• No results found

De opstand - hv123. De opstand - hv123

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De opstand - hv123. De opstand - hv123"

Copied!
22
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De opstand - hv123

Auteur content VO-

Laatst gewijzigd 6 oktober 2020

De opstand - hv123

(2)

Inhoudsopgave

De Opstand ... 2

Intro ... 2

Wat kan ik straks? ... 2

Wat ga ik doen? ... 3

Aan de slag ... 5

Stap 1: Kennisbank ... 5

Stap 2: Oorzaken van de Opstand ... 7

Stap 3: De Opstand ... 8

Stap 4: Willem van Oranje ... 9

Stap 5: Luther en Calvijn ... 10

Afronding ... 11

Begrippen ... 11

Eindopdracht A: Toets ... 13

Eindopdracht B: Verslag schrijven ... 18

Terugkijken ... 20

Over dit lesmateriaal ... 21

(3)

De Opstand

Intro

Rond 1500, in de tijd van Ontdekkers en Hervormers, was ons land nog een klein onderdeel van het grondgebied van keizer Karel V. In reactie op de maatregelen van de keizer en zijn opvolger kwamen

Nederlanders in verzet en dat werd het begin van Nederland als zelfstandige staat.

Denk terug aan de voorgaande opdrachten in dit tijdvak en tijdvak 3.

Wat weet je nog van de invloeden van de kerk op de samenleving? Wat weet je nog van het bestuur van de gebieden die nu Nederland vormen?

Brainstorm samen met een klasgenoot. Maak aantekeningen in steekwoorden.

Probeer samen redenen te bedenken waarom de Nederlanders in opstand kwamen.

Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kun je:

• minimaal twee redenen noemen waarom de Nederlanders in verzet kwamen tegen de regering van Filips II.

(4)

Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag

Stap Activiteit

Stap 1 Je kunt na het bestuderen van de Kennisbanken 'Land van

middeleeuwse steden' en 'Het bestuur in de Nederlanden' vragen beantwoorden over bestuur van de provincies.

Stap 2 Je kunt na het bestuderen van de Kennisbank 'De Nederlanden vóór de opstand' een aantal uitspraken bij de juiste persoon zetten.

Stap 3 Je kunt na het bestuderen van de Kennisbank 'Begin en verloop van de Opstand' jaartallen in een tijdbalk zetten.

Stap 4 Je kunt aan de hand van een bron over Willem van Oranje twee stellingen uitleggen.

Stap 5 Je kunt de ideeën van Luther en Calvijn koppelen aan de

Nederlandse gewesten in de 16e eeuw en uitleggen waarom Calvijn meer aanhangers had.

Afronding

Onderdeel Activiteit

Begrippen Hier vind je de kennisbank en de begrippenlijst die horen bij deze opdracht.

Eindopdracht

A Als je kiest voor eindopdracht A maak je de toets.

Eindopdracht

B Als je kiest voor eindopdracht B schrijf je een dagboekverslag van iemand die de Opstand van dichtbij meemaakte.

Terugkijken Terugkijken op de opdracht.

(5)

Benodigdheden Geen bijzonderheden.

Tijd

Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

(6)

Keizer Karel V

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank

In de 16e eeuw bestond Nederland nog niet. De Bourgondische hertogen (tijdvak 4) hadden wel al iets van een eenheid

gesmeed. Via een huwelijk kwam het gebied in handen van de Spaanse Habsburgers.

Toen Karel V de Nederlanden erfde, waren de Nederlanden een losse verzameling provincies. Het was een overwegend

agrarisch gebied met een handjevol Middeleeuwse steden. Het bestuur van elke provincie was verschillend geregeld.

Bestuurders kwamen meestal voort uit de adel en de rijke burgers in de stad.

Bestudeer de volgende onderdelen uit de Kennisbank en beantwoord de vragen.

Land van middeleeuwse steden

Het bestuur in de Nederlanden

Oefening

De Opstand

https://maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/5295020

Op welke manier kreeg keizer Karel V de Nederlandse provincies in handen?

(7)

Door heel Nederland te veroveren.

Doordat hij deze gebieden erfde.

Wie bestuurden de Nederlandse provincies?

De rooms-katholieke kerk

Edelen en burgers

Welke steden waren belangrijk voor de belastinginkomsten van de keizer?

De handelssteden in Vlaanderen, de Hanzesteden en Hollandse steden zoals Dordrecht.

De hoofdsteden van de provincies.

