Plan van aanpak Vervroegde Verkenning HWBP project Vecht Noord/Zuid

(1)

Plan van aanpak

‘Vervroegde Verkenning HWBP project Vecht Noord/Zuid’

Opdrachtnemer Opdrachtgever

P. Kroes E. Wagener Projectnummer

Projectfase Kenmerk Decos

89.077

Vervroegde verkenning HWBP-1111

(2)

Plan van Aanpak

Vervroegde Verkenning HWBP project Vecht Noord/Zuid Pagina 2 van 24

Documenthistorie

Versienr. Datum Auteur Omschrijving 0.1 Dec 2015 N. Zuideveld-

Venema/ M. van Dijk

Eerste concept tbv bespreking in

coördinatieoverleg vervroegde verkenningen 0.2 Jan 2015 N. Zuideveld-

Venema/ M. van Dijk

Tweede concept tbv bespreking in

coördinatieoverleg vervroegde verkenningen 0.3 26 -1-2016 C. Franken Aanvullingen projectbeheersing

0.4 01-02-2016 M. van Dijk Aanvullingen techniek (onderzoeken) en scope 0.5 03-02-2016 M. van Dijk Concept ten behoeve van behandeling in het

PT HWBP

0.6 09-02-2016 M. van Dijk Concept ten behoeve van review Michiel van Willigen (Programmacoördinator Ruimte voor de Vecht)

0.7 15-02-2016 M. van Dijk Eindconcept ten behoeve van vaststelling door Stuurgroep HWBP

1.0 18-02-2016 M. van Dijk Definitief vastgesteld door de stuurgroep HWBP

(3)

Plan van Aanpak

Inhoudsopgave

1 Inleiding ... 5

1.1 Aanleiding voor het project ... 5

1.2 Aanleiding en doel vervroegde verkenning ... 5

2 Aanpak vervroegde verkenning ... 7

2.1 Werkzaamheden vervroegde verkenning ... 8

2.2 Besluitvorming ... 8

3 Veiligheidsopgave ... 8

3.1 Toetsresultaten LTR3 ... 9

3.1.1 Vecht Zuid ... 9

3.1.2 Vecht Noord ...12

3.1.3 Waterfront Dalfsen ...12

3.2 Nadere analyse veiligheidsopgave ...13

3.3 Benodigd geotechnisch/ -metrisch onderzoek ...14

3.3.1 Geometrisch onderzoek ...14

3.3.2 Geotechnisch gronden laboratoriumonderzoek ...14

4 Omgevingsanalyse ...15

4.1 Gebiedsbeschrijving ...15

4.2 Omgevingsonderzoek ...15

4.2.1 Eigendom, gebruik en beheer van gronden ...16

4.2.2 Niet-gesprongen explosieven (NGE) ...16

4.3 Stakeholders, gebiedsontwikkelingen en meekoppelkansen ...16

4.3.1 Programma Ruimte voor de Vecht ...16

5 Contracteren en marktbenadering ...17

5.1 Marktbenadering in de vervroegde verkenningsfase ...17

6 Organisatie ...17

6.1 Inbedding van de vervroegde verkenning in de WDODelta-organisatie ...17

6.2 Projectteam ...18

6.2.1 Samenstelling projectteam vervoegde verkenning ...18

6.2.2 Rolverdeling ...18

6.3 Besturing ...18

6.3.1 Dagelijks bestuur/Algemeen Bestuur ...18

6.3.2 Portefeuillehouder ...18

6.3.3 Interne opdrachtgever ...18

(4)

Plan van Aanpak

6.3.4 Programmamanager Hoogwaterbescherming ...18

6.3.5 Interne stuurgroep ...19

6.4 Begeleiding en review (KPR en intern) ...19

7 Projectbeheersing ...20

7.1 Kwaliteitsborging ...20

7.1.1 Kwaliteit projectorganisatie ...20

7.1.2 Kwaliteit veiligheidsanalyse ...20

7.1.3 Scope ...20

7.2 Planning ...20

7.3 Financieel ...21

7.3.1 Capaciteit ...21

7.4 Risicobeheersing ...22

7.5 Documentatie en informatie ...23

Bijlagen ...24

Bijlage 1 Processchema veldonderzoeken tbv NAV ...24

Bijlage 2 Uitgangspunten en werkprotocol aanvullende NAV HWBP- projecten ...24

Bijlage 3 Risicodossier ...24

Bijlage 4 Planning ...24

Bijlage 5 SSK-raming en kostennota ...24

(5)

