Vraag nr. 70
van 14 november 2003
van de heer ANDRE VAN NIEUWKERKE Inruilactie nummerplaten – Criteria toekenning busabonnement
Bij inlevering van zijn autonummerplaat ontving een man een busabonnement voor zichzelf en zijn bij hem inwonende zoon. Hij heeft echter nog een z o o n , die weliswaar niet ingeschreven staat bij hem, maar bij zijn ex-echtgenote.
Blijkbaar gaat men bij de toekenning van de abon-nementen uit van gezinsleden die op één en het-zelfde adres gedomicilieerd zijn. De andere "recht-streekse afstammelingen" die door omstandighe-den (feitelijke scheiding ouders, e c h t s c h e i d i n g, e n-zovoort) bij iemand anders wonen, worden in feite gediscrimineerd.
Waarom is het abonnementenvoordeel niet uitge-breid tot alle kinderen, waar zij ook wonen ?
Antwoord
Het doel van de inruilactie van een nummerplaat voor een De Lijn-abonnement is om gezinnen aan te moedigen meer het openbaar vervoer te gebrui-ken en minder de auto.
Het aantal wagens binnen het gezin moet dus ver-minderen om in aanmerking te komen voor een gratis abonnement.
De betrokken gezinsleden zijn enkel zij die op het attest van gezinssamenstelling van de titularis van de geschrapte nummerplaat staan.
De gehanteerde notie "gezin" is gebaseerd op ef-fectief samenwonen en niet op verwantschap. Wi e niet verwant is met de titularis van de ingeleverde n u m m e r p l a a t , maar wel op hetzelfde adres gedomi-cilieerd is, komt wel in aanmerking.
Omdat ze het met een auto minder of zonder auto moeten stellen, worden de in een gezin samenwo-nende personen aangespoord meer een beroep te doen op het openbaar vervoer.
Een zoon die niet op hetzelfde adres woont als zijn vader kan geen gratis abonnement krijgen als de vader zijn nummerplaat inlevert. Het is namelijk de vader die de overeenkomst ondertekent en klaart dat het aantal wagens binnen zijn gezin ver-m i n d e r t . In de foutieve veronderstelling dat de