Waardoor ontstonden er conflicten tussen de keizer en de handelssteden?

(8)

Wat zijn privileges?

Stap 2: Oorzaken van de Opstand

Lees nu informatie over de Nederlanden vóór de Opstand.

De Nederlanden vóór de opstand

Hieronder bekijk je vijf uitspraken.

Van wie is welke uitspraak?

a. : "Ik weet achteraf niet zeker of ik er goed aan deed de ketters zo hard aan te pakken in mijn gebieden."

b. :"Ik kan Margaretha en Oranje niet vertrouwen; zij treden niet hard genoeg op tegen de ketters."

c. :"Ik wilde namens mijn broer goed regeren en geweld zien te voorkomen, maar dat is helaas niet gelukt."

d. :"Als man van de kerk en raadsman van de koning adviseer ik keihard op te treden tegen de ketters."

e. :"Ik was altijd een trouwe dienaar van de keizer en de koning en had nooit gedacht dat ik nog eens tegen

a. Margaretha van Parma

b. Karel V c. Willem van

Oranje d. Filips II e. Kardinaal

Granvelle

(9)

Spanjaarden belegeren Valencijn (1566)

hem in opstand zou komen."

Stap 3: De Opstand

Om goed overzicht te krijgen van gebeurtenissen, is het handig om een tijdbalk te maken.

In deze les gaat het om een aantal gebeurtenissen die samen de Opstand vormen.

Lees nu in de Kennisbank de informatie over het begin en alle verschillende fasen van de Opstand.

Begin en verloop van de Opstand

Verwerk nu de informatie uit de Kennisbank in een tijdbalk. Je kunt je tijdbalk op papier maken, maar je kunt ook kiezen voor digitaal.

In je tijdbalk moeten de volgende jaartallen voorkomen:

1566 - 1572 - 1579 - 1584 - 1581 - 1588 - 1596 - 1609 - 1648.

Noteer niet alleen de belangrijkste gebeurtenissen, maar zet er ook steeds een passende afbeelding bij.

Tijdlijn maken

Een tijdlijn of tijdbalk geeft je een helder overzicht van verschillende

gebeurtenissen over een bepaalde periode heen.

(10)

Willem van Oranje in 1579

Stap 4: Willem van Oranje

Willem van Oranje

De Engelse beroepsmilitair Walter Morgan was van 1572 tot 1574 kapitein in de legers van Willem van Oranje. Hij hield een dagboek bij. Daarin beschrijft hij hoe de prins van Oranje met zijn leger bij de stad Roermond aankomt en probeert de burgers van de stad over te halen om zich bij hem aan te sluiten.

Aan het slot van de redevoering van Willem van Oranje

moesten de inwoners van Roermond besluiten wat zij zouden doen: zich wel of niet aansluiten bij de opstand tegen de koning. De inwoners van Roermond vonden dat de prins volkomen terecht de wapens tegen de koning had

opgenomen. Hij had het recht om te vechten tegen het afschaffen van de privileges door de Spaanse koning. Maar toch besloten de inwoners zich niet bij Willem van Oranje aan te sluiten. Ze waren bang voor de wreedheden die het grote leger van de koning zou begaan, zoals dat ook andere

plaatsen was gebeurd. Bovendien betwijfelden zij of de prins

en de opstandelingen sterk genoeg zouden zijn om tegen het kolossale leger van de koning weerstand te bieden.

Toen besloot Willem van Oranje Roermond met geweld in te nemen. De arme inwoners van Roermond hadden helemaal geen ervaring met het gebruik van vuurwapens. Het lukte Willem van Oranje de stad zonder veel bloedvergieten te veroveren. Onder de burgerij waren bij de verovering 24 slachtoffers gevallen.

Leg met behulp van de bron de volgende twee stellingen uit:

1.

Het conflict in de Nederlanden kan gezien worden als een burgeroorlog.

2.

Het conflict in de Nederlanden kan gezien worden als een opstand tegen de politiek van de koning van Spanje.

(11)

Johannes Calvijn ca. 1550

Stap 5: Luther en Calvijn

In de middeleeuwen was het gewoon dat de vorst het geloof van zijn onderdanen bepaalde. De godsdiensthervormers Luther en Calvijn waren het op dit punt niet met elkaar eens.

Luther was het eens met de opvatting dat de vorst het geloof van zijn onderdanen kon bepalen (en dat de onderdanen zich daar niet tegen mochten verzetten).

