TECHNISCH RAPPORT PEIL.SCHRIJFVAARDIGHEID EINDE (SPECIAAL) BASISONDERWIJS 2018-2019
Utrecht, 2021
Inhoud
1 Inleiding ... 3 1.1 Doel 3
1.2 Opzet en methode 4
2 Het schrijfonderwijs ... 6 2.1 Onderwijsbeleid 6
Databronnen 6 Werkwijze 6
2.2 Onderwijsaanbod en onderwijsleerproces 12 Databronnen 12
Werkwijze 12
2.3 Verschillen tussen leerkrachten van groep 6, 7 en 8 28 Significantietoetsing 28
2.4 Trend 2009-2019 45 Databronnen 45 Werkwijze 46
3 Attituden en achtergrondkenmerken ... 48 3.1 Databronnen 48
3.2 Werkwijze 48
Samengestelde variabelen 48 Significantietoetsing 48
4 Prestaties schrijfvaardigheid ... 57 4.1 Databronnen 57
4.2 Werkwijze 57
Beheersing beoordelingsaspecten 57 Trend 2009-2019 58
Representativiteit sbo-populatie 2009 59 Significantietoetsing 60
5 Verschillen tussen scholen en leerlingen ... 64 5.1 Databronnen en werkwijze 64
Meerniveaumodellen 68
6 Referenties ... 71 Bijlage I ... 72
1 Inleiding
Dit technisch rapport bevat de onderliggende analyses en bijbehorende tabellen bij de rapportage Peil.Schrijfvaardigheid einde (speciaal) basisonderwijs1 (Inspectie van het Onderwijs, 2021). Dit peilingsonderzoek is in opdracht van het Nationaal
Regieorgaan Onderwijsonderzoek en de Inspectie van het Onderwijs uitgevoerd door een consortium bestaande uit GION onderwijs/onderzoek, de Rijksuniversiteit Groningen, de Universiteit Utrecht, het Kohnstamm Instituut, Cito en de NHL
Hogeschool. Naast voorliggend technisch rapport is er een technisch rapport van het uitvoerend consortium (Ritzema et al., 2020), waarin de analyses met betrekking tot de steekproefkwaliteit, de instrumentkwaliteit en de beschrijvende analyses met betrekking tot de prestaties worden uiteengezet.
1.1 Doel
Het doel van de peiling Schrijfvaardigheid einde (s)bo was vast te stellen hoe vaardig leerlingen in groep 8 van het basisonderwijs (bo) en het laatste leerjaar van leerlingen in het speciaal basisonderwijs (sbo) zijn op het gebied van
schrijfvaardigheid. Waar mogelijk worden leerlingprestaties vergeleken met prestaties gemeten in een vorige peiling naar schrijfvaardigheid in het bo
(Kuhlemeier et al., 2013) om te zien hoe de schrijfvaardigheid zich sinds 2009 heeft ontwikkeld. Daarnaast beschrijft het publieksrapport hoe het onderwijsleerproces voor schrijfvaardigheid er op de deelnemende scholen uitziet. Tot slot wordt gekeken naar de prestatieverschillen tussen leerlingen en scholen en naar hoe de prestaties samenhangen met de manier waarop scholen het onderwijsleerproces op het gebied van schrijven vormgeven.
Centraal uitgangspunt voor het peilingsonderzoek vormen de kerndoelen
‘Nederlands: schriftelijk onderwijs’. Deze kerndoelen schrijven voor waar het
onderwijs in schrijfvaardigheid zich op richt. Voor taal en rekenen zijn de kerndoelen verder uitgewerkt in het Referentiekader Taal en Rekenen (Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden, 2010). Voor het einde van het bo en het sbo zijn het fundamentele niveau 1F en het streefniveau 1S van toepassing. Voor taal geldt 1S=2F. Het uiteindelijke instrumentarium voor het peilingsonderzoek is
samengesteld op basis van de referentieniveaus 1F en 2F en de nadere keuzes ten aanzien van de taken, tekstkenmerken en kenmerken van de taakuitvoering, zoals gespecificeerd in de domeinbeschrijving ‘Schrijfvaardigheid in het basisonderwijs’
(Hoogeveen, 2017).
De onderzoekvragen die het uitgangspunt vormen voor het publieksrapport zijn:
1. Hoeveel procent van de leerlingen einde basisonderwijs en schoolverlaters speciaal basisonderwijs beheerst de referentieniveaus (1F en 1S/2F) voor schrijfvaardigheid en wat is de vaardigheidsverdeling op de onderliggende schaal?
2. Hoe kan de prestatie van een leerling worden getypeerd als het gaat om de communicatieve effectiviteit, zoals blijkend uit de kenmerken van de taakuitvoering? Beschrijf de range van leerlingprestaties met specifieke aandacht voor de grenspunten <1F-1F en 1F-2F, de laagvaardige (de 10%
laagst scorende leerlingen), de gemiddelde en de hoogvaardige (de 10%
hoogst scorende leerlingen) leerlingen door middel van een selectie van voorbeeldprestaties uit leerlingproducten.
3. Welke verschillen in leerlingprestaties zijn er tussen leerlingen naar
algemene leerlingkenmerken zoals geslacht en thuistaal en domeinspecifieke leerlingkenmerken zoals schrijfattitude?
4. Welke verschillen in leerlingprestaties zijn er tussen leerlingen naar algemene leerkrachtkenmerken zoals geslacht type opleiding?
5. Hoe kunnen de deelnemende scholen worden getypeerd als het gaat om kenmerken van het onderwijsleerproces? En in hoeverre hangen verschillen in het onderwijsleerproces tussen scholen samen met verschillen in de leerlingprestaties?
6. Welke kenmerken van leerlingen, leerkrachten en onderwijsleerproces zijn in onderlinge samenhang mogelijke verklarende variabelen voor verschillen in leerlingprestaties en schoolprestaties?
7. Welke verschillen zijn er tussen de leerlingprestaties anno 2019 en de leerlingprestaties in het peilingsonderzoek schrijfvaardigheid van 2009?
De opbouw van dit technisch rapport volgt de hoofstukindeling van het
publieksrapport. We onderbouwen per hoofdstuk uit deel B (de Resultaten), de gegevens die we hebben gebruikt en onze werkwijze.
1.2 Opzet en methode
De gegevens die we in deze rapportage presenteren zijn verzameld bij een
steekproef van 95 basisscholen met 2432 groep 8-leerlingen en 38 sbo scholen met 900 schoolverlaters in het sbo.
Om de schrijfvaardigheid van deze leerlingen in kaart te brengen, zijn 12 schrijftaken afgenomen voor de 4 tekstsoorten uit het referentiekader, met ten minste 1 taak voor elk van de 4 tekstsoorten (1. correspondentie; 2. formulieren invullen, berichten, advertenties en aantekeningen; 3. verslagen, werkstukken, samenvattingen en artikelen; en 4. vrij schrijven - verhalen, gedichten, informatieve teksten). De schrijfprestaties in deze peiling moesten kunnen worden
geïnterpreteerd binnen het referentiekader voor schrijfvaardigheid. Daarom werden alle kenmerken van de taakuitvoering (samenhang; afstemming op doel;
afstemming op publiek; woordgebruik en woordenschat; spelling, interpunctie en grammatica; en leesbaarheid) meegenomen in de beoordeling, zoals geadviseerd in de domeinbeschrijving (Hoogeveen, 2017, p. 26). In het peilingsonderzoek zijn deze kenmerken van de taakuitvoering niet apart beoordeeld, maar als onderdeel van de domeinen opbouw, formulering en inhoud. Voor de beoordeling van de schrijftaken is net als in het peilingsonderzoek van 2009 een descriptieve schaal gebruikt. De schalen bevatten per taak verschillende beoordelingsaspecten op de gebieden opbouw, formulering en inhoud. De totaalscore van een leerling voor opbouw, formulering en inhoud samen bepaalde de effectiviteit van de tekst voor de doelgroep (de communicatieve effectiviteit). Per taak is meer dan 10% van de leerlingteksten dubbel beoordeeld om de overeenstemming tussen beoordelaars te meten. Na het beoordelen van de criteria over opbouw, formulering en inhoud werd een globale beoordeling van de kwaliteit van de tekst gegeven en werd de lengte van de tekst geschat. Ook spelling, interpunctie en grammatica werden beoordeeld, maar de beoordeling van deze aspecten maakte geen onderdeel uit van de
totaalscore voor schrijfvaardigheid.