Plan van Aanpak

1 Inleiding

1.1 Aanleiding voor het project

De Waterwet schrijft voor dat de primaire waterkeringen regelmatig moeten worden getoetst om te onderzoeken of deze voldoen aan de wettelijke normen voor de waterveiligheid. Indien de waterkering niet meer aan de norm voldoet, moeten er verbetermaatregelen worden gerealiseerd. Het project Vecht (zie Figuur 1) omvat zowel de Stenendijk en noordelijke Vechtdijk (‘Vecht Noord’ 38,6 km) en de zuidelijke Vechtdijk (‘Vecht Zuid’ 27,5 km).

In de derde toetsronde die in de periode 2006 tot en met 2011 is uitgevoerd, is bij Vecht Noord 8 kilometer afgekeurd en bij Vecht Zuid in totaal 15,8 kilometer afgekeurd.

Figuur 1 Overzicht ligging waterkering van Vecht Noord en Zuid

1.2 Aanleiding en doel vervroegde verkenning

In het programma 2016-2021 van het Hoogwaterbeschermingsprogramma is de vervroegde verkenning geïntroduceerd als middel om beheerders tijdig te kunnen laten starten met een project. Deze stap is noodzakelijk geworden door de introductie van de nieuwe normering in 2017, zodat de beheerder gesteld staat voor de opgave op het moment dat de reguliere verkenning van het project geprogrammeerd is. De vervroegde verkenningen van Vecht Zuid

(6)

Plan van Aanpak

en Vecht Noord staan in het HWBP programma 2016-2021 respectievelijk gepland in 2016 en in 2016-2017 en de start van beide verkenningen in 2018.

Er zijn een aantal argumenten om beide projecten in de vervroegde verkenning samen te voegen:

• Efficiëntie in onderzoeken en veiligheidsanalyse

• Mogelijke effecten van maatregelen van het ene project op het andere, waardoor het wenselijk is van beide projecten de veiligheidsopgave in beeld te hebben

• Relatie met het programma Ruimte voor de Vecht:

o Het is wenselijk dat er in 2016 duidelijkheid komt voor de gehele HWBP opgave op basis van de nieuwe normering langs de Vecht.

o In het programma Ruimte voor de Vecht wordt vervolgens een

hoogwaterperspectief uitgewerkt waarin duidelijk moet worden of er kansrijke ruimtelijke maatregelen mogelijk zijn die de dijkversterkingsopgave in het HWBP kunnen verminderen.

o Het zicht op evt. ruimtelijke maatregelen is dan beschikbaar voordat de HWBP verkenningen voor Vecht-Noord en Vecht- zuid starten¹.

De vervoegde verkenningsperiode heeft tot doel:

• Het uitvoeren van een nadere veiligheidsanalyse inclusief benodigd grondonderzoek om de opgave van het project te bepalen met de overstromingsrisicobenadering (anticiperen op de nieuwe normering).

• Het opstellen van een raming en borgen dat de eigen bijdrage voor het gehele project in de meerjarige begroting van de beheerder is opgenomen.

• Het tijdig aanwijzen en beschikbaar stellen van een projectteam met voldoende kwaliteit en capaciteit om de opgave beheerst binnen tijd en geld te realiseren.

• In een vroegtijdig stadium meekoppelkansen in beeld te brengen om de opgave slimmer en met meer kwaliteit gerealiseerd te krijgen.

• Het voorbereiden van (de heroverweging voor) de start van de verkenning.

Deze activiteiten en beoogde producten leggen beslag op financiële middelen en doorlooptijd van de vervroegde verkenning. Door het indienen van een Plan van Aanpak voor de

vervroegde verkenning is het mogelijk een voorschot te verkrijgen voor de voorbereidingskosten van de verkenningsfase.

De vervroegde verkenning eindigt met de heroverweging over het starten van de verkenning.