Volgens Calvijn mochten onderdanen zich wel verzetten tegen de godsdienstpolitiek van de vorst.

Luther en Calvijn

In de zestiende eeuw kregen de ideeën van Calvijn meer

aanhang in de Nederlandse gewesten dan de ideeën van Luther.

Leg uit waarom.

(12)

Afronding

Begrippen

De opstand en de Republiek der Nederlanden

Hagenpreken

Hagenpreken zijn preken in het geheim in het open veld van aanhangers van Calvijn.

Bede

Een verzoek, in feite meer een bevel, aan de Staten-Generaal om meer belasting te mogen innen.

Karel V

Karel V was koning van Spanje (met delen van Italië en van Amerika), keizer van het Duitse Rijk en Heer van de Zeventien Nederlanden.

Hanzesteden

Steden die lid zijn van het Hanzeverbond. Dit is een handelsgilde waarbij verschillende steden een overeenkomst met elkaar gesloten hadden, o.a. ter verbetering van

verbindingen.

Staten-Generaal

De gewesten werkten samen in de Staten-Generaal, een overleg waar elk gewest een aantal politici naar toe stuurde.

Stadhouder

Een stadhouder was de legeraanvoerder en werd door elk gewest apart aangewezen. Het was wel altijd iemand uit de familie van Van Oranje.

Stand

Een gesloten sociale groepering met een bepaalde sociale status en bijbehorende voorrechten en plichten.

Standenvergadering

(13)

(een soort parlement).

Geheime Raad

Deze raad bestond voornamelijk uit juristen en ging een belangrijke rol spelen in de nieuwe wetgeving en bestuur.

Raad van Financiën

In deze raad zaten hoge ambtenaren. Zij hielden toezicht op de financiële situatie in de Nederlanden en coördineerden de hogere belastingopbrengsten.

Raad van State

Opgericht in 1531 door Karel V. In de Raad van State zaten de adviseurs van de

landvoogd(es). Deze adviseurs waren de hoogste edelen van het land die adviseerden over belangrijke kwesties.

Pragmatische Sanctie

Een geschrift waarin door Karel V in 1549 vastgelegd werd dat de Zeventien Provinciën der Nederlanden één overerfbaar gebied werden.

Granvelle

Een Habsburgse staatsman en een groot tegenspeler van de Nederlandse edelen.

Privilege

Een bijzonder recht of voorrecht op iets dat je krijgt of mag.

Centralisatie

Het streven naar een organisatie of natie die zo veel mogelijk vanuit één centraal punt of zelfs door één centraal orgaan of persoon bestuurd wordt.

Margaretha van Parma

Margaretha was landvoogdes van de Nederlanden. Zij regeerde in de Nederlanden in opdracht van haar broer, koning Filips II. Margaretha was niet zo streng als haar broer. Zij zorgde ervoor dat de protestanten in Nederland niet zo streng in de gaten gehouden werden. Hierdoor kregen zij meer vrijheid.

Filips II

Zoon van Karel V en zijn opvolger in Spanje en de Nederlanden. Hij regeerde vanuit

(14)

Watergeuzen

Watergeuzen zijn opstandelingen die naar zee uitgeweken zijn. Zij namen in 1572 Den Briel in. Andere Hollandse steden kozen voor de opstand. Willem vestigde zich in Delft. Hij werd stadhouder van Holland.

Unie van Utrecht

De opstandige gewesten sloten samen in Utrecht een Unie (1579).

Afzetten Filips II

Het antwoord van de opstandige gewesten: Filips werd niet meer erkend als vorst. Filips bleef in zijn ogen echter Heer der Nederlanden. In 1581 werd Filips afgezet: het Plakkaat van Verlatinge.

Moord Willem van Oranje

Willem van Oranje werd in 1584 in Delft vermoord.

Maurits

Maurits is de zoon van Willem van Oranje. Hij volgde zijn vader op als stadhouder van Holland. Hij was de legeraanvoerder in de strijd tegen de Spanjaarden.

Beeldenstorm

In 1566 begonnen calvinisten in Vlaanderen beelden uit de kerken neer te halen en kapot te slaan. Deze beeldenstorm ging van plaats naar plaats, tot helemaal in Friesland en Groningen.

Alva

Spaans hertog en legeraanvoerder. Filips II stuurde hem naar de Nederlanden om de orde te herstellen. Hij trad streng op en liet edelen onthoofden.

Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden

In 1588 werd de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden opgericht.