Naast deze vaardigheidsmeting vulden de leerlingen een vragenlijst in. De vragen gingen over de (taal)achtergrond van de leerlingen, schrijven op de mobiele telefoon, wat en hoe vaak een leerling in zijn vrije tijd schrijft, de attitude ten
opzichte van schrijven, schrijfplezier en de beleving van de eigen schrijfvaardigheid.
Ook de leerkrachten van de 95 deelnemende bo-scholen en 38 deelnemende sbo- scholen vulden een vragenlijst in over het schrijfonderwijs en een aantal relevante achtergrondkenmerken. Tevens vulden de schoolleiders van 67 bo-scholen en 24 sbo-scholen een vragenlijst in over het taalbeleid op school, aandacht voor aspecten van het schrijfonderwijs op school en de visie op schrijfonderwijs.
Tenslotte is een verdiepend onderzoek gedaan bij 85 bo-scholen en 22 sbo-scholen.
Op deze scholen zijn 70 lessen schrijfvaardigheid geobserveerd in de groepen 8 van 58 bo-scholen en 30 lessen schrijfvaardigheid in het laatste leerjaar van 21 sbo- scholen om na te gaan welke (leerkracht)activiteiten in de schrijflessen
plaatsvonden. Ook zijn interviews met de leerkrachten en leerlingen gehouden.
Samen met de gegevens uit de vragenlijstenis dit verdiepend onderzoek gebruikt om een beeld te schetsen van het onderwijs op het gebied van schrijfvaardigheid.
Uitgebreidere informatie over de opzet van de steekproef, de werving van de deelnemende scholen, de verdeling van de leerlingen en scholen naar
achtergrondkenmerken en de representativiteit van de deelnemende scholen en leerlingen is opgenomen in het technisch rapport van het uitvoerend consortium (Ritzema et al., 2020).
Tabel 1.3.a Overzicht van scholen, leerkrachten en leerlingen in bo en sbo waarvan gegevens over het zijn geanalyseerd
BO
Scholen Leerkrachten Leerlingen groep 6 groep
7 groep 8
Vragenlijsten 67 91 95 126 2432
Interviewdata 85 - - 99 199
Observaties 58 - - 70 -
Schrijfvaardigheidsscores 2432
SBO
Scholen Leerkrachten laatste leerjaar Leerlingen
Vragenlijsten 24 67 900
Interviewdata 22 36 72
Observaties 21 30 -
Schrijfvaardigheidsscores 887
2 Het schrijfonderwijs
2.1 Onderwijsbeleid Databronnen
In deze paragraaf staan de tabellen en figuren die ten grondslag liggen aan de beschrijving van het schoolbeleid (paragraaf 1.1 van het publieksrapport) voor schrijfvaardigheid op de representatieve set van basisscholen (bo) en scholen voor speciaal basisonderwijs (sbo) die deelnamen aan het peilingsonderzoek (hoofdstuk 1 in het publieksrapport). We hebben deze gegevens opgehaald via de
schoolleidersvragenlijst en de leerkrachtinterviews (respons in Tabel 1.3a). Bij elke tabel staat aangegeven op welke vraag uit deze vragenlijst de gegevens betrekking hebben.
De volgende aspecten van het schoolbeleid kwamen in de schoolleidersvragenlijst aan de orde:
• Taalbeleid (14 items)
• Taalcoördinator (1 item)
• Schoolbrede aandacht voor schrijfonderwijs (10 items)
• Visie op schrijfonderwijs (7 items)
In aanvulling op de schoolleidersvragenlijst zijn in de interviews met leerkrachten vragen gesteld over de visie, hoe zij die visie in de praktijk brengen, de leerdoelen en de doorgaande leerlijn voor schrijfonderwijs.
Werkwijze
De uitkomsten zijn afzonderlijk voor de sectoren bo en sbo weergegeven, omdat het onderwijs in bo mogelijk anders is ingericht dan in het sbo.
De beschrijvingen in het hoofdstuk betreffen overwegend frequentieverdelingen. In een aantal gevallen zijn er nieuwe variabelen samengesteld. Hieronder lichten we toe welke nieuwe variabelen er samengesteld zijn. Vervolgens rapporteren we de significantietoetsingen. In de meeste gevallen gaat het hierbij om het toetsen van de significantie van het verschil tussen bo en sbo.
Samengestelde variabelen
In het hoofdstuk is gerapporteerd over een aantal samengestelde variabelen. De samenstelling daarvan wordt beschreven in hoofdstuk 5.7 van het technisch rapport van het consortium (TR consortium). Het gaat om de schaal ‘wegwerken
achterstanden’ (TR consortium: Taalbeleid gericht op het wegwerken van taalachterstanden bij (anderstalige) leerlingen), ‘rijk/breed taalaanbod’ (TR consortium: Taalbeleid gericht op rijk/breed taalaanbod voor alle leerlingen),
‘schoolbrede facilitering’ (TR consortium: Focus brede facilitering van het
schrijfonderwijs). De score op deze schalen is gebaseerd op de som van de scores op afzonderlijke items. In dit rapport en het publieksrapport hebben wij ervoor gekozen gemiddelde somscores te rapporteren en de scores te laten starten vanaf 0 omdat de scores zo makkelijker te interpreteren zijn.
Significantietoetsing
Voor het bepalen de significantie van verschillen tussen bo en sbo bij variabelen met meerdere antwoordcategorieën is eerst een controle uitgevoerd op de verwachtte waarden van de kruistabel. Komen daarin cellen voor met minder dan 5
waarnemingen is gekozen voor het uitvoeren van de Fisher exact test, voor het bepalen van de p-waarde. Zo niet, dan is een chikwadraattoets gedaan. Met T- toetsen is de significantie bepaald tussen bo en sbo bij continue variabelen.
De significantietoetsen in deze paragraaf hebben betrekking op paragraaf 1.1 van het publieksrapport.
Tabel 2.1.2a Uitkomsten van chikwadraattoets aanwezigheid taal-/leescoördinator (schoolvragenlijst)
Taalcoördinator
Startvraag. Ik vul deze vragenlijst in als…
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde
Ja 29 8 0,89(1) 0,37
Nee 66 30
NB. De aanwezigheid van een taal-/leescoördinator op school is deels afgeleid van de functie van de respondent die de schoolvragenlijst invulde
(taalcoördinator of taalspecialist). Daarnaast is gebruikgemaakt van informatie op de schoolwebsite en in de schoolgids om te bepalen of een
school over een taal-/leescoördinator beschikt.
Tabel 2.1.2b Uitkomsten van Fisher’s exact toets aanwezigheid taalbeleid (schoolvragenlijst)
Taalbeleid op school
Vraag 1. In hoeverre is er op uw school sprake van taalbeleid?
n bo n sbo p-waarde Helemaal niet
15 2
0,09 We zijn bezig met het ontwikkelen
van taalbeleid
16 7 Er is taalbeleid, maar het staat nog
niet op papier
13 10 We hebben een expliciet
taalbeleidsplan 23 5
Tabel 2.1.2c Uitkomsten van T-toetsen schalen aandachtspunten taalbeleid (schoolvragenlijst)
Aandachtspunten taalbeleid
Vraag 2. In hoeverre zijn de volgende aandachtspunten van toepassing op het taalbeleid op uw school?
