509282
ISBN 978 90 345 5458 1
9 789034 554581
naam
6
1
2
3
4
Je ziet de laatste week van een maand.
Maak de kalender voor het volgende kwartaal.
Vul ook de maanden en de weeknummers in.
Kijk bij opgave 1 en vul in.
In welke week valt 16-03? ...
In welke week valt 08-07? ...
Kijk bij opgave 1 en vul in.
• De eerste maandag van juni is het museum gesloten.
Dat is op ... - ...
• In het weekend van week 30 gaan we naar Amsterdam.
Dat is op ... - ... en ... - ...
• Het is vandaag 25-03. Over 5 weken is het ... - ...
Anders geschreven is dat ...
• Het is vandaag 01-08. Eergisteren was het ... - ...
• Over precies 6 weken ben ik jarig. Dat is op 02-05.
Het is vandaag ... - ...
Zoek op en vul in.
Schrijf je geboortedatum op in dagen - maanden - jaren. ... - ... - ...
Zoek op in een agenda op welke dag je dit jaar jarig bent. Op ... dag.
In welke week valt je verjaardag? In week ...
Het is vandaag ... - ... - ... Over ... weken ben ik jarig.
maand ... maand ... maand ...
week 15
m 30 d 31 w
d v z z
1e woensdag van januari
gesloten.
1
2
aantal inwoners
Kijk in de grafi eken bij opgave 1 en vul in.
a Zoek de plaats met de meeste inwoners.
Op welke dag was je in deze plaats? ...
b Zoek de plaats die het verst weg ligt van jouw woonplaats.
Hoeveel inwoners heeft deze plaats? ... inwoners.
c Zoek de plaatsen met het grootste en het kleinste aantal inwoners.
Hoeveel kilometer verschil is er tussen deze plaatsen? ... km.
300
250
200
150
100
50
0
dagen van de week
aantal kilometers
ma di wo do vr za zo
× 1000 170 160 150 140 130 120 110 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10
0 steden
in ...
dagen van de week
Kijk op internet!
Maak de grafi eken af.
a Zoek het aantal inwoners van 7 plaatsen in jouw provincie op. Rond de aantallen af op duizendtallen.
De plaatsen mogen niet meer dan 170 000 inwoners hebben!
b Schrijf de plaatsnamen in de staven en kleur de staven tot het goede aantal inwoners.
c Stel je voor: je gaat een week lang op en neer vanuit jouw woonplaats naar alle plaatsen bij opgave 1b.
Zoek de afstanden van jouw woonplaats naar deze plaatsen. Teken de afstanden in de lijngrafi ek.
1
2
Vul de kalender in. Beantwoord de vragen.
Bedenk zelf vragen. Gebruik daarbij de kalender en de grafi eken uit opgave 1.
...
...
...
...
a Op welke datum is de laagste temperatuur gemeten? ... - ...
b Hoeveel graden is op 27-06 gemeten? ... graden.
c In week 30 ga je op zaterdag naar een stad met minder dan 15 000 inwoners.
Welke stad is dat? ... Wat is de datum? ... - ...
d Op 12-07 ga je naar een stad met meer dan 15 000 inwoners, maar minder dan 25 000 inwoners.
Welke stad is dat? ... Welke week is dat? ...
80 70 60 50 40 30 20 10 0
steden
aantal inwoners
× 1000
Almelo Doetinchem Aalsmeer Zandvoort Joure Gouda
aantal inwoners in 6 steden in 2008
april mei juni
week 15 16 19 20 21 25 26
m 1
d 2
w 1 3
d 2 4
v 3 1 15 22 5
z 4 25 2 16 23 30 6
z 5 26 31 7
dagen van de week
temperatuur in graden Celsius
ma di wo do vr za zo 30
25
20
15 0
temperatuur per dag, gemeten om 14:00 uur in week 27
1
2
3
1
Wat staat onder de vlek? Vul in.Geef de deelsommen met het antwoord ... rest 3 dezelfde kleur.
Schrijf de deelsom op en reken uit.
: 4 = 15 rest 3 : 5 = 21 rest 3 : 6 = 14 rest 3 : 7 = 18 rest 3 : 8 = 13 rest 3 : 5 = 10 rest 2
: 7 = 20 rest 2 : 9 = 12 rest 2 : 8 = 11 rest 2 : 4 = 15 rest 2
a Er kunnen 8 toeristen in het bakje van een luchtballon.
Er zijn 12 luchtballonnen.
5 toeristen staan nog op de grond.
... : ... = ... rest ...
Er zijn in totaal ... toeristen.
b Er rijden 11 koetsen met toeristen.
Er zijn in totaal 67 toeristen.
1 toerist kan niet mee.
... : ... = ... rest ...
Er kunnen ... toeristen in een koets.
87 : 4 117 : 6
143 : 7
187 : 8 129 : 9
107 : 5
79 : 4
123 : 6
233 :10
101 : 7
1
2
3
Reken onder elkaar uit. Controleer je antwoord met je rekenmachine.
Welk cijfer staat onder de vlek? Vul in.
Bedenk zelf 4 deelsommen zoals bij opgave 1.
Schrijf ze op en reken ze uit met grote happen.
25 : 7 = 36
7 / 924 \ 9 / 1107 \ 5 / 1015 \ 8 / 2432 \
96 : 8 = 21 51 : = 103 04: = 51
924 : 7 = 1107 : 9 = 1015 : 5 = 2432 : 8 =
7 / 25 \
1
2
Reken onder elkaar uit. Er blijft een rest over.
Wat staat onder de vlek? Vul in.
–
5 4 1 × 1 31 ×
4 / 215 \ 7 / 585 \ 8 / 449 \
6 / 1287 \ 4 / 1223 \ 3 / 1297 \ 7 / 866 \
: = ... rest 4 /
–
–
\ 20 ×
6 ×
... ×
4 8
4
: = ... rest 2 /
–
–
–
\ 100 ×
20 ×
3 ×
... ×
1 8 0
2 7
: = ... rest 2 /
–
–
–
\ 300 ×
20 ×
1 ×
... ×
8 0
26 borden vol, 4 broodjes over!
215 : 4 = 585 : 7 = 449 : 8 =
1287 : 6 = 1223 : 4 = 1297 : 3 = 866 : 7 =
509282
ISBN 978 90 345 5458 1
9 789034 554581
naam