randstad en de WerkgeversServicepunten in de regio Amersfoort en Utrecht-Midden komt een duidelijk beeld naar voren. Mensen met ‘gouden handjes’ kunnen na een korte opleiding zo aan de slag in de bouw en techniek, en behalve in de zorg zijn er ook volop mensen nodig in de ICT en het onderwijs.

Of, zoals arbeidsmarktdeskundige Jeroen Schuil zegt: ‘Daar waar al krapte was, zal ook tijdens en na deze recessie grote behoefte aan werknemers zijn.’

30 Rabo &Co

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zo zien we in Bedum met de verkoop van het gemeentehuis een kans om dit gebouw op deze plek een grotere publieksfunctie te geven en meer waarde te bieden voor het dorp dan de

Om de twee jaar onderhandelen werkgevers- en werknemersorganisaties over een interprofessioneel akkoord (IPA) dat de loon- en arbeidsvoorwaarden bepaalt voor alle werknemers die in

Omdat de stad zo veel verhard oppervlak heeft, zorgt dat voor wateroverlast, die we vervolgens niet goed opslaan om droge periodes te overbrug- gen.. Met partijen als de gemeente

Met sportief bedoelen we niet alleen dat we van bewegen houden. Bij ons mag iedereen meedoen. We behandelen elkaar gelijkwaardig en zijn eerlijk en fair naar elkaar, zowel intern

Avres heeft drie doelstellingen die elk in een hoofdstuk worden uitgediept: Meer mensen zijn duurzaam aan het werk (hoofdstuk 2), Sociale ontwikkeling en maatschappelijke

Project Toegankelijkheid Raadhuis, schouw Winkelstraat Bloemendaal dorp en schouw Veen en Duin zijn afgerond. Het pad naar de app “van Ongehinderd” loopt niet over rozen. Er is

> Voor het verven van een kilo textiel is gemiddeld 150 liter water nodig.. > De wereldwijde textielindustrie gebruikt inmiddels jaarlijks 3,2% van al het water dat

Wij heten alle nieuwe leerlingen die deze week op onze school zijn begonnen, van harte welkom en wensen ze een fijne tijd op onze school.. HIEP HIEP HOERA De jarigen van deze