Gemiddelde
bo Gemiddelde
sbo n
bo n
sbo T(df) p- waarde Schaal wegwerken achterstanden
Leerlingen met achterstanden in het begrijpend lezen op weg helpen
3,35 3,50 34 14
Zorgen dat er altijd Nederlands gesproken wordt in de lessen
2,97 3,29 35 14 Afspraken maken
tussen
leerkrachten van alle groepen hoe ze anderstalige leerlingen helpen met hun
taalontwikkeling
2,49 2,43 35 14 Taalachterstanden
van anderstalige leerlingen wegwerken
2,46 2,79 35 14 Gebruik maken
van de voordelen van meertaligheid
van leerlingen 1,69 1,64 35 14 0,42(28) 0,68 Schaal rijk/breed taalaanbod
Bewaken van een goed taalaanbod en leesmateriaal in de lessen
3,69 3,71 35 14 Zorgen voor een
rijk aanbod aan boeken om leerlingen aan het lezen te krijgen
3,66 3,50 35 14 Zorgen dat er niet
alleen in de taallessen, maar
ook in andere 3,43 3,21 35 14
Aandachtspunten taalbeleid lessen aandacht
wordt gegeven aan de kwaliteit van het
taalgebruik van leerlingen
Zorgen voor goed onderwijs in woordenschat
3,40 3,64 35 14 Zorgen dat er
gedifferentieerd wordt in de lessen tussen leerlingen met
taalachterstanden en taalvaardige leerlingen
3,00 3,00 34 14 Zorgen voor
hoogwaardig
schrijfonderwijs 2,89 2,64 35 14 0,53 (29) 0,60
Items los van schalen Vroegtijdig
vreemde- taalonderwijs (Engels of Duits)
2,63 0,79 35 14 5,51
(30) <0,001**
Hoe om te gaan met leerlingen die dialect spreken of
Fries 0,97 1,00 35 14
-0,7
(21) 0,95
** p significant <0,05
NB. Alleen de antwoorden van de scholen die hadden aangegeven taalbeleid te hebben (al dan niet expliciet op papier) zijn meegenomen.
Tabel 2.1.2d Uitkomsten van T-toetsen schalen schoolbrede aandacht voor schrijfonderwijs (schoolvragenlijst)
Schoolbrede aandacht voor schrijfonderwijs
Vraag 3. In hoeverre is er schoolbreed aandacht voor het schrijfonderwijs op de volgende punten?
Gemiddelde
bo Gemiddelde
sbo n
bo n
sbo T(df) p- waarde Schaal schoolbrede facilitering
Het ontwikkelen van een eigen schoolvisie op schrijfvaardigheid en schrijfdidactiek
1,95 1,65 65 23
Het
professionaliseren van leerkrachten op het gebied van schrijfonderwijs
1,69 1,57 65 23 Het stimuleren
van leerkrachten om zelf materiaal te ontwikkelen voor
schrijfonderwijs
1,66 1,26 65 23 Het aanschaffen
van aanvullende materialen voor goed
schrijfonderwijs
1,83 1,52 65 23 Het verbinden van
schrijfonderwijs met het onderwijs in begrijpend lezen
2,18 1,96 65 23 Het verbinden van
schrijfonderwijs met het schrijven bij zaakvakken (WO,
geschiedenis, aardrijkskunde, natuurkennis)
2,69 2,26 65 23
Het faciliteren van overleg tussen leerkrachten van alle groepen over hun aanpak van het
schrijfonderwijs 2,00 1,30 65 23
2,24
(51) 0,03**
Items los van schaal Het verzorgen van
een doorlopende leerlijn schrijven vanaf groep 3
2,86 2,57 65 23 1,50
(43) 0,14 Het systematisch
volgen van de leervorderingen van individuele leerlingen op het gebied van schrijfvaardigheid
2,14 1,61 65 23 2,21
(38) 0,03**
Het geven van extra tijd en aandacht aan de schrijfvaardigheid van leerlingen
vanaf groep 5 2,34 2,00 65 23 1,68
(44) 0,10
** p significant <0,05
Tabel 2.1.2e Uitkomsten van chikwadraattoetsen visie school op schrijfonderwijs (schoolvragenlijst)
Schoolvisie
Vraag 4. Geeft een van de volgende punten de visie van uw school op schrijfonderwijs goed weer?
n bo n
sbo Chi kwadraat (df)
p- waar de Schrijfonderwijs is
vooral gericht op correct schrijven van
woorden en zinnen nee 29 7
ja 36 16 0,89 (1) 0,35
Schrijfonderwijs is vooral gericht op het bereiken van doelen bij
de lezer nee 22 10
ja 43 13 0,33 (1) 0,75
Schrijfonderwijs moet leerlingen vooral bekend maken met veel verschillende soorten
teksten nee 12 4 - 1
ja 53 19
Schrijfonderwijs moet zich vooral richten op de schrijfprocessen van leerlingen (plannen en
reviseren) nee 16 12
ja 49 11 4,75
(1) 0,03*
Schrijfonderwijs moet uitgaan van
levensechte situaties waarin leerlingen zich
kunnen herkennen nee 10 3
ja 55 20 - 1
Schrijfonderwijs moet in direct verband staan met andere onderdelen van het taalonderwijs (lezen, grammatica, woordenschat, spreken
et cetera) nee 2 1
ja 63 22 - 1
Bij schrijfonderwijs moet veel aandacht zijn voor het schrijven met
tablet en/of computer nee 35 13
ja 30 10 0(1) 1
** p significant <0,05
NB. Indien geen chi kwadraat is weergegeven is een Fisher exact toets uitgevoerd.
2.2 Onderwijsaanbod en onderwijsleerproces Databronnen
In deze paragraaf staan de tabellen die ten grondslag liggen aan de beschrijving van het onderwijsaanbod (paragraaf 1.3 van het publieksrapport) en het
onderwijsleerproces (paragraaf 1.4 van het publieksrapport) voor schrijfvaardigheid op de representatieve set van basisscholen (bo) en scholen voor speciaal
basisonderwijs (sbo) die deelnamen aan het peilingsonderzoek (hoofdstuk 1 in het publieksrapport). We hebben deze gegevens opgehaald via de leerkrachtvragenlijst, de leerkrachtinterviews, de leerlinginterviews en de observatiegegevens. Voor de exacte deelnemersaantallen zie tabel 1.3a
De volgende aspecten van het onderwijsaanbod kwamen in de leerkrachtvragenlijst aan de orde:
• de onderwijstijd;
• de gehanteerde methoden en materialen;
• de frequentie van schrijfopdrachten en de soorten schrijfactiviteiten;
• de doelen waarop de nadruk ligt in het schrijfonderwijs;
• de integratie met andere vakken;
• de samenwerking;
• feedback en differentiatie binnen het schrijfonderwijs
Tijdens de leerkrachtinterviews zijn de leerkrachten (nader) bevraagd over hun visie op schrijfonderwijs en het aanbod op dit leergebied.
In de leerlinginterviews werden vragen gesteld over de schrijflessen op school, de ervaringen van de leerlingen met deze lessen en de wijze waarop zij te werk gaan tijdens het schrijven.
De observaties waren bedoeld om na te gaan welke (leerkracht)activiteiten in de schrijflessen plaatsvonden. De geobserveerde schrijflessen duurden in het bo gemiddeld 46 minuten en in het sbo gemiddeld 39 minuten.
Werkwijze
Ook in dit hoofdstuk zijn de items afzonderlijk voor de sectoren bo en sbo
weergegeven, omdat het onderwijs in bo mogelijk anders is ingericht dan in het sbo.
De beschrijvingen in het hoofdstuk betreffen overwegend frequentieverdelingen. In een aantal gevallen zijn er nieuwe variabelen samengesteld. Ook zijn er enkele verschillen tussen bo en sbo getoetst. Bovendien zijn de vragenlijsgegevens van de bo-leerkrachten van groep 8 vergeleken met de antwoorden van bo-leerkrachten van groep 6 en 7. De gegevens van de vorige peiling uit 2009 zijn -daar waar mogelijk- vergeleken met de huidige peiling.
Significantietoetsing
Voor het bepalen van significante verschillen tussen bo en sbo bij variabelen met meerdere antwoordcategorieën is eerst een check uitgevoerd op de verwachtte waarden van de kruistabel. Komen daarin cellen voor met minder dan 5
waarnemingen is gekozen voor het uitvoeren van de Fisher exact test, voor het bepalen van de p-waarde.
De gegevens van de interviews en observaties zijn vanwege de kwalitatieve aard van de gegevens niet getoetst op significantie. Voor de gegevens over de interviews en observaties verwijzen we naar de rapportage Peil.Schrijfvaardigheid einde (speciaal)basisonderwijs (Inspectie van het Onderwijs, 2021) en de technische rapportage van Ritzema et al. (2020).
