OPLEIDING ORGANISATIE COACH
FACILITEREN VAN VERANDERPROCESSEN
SETH MAENEN | ERIK GEBOERS | JEF CUMPS | ELS SCHEPENS
| Dagprogramma
9.30 uur 12.30 uur 16.30 uur
Introductie coachmodel – intervisiemethodiek Aan de slag met casuïstiek - Oogst
Check-in Check-out
CHECK-IN
WAT HEEFT JE GETRIGGERD UIT DE VORIGE
MASTERCLASSES EN HEB JE REEDS TOEGEPAST?
WELKE STAP IN DE GOEDE RICHTING HEB JE TUSSEN VORIGE SESSIE EN VANDAAG REEDS GEZET?
WAAR BEN JE TROTS OP?
WAT HEBBEN ANDEREN REEDS GEMERKT?
WELKE VERWACHTING HEB JE TAV VANDAAG?
HOE KAN DIT EEN MEERWAARDE ZIJN IN JOUW ONTWIKKELPROCES?
INTERVISIE 1
COLLEGIAAL LEREN EN PROFESSIONEEL ONTWIKKELEN
Via concrete werkvragen tot inzichten en oplossingen komen Aanscherpen van competenties en vaardigheden
ELS SCHEPENS
OPDRACHT DUO
45
WAAR STA IK NU IN MIJN
ROL ALS ORGANISATIE-
COACH?
§ Wat werkt er in je aanpak?(bespreek je succesmomenten)
§ Wat niet? (wat had je anders willen doen?)
§ Wat kan je al goed? Hoe heb je dit voor mekaar gekregen?
§ Waar heb je nog behoefte aan om verder te komen?
§ Wat wil je nog leren?
§ Waar zit je blinde vlek?
§ Welk cijfer geef je nu jezelf op een schaal van 1-10?
BETTER MINDS COACHMODEL 1
JOUW
LEERTRAJECT JOUW
HUIDIGE EN
GEWENSTE SITUATIE
ALS COACH
2
BETTER MINDS
INTERVISIEMODEL
• Leergroep bestaande uit gelijken
• Gezamenlijk vastgestelde structuur
• Professionele ontwikkeling (oplossingen en inzichten via concrete werkvragen)
• Zelfsturend en reflectiegericht leerproces
• Inbreng van concrete problemen/leervragen
- Probleemgericht (troubleshooter, analyse van problemen en adviserende rol)
- Oplossingsgericht (leading from one step behind, vragen stellen, faciliterende rol)
• Leiden van de supervisant naar grotere competentie en toename van vaardigheden
INTERVISIE = COLLEGIALE
CONSULTATIE
• Onder begeleiding van een supervisor - Kan hiërarchisch zijn
- Meer ervaren professional
• Individuele en groepssupervisie
SUPERVISIE = EXPERT CONSULTATIE
• Voorbereiding
- Schriftelijk (casusbeschrijving)
- Om de beurt (urgentie voorrang geven?) - Per 2
- Doormailen
• Aanwezigheid en deelname - Verplichte deelname
- Al dan niet nakomen van afspraken
• Frequentie en tijdsduur
Afspraken
• Storingen hebben voorrang
• Wees je eigen leider
• Geheimhouding en vertrouwelijkheid is noodzakelijk
• Inbrenger heeft recht tot zwijgen
• Taak- en persoonsgerichtheid: jezelf hanteren als werkinstrument en omgaan met emoties en deze bespreekbaar maken
• Eigen handelen ter bespreking durven brengen en open staan voor wederzijdse feedback
• Durven kijken naar de ontwikkelingsgeschiedenis van jezelf en de ander
• Eigen waarden, normen en grenzen kennen en benoemen
Uitgangspunten en stijl
• Fase 1: introductie
• Fase 2: analyse
• Fase 3: herformulering
• Fase 4: inzicht, advies, reflectie, actie
• Fase 5: groepsthema
• Fase 6: evaluatie en afspraken
Basismodel
Fase 1: introductie
• Iedereen “erbij” halen
• Inventarisatie werkvragen/casussen
• Doelformulering: “Wat wil je bereikt hebben aan het eind van deze intervisie?”
Goede casusinbreng is niet louter vraag naar advies, het is eerder een
stelling of een beleving die gedeeld wordt, zodat het anderen ook uitnodigt tot reflectie op hun handelen.
