• No results found

Ouders als onderzoekers - Samenvatting onderzoek Stop Ouders

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Ouders als onderzoekers - Samenvatting onderzoek Stop Ouders"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

SAMENVATTING: Ouders als Onderzoekers –oudergroep “STOP”

In een oudergroep van het innoverend project “Ouders als Onderzoekers” onderzoeken ouders, met de steun van procesbegeleiders en wetenschappers, een zelfgekozen thema in verband met opvoeding en ouderschap. Met dit onderzoekswerk willen ouders in dialoog gaan met professionelen en beleidsverantwoordelijken om iets in hun opvoedingscontext te veranderen. (Zie

www.vcok.be/ouders

voor meer algemene info.)

Wij zijn de Ouders als Onderzoekers –groep met als naam “STOP”. Onze groep bestaat uit ouders die deelnamen aan een STOP4-7 programma, een behandelingsprogramma voor kinderen met gedragsproblemen (van 4 tot 7 jaar) en hun ouders. We zijn allen afkomstig uit Gent en omstreken, maar verder zijn we zeer verschillend.

In het najaar van 2008 kwamen we voor het eerst samen als ouders-als-onderzoekers.

In totaal werkten 13 ouders mee in de loop van het proces. Vier moeders vormen de kern van ouders die het hele proces meemaakten. We werden van het begin tot het einde ondersteund door twee “procesbegeleiders” één van VCOK (Vormingscentrum Opvoeding en Kinderopvang, Gent) en één van Vormingplus Gent-Eeklo. Vanaf maart 2009 kregen we ook specifieke ondersteuning van “wetenschapper” Wim De Mey van Universiteit Gent (vakgroep Ontwikkelings-, Persoonlijkheids- en Sociale Psychologie).

Het onderzoek werd uitgevoerd in het najaar 2009 en voorjaar 2010. In mei/ juni 2010 werden de bevindingen besproken in onze oudergroep. Na een zomerpauze ronden we actueel ons project af door sociale actie op verschillende niveaus te voeren. We proberen (I) het perspectief van ouders in wetenschappelijke tijdschriften binnen te brengen, (II) de maatschappij te sensibiliseren via populaire media en (III) professionelen en beleidsmakers in contact te brengen met onze stem en zo te adviseren bij het optimaliseren van hulpverlening.

Ons onderzoek vertrok van de onderzoeksvraag: Wat zijn de ervaringen van ouders met hulpverlening en wat zien wij - ouders - als knelpunten? Door uitgebreid te praten over wat ons moeilijk viel en wat ons hielp bij het opvoeden van onze kinderen, kwamen we tot het onderzoeksthema: “Gepaste hulp voor elk kind en elke ouder”. We wilden vooral onderzoeken wat beter kan, wat we graag willen veranderen.

Als onderzoeksmethode kozen we voor kwalitatief onderzoek. We verzamelden verhalen over de ervaringen met hulpverlening van zes ouders van onze groep. Op basis van deze verhalen zochten we naar gemeenschappelijke punten in de zoektocht naar hulp.

Sleutelbegrippen daarbij bleken: diagnose, wachtlijsten, school, … Ter aanvulling werden er ook zeven interviews afgenomen bij andere ouders uit het STOP4-7 programma.

Daarna werd van al het onderzoeksmateriaal een inhoudelijke analyse gemaakt op basis van “de 5 B‟s”. Dit zijn vijf criteria die de toegankelijkheid van dienstverlening bepalen:

bereikbaarheid, beschikbaarheid, betaalbaarheid, bruikbaarheid en begrijpbaarheid.

Onze belangrijkste onderzoeksresultaten klinken als volgt in het nog ongepubliceerde artikel van Wim De Mey “Ouders en hulpverlening: perspectief van de ouders in rekening gebracht” :

Uit de door ons verzamelde verhalen en afgenomen interviews komt sterk de frustratie van ouders naar voor over hoe moeilijk het zoekproces is naar gepaste hulp. De „juiste‟

hulp blijkt uit de meeste ervaringen niet te bestaan of toch nog niet gevonden te zijn.

Hulp is vooral tijdelijk helpend. Hulpverleners lijken ouders ook niet echt te kunnen helpen in hun zoektocht naar de meest gepaste hulp.

Diagnoses spelen een heel belangrijke rol in de zoektocht naar hulp. Het al dan niet krijgen van een diagnose of een gepaste diagnose geeft aanleiding tot heel wat emoties (kwaadheid, verdriet, frustratie). De hulpverlening blijkt zo georganiseerd te zijn dat een diagnose toegang verleent tot bepaalde vormen van hulp. Diagnoses zijn echter zelden

(2)

het antwoord op de vraag van de ouders. Een diagnose geeft niet steeds of zelfs eerder zelden rechtstreeks aan wat nu het best gebeurt met dit kind.