ONDERWIJSAANBOD (1.3 publieksrapport)
De hieronder gepresenteerde tabellen verwijzen naar paragraaf 1.3 onderwijsaanbod van het publieksrapport.
Tabel 2.2.2a Uitkomsten van de t-test onderwijstijd (leerkrachtvragenlijst) Onderwijstijd
Vraag 3. Tijdsbesteding
gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 62,3
Sbo 68,81 -0,59 (84,609) 0,55
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2b Uitkomsten van chikwadraattoets frequentie schrijfopdrachten binnen het taalonderwijs (leerkrachtvragenlijst)
Frequentie schrijfopdrachten Vraag 4. Frequentie van schrijfopdrachten
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Vaker dan twee keer per
maand 49 23
2,99 0,39
Twee keer per maand 40 19
Een keer per maand 27 16
Minder dan een keer per maand
8 9
nooit 0 0
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2c Uitkomsten van de chikwadraattoetsen nadruk op verschillende lesdoelen (leerkrachtvragenlijst)
Nadruk op verschillende lesdoelen Vraag 9. Doelen van uw schrijfonderwijs
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Lesdoelen antwoordmogelijkheden
Doel en publiek Helemaal van toepassing 12 6
7,54 0,11
Van toepassing 69 24
Een beetje van toepassing
36 29
Niet van toepassing 8 5 Helemaal niet van
toepassing
1 2
Schrijfaanpak Helemaal van toepassing 15 4
8,23 0,09
Van toepassing 71 31
Een beetje van toepassing
34 23
Niet van toepassing 6 6 Helemaal niet van
toepassing
0 2
Tekstsoorten Helemaal van toepassing 30 16
6,26 0,18
Van toepassing 73 39
Een beetje van toepassing
23 9
Niet van toepassing 0 2 Helemaal niet van
toepassing
0 1
Correct
taalgebruik Helemaal van toepassing
41 10
16,92 <0,001**
Van toepassing 68 18
Een beetje van toepassing
15 3
Niet van toepassing 1 2 Helemaal niet van
toepassing
0 0
** p significant <0,05
Interviews: Aan welke aspecten van schrijfvaardigheid besteedt u dit schooljaar de meeste aandacht?
Tabel 2.2.2d Percentage voor productaspecten en procesaspecten van schrijfvaardigheid (leerkrachtinterviews)
Vraag 4. Aan welke aspecten van schrijfvaardigheid besteedt u dit schooljaar de meeste aandacht?
Bo Sbo
n percentage n percentage
Nadruk op
product 44 44% 19 53%
Nadruk op proces 34 34% 6 17%
Tabel 2.2.2e Percentage van de genoemde elementen van productaspecten en procesaspecten (leerkrachtinterviews)
n bo Percentage n sbo Percentage
Nadruk schrijfproduct
Doel van de tekst nee 75 76% 32 89%
ja 24 24% 4 11%
Publiek van de tekst nee 85 86% 32 89%
ja 14 14% 4 11%
Tekstsoorten nee 68 69% 25 69%
ja 31 31% 11 31%
Tekstopbouw nee 62 63% 25 69%
ja 37 37% 11 31%
Correct taalgebruik nee 62 63% 27 75%
ja 37 37% 9 25%
Omvang tekst nee 98 99% 34 94%
ja 1 1% 2 6%
Lay-out nee 86 87% 33 92%
ja 13 13% 3 8%
Publiceren tekst nee 94 95% 35 97%
ja 5 5% 1 3%
Weet ik niet – ik volg
methode nee 90 91% 34 94%
ja 9 9% 2 6%
Anders nee 92 93% 25 69%
ja 7 7% 11 31%
Nadruk schrijfproces
Ideeën genereren nee 89 90% 32 89%
ja 10 10% 4 11%
Tekstplan maken nee 84 85% 34 94%
ja 15 15% 2 6%
Formuleren nee 93 94% 33 92%
ja 6 6% 3 8%
Feedback geven/krijgen nee 76 77% 35 97%
ja 23 23% 1 3%
Feedback verwerken nee 88 89% 35 97%
ja 11 11% 1 3%
Reviseren op inhoud nee 91 92% 32 89%
ja 8 8% 4 11%
Spelling en grammatica
verbeteren nee 65 66% 30 83%
ja 34 34% 6 17%
Schrijf strategieën nee 96 97% 32 89%
ja 3 3% 4 11%
Samen schrijven nee 96 97% 35 97%
ja 3 3% 1 3%
Weet niet - volg
methode nee 93 94% 36 100%
n bo Percentage n sbo Percentage
Anders nee 92 93% 32 89%
ja 7 7% 4 11%
Tabel 2.2.2f Uitkomsten van de chikwadraattoets methoden voor schrijfonderwijs (leerkrachtvragenlijst)
Onderwijsmethode
Vraag 2. Gehanteerde methode en materiaal
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Methoden
Taalactief 35 12
7,73 0,39
Staal 25 17
Taalopmaat 18 11
Combinatie methoden 12 6
Anders 11 8
Taalverhaal.nu 10 3
Taal in beeld 9 9
Geen methode 4 0
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2g Uitkomsten van de chikwadraattoets aanvullende leermiddelen en zelf ontwikkeld materiaal (leerkrachtvragenlijst)
Aanvullende leermiddelen
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde
Nee, alleen taalmethode 55 34 0,62 0,43
Ja 65 30
Zelf ontwikkeld materiaal
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde
Nee 58 44
7,48 0,006**
ja 64 19
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2h Uitkomsten t-toets indexvariabele, soorten schrijfproducten (leerkracht vragenlijst)
Soorten teksten Vraag 5. Soorten teksten
gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 11,5 6,41(100,8) <0,001**
Sbo 9,08
Soorten doelen
Vraag 6. Schrijven met een doel
gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 4,53 4,11(93,37) <0,001**
Sbo 3,75
Soorten publiek
Vraag 7. Schrijven voor publiek
gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 3,97 5,77(103,33) <0,001**
Sbo 2,73
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2i Uitkomsten chikwadraattoets soorten schrijfproducten (leerkrachtvrage nlijst)
Soorten teksten n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Soorten teksten Frequentie
Spannend of grappig verhaal
Minimaal een keer
per maand 24 13
7,91 0,05**
Een keer per
kwartaal 82 39
Een keer per jaar 20 10
nooit 0 4
Verslag van activiteit of belevenis
Minimaal een keer per maand
25 15
9,70 0,02**
Een keer per kwartaal
76 30
Een keer per jaar 23 19
nooit 0 3
Vrij schrijven Minimaal een keer per maand
27 23
3,97 0,27 Een keer per
kwartaal
52 23
Een keer per jaar 30 15
nooit 14 5
Werkstuk Minimaal een keer per maand
19 2
11,77 0,008**
Een keer per kwartaal
40 20
Een keer per jaar 63 38
nooit 3 7
Gedicht Minimaal een keer per maand
3 4 10,93 0,01**
Soorten teksten Een keer per
kwartaal
69 24
Een keer per jaar 51 31
nooit 2 6
Betoog Minimaal een keer
per maand
11 6
10,16 0,02**
Een keer per kwartaal
49 15
Een keer per jaar 46 23
nooit 19 22
E-mail of webtekst Minimaal een keer per maand
11 6
11,40 0,01**
Een keer per kwartaal
43 20
Een keer per jaar 48 14
nooit 22 25
Persoonlijke brief Minimaal een keer per maand
5 1
5,87 0,118 Een keer per
kwartaal
45 15
Een keer per jaar 63 39
nooit 13 12
Uitleg over situatie of proces
Minimaal een keer per maand
7 9
20,89 <0,001**
Een keer per kwartaal
44 14
Een keer per jaar 49 13
nooit 25 30
Instructie of recept Minimaal een keer per maand