Hoewel nu de trajecten Noord en Zuid gezamenlijk worden opgepakt in de vervroegde verkenning, kan dit bij de heroverweging leiden tot een andere keuze. Het opstellen van een Plan van Aanpak voor de reguliere verkenningsfase maakt dan ook geen onderdeel uit van de scope van deze vervroegde verkenning, en er zal dan ook geen team klaar staan aan het eind van de vervroegde verkenning. Indien besloten wordt tot het vervolgen van de

verkenning voor één of beide trajecten, zal een Plan van Aanpak hiervoor worden opgesteld.

1 Zie ook de aangepaste planning in onze bestuurlijke consultatiereactie op het voorlopig HWBP- programmavoorstel 2017-2022

(7)

Plan van Aanpak

Het verkennen van meekoppelkansen vindt voor niet gestarte projecten op

programmaniveau plaats. Afstemming met het programma Ruimte voor de Vecht is hier een belangrijk onderdeel van. De potentiële meekoppelkansen worden op een meekoppelkansen kaart gezet die voor de HWBP opgave van het hele gebied van WDODelta is opgesteld.

2 Aanpak vervroegde verkenning

De aanpak zoals beschreven in dit plan is gebaseerd op de uitgangspunten van een reguliere verkenningsfase waarin via vier stappen wordt toegewerkt naar het

voorkeursalternatief;

• Stap 0: vervroegde verkenningsfase t.b.v. nadere analyse veiligheidsprobleem en verkennen meekoppelkansen.

• Stap 1a: opstellen plan van aanpak verkenningsfase

• Stab 1b: inventariseren van mogelijke, en selectie naar kansrijke alternatieven.

• Stap 2: beoordelingsfase, van kansrijke alternatieven naar voorkeursalternatief.

• Stap 3: besluitvormingsfase.

Schematisch ziet de verkenningsfase er uit zoals afgebeeld in Figuur 2, waarbij stap 1a de vervroegde verkenning vormt.

Dit plan van aanpak beschrijft onze aanpak voor stap Vervroegde verkenningsfase.

Figuur 2 Proces verkenning HWBP project met de vervroegde verkenning (stap 1a)

(8)

Plan van Aanpak

2.1 Werkzaamheden vervroegde verkenning

De vervroegde verkenning heeft tot doel de opgave van het project te herijken op basis van de nieuwe normering. Hiervoor wordt een nadere analyse van het veiligheidsprobleem uitgevoerd, anticiperend op de nieuwe veiligheidsnormen (zie paragraaf 3.2).

Ook wordt een korte omgevingsanalyse gedaan. De omgevingsanalyse bestaat uit een kort bureauonderzoek, waarbij wordt bekeken wat de belangrijkste functies en waarden in het gebied zijn, aangevuld met de belangrijkste ontwikkelingen in het gebied en potentiële meekoppelkansen die in beeld zijn. De omgevingsanalyse wordt aangevuld met:

1. het conditionerende onderzoek naar NGE’s dat noodzakelijk is voor de uitvoering van het grondonderzoek.

2. Externe controles bij de archieven van gemeenten en de Provincie Overijssel met betrekking tot bodemverontreinigingen en grondwaterwingebieden

2.2 Besluitvorming

Aan het eind van de vervroegde verkenning wordt in een ‘heroverwegingsmoment’ een nieuwe afspraak gemaakt over het moment van de start van de verkenning. In onze bestuurlijke consultatiereactie op het voorlopig HWBP programmavoorstel 2017-2022 hebben we hier reeds een startjaar voor voorgesteld.

Ten tijde van de vaststelling van de NAV-rapportage wordt deze besluitvorming ondersteund met de volgende informatie:

• Opgave incl. toelichting op onzekerheden en risico’s;

• Urgentie van de opgave (in relatie tot VNK2, waterveiligheidssituatie);

• SSK- raming t/m realisatie o.b.v. opgave NAV;

• Omgeving (Ruimte voor de Vecht/ liggen er afspraken/ verwachtingen over startdatum/ meekoppelkansen);

• Impact op financiën (financierbaarheid, voorfinanciering);

• Aandeel tussenvakken/aansluitstukken (i.r.t. 25% grens comply or explain).

Het bestuur bepaalt aan de hand van bovenstaande beslisinformatie op welke wijze het project voortgang vindt. Het kan dus zijn dat;

• Beide projecten conform programma 2016-2021 worden opgepakt;

• Eén project wordt gestart en één wordt uitgesteld;

• Delen van de projecten worden opgepakt en delen uitgesteld.

