Bijlage 1
Opgestelde definities van ‘belangrijke eigenschappen’
Kennis:
De (actuele) informatie die de zorgverlener van zijn vakgebied heeft en gebruikt.
Vaardigheden:
Het capabel zijn van de zorgverlener bij het uitvoeren van de praktische handelingen.
Communicatie:
Het geven van ‘passende’ informatie van de zorgverlener aan patiënt en het beargumenteerd
duidelijk kunnen maken waarom keuzen in de zorg gemaakt worden.
Professionaliteit:
De mate waarin de zorgverlener de geldende normen en waarden van zijn beroep kent en
gebruikt in zijn handelen.
Taakvolwassenheid:
De zorgverlener is opgewassen voor de uitvoering van zijn werkzaamheden in de volle
breedte van de inhoud van de taak.
Klantgerichtheid:
Het door de zorgverlener kunnen inleven in de patiënt tijdens het geven van zorg.
Respect voor autonomie patiënt en familie:
Het centraal stellen van de wensen en keuzen van de patiënt en zijn naasten in de zorg die
geleverd wordt.
Communicatie:
Het beargumenteerd en professioneel overleg kunnen voeren van de zorgverlener met alle
partijen die een rol spelen in het geven en ontvangen van zorg.
Coördinatie:
Het afstemmen van de werkzaamheden van de diverse mensen die een rol spelen in de
zorgverlening en het overleg dat daarvoor tussen de verschillende partijen plaatsvindt.
Organisatie:
Het merkbare optimaal gebruik van alle mensen en middelen die nodig zijn in het geven van
de zorg.
Logistiek:
De snelheid waarmee (het onderdeel van) de behandeling na aankomst in het ziekenhuis
van start kan gaan en afgerond is.
Beschikbaarheid van benodigde faciliteiten:
Het kunnen gebruiken van de benodigde ruimten/ apparaten zonder lange wachttijden.
Mogelijkheid tot gebruik van nieuwe technieken:
Score op IGZ prestatieindicatoren:
De plaats die het ziekenhuis krijgt door te scoren op de lijst met prestaties zoals door de
Inspectie voor Gezondheidszorg is gemaakt.
Gebruik van protocollen:
Het aanwezig zijn en toepassen van protocollen en werkwijzen om de zorg uit te kunnen
voeren.
NIAZ accreditatie:
Het aanwezig zijn van het ‘keurmerk’ voor ziekenhuizen op basis van procesbeschrijvingen.
(te vergelijken met bijvoorbeeld een ISO keurmerk).
Betaalbaarheid:
De kosten voor de zorg tijdens 1 behandeling zijn zodanig dat er genoeg geld overblijft om
ook de zorg die alle andere patiënten nodig hebben, te kunnen betalen uit het daarvoor
beschikbare budget.
Productie:
Afspraken over de hoeveelheden patiënten die hun zorg moeten krijgen om het hele budget
te ‘verdienen’.
Balans in kosten en baten:
Bijlage 2
‘Het zal mij een zorg zijn’, onderzoek t.b.v. sturing op ziekenhuiszorg
Enquête voor patiënten
‘Het zal mij een zorg zijn’
Sturing op ziekenhuiszorg. Enquête
De bestuurders van een ziekenhuis zijn verantwoordelijk voor het leveren van goede ziekenhuiszorg, zo is wettelijk bepaald. Hoe kunnen bestuurders hierop sturen? In de huidige situatie wordt veelal gestuurd op de meetbare resultaten zoals budgetten en productie (aantallen behandelingen etc.). Wanneer voldaan wordt aan de afspraken die daaromtrent gemaakt zijn, wordt gesproken over het ‘in control’ zijn van de organisatie. Terwijl deze vorm van sturing resulteert in financieel gezonde
bedrijven, heeft onderzoek aangetoond dat er diverse professionele zorgverleners zijn die worstelen met deze vorm van sturing. Het behalen van financiële en productietargets betekent immers niet dat vanzelfsprekend ook goede ziekenhuiszorg wordt geleverd. Dat zorgt voor onvrede binnen de ziekenhuisorganisatie. Ook de patiënt heeft weinig met budgetten en productie maar bekijkt de ziekenhuiszorg vanuit een heel andere richting (wachttijden, bejegening, etc.). De gemeten patiënttevredenheid is nog nooit zo laag geweest als nu. Wat dat betreft zijn veel organisaties behoorlijk ‘out of control’.
Daarom de vraag: Hoe kan het anders?
In het kader van mijn studie bedrijfskunde doe ik onderzoek naar de vraag wat het gezamenlijk beeld is van het ‘in control’ zijn van de ziekenhuiszorg. Wat vinden patiënten, artsen, verpleegkundigen en bestuurders met elkaar belangrijk? Aan de hand van de resultaten zal een nieuw sturingsmodel worden ontwikkeld.
Uw mening en hulp heb ik daarvoor nodig!
Voor zover mij bekend bent u in de afgelopen jaren patiënt / patiënte geweest en hebt u ziekenhuiszorg ontvangen.
Achter dit blad treft u een invulschema. Daarin zijn eigenschappen vermeld die bij vooronderzoek door bestuurders, patiënten, artsen en verpleegkundigen als belangrijk zijn gekwalificeerd in het geven en ontvangen van goede ziekenhuiszorg. Deze eigenschappen zijn onderverdeeld in deskundigheid van de zorgverlener, kwaliteit van de organisatie en productie en budget.