2 3
5,84 0,12 Een keer per
kwartaal
42 17
Een keer per jaar 67 31
nooit 15 15
Zakelijke brief Minimaal een keer per maand
3 1
43,48 <0,001**
Een keer per kwartaal
34 8
Een keer per jaar 74 21
nooit 14 37
Oproep of uitnodiging voor deelname activiteit
Minimaal een keer per maand
1 4
14,46 0,002**
Een keer per kwartaal
40 13
Een keer per jaar 64 27
nooit 19 22
Dialoog voor hoorspel of toneelstuk
Minimaal een keer per maand
4 1
25,77 <0,001**
Een keer per kwartaal
24 13
Een keer per jaar 69 16
nooit 26 37
Soorten teksten Ingezonden brief Minimaal een keer
per maand
0 0
20,29 <0,001**
Een keer per kwartaal
25 5
Een keer per jaar 70 24
nooit 30 37
Soorten doelen n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Soorten doelen Frequentie
Lezer amuseren Minimaal een keer per maand
13 7
22,47 <0,001**
Een keer per kwartaal
82 28
Een keer per jaar 28 18
nooit 2 13
Lezer informeren door iets te beschrijven
Minimaal een keer per maand
22 8
8,43 0,04**
Een keer per kwartaal
63 29
Een keer per jaar 37 22
nooit 3 8
Niet gespecificeerd Minimaal een keer per maand
22 14
3,72 0,29 Een keer per
kwartaal
50 18
Een keer per jaar 25 19
nooit 25 13
Lezer overtuigen Minimaal een keer per maand
11 4
9,07 0,028**
Een keer per kwartaal
50 16
Een keer per jaar 46 28
nooit 17 19
Lezer aanwijzingen geven om iets uit te voeren
Minimaal een keer per maand
2 3
11,08 0,011**
Een keer per kwartaal
47 13
Een keer per jaar 59 32
nooit 17 19
Verzoek doen aan lezer
Minimaal een keer
per maand 2 2
8,96 0,029**
Een keer per
kwartaal 35 11
Een keer per jaar 65 29
nooit 23 24
Soorten publiek
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Soorten publiek Frequentie
14,11 0,003**
Bekende leeftijdsgenoten
Minimaal een keer per maand
35 9
Soorten teksten Een keer per
kwartaal
60 29
Een keer per jaar 27 19
nooit 2 8
Niet gespecificeerd Minimaal een keer per maand
21 10
4,24 0,24 Een keer per
kwartaal
36 13
Een keer per jaar 32 18
nooit 30 25
Bekende volwassenen
Minimaal een keer per maand
2 2
4,61 0,20 Een keer per
kwartaal
53 18
Een keer per jaar 53 36
nooit 16 10
Onbekende leeftijdsgenoten
Minimaal een keer per maand
5 1
15,3 0,002**
Een keer per kwartaal
38 11
Een keer per jaar 47 17
Nooit 33 36
Onbekende volwassenen
Minimaal een keer per maand
4 0
28,54 <0,001**
Een keer per kwartaal
36 7
Een keer per jaar 50 15
nooit 33 43
Vertegenwoordigers van officiële
instanties
Minimaal een keer per maand
1 0
32,19 <0,001**
Een keer per kwartaal
20 2
Een keer per jaar 59 12
nooit 45 56
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2j Uitkomsten van de t-test kennis van schrijfprocessen (leerkrachtvragenl ijst)
Vraag 17. Kennis van schrijfprocessen gemiddelde t-
waarde(df) p-waarde
BO 3,02 1.93
(120,57) 0,056***
SBO 2,84
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2k Uitkomsten chikwadraattoets kennis van teksten en schrijfprocessen (le erkrachtvragenlijst)
Vraag 16. Kennis van teksten n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Frequentie
Kennis over gebruiken van leestekens en hoofdletters
Een keer per maand of meer
104 52
1,70 0,41 Een keer per
kwartaal
19 12
Een enkele keer 1 2
nooit 0 0
Kennis over tekstsoorten
Een keer per maand of meer
80 44
0,99 0,72 Een keer per
kwartaal
37 20
Een enkele keer 8 2
nooit 0 0
Kennis over woordgebruik
Een keer per maand of meer
63 35
1,98 0,54 Een keer per
kwartaal
50 22
Een enkele keer 12 7
nooit 1 2
Kennis over formulering van zinnen
Een keer per maand of meer
51 32
2,16 0,58 Een keer per
kwartaal
57 24
Een enkele keer 16 10
nooit 1 0
Vraag 17. Kennis van schrijfprocessen n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Frequentie
Informatie verzamelen
Een keer per maand of meer
49 33
3,30 0,39 Een keer per
kwartaal
54 22
Een enkele keer 20 11
nooit 2 0
Goede zinnen maken
Een keer per maand of meer
47 33
3,26 0,31 Een keer per
kwartaal
58 24
Een enkele keer 20 8
nooit 1 1
Tekst herzien Een keer per
maand of meer 43 14
9,84 0,02**
Een keer per
kwartaal 54 24
Een enkele keer 26 22
nooit 3 6
Vraag 16. Kennis van teksten Plan maken Een keer per
maand of meer
34 14
1,98 0,62 Een keer per
kwartaal
52 31
Een enkele keer 33 22
nooit 5 1
Verwerken van feedback
Een keer per maand of meer
38 14
11,87 0,007**
Een keer per kwartaal
44 16
Een enkele keer 39 25
nooit 5 11
Publieksgericht maken van een tekst
Een keer per maand of meer
30 7
17,00 <0,001**
Een keer per kwartaal
48 21
Een enkele keer 39 22
nooit 7 16
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2l Uitkomsten chikwadraattoets integratie van schrijfonderwijs in andere v akken dan taalonderwijs (leerkrachtvragenlijst)
Integratie van schrijven in andere vakken dan taalonderwijs
Vraag 4. Frequentie van schrijfopdrachten binnen andere vakken dan taalonderwijs
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Vaker dan twee keer per
maand
42 16
7,49 0,10
Twee keer per maand 28 11
Een keer per maand 35 19
Minder dan een keer per maand
21 20
nooit 0 1
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2m Uitkomsten chikwadraattoets schrijven om te leren (leerkrachtvragenli jst)
Schrijven om te leren
Vraag 8. Schrijven ten dienste van het leren n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde type kennis Frequentie
Kennis op doen Minstens een keer per maand
43 18
5,74 0,13 Een keer per
kwartaal
65 33
Een keer per jaar 16 11
nooit 1 4
Samenvatten Minstens een keer per maand
81 30
7,67 0,053 Een keer per
kwartaal
37 29
Een keer per jaar 5 6
nooit 2 2
Aantekeningen maken
Minstens een keer per maand
57 27
1,55 0,67 Een keer per
kwartaal
46 22
Een keer per jaar 14 11
nooit 9 6
** p significant <0,05
ONDERWIJSLEERPROCES (1.4 publieksrapport)
Tabel 2.2.2n Uitkomsten chikwadraattoets transcriptiemedium (leerkrachtvragenlijst)
Vraag 11. Transcriptiemedium
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Frequentie
Minstens een keer per maand
83 30
13,53 0,0036**
Een keer per kwartaal 29 22
Een keer per jaar 10 6
nooit 3 9
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2o Uitkomsten van de t-test gemiddelde leeractiviteiten van leerkrachten (leerkrachtvragenlijst)
Schrijfaanpak
Gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 3,14
1,48 (121,54) 0,14
Sbo 3,00
Revisie
Gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 2,92