Aangezien op bovenstaande scenario’s nog niet is te anticiperen, gaat dit Plan van Aanpak niet verder dan het heroverwegingsmoment.

3 Veiligheidsopgave

De aanpak van de werkzaamheden in de vervroegde verkenningsfase is gebaseerd op de aanwezige veiligheidsproblematiek. Hieronder volgt een beknopte beschrijving van de veiligheidsopgave.

(9)

Plan van Aanpak

3.1 Toetsresultaten LTR3

De beide dijktrajecten en de daarin liggende waterkerende kunstwerken zijn tussen 2006 en 2011 beoordeeld conform de voorschriften (zie Figuur 3).

Figuur 3 Overzicht resultaten 3^e toetsronde

3.1.1 Vecht Zuid

Dit dijktraject ten zuiden van de Vecht heeft een totale lengte van 27,5 kilometer. Het westelijke deel is in de Derde Toetsing vrijwel volledig afgekeurd op piping, binnenwaartse en buitenwaartse macrostabiliteit, stabiliteit bekleding en – op een paar locaties – op hoogte.

Voorbij Dalfsen is de dijk tot aan de N348 grotendeels goedgekeurd met uitzondering van enkele kleine dijkvakken. De afgekeurde dijkvakken hebben opgeteld een lengte van 15,8 kilometer (zie Figuur 4).

Naast de dijken zijn ook de kunstwerken beoordeeld in de 3^e toetsronde. Er zijn in totaal 9 kunstwerken binnen de projectgrenzen waarvan er 2 niet aan de eisen voldoen. De beide kunstwerken zijn afgekeurd op onder- en achterloopsheid.

(10)

Plan van Aanpak

Figuur 4 Resultaten 3e landelijke toetsing Vecht Zuid

Getoetste faalmechanismen zijn; HT =hoogte, STPH = piping en heave, STBI= stabiliteit binnenwaarts, STBU= stabiliteit buitenwaarts, STMI= microstabiliteit, STBK = bekleding. Rood is afgekeurd en groen is goedgekeurd.

4

Figuur 5 Resultaten 3e landelijke toetsing Kunstwerken Vecht Zuid

Getoetste faalmechanismen zijn: HT = Hoogte, STCG = Stabiliteit constructie ne grondlichaam, STCO = Sterkte constructieve onderdelen, STPH = Onder- en achterloopsheid en BS = Betrouwbaarheid sluiting.

Rood is afgekeurd en groen is goedgekeurd.

Overzicht resultaten 3e Landelijke toetsronde Vecht Zuid

Van Tot Lengte HT STPH STBI STBU STMI STBK Eindoordeel

[hm] [hm] m

95,300 97,100 1.800

97,100 97,700 600

97,700 97,900 200

97,900 98,000 100

98,000 98,300 301

98,300 98,400 101

98,400 98,600 200

98,600 98,700 100

98,700 99,000 302

99,900 100,400 1.399 100,400 102,000 1.598 102,000 103,000 1.000 103,000 107,000 4.000 107,000 108,100 1.101 108,100 110,300 2.199 110,300 110,600 300 110,600 116,100 5.434 116,100 116,200 100 116,200 118,900 2.688 118,900 119,000 100 119,000 122,400 3.400 122,400 122,900 500

Totaal 27.523

Waarvan 15.801

Waarvan 11.722

Dijkringgebied en dijkvak

53

Coupure Agnietenberg 98,3 Sluis Nieuwe verlaat 101,6 Inlaat Koepelallee 107,1 Gemaal Vechterweerd 107,6 Gemaal Den Berg 110,3 Gemaal Rechteren 113,5 Inlaat Vilsterenseweg 117,9 Gemaal Marswetering 121,1 Gemaal Vilsteren 122,6 Duiker nabij N348 122,7

Totaal 10

Waarvan 2

Waarvan 8

Overzicht resultaten 3e Landelijke toetsronde kunstwerken Vecht Zuid

Dijkringgebied en kunstwerknaam

53

Eindoordeel STPH

STCO STCG

HT

HM-paal BS

(11)

Plan van Aanpak

Figuur 6 resultaten 3e toetsing Vecht Noord

Getoetste faalmechanismen zijn; HT =hoogte, STPH = piping en heave, STBI= stabiliteit binnenwaarts, STBU= stabiliteit buitenwaarts, STMI= microstabiliteit, STBK = bekleding. Rood is afgekeurd en groen is goedgekeurd.

