Vraag nr. 234 van 27 maart 1997
van de heer FRANCIS VERMEIREN Afgekeurde verbrandingsovens – Gevolgen
Volgens een woordvoerder van de Vlaamse Milieu-maatschappij zouden een zevental van de momen-teel in gebruik zijnde verbrandingsovens niet meer beantwoorden aan de normen en criteria vastge-legd door OVAM (Openbare A f v a l s t o f f e n m a a t-schappij voor het Vlaams Gewest). Deze ovens zouden bijgevolg hun activiteit moeten stopzetten. 1. Om welke ovens gaat het ? Wat waren de
gebre-ken die tot de beslissing tot sluiting van de genoemde ovens aanleiding hebben gegeven ? 2. Waar moeten de gemeenten of
intercommuna-les die voor de verbranding van hun restafval aangewezen waren op deze ovens nu met hun huisvuil terecht ? Om welke hoeveelheid gaat het ? Is de capaciteit van de vervangovens vol-doende om het opgehaalde huisvuil te verbran-den ?
3. Wat staat er te gebeuren met de ovens die de Vlaamse Milieumaatschappij ongeschikt heeft bevonden om nog langer huisvuil te verbran-den ? Zullen deze ovens worverbran-den ontmanteld of wordt overwogen ze aan te passen aan de nor-men vastgelegd door OVAM ? Of wordt het slo-pen van de ovens als oplossing genomen ? 4. Wat zal de kostprijs zijn van de aanpassing of
het slopen van de veroordeelde ovens ?
Zullen deze kosten moeten gedragen worden door de intercommunales of de gemeenten die thans instaan voor de werking ?
5. Kan men zich reeds een idee vormen van de kostprijs voor de eventuele bouw van vervan-gende verbrandingsinstallaties of voor het ver-hogen van de capaciteit van bestaande installa-ties die zullen moeten zorgen voor het verwer-ken van het huisvuil ?
6. Zijn er in het Vlaamse gewest ook ovens waar-van de exploitatie wordt verzekerd door privé-firma's ? Zijn er dergelijke verbrandingsovens die ook door OVAM ongeschikt werden bevon-den voor verdere exploitatie ?
Antwoord
1, 3 en 4. Volgens de mij verstrekte informatie heeft de VMM-woordvoerder niet gezegd dat een zevental huisvuilovens hun activiteit zouden moeten stopzetten. Wel werden ter uitvoering van het afvalstoffenplan 1991-1995 zes van de negentien afvalverbrandingsinstallaties defini-tief gesloten.
Het betreft hier volgende installaties : R o n s e, Wi l l e b r o e k , Knokke-Heist (volledig ver-n i e u w d ) , H e i s t - o p - d e ver-n - B e r g, Izegem ever-n Merk-sem.
Voor de overige installaties werden volgende maatregelen genomen :
– betere procescontrole (luchttoevoer, voeding van de oven, enz. ...); verbetering en vernieu-wing van de ovens ;
– verbetering van de bestaande primaire rooksgaszuivering door het optimaal gebruik van elektrostatische stofafscheiders ;
– toevoeging van een secundaire rookgaszui-vering met natte zuirookgaszui-vering, injectie van actie-ve koolstof en/of Ca(OH)2enzovoort. Vooral
de injectie van actieve kool en de ontstoffing hebben een belangrijke invloed op de ver-mindering van de dioxines.
De woordvoerder van de VMM heeft blijkbaar evenmin gezegd dat een zevental momenteel in gebruik zijnde verbrandingsovens niet meer beantwoorden aan de normen.
Verder wijs ik erop dat de OVAM geen normen en criteria voor de exploitatie van huisvuilver-brandingsovens vastlegt. Deze normen zijn door de Vlaamse regering vastgelegd als sectorale voorwaarden in titel II van het Vlarem, en wor-den eventueel per oven aangevuld met bijzon-dere voorwaarden opgelegd in de milieuvergun-ning.
Uit wat voorafgaat, blijkt dat de verbrandings-ovens die niet voldeden aan de normen, r e e d s gesloten zijn en dus momenteel niet meer in gebruik zijn.
2 en 5. Aangezien er geen sluiting van momenteel in gebruik zijnde installaties is gepland, is er geen probleem van vervangende capaciteit.
6. Momenteel wordt enkel de verbrandingsinstal-latie in Knokke-Heist, in opdracht van het gemeentebestuur, geëxploiteerd door een priva-te exploitant. Het gaat hier om een installatie die onlangs totaal werd vernieuwd teneinde te kunnen voldoen aan de thans geldende normen. De oven in Gent wordt geëxploiteerd door een gemengde intercommunale.