4,37 (102,67) <0,001**
Sbo 2,38
Leren van anderen
Gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 2,49
0,73 (124,09) 0,47
Sbo 2,41
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2p Uitkomsten van de chikwadraattoetsen leeractiviteiten van leerkrachten (leerkrachtvragenlijst)
Vraag 13. Leeractiviteiten n bo n sbo Chi
kwadra at
p-waarde leeractiviteit Frequentie
Schrijfaanpak
Schrijven aan de hand van concreet leerdoel
Minstens een keer per maand
56 22
8,13 0,04**
Een keer per kwartaal
53 26
Een keer per jaar 13 17
nooit 3 1
Prewriting:
informatie verzamelen
Minstens een keer per maand
56 25
1,86 0,56 Een keer per
kwartaal
47 25
Een keer per jaar 18 13
nooit 3 3
Modelleren schrijfaanpak door leerkracht
Minstens een keer per maand
38 29
4,44 0,20 Een keer per
kwartaal
54 26
Een keer per jaar 29 9
nooit 3 2
Prewriting: plan maken
Minstens een keer per maand
40 11
7,52 0,057 Een keer per
kwartaal
58 31
Een keer per jaar 18 13
nooit 10 11
Revisie
Eerste versie herlezen
Minstens een keer per maand
62 14
20,39 <0,001**
Een keer per kwartaal
49 32
Een keer per jaar 12 8
Vraag 13. Leeractiviteiten
nooit 3 10
Herschrijven eerste versie tekst
Minstens een keer per maand
48 12
20,08 <0,001**
Een keer per kwartaal
50 21
Een keer per jaar 22 19
nooit 6 14
Leerlingen
verwerken feedback
Minstens een keer per maand
38 15
10,96 0,01**
Een keer per kwartaal
56 22
Een keer per jaar 23 15
nooit 6 12
Verzorgen van tekst t.b.v publicatie voor publiek
Minstens een keer per maand
25 11
31,56 <0,001**
Een keer per kwartaal
62 12
Een keer per jaar 26 18
nooit 10 24
Leerlingen laten tekst lezen door beoogd publiek
Minstens een keer per maand
14 7
16,11 0,001**
Een keer per kwartaal
34 9 Een keer per jaar 49 18
nooit 26 32
Leren van anderen
Klassikaal bespreken van voorbeeldteksten
Minstens een keer per maand
46 21
3,20 0,36 Een keer per
kwartaal
52 31
Een keer per jaar 21 7
nooit 7 7
Klassikaal bespreken van leerlingteksten
Minstens een keer per maand
27 12
1,64 0,65 Een keer per
kwartaal
63 34
Een keer per jaar 23 9
nooit 13 10
Leerlingen modelleren schrijfproces voor elkaar
Minstens een keer per maand
4 5
8,10 0,03**
Een keer per kwartaal
17 8 Een keer per jaar 22 3
nooit 82 50
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2q Uitkomsten van de chikwadraattoets schrijfopdrachten spreiden over meerdere lessen (leerkrachtvragenlijst)
Schrijfles gespreid over meerdere lessen Vraag 10. Schrijfopdrachten over meerdere lessen
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Frequentie
Altijd 17 5
12,55 0,0057*
Meestal 45 11
Soms 56 40
Nooit 8 10
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2r Uitkomst van de t-toets voor de gemiddelde samenwerking tijdens de s chrijfles (leerkrachtvragenlijst)
Vraag 12. Samenwerking
Gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
BO 2,94
4,40(109,88) <0,001**
SBO 2,36
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2s Uitkomst van de chikwadraattoetsen voor de onderdelen van samenwe rking tijdens de schrijfles (leerkrachtvragenlijst)
Samenwerking tijdens de schrijfles
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Frequentie
Peer feedback
Minstens een keer per maand
49 11
21,61 <0,001**
Een keer per kwartaal
50 28
Een keer per jaar 21 13
Nooit 5 15
Samen plannen van een tekst
Minstens een keer per maand
35 12
7,21 0,065 Een keer per
kwartaal
51 23
Een keer per jaar 23 13
Nooit 16 18
Samen reviseren
Minstens een keer per maand
31 8
24,75 <0,001**
Een keer per kwartaal
53 19
Een keer per jaar 28 13
Nooit 13 27
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2t uitkomsten t-tests feedback onderdelen (leerkrachtvragenlijst) Feedback op inhoudsaspecten
Gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 2,99 0,48(108,6) 0,63
Sbo 2,93
Feedback op correctheidsaspecten
Gemiddelde t-waarde (df) p-waarde
Bo 3,40 -2,51(110,98) 0,01**
Sbo 3,16
** p significant <0,05
Tabel 2.2.2u Uitkomsten chikwadraattoetsen feedback (leerkrachtvragenlijst) Vraag 14. Feedback
Feedback op inhoudsaspecten
n bo n sbo Chi kwadraat p-waarde Frequentie
Feedback op opbouw tekst
Vaak 43 26
6,69 0,08
Meestal 58 21
Soms 25 16
nooit 0 2
Feedback op
samenhang tekst
Vaak 30 21
4,11 0,22
Meestal 64 24
Soms 28 18
nooit 3 3
Feedback op stijl
Vaak 28 14
9,00 0,37**
Meestal 51 26
Soms 46 19
nooit 1 6
Feedback op correctheidsaspecten
n bo n sbo Chi kwadraat p-waarde Feedback
op correct taalgebruik
Vaak 81 27
13,62 0,002**
Meestal 41 30
Soms 4 8
nooit 0 1
Feedback op spelling
Vaak 77 25
17,12 <0,001**
Meestal 36 18
Soms 12 20
nooit 1 2
Feedback op
handschrift
Vaak 47 33
4,03 0,23
Meestal 45 16
Soms 32 15
nooit 2 2
Feedback op leerdoelen***
n bo n sbo Chi kwadraat p-waarde
Vaak 11 17
10,41 0,018**
Meestal 64 28
Soms 44 17
nooit 7 4
** p significant <0,05
*** Feedback op leerdoelen is per abuis niet in het publieksrapport vermeld
Vraag 15. Beoordelingsmethoden
Tabel 2.2.2v uitkomsten van chikwadraattoetsen beoordelen (leerkrachtvragenlijst) Holistisch beoordelen
n bo n sbo Chi kwadraat p-waarde Frequentie
Holistisch beoordelen
Vaak 35 20
1,07 0,80
Meestal 74 35
Soms 14 10
nooit 3 1
Beoordelen op onderdelen van de tekst
Vaak 16 7
0,19 0,98
Meestal 35 18
Soms 57 31
nooit 18 9
Beoordelen aan de hand van rubrics
Vaak 6 2
3,74 0,29
Meestal 13 2
Soms 18 10
nooit 88 53
** p significant <0,05
Vraag 18. Differentiatie
Tabel 2.2.2w uitkomsten van de chikwadraattoetsen differentiatie (leerkrachtvragenl ijst)
Differentiatie
n bo n sbo Chi
kwadraat p-waarde Rekening houden
met verschillen bij beoordeling
Nee 17 14 1,38 0,24
ja 109 52
Zwakkere leerlingen begeleiden
Nee 40 14
1,89 O,17
ja 86 52
Zwakkere leerlingen meer tijd
Nee 46 21
2,24 0,63
ja 80 45
Verschillende schrijfopdrachten
Nee 96 42 2,78 0,1
ja 30 24
Anders Nee 107 57 0,003 0,96
ja 19 9
** p significant <0,05
2.3 Verschillen tussen leerkrachten van groep 6, 7 en 8
Significantietoetsing
Naast de leerkrachten van groep 8 hebben ook de leerkrachten van groepen 6 en 7 de vragenlijst ingevuld (zie voor exacte deelnemersaantallen tabel 1.3). Hieronder worden de verschillen tussen de antwoorden van de leerkrachten van groep 6 en 7 weergegeven in vergelijking met de leerkrachten van groep 8. (Zie voor de
gebruikte databronnen paragraaf 2.2.1).