Van Tot Lengte HT STPH STBI STBU STMI STBK STVL Eindoordeel

[hm] [hm] m

-0,031 2,300 2.331

2,300 2,500 200

2,500 11,800 9.253

11,800 12,200 409

Dalfsen 12,200 12,300 91

Dalfsen 12,300 12,400 100

12,400 12,900 500

12,900 13,500 600

13,500 14,300 800

14,300 18,400 4.100

18,400 18,600 200

18,600 19,200 601

19,200 19,400 199

19,400 19,700 301

19,700 19,900 200

19,900 20,700 800

20,700 21,100 400

21,100 21,400 300

21,400 21,500 101

21,500 21,600 101

21,600 21,800 200

21,800 22,000 200

22,000 22,100 100

22,100 24,000 1.899

24,000 24,300 301

24,300 25,100 800

25,100 25,300 200

25,300 25,900 600

25,900 26,000 100

26,000 26,100 100

26,100 26,300 200

26,300 26,400 100

26,400 27,000 599

27,000 27,100 100

27,100 27,200 100

27,200 27,400 199

27,400 27,600 201

27,600 27,800 200

27,800 28,200 400

28,200 28,500 300

28,500 28,700 200

28,700 28,900 200

28,900 29,200 299

29,200 30,700 1.500 30,700 32,000 1.299 32,000 38,700 6.658

Totaal 38.642

Waarvan 8.008

Waarvan 30.634

Dijkringgebied en dijkvak

53

Overzicht resultaten 3e Landelijke toetsronde Vecht Noord

(12)

Plan van Aanpak

3.1.2 Vecht Noord

Dit dijktraject heet een totale lengte van ruim 38 kilometer. Hiervan is in de Derde Toetsing de Stenendijk ten oosten van het Zwarte Water onder Hasselt afgekeurd en diverse korte en langere stukken aan de noordzijde van de Vecht tot en met de kade ten oosten van de brug in Dalfsen. De afgekeurde dijkvakken hebben opgeteld een lengte van 8 kilometer. De meest kritieke faalmechanismen waren stabiliteit van de bekleding, macrostabiliteit binnenwaarts en buitenwaarts, en op een beperkt aantal locaties hoogte (Figuur 6).

Naast de dijken zijn ook de kunstwerken beoordeeld in de 3^e toetsronde. Er zijn in totaal 23 kunstwerken binnen de trajectgrenzen waarvan er 15 niet aan de eisen voldoen. De

kunstwerken zijn op wisselende mechanismen afgekeurd (zie Figuur 7).

Figuur 7 Resultaten 3e landelijke toetsing Kunstwerken Vecht Noord

Getoetste faalmechanismen zijn: HT = Hoogte, STCG = Stabiliteit constructie ne grondlichaam, STCO = Sterkte constructieve onderdelen, STPH = Onder- en achterloopsheid en BS = Betrouwbaarheid sluiting.

Rood is afgekeurd en groen is goedgekeurd.

3.1.3 Waterfront Dalfsen

Binnen de kern van Dalfsen is een dijktraject met een lengte van 191 m al verbeterd (zie ook Figuur 6). Dit traject is naar voren gehaald om aan te kunnen haken op de

gebiedsontwikkeling Waterfront. De waterkering was hier te laag. De aanwezige damwand is vervangen door een nieuwe hogere damwand. Deze damwand is in de toekomst uitbreidbaar te maken met schotbalken zodat de waterkering voldoet aan de eisen, maar de verbinding tussen stad en water niet verloren gaat.

