Vraag nr. 53
van 22 oktober 1996
van de heer FRANCIS VERMEIREN Jeugdbeleid en reclame – Mogelijkheden
In een zopas verschenen studie van het Europees Bureau van Consumentenverenigingen (BEUC) wordt vastgesteld dat de heersende marketingprak-tijken vooral op kinderen gericht zijn, terwijl de ontoereikendheid en het verouderde karakter wor-den betreurd van het reglementair kader dat de kinderen moet beschermen.
Samen met de Nederlandse Consumentenbond klaagt het BEUC een evolutie aan die de commer-ciële druk op de min-twaalfjarigen doet toenemen en meer en meer de nadruk legt op gecamoufleer-de en zelfs verborgen vormen van reclame. Z o wordt verwezen naar kinderclubs waarvan de bedoeling is adressenbestanden samen te stellen en naar het gebruik van stripfiguren. Verder wordt het verdachte karakter aangeklaagd van de sponsoring van scholen door middel van wedstrijden met een commercieel karakter.
Voor de kinderen zijn de onderliggende commer-ciële bedoelingen minder opvallend dan voor vol-wassenen.
Het Europees Bureau van Consumentenverenigin-gen wijst ook op het totaal ontbreken van regle-mentering terzake.
1. Is de Vlaamse regering zich bewust van het pro-bleem ? Wordt er gewerkt aan een reglemente-ring en aan een antwoord op de tot kinderen gerichte reclame ?
2. Kan er hier worden opgetreden in het kader van het jeugdbeleid ? Werd er bijvoorbeeld reeds contact opgenomen met andere Europese landen, met het oog op het uitvaardigen van een richtlijn om de kinderen te beschermen en som-mige marketingpraktijken beperkingen op te leggen ?
Antwoord
De reglementering van reclame en marketing gericht op kinderen behoort niet tot mijn bevoegd-heid.