Amsterdam wereldhaven

Amsterdam ontwikkelde zich tot een wereldhaven: met eerst vooral handel op de Oostzee, maar later met handel over de hele wereld.

Plakkaat van Verlatinghe

De Staten verklaarden op 26 juli 1881 dat hun vorst, Filips II, de vrijheden en rechten van steden en vorstendommen had geschonden en verklaarden hem vervallen van de troon.

Zijn troon werdverlatenverklaard of wel Filips II werd afgezet als heerser.

Eindopdracht A: Toets

Voor je begint aan de afsluiting maak je de toets 'De Opstand'.

(15)

Als je alle vragen beantwoord hebt, zie je je score.

Je krijgt van de vragen die je fout hebt, het goede antwoord te zien.

Toets

De Opstand

https://maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/2080017

In de tweede helft van de 16e eeuw kwamen de Nederlanders in verzet tegen de Spaanse overheersing.

Dit verzet leidde uiteindelijk tot Nederland als zelfstandige staat.

Welke twee redenen hadden de Nederlandersom in verzet te komentegen de regering van Filips II.

Armoede

Ketttervervolging

(16)

In de tweede helft van de 16e eeuw kwamen de Nederlanders in verzet tegen de Spaanse overheersing.

Dit verzet leidde uiteindelijk tot Nederland als zelfstandige staat.

Eén van de hoofdrolspelers tijdens de Opstand wordt hieronder beschreven.

Om wie gaat het?

"Mijn vader erfde de Nederlanden. Hij was geboren in Gent en had nog wel een sterke band met de Nederlanden. Ik ben meer een Spanjaard. In heb een hekel aan die koude en natte provincies met inwoners die niet doen wat ik wil. Ik zie het als mijn heilige plicht om de rooms-katholieke kerk te verdedigen. In Spanje tegen de moslims, maar ook in de Nederlanden tegen de protestanten."

Willem van Oranje

Karel V

Filips II

Margaretha van Parma

In de tweede helft van de 16e eeuw kwamen de Nederlanders in verzet tegen de Spaanse overheersing.

Dit verzet leidde uiteindelijk tot Nederland als zelfstandige staat.

Welke gebeurtenis wordt wel gezien als het begin van de Opstand?

De moord op Willem van Oranje.

De Beeldenstorm.

(17)

De inname van de stad Den Briel.

De komst van de hugenoten naar Amsterdam

In de tweede helft van de 16e eeuw kwamen de Nederlanders in verzet tegen de Spaanse overheersing.

Dit verzet leidde uiteindelijk tot Nederland als zelfstandige staat.

Zet de vier gebeurtenissen hieronder in chronologische volgorde.

a

Afzweren van Filips II als vorst.

b

De Beeldenstorm.

c

De moord op Willem van Oranje.

d

De komst van de hertog van Alva naar de Nederlanden.

In de tweede helft van de 16e eeuw kwamen de Nederlanders in verzet tegen de Spaanse overheersing.

Dit verzet leidde uiteindelijk tot Nederland als zelfstandige staat.

(18)

b

Vrede van Münster.

c

Twaalfjarig Bestand.

d

Militaire successen van stadhouder prins Maurits.

Het bestuur in de Nederlanden in de 16e eeuw kende verschillende organen.

Welk orgaan wordt hieronder beschreven?

In dit orgaan had iedere provincie één of meerdere vertegenwoordigers. Deze

vertegenwoordigers werden oorspronkelijk eigenlijk alleen samengeroepen als de landsheer in geldnood zat en een bede (soort belasting) moest worden toegekend. Maar na de

onafhankelijkheid van de Republiek der Verenigde Nederlanden werd dit orgaan het hoogste orgaan van de Republiek.

de Staten-Generaal

de Raad van State

de Raad van Financiën

de Geheime Raad

(19)

Eindopdracht B: Verslag schrijven

(20)

Je gaat nu een dagboekverslag schrijven.

In je dagboekverslag beschrijf je de belevenissen van iemand die de Opstand van heel dichtbij meemaakte. Dat kan een watergeus zijn, of een stadsbestuurder, een protestantse ketter of een katholieke burger.

Je mag elke persoon kiezen die je wilt.

Ook ben je vrij om zelf informatie te zoeken over een spannende gebeurtenis tijdens de Opstand.

Denk bijvoorbeeld aan: een hagenpreek - de Beeldenstorm - de inname van Den Briel - het ontzet van Leiden - de moord op Willem van Oranje - een veldtocht van Maurits.