Mijn verzoek aan u is om, redenerend vanuit uw positie als patiënt, achtereenvolgens:
1. van elke eigenschap aan te geven hoe belangrijk u deze vindt in het ontvangen van ‘goede ziekenhuiszorg’, (met een cijfer tussen 0 en 10, waarbij 0 volstrekt onbelangrijk betekent en 10 zeer belangrijk)
2. aan te geven of u vindt u dat er op deze eigenschap gestuurd zou moeten worden, (antwoorden met ja of nee)
3. aan te geven op welke wijze deze eigenschap volgens u inzichtelijk gemaakt kan worden (vrij antwoord), en tot slot
4. aan te geven hoe sturing op deze eigenschap zou kunnen plaatsvinden.
Indien naar uw mening een belangrijke eigenschap ontbreekt dan stel ik het op prijs als u deze in één van de lege vakjes wilt vermelden. Wanneer u geen antwoord kunt bedenken, vult u dan een vraagteken in.
Ik ben mij ervan bewust dat het invullen van bijgevoegd schema wellicht niet gemakkelijk is en wat tijd kost (ongeveer 30 minuten). Met uw deelname levert u echter een bijdrage aan de ontwikkeling van een sturingsmodel voor het ‘in control’ zijn van de ziekenhuiszorg in het ziekenhuis van de toekomst waarin tevredenheid van patiënten én zorgverleners een grote rol spelen.
Ik doe daarom een dringend beroep op uw medewerking. Bij voorbaat hartelijk dank!
Bijlage 3
‘Het zal mij een zorg zijn’, onderzoek t.b.v. sturing op ziekenhuiszorg
Enquête voor artsen, verpleegkundigen en bestuurders
‘Het zal mij een zorg zijn’
Sturing op ziekenhuiszorg.
Enquête
De bestuurders van een ziekenhuis zijn verantwoordelijk voor het leveren van goede ziekenhuiszorg, zo is wettelijk bepaald. Hoe kunnen bestuurders hierop sturen? In de huidige situatie wordt veelal gestuurd op de meetbare resultaten zoals budgetten en productie (aantallen behandelingen etc.). Wanneer voldaan wordt aan de afspraken die daaromtrent gemaakt zijn, wordt gesproken over het ‘in control’ zijn van de organisatie. Terwijl deze vorm van sturing resulteert in financieel gezonde
bedrijven, heeft onderzoek aangetoond dat er diverse professionele zorgverleners zijn die hun professionele autonomie niet herkennen in deze vorm van sturing. Het behalen van financiële en productietargets betekent immers niet dat vanzelfsprekend ook goede ziekenhuiszorg wordt geleverd. Dat zorgt voor onvrede binnen de ziekenhuisorganisatie. Bovendien is de patiënttevredenheid nog nooit zo laag geweest als nu. Wat dat betreft zijn veel organisaties behoorlijk ‘out of control’.
Daarom de vraag: Hoe kan het anders?
In het kader van mijn studie bedrijfskunde doe ik onderzoek naar de vraag wat het gezamenlijk beeld is van het ‘in control’ zijn van de ziekenhuiszorg. Wat vinden patiënten, artsen, verpleegkundigen en bestuurders met elkaar belangrijk? Aan de hand van de resultaten zal een nieuw sturingsmodel worden ontwikkeld.
Uw mening en hulp heb ik daarvoor nodig!
Achter dit blad treft u een invulschema. Daarin zijn eigenschappen vermeld die bij vooronderzoek door bestuurders, patiënten, artsen en verpleegkundigen als belangrijk zijn gekwalificeerd voor het leveren van goede ziekenhuiszorg. De eigenschappen zijn onderverdeeld in deskundigheid van de
zorgverlener, kwaliteit van de organisatie en productie en budget. Mijn verzoek aan u is om, redenerend vanuit uw professie, achtereenvolgens:
van elke eigenschap aan te geven hoe belangrijk u deze vindt in het leveren van ‘goede
ziekenhuiszorg’ (met een cijfer tussen 0 en 10, waarbij 0 volstrekt onbelangrijk betekent en 10 zeer belangrijk)
aan te geven of in de huidige situatie in uw ziekenhuis gestuurd wordt op deze eigenschap (met ja of nee)
indien u met ja hebt geantwoord graag tevens vermelden: hoe erop gestuurd wordt
en door wie (een vrij antwoord)
indien u met nee hebt geantwoord, graag vermelden of u vindt u dat er op deze eigenschap gestuurd zou moeten worden (antwoorden met ja of nee)
aan te geven op welke wijze deze eigenschap volgens u inzichtelijk gemaakt kan worden (vrij antwoord), en tot slot
aan te geven hoe sturing op deze eigenschap zou kunnen plaatsvinden.
Indien naar uw mening een belangrijke eigenschap ontbreekt dan stel ik het op prijs als u deze in één van de lege vakjes wilt vermelden.
Ik ben mij ervan bewust dat het invullen van bijgevoegd schema wellicht niet gemakkelijk is en wat tijd kost (ongeveer 30 minuten). Met uw deelname levert u echter een bijdrage aan de ontwikkeling van een sturingsmodel voor het ‘in control’ zijn van de ziekenhuiszorg in het ziekenhuis van de toekomst waarin tevredenheid van patiënten én zorgverleners een grote rol spelen.
Ik doe daarom een dringend beroep op uw medewerking. Bij voorbaat hartelijk dank!
‘H e t z a l m ij e e n z o rg z ijn ’, o n d e rz o e k t .b .v . s tu ri n g o p z ie k e n h u is z o rg E n q u ê te v o o r a rt s e n , v e rp le e g k u n d ig e n e n b e s tu u rd e rs Hoe belangrijk vindt u deze eigenschap? Wordt er in uw ziekenhuis op gestuurd? Z o j a , h o e e n d o o r w ie ?