Op deze manier spoort intervisie aan tot verandering en groei.
Fase 2: Analyse
• Inbrenger vertelt uitgebreid ahv casusbeschrijving
• Groep stelt louter INFORMATIEVE vragen
• Doorvragen! Niet interpreteren, oordelen of suggereren!
De kunst van vragenstellen
• Stel zoveel mogelijk open vragen
• Stel vragen in het referentiekader van de ander
• Vraag door op niet gespecificeerde woorden of zinsdelen:
er – het – men – situatie – gevoel – niet gelukkig – soms – hier en daar…
• Vraag naar weggelaten woorden of zinsdelen:
“ik moet wel” Van wie? Waarom?
• Vraag naar de betekenis van vervormingen:
onlogische opmerkingen – beeldspraak
• Vraag door op vage of overtollige bijwoorden en werkwoorden:
natuurlijk – misschien – zou kunnen – dat voel ik zo…
Casusbeschrijving (eerste vorm van reflectie)
1. Geef een korte toelichting van je werkkader en je eigen verantwoordelijkheden hierin.
2. Situering van de ervaring via het themamodel
3. Reflecteer over je evolutie door voorgaande analyse: Wat is er reeds veranderd?
Themamodel
Organisatie / TeamCliënt deskundige
Thema
Casusbeschrijving
• Situeer de casus vanuit iedere actor (je kan ook andere actoren invullen)
• Omschrijf je eigen functioneren: denken-voelen-doen
heden-verleden-toekomst
• Omschrijf het thema dat de drie actoren bindt
• Omschrijf de beïnvloedende contextfactoren
Fase 3: Herformulering van de werkvraag
• Fase van bewustwording.
• Geeft een afbakening.
• Geeft de relatie aan tussen wat er al is en wat er wordt gezocht.
• Geeft richting en focus.
Fase 4: advies, reflectie en actie
• Inzichts- en adviesronde
• Reflectie
• Formuleer een doel
• Actieplan
Fase 5: groepsthema
• Betrokkenheid van ieder op dit thema
• Formuleer een groepsthema
• Reflectie
• Leg de relatie naar de praktijk en omgekeerd
Fase 6: evaluatie
• Welke persoonlijke leeropbrengst is er?
• Hoe heb je deze sessie ervaren?
• Hoe beviel de werkwijze/ gebruikte methode?
POP
25
Wat wil jij nu precies gaan leren of ontwikkelen? Waarin wil je excelleren?
Wat is dan je plan tussen nu en het einde van de opleiding?
Hoe ga je dat aanpakken? Wanneer ga je dat doen? Wie kan je daarbij helpen?
Hoe ga jij je successen vieren?
26
DOEL
wat wil ik bereiken?
ONTWIKKELINGS ACTIVITEIT wie wat waar?
GEWENST RESULTAAT
PLANNING
Wanneer?
BENODIGDE ONDERSTEUNING
EN FACILITEITEN
38
Portfolio
POP
4 x Reflecties (per mcl/oefeningen) 1x reflectie organisatie-interventie
1 x Eindverslag (competenties)
Interventies
3 x Leergroepen
1x organisatie-interventie (traject) rond change Presentatie competenties
Maak je POP concreet.
• Verwerk de leeropbrengst van deze dag
• Bepaal dan je doelen, acties en het gewenste resultaat.
PORTFOLIO OPDRACHTEN
Maak een reflectie op een oefenmoment (tijdens de masterclasses of leergroep) ahv een zelfgekozen reflectiemodel. Variëer!
GROW – STARR – LOGISCHE NIVEAUS – REFLECTIESPIRAAL KOLB – OFMAN - LEARY – IJSBERGMODEL
Ga in de praktijk aan de slag met de aangeboden inhouden uit de masterclass en reflecteer.
PORTFOLIO OPDRACHTEN
CHECK-OUT
WAT ZOU NA DEZE INTERVISIEDAG AL 1 STAP IN DE GOEDE RICHTING ZIJN VOOR JOU ALS ORGANISATIECOACH?
WRAP-UP
HOE GA JE IN DE NABIJE TOEKOMST MERKEN DAT ER AL IETS VERANDERD IS?
WAARAAN ZOUDEN ANDEREN MERKEN DAT JE EEN STAP VERDER BENT GEKOMEN?