Tips voor goede websites, clips, enz. kun je vinden op desite van de Canon van Nederland!

Hier staan ook links naar websites over de gebeurtenissen in een bepaalde streek. Misschien is het leuk om je eens te verdiepen in wat er in jouw woonplaats gebeurde tijdens de

Opstand!

Doe eerst goed onderzoek naar wat er precies gebeurde.

Bedenk welke persoon je deze gebeurtenissen laat

vertellen en wat die meegemaakt kan hebben. Leef je in in zijn of haar gedachten en gevoelens.

Houd daarbij ook rekening met de leerdoelen van deze opdracht. Probeer ze te verwerken in je dagboekverslag.

Schrijf nu het dagboekverslag.

Beoordeling

Je krijgt een goede beoordeling voor de opdracht als:

• Je dagboekverslag minimaal 1000 woorden bevat.

• Je de feiten juist hebt weergegeven.

• Je jezelf goed hebt ingeleefd in de persoon die het dagboek schrijft.

• Je het dagboekverslag hebt geschreven in een persoonlijke stijl.

• Je de leerdoelen van deze opdracht verwerkt hebt in je dagboekverslag.

• Het dagboekverslag op tijd klaar is.

Klaar?

Laat je verslag beoordelen door je docent.

(21)

Verslag schrijven

Een verslag is een goede manier om een onderzoek te beschrijven dat je hebt uitgevoerd.

Terugkijken

Intro

• Lees de intro van deze opdracht nog eens door.

Waren de redenen voor de opstand die jullie bedacht hadden goed?

Kan ik wat ik moet kunnen?

• Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.

Weet je de belangrijkste gebeurtenissen in de Opstand te vertellen?

Hoe ging het?

• Tijd

Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de opdracht bezig zou zijn.

Is het gelukt om een dagboekverslag te schrijven in een uur?

• Inhoud

Was de inhoud van de opdracht nieuw voor je of wist je het meeste al?

Schrijf op wat nieuw voor je was.

(22)

Over dit lesmateriaal

Colofon

Auteurs content VO-

Laatst gewijzigd 6 oktober 2020 om 15:05

Licentie De Internationale Creative Commons 4.0 licentie waarbij de gebruiker het werk mag kopiëren, verspreiden en doorgeven en afgeleide werken mag maken onder de voorwaarden: Naamsvermelding en Gelijk Delen, zie http://creativecommons.org/licenses/by-sa/4.0/.

Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie licentie.

Aanvullende informatie over dit lesmateriaal

Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

Leerniveaus VWO 2, HAVO 1, VWO 1, HAVO 3, VWO 3, HAVO 2 Leerinhoud en

doelen Opstand en het ontstaan van een onafhankelijke Nederlandse staat, De tijd van ontdekkers en hervormers (1500 - 1600), Geschiedenis, De Opstand

Eindgebruiker leerling/student Studiebelasting 3 uur en 0 minuten Trefwoorden leerlijn, rearrangeerbare

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Lees de onderstaande zin, geef aan of dit een oorzaak of een gevolg is van de crisis en wanneer deze gebeurtenis zich afspeelde.. De Europese landbouw

Pallcmhahan IIlmmer als 7.oon erkend, op de,n Bantamschen troon geen de minste aanspraak had! ook aan Pangérall Salltika was het tot dusver niet gelukt, onder

4 † Uit het antwoord moet blijken dat Vosmaer zich in deze tekening aansluit bij de kritiek op de ’Batig Slot’-politiek / de winsten op het Cultuurstelsel die naar Nederland

in een moderne tUd. Hij herhaalde dat verschillende keren. Hij leek zich hele- maal te kunnen vinden in een taakopvatting waarbij de koning door het land

• uitleggen waarom koloniën belangrijk waren voor Europese landen.. • de begrippen dekolonisatie en

Pas toen hij voor de tweede maal vragen moest, of Oranje het niet met hem eens was, dat niet de koning, maar Perrenot voor alle moeilijkheden aansprakelijk gesteld moest worden, werd

Maar in tegenstelling tot Oranjes katholieke critici, die hem als de ziel van de Opstand beschouwden, beweerde hij dat het verzet tegen de Spaanse overheersing niets aan Oranje

Nadat deze zijn aanvankelijke steun aan de eerste Vlaamse Opstand had opgegeven en zich verzoende met Maximiliaan werd hij in 1485 beloond met een huwelijk met de rijke