ONDERWIJSAANBOD
(1.3 publieksrapport)Tabel 2.3.1a Uitkomsten van de anova voor onderwijstijd (leerkracht vragenlijst) Onderwijstijd
Vraag 3. Tijdsbesteding
gemiddelde F-waarde (df) p-waarde
groep 6 70,7
Groep 7 63,4 1,06(300) 0,30
Groep 8 62,3
** p significant <0,05
Tabel 2.3.1b Uitkomsten van chikwadraattoets frequentie schrijfopdrachten (leerkracht vragenlijst)
Vraag 4. Frequentie schrijfopdrachten n groep 6 n groep 7 n groep 8 Chi
kwadraat p-waarde Vaker dan twee keer
per maand
36 43 49
3,16 0,80
Twee keer per maand 33 25 40
Een keer per maand 18 21 27
Minder dan een keer per maand
3 5 8
nooit 0 0 0
*Post hoc test met Bonferroni correctie p significant <0,05
** Chikwadraattoets p significant <0,05
Tabel 2.3.1c Uitkomsten chikwadraattoetsen nadruk op verschillende lesdoelen (leerkracht vragenlijst)
Nadruk op verschillende lesdoelen Vraag 9. Doelen van uw schrijfonderwijs
Doel en publiek n
groep 6 n
groep 7 n
groep 8 Chi
kwadraat p- waarde antwoordmogelijkheden
Helemaal van toepassing 9 11 12
2,98 0,93
Van toepassing 45 50 69
Een beetje van
toepassing 27 22 36
Niet van toepassing 8 9 8
Helemaal niet van toepassing
2 1 1
Schrijfaanpak Helemaal van toepassing 13 12 15
3,05 0,99
Van toepassing 50 53 71
Een beetje van toepassing
23 26 34
Niet van toepassing 3 4 6
Helemaal niet van toepassing
1 0 0
*Post hoc test met Bonferroni correctie p significant <0,05
** Chikwadraattoets p significant <0,05
Tabel 2.3.1d Uitkomsten van de chikwadraattoets methoden voor schrijfonderwijs (leerkracht vragenlijst)
Onderwijsmethode
Vraag 2. Gehanteerde methoden en materiaal n groep 6 n groep 7 n groep 8 Chi
kwadraat p-waarde Methoden
Taalactief 31 29 35
5,64 0,97
Staal 19 24 25
Taalopmaat 9 10 18
Combinatie methoden 10 8 12
Anders 5 5 11
Taalverhaal.nu 7 8 10
Taal in beeld 4 5 9
Geen methode 4 5 4
*Post hoc test met Bonferroni correctie p significant <0,05
** Chikwadraattoets p significant <0,05 Tekstsoorten Helemaal van toepassing 24 25 30
6,85 0,57
Van toepassing 48 56 73
Een beetje van toepassing
17 12 23
Niet van toepassing 1 2 0
Helemaal niet van toepassing
1 0 0
Correct taalgebruik Helemaal van toepassing 33 37 41
3,59 0,90
Van toepassing 44 45 68
Een beetje van toepassing
12 12 15
Niet van toepassing 1 0 1
Helemaal niet van toepassing
1 1 0
Tabel 2.3.1e Uitkomsten van de chikwadraattoets aanvullende leermiddelen en zelf o ntwikkeld materiaal (leerkracht vragenlijst)
Aanvullende leermiddelen n groep 6 n groep 7 n groep 8 Chi
kwadraat p-waarde Nee, alleen
taalmethode
42 37 55
0,95 0,62
Ja 43 51 65
Zelf ontwikkeld materiaal n groep 6 n groep 7 n groep 8 Chi
kwadraat p-waarde
Nee 52 57 58
4,50 0,11
ja 38 36 64
** p significant <0,05
Tabel 2.3.1f Uitkomsten van de anova index soorten schrijfproducten Tekstsoorten
Vraag 5. Soorten teksten
Gemiddelde F-waarde (df) p-waarde
Groep 6 10,1
6,16(283) 0,01*****
Groep 7 11,0
Groep 8 11,5
Soorten doelen
Vraag 6. Schrijven met een doel
Gemiddelde F-waarde (df) p-waarde
Groep 6 4,28
3,37(299) 0,07
Groep 7 4,63
Groep 8 4,53
Soorten publiek
Vraag 7. Schrijven voor publiek
Gemiddelde F-waarde (df) p-waarde
Groep 6 3,23
16,03(294) <0,001**
Groep 7 3,72
Groep 8 3,97
** p significant <0,05
***Dit significante verschil is per abuis niet in het publieksrapport vermeld
Tabel 2.3.1g Uitkomsten chikwadraattoetsen soorten teksten, soorten doelen en soorten publiek (leerkrachtvragenlijst)
Soorten teksten n groep
6 n groep
7 n groep 8 Chi kwadra at
p-waarde
Soorten teksten Frequenti e Spannend of
grappig verhaal
Minimaal een keer per maand
21 23 24
9,98 0,15 Een keer
per kwartaal
47 48 82
Een keer per jaar
22 21 20
nooit 0 2 0
Verslag van activiteit of belevenis
Minimaal een keer per maand
20 26 25
11,10 0,065 Een keer
per kwartaal
53 41 76
Een keer per jaar
16 28 23
nooit 1 0 0
Vrij schrijven Minimaal een keer per maand
22 21 27
5,92 0,43 Een keer
per kwartaal
41 32 52
Een keer per jaar
19 31 30
nooit 6 11 14
Werkstuk Minimaal een keer per maand
11 15 19
5,48 0,57 Een keer
per kwartaal
30 32 40
Een keer per jaar
44 47 63
nooit 6 1 3
Gedicht Minimaal
een keer per maand
5 9 3
12,81 0,53
Soorten teksten Een keer
per kwartaal
49 41 69
Een keer per jaar
37 39 51
nooit 0 5 2
Betoog Minimaal
een keer per maand
6 6 11
8,58 0,21 Een keer
per kwartaal
25 40 49
Een keer per jaar
36 39 46
nooit 21 10 19
E-mail of webtekst
Minimaal een keer per maand
5 13 11
9,61 0,14 Een keer
per kwartaal
23 26 43
Een keer per jaar
34 31 48
nooit 28 24 22
Persoonlijke brief Minimaal een keer per maand
2 7 5
6,48 0,39 Een keer
per kwartaal
24 35 45
Een keer per jaar
53 43 63
nooit 10 9 13
Uitleg over situatie of proces
Minimaal een keer per maand
7 9 7
6,62 0,36 Een keer
per kwartaal
20 28 44
Een keer per jaar
39 40 49
nooit 25 17 25
Instructie of recept
Minimaal een keer per maand
5 6 2
10,67 0,09 Een keer
per kwartaal
19 18 42
Soorten teksten Een keer
per jaar
57 57 67
nooit 9 14 15
Zakelijke brief Minimaal een keer per maand
1 0 3
27,25 <0,001**
Een keer per kwartaal
10 20 34
Een keer per jaar
44 50 74
nooit 35* 25 14*
Oproep of uitnodiging voor deelname activiteit
Minimaal een keer per maand
2 3 1
2,87 0,82 Een keer
per kwartaal
30 34 40
Een keer per jaar
42 46 64
nooit 16 12 19
Dialoog voor hoorspel of toneelstuk
Minimaal een keer per maand
4 1 4
5,60 0,47 Een keer
per kwartaal
18 23 24
Een keer per jaar
40 47 69
nooit 27 24 26
Ingezonden brief Minimaal een keer per maand
1 0 0
13,21 0,025**
Een keer per kwartaal
9 17 25
Een keer per jaar
39 45 70
nooit 38 33 30*
Soorten doelen n
groep 6 n
groep 7 n groep 8 Chi kwadra at
p-waarde
Soorten doelen Frequenti e Lezer amuseren Minimaal
een keer per maand
16 23 13
11,58 0,07
Soorten teksten Een keer
per kwartaal
48 52 82
Een keer per jaar
23 18 28
nooit 4 1 2
Lezer informeren door iets te beschrijven
Minimaal een keer per maand
15 23 22
4,72 0,56 Een keer
per kwartaal
44 50 63
Een keer per jaar
28 19 37
nooit 3 2 3
Niet
gespecificeerd
Minimaal een keer per maand
18 20 22
4,73 0,58 Een keer
per kwartaal
25 32 50
Een keer per jaar
23 17 25
nooit 12 24 25
Lezer overtuigen Minimaal een keer per maand
3 11 11
11,29 0,06 Een keer
per kwartaal
38 45 50
Een keer per jaar
34 31 46
nooit 16 5 17
Lezer aanwijzingen geven om iets uit te voeren
Minimaal een keer per maand
4 6 2
5,17 0,51 Een keer
per kwartaal
27 29 47
Een keer per jaar
49 49 59
nooit 11 11 17
Verzoek doen aan lezer
Minimaal een keer per maand