De meeste ouders zien de bereikbaarheid (afstand) van de hulp niet als een probleem.

Het niet bekend zijn met bepaalde vormen van hulp wordt wel gezien als een hinderpaal.

De beschikbaarheid van de hulpverleners voor allerlei vragen en zorgen wordt door de meeste ouders positief ervaren: er worden beduidend meer positieve uitspraken gedaan dan negatieve rond dit subthema. Ouders kunnen vaak bij de hulpverlener terecht ook buiten de aangemelde problemen en soms zelfs langer dan de eigenlijke hulpverlening loopt. Wachtlijsten zijn erg frustrerend. Als je als ouder hulp nodig hebt, heb je geen boodschap aan een wachtlijst van een half jaar tot soms zelfs twee jaar.

Heel wat hulpverlening is financieel betaalbaar voor een breed publiek (CKG, thuisbegeleiding, STOP4-7). Psychiaters, privé werkende psychologen of logopedisten zijn dan weer enkel voor kapitaalkrachtige ouders een haalbare kaart. Diensten geestelijke gezondheidszorg situeren zich hier tussenin. Alle organisatorische maatregelen die ouders moeten nemen om te kunnen deelnemen aan hulpverlening vormen vaak wel een zware belasting: vrij nemen van werk, zorgen voor kinderopvang, vervoer organiseren, … Sommige ouders vinden ook de tijd die het kind niet op school kan doorbrengen omwille van de aangeboden hulp een grote kost.

Ouders zijn gematigd positief over de bruikbaarheid van de aangeboden hulp: vaak is er aanvankelijk een positieve evolutie, maar deze verdwijnt weer na verloop van tijd.

Begrijpbaarheid: Hulpverleners nemen nog soms te weinig tijd om goed uit te leggen wat er zal gebeuren en waarom bepaalde keuzes worden gemaakt. Ouders ondergaan nogal eens de hulpverlening. Ze ervaren zichzelf als vragende partij en durven dan vaak ook niet ondankbaar lijken. Vanuit een constructie van zichzelf als minder competent durven ze ook weinig vragen stellen ten aanzien van de geboden hulp. Sommige ouders echter melden wel assertieve reacties.

De STOP-onderzoeksgroep hoopt met de resultaten van dit onderzoek iets te kunnen veranderen voor andere kinderen

en ouders met dezelfde problemen. Daarom hebben we de pers aangeschreven en hebben we ook een aantal voorstellen geformuleerd

om voor te leggen aan verantwoordelijken en organisaties uit de sector.

Voor meer informatie over de onderzoeksresultaten van de STOP-oudergroep of over het project “Ouders als Onderzoekers” kunt u contact opnemen met Katelijne De Brabandere van VCOK op het nummer 09/232 47 36 of via mail Katelijne.de.brabandere@vcok.be Op de website www.vcok.be/ouders kunt u ook meer algemene informatie over het project vinden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Kinderen zijn gebaat bij goede samenwerking en afstemming tussen ouders en de school, juist omdat zij in een afhankelijke positie zitten en de ouders voor het kind

Door uitgebreid te praten over wat ons moeilijk viel en wat ons hielp bij het opvoeden van onze kinderen, kwamen we tot het onderzoeksthema: “Gepaste hulp voor elk kind

gebrek aan erkenning voor expertise ouders onzekere uitkomst van het traject. zorgen overschaduwen

Men zou kunnen zeggen dat in Ouders als Onderzoekers ouders niet terugkeren naar de school, maar zélf de school maken, of nog: zij plaatsen vormend aanbod dat voor hen wordt

Zij is verbonden aan de katholieke hogeschool Vives in Kortrijk en stond binnen het project Ouders als Onderzoekers onder andere in voor het ondersteunen van

Het is precies dit soort van spreken, de- ze invulling van wat opvoeden is of kan zijn, die niet meer ter sprake gebracht wordt omdat opvoe- den voor ons vandaag een heel

Van gesloten groepen ouders (waaronder gereformeerden) is bekend dat er laat hulpverlening wordt gevraagd en dat de problemen dan heftig zijn. Veel problemen worden niet naar

Bijna een op de twee jongeren in Vlaanderen tussen 15 en 25 jaar wil zijn/haar ouders best in huis nemen zodra die zorgbehoe- vend zijn.. Dat is het verrassen- de