Duiker Varsenerweg I 1,0 Duiker Varsenerweg II 1,0 Duiker 200m t.o.v. De Stouwe 2,2 Duiker t.o.v. De Stouwe 2,4

Gemaal de Stouwe 2,4

Duiker t.w.v. De Stouwe 2,4 Duiker 300m t.w.v. De Stouwe 2,7 Duiker 500m t.w.v. De Stouwe 2,9 Inlaat vijvers Bellingeweerd 11,7 Gemaal vijvers Bellingweerd 11,7 Riooloverstort Dalfsen 12,2

Gemaal Broekhuizen 15,9

Gemaal Den Doorn 26

Keersluis Gennigerzijl 28,8 Gemaal Streukelerzijl 30,7

Gemaal Galgenrak 30,7

Schutsluis Hasselt 32,5

Riooloverstort Hasselt I 32,2 Riooloverstort Hasselt II 32,3 Riooloverstort Hasselt III 32,5 Riooloverstort Hasselt IV 32,6 Riooloverstort Hasselt V

Gemaal Kloosterzijl 35,5

Gemaal Kostverlorenzijl 38,6

Totaal 24

Waarvan 15

Waarvan 8

Waarvan niet getoetst 1

Niet beoordeeld

Overzicht resultaten 3e Landelijke toetsronde kunstwerken Vecht Noord

Dijkringgebied en kunstwerknaam

53 ^HM-paal ^HT ^STCG ^STCO ^STPH ^BS Eindoordeel

(13)

Plan van Aanpak

3.2 Nadere analyse veiligheidsopgave

Onderdeel van de vervroegde verkenning is de nadere analyse van het veiligheidsprobleem.

In deze nadere analyse wordt de uitgevoerde veiligheidstoetsing aangescherpt op basis van de nieuwe normering en aanwezig en waar nodig aanvullend (grond)onderzoek. Bijlage 2 bevat de uitgangspunten en werkwijze voor deze beoordeling. Eerdere versies van dit document (voor projecten waarvan de NAV al is uitgevoerd) zijn al gereviewd door het KPR, en de basisuitgangspunten zijn vastgesteld in overleg met het KPR, Deltares en het HWBP.

De stappen die we in de nadere analyse veiligheidsopgave (NAV) doorlopen zijn de volgende:

1. Inkoop / aanbesteding onderzoeken

• NGE-onderzoek

• Geotechnische onderzoeken

• Geometrische onderzoeken

2. Uitvoering en begeleiding onderzoeken, zie processchema bijlage 1.

• Verificatie en validatie van de resultaten 3. Uitvoeren NAV

• In overleg met HWBP en KPR is er een Notitie uitgangspunten en werkprotocol aanvullende nadere analyse HWBP projecten opgesteld, zie bijlage 2. De

uitgangspunten voor de Vecht worden in deze stap zo nodig geactualiseerd op de meest recente inzichten en aangescherpt.

• De uitgangspunten worden vastgesteld in overleg met de technische ”expertgroep”

Vecht; Vechtstromen, provincie Overijssel en evt. gemeenten.

• Interpretatie resultaten onderzoeken

• Toetsing faalmechanismen

• Beheerdersoordeel op toetsresultaten

• Review op de toetsresultaten (intern en door het KPR)

• Bespreken veiligheidopgave in de Stuurgroep

• Opstellen rapportage NAV

De resultaten van het uit te voeren geotechnisch en geometrisch onderzoek wordt in combinatie met al eerder uitgevoerd geotechnisch en geometrisch onderzoek

samengevoegd om daarmee de nadere analyse van het veiligheidsprobleem van het genoemde project uit te voeren. Uit deze analyse volgt vervolgens een definitieve veiligheidsopgave voor het betreffende project.

Het geotechnisch onderzoek betreft het uitvoeren van sonderingen en boringen, het opstellen van een geotechnisch lengteprofiel binnendijks, onder de kruin en buitendijks (mede op basis van het reeds bestaand geotechnisch onderzoek), het inmeten van het voor- en achterland met grondradar/ EM en het uitvoeren van laboratoriumonderzoek. Het

geometrisch onderzoek betreft het inmeten van dwarsprofielen, voornamelijk in sloten, plassen, kolken en kanalen.

(14)

Plan van Aanpak

3.3 Benodigd geotechnisch/ -metrisch onderzoek

3.3.1 Geometrisch onderzoek

In het gebied zijn zowel binnen- als buitendijks kolken en andere objecten aanwezig waarvan de dimensies nog niet precies in beeld zijn. Deze kolken kunnen de aanwezige sterkte voor de mechanismen macrostabiliteit of piping in negatieve zin beïnvloeden.

Voor Vecht Noord gaat het om 10 profielen met een totale lengte van 200m. Alle profielen liggen bij goedgekeurde trajecten.