2 3 2
9,25 0,16 Een keer
per kwartaal
18 24 35
Soorten teksten Een keer
per jaar
40 47 65
nooit 31 18 23
Soorten publiek n
groep 6
n groep 7
n groep 8 Chi kwadra at
p-waarde
Soorten publiek Frequenti e
5,32 0,54 Bekende
leeftijdsgenoten
Minimaal een keer per maand
26 28 35
Een keer per kwartaal
42 48 60
Een keer per jaar
17 14 27
nooit 6 3 2
Niet
gespecificeerd
Minimaal een keer per maand
14 23 21
3,99 0,68 Een keer
per kwartaal
32 28 36
Een keer per jaar
18 20 32
nooit 24 24 30
Bekende volwassenen
Minimaal een keer per maand
3 6 2
5,55 0,50 Een keer
per kwartaal
34 33 53
Een keer per jaar
45 41 53
nooit 9 13 16
Onbekende leeftijdsgenoten
Minimaal een keer per maand
4 5 5
9,78 0,13 Een keer
per kwartaal
20 29 38
Een keer per jaar
26 34 47
Nooit 41 26 33
Onbekende volwassenen
Minimaal een keer per maand
1 4 4
15,5 0,02**
Soorten teksten Een keer
per kwartaal
17 21 36
Een keer per jaar
26 36 50
nooit 47* 32 33
Vertegenwoordig ers van officiële instanties
Minimaal een keer per maand
0 1 1
17,20 0,003**
Een keer per kwartaal
4 12 20
Een keer per jaar
30 38 59
nooit 56* 44 45
*Post hoc test met Bonferroni correctie p significant <0,05
** Chikwadraattoets p significant <0,05
Tabel 2.3.1h Uitkomsten van de anova van proceskennis (leerkrachtvragenlijst) Kennis van schrijfprocessen
gemiddelde F-
waarde(df) p-waarde
Groep 6 3,09
0,92(308) 0,34
Groep 7 3,17
Groep 8 3,02
** p significant <0,05
Tabel 2.3.1i Uitkomsten van de chikwadraattoetsen van proceskennis (leerkrachtvragenlijst)
Vraag 16. Kennis van teksten n
Groep 6
n Groep 7
n Groep 8
Chi
kwadraat p-waarde Frequentie
Kennis over gebruiken van leestekens en hoofdletters
Een keer per maand of meer
80 79 104
1,56 0,87 Een keer
per kwartaal
11 15 19
Een enkele keer
0 1 1
nooit 0 0 0
Kennis over tekstsoorten
Een keer per maand of meer
60 66 80
2,92 0,57 Een keer
per kwartaal
21 22 37
Een enkele keer
10 7 8
Vraag 16. Kennis van teksten
nooit 0 0 0
Kennis over woordgebruik
Een keer per maand of meer
47 59 63
8,09 0,18 Een keer
per kwartaal
30 23 50
Een enkele keer
13 12 12
nooit 0 0 1
Kennis over formulering van zinnen
Een keer per maand of meer
42 49 51
12,13 0,05**
Een keer per kwartaal
26 36 57
Een enkele keer
10 6 16
nooit 2 4 1
Vraag 17. Kennis van schrijfprocessen n
groep 6
n groep 7
n Groep 8
Chi
kwadraat p-waarde Frequentie
Informatie verzamelen
Een keer per maand of meer
36 45 49
4,69 0,75 Een keer
per kwartaal
39 38 54
Een enkele keer
15 20 20
nooit 0 0 2
Goede zinnen maken
Een keer per maand of meer
45 47 47
10,08 0,10 Een keer
per kwartaal
27 35 58
Een enkele keer
16 10 20
nooit 1 3 1
Tekst herzien Een keer per maand of meer
36 36 43
5,74 0,45 Een keer
per kwartaal
36 46 54
Een enkele keer
15 13 26
nooit 3 0 3
Vraag 16. Kennis van teksten Plan maken Een keer
per maand of meer
33 35 34
8,06 0,24 Een keer
per kwartaal
36 43 52
Een enkele keer
15 13 33
nooit 5 3 5
Verwerken van feedback
Een keer per maand of meer
22 36 38
13,40 0,037**
Een keer per kwartaal
43 42 44
Een enkele keer
20 12* 39
nooit 5 5 5
Publieksgericht maken van een tekst
Een keer per maand of meer
14 21 30
3,70 0,72 Een keer
per kwartaal
42 40 48
Een enkele keer
28 24 39
nooit 6 7 7
*Post hoc test met Bonferroni correctie p significant <0,05
** Chikwadraattoets p significant <0,05
Tabel 2.3.1j Uitkomsten chikwadraattoets integratie van schrijfonderwijs in andere v akken dan taalonderwijs (leerkrachtvragenlijst)
Integratie van schrijven in andere vakken dan taalonderwijs Vraag 4. Frequentie van schrijfopdrachten
n groep 6 n groep 7 n groep 8 Chi
kwadraat p-waarde Vaker dan twee keer
per maand
30 41 42
10,8 0,21
Twee keer per maand 13 14 28
Een keer per maand 32 20 35
Minder dan een keer per maand
15 20 21
nooit 1 0 0
*Post hoc test met Bonferroni correctie p significant <0,05
** Chikwadraattoets p significant <0,05
Tabel 2.3.1k Uitkomsten chikwadraattoets schrijven om te leren (leerkrachtvragenlij st)
Schrijven om te leren
Vraag 8. Schrijven ten dienste van het leren n
groep 6
n groep 7
n groep 8
Chi
kwadraat p-waarde type kennis Frequentie
Kennis op doen Minstens een keer per maand
34 39 43
14,8 0,02**
Een keer per kwartaal
30 43 65
Een keer per jaar
23* 11 16
nooit 4 2 1
Samenvatten Minstens een keer per maand
38* 71* 81
26,48 <0,001**
Een keer per kwartaal
40* 18* 37 Een keer per
jaar
10 4 5
nooit 3 0 2
Aantekeningen maken
Minstens een keer per maand
29 43 57
14,32 0,026**
Een keer per kwartaal
27 32 46
Een keer per jaar
17 10 14
nooit 18* 9 9
*Post hoc test met Bonferroni correctie p significant <0,05
** Chikwadraattoets p significant <0,05
ONDERWIJSLEERPROCES (1.4 publieksrapport)
Tabel 2.3.1l Uitkomsten chikwadraattoets transcriptiemedium (leerkrachtvragenlijst) Vraag 11. Transcriptiemedium
n groep 6 n groep 7 n groep 8 Chi
kwadraat p-waarde Frequentie
Minstens een keer per maand
43 52 83
13,59 0,045*****
Een keer per kwartaal
29 33 29
Een keer per jaar 8 6 10
nooit 9 3 3
** Chikwadraattoets p significant <0,05
***Post hoc test met Bonferroni correctie gaf geen significante verschillen
Tabel 2.3.1m Uitkomsten van de anova leeractiviteiten van leerkrachten (leerkrachtvragenlijst)
Schrijfaanpak
Gemiddelde F-waarde (df) p-waarde
Groep 6 3,24
1,59(306) 0,21
Groep 7 3,23
Groep 8 3,14
Revisie
Gemiddelde F-waarde (df) p-waarde
Groep 6 2,86
Groep 7 3,07 0,21(303) 0,65
Groep 8 2,92
Leren van anderen
Gemiddelde F-waarde (df) p-waarde
Groep 6 2,54
Groep 7 2,71
0,61(309) 0,44
Groep 8 2,49
** p significant <0,05
Tabel 2.3.1n Uitkomsten van de chikwadraattoetsen leeractiviteiten van leerkrachten (leerkrachtvragenlijst)
Vraag 13. Leeractiviteiten n
Groe p 6
n Groe p 7
n Groe p 8
Chi kwadra at
p-waarde leeractiviteit Frequentie
Schrijfaanpak
Schrijven aan de hand van concreet leerdoel
Minstens een keer per maand
50 47
56
4,37 0,65 Een keer per
kwartaal
32 35 53
Een keer per jaar 5 7 13
nooit 2 4 3
Prewriting:
informatie verzamelen
Minstens een keer per maand
43 49 56
4,21 0,66 Een keer per
kwartaal 33 34 47
Een keer per jaar 11 9 18
nooit 0 3 3
Modelleren schrijfaanpak door leerkracht
Minstens een keer per maand
35 34 38
4,65 0,60 Een keer per
kwartaal
38 40 54
Een keer per jaar 13 15 29
nooit 2 4 3
Prewriting: plan maken
Minstens een keer per maand
35 37 40
7,33 0,29 Een keer per
kwartaal
26 38 58
Een keer per jaar 15 13 18
nooit 11 6 10
Re visEerste versie herlezen
Minstens een keer per maand
46 52 62 5,81 0,53