Voor Vecht-Zuid gaat het om 19 profielen die ingemeten moeten worden met een totale lengte van 1002 m. Op één na liggen alle profielen bij afgekeurde dijktrajecten. Dit ene profiel ligt bij Gemaal Rechteren en heeft een lengte van 49m. Tabel 1 geeft een overzicht van het geometrisch onderzoek per dijktraject.

3.3.2 Geotechnisch gronden laboratoriumonderzoek

Om de benodigde beoordelingen uit te kunnen voeren is aanvullend onderzoek nodig. Het gaat hierbij om grondonderzoek (boringen, sonderingen, grondradar en geofysisch

onderzoek) en laboratoriumonderzoek op monsters uit dat grondonderzoek.

Tabel 1 Overzicht benodigd geometrisch en geotechnisch onderzoek

Type onderzoek Vecht Noord Vecht Zuid

Afgekeurd Niet afgekeurd

Veldonderzoek

Handboring 1 - - -

Mechanische boring 15 18 12 -

Sondering kl. 1 - 9 3 -

Sondering kl. 2 15 20 14 2

Grondradar (km) 2,4 1,4 3 -

Geofysisch onderzoek (km) - - 2,9 -

Onderzoek nabij kunstw. 2 2 3 -

Omgevingsonderzoek 38% 15% 31% 15%

Lengteprofielen (km) 8 30 15,8 11,7

Labonderzoek Doorlatendheidsproef 32 34 24 -

Korrelverdeling 32 34 24 -

Triaxiaalproef 32 28 16 -

DSS-proef 16 14 8 -

SDP 48 42 24 -

Volumegewicht 48 42 24 -

Monstername 48 42 24 -

Geometrisch onderzoek (m) 0 200 953 49

De onderzoeken zijn niet evenredig verdeeld over de goed- en afgekeurde dijktrajecten. Uit Tabel 1 blijkt dat de onderzoeken zich voor 58% concentreren rondom de afgekeurde trajecten. Dit heeft een aantal redenen:

• De afgekeurde trajecten bevinden zich in het deel van het gebied waar slappe lagen aanwezig zijn. Hiervoor zijn nieuwe onderzoeken nodig in verband met de nieuwe

(15)

Plan van Aanpak

rekenmethodes voor macrostabiliteit. Voor de zandige, grotendeels niet-afgekeurde delen zijn deze nieuwe onderzoeken niet nodig.

• Het oostelijke deel van het gebied is pas bij de laatste toetsronde als primaire kering aangemerkt. Hier is recent nog een compleet onderzoek uitgevoerd.

4 Omgevingsanalyse

In dit hoofdstuk wordt een korte analyse van de omgeving gegeven. Hieronder valt een beschrijving van de belangrijkste functies, waarden en ontwikkelingen in het projectgebied en een beschrijving van de stakeholders, de belangrijkste gebiedsontwikkelingen en

meekoppelkansen.

4.1 Gebiedsbeschrijving

De Overijsselse Vecht is de grootste van de kleine en de kleinste van de grote rivieren van Nederland. De bron van de Vecht ligt in de buurt van Darfeld, het Duitse Münsterland. De rivier is 167 kilometer lang waarvan 60 km in Nederland. Ten noordwesten van Zwolle vloeit de Vecht samen met het Zwartewater. Waterschap Groot Salland is de waterbeheerder in het westelijk deel van de provincie Overijssel, waar de rivier de Vecht via het Zwarte Water uitmondt in het IJsselmeer. Het Vechtdal is een landschappelijk zeer aantrekkelijk gebied.

Hier loopt dan ook een van de populairste fietsroutes van Nederland.

‘Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht’ is een Natura 2000-gebied met de classificatie 'rivierengebied'. Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht omvat het geheel aan uiterwaarden ten noorden van Zwolle waar de Overijsselse Vecht samenstroomt met het Zwarte Water.

Het Vechtdal valt grotendeels binnen de Ecologische Hoofdstructuur. De natuurwaarden bestaan voor een deel uit rivierduincomplexen die zich binnen afgesneden meanders van de Overijsselse Vecht bevinden.

Tegenwoordig wordt de Vecht alleen nog gebruikt voor de recreatievaart. Via de twee sluizen bij Vechterweerd en Vilsteren kunnen boten met een diepgang van maximaal 1 meter tot aan Ommen varen. Door de bouw van een aantal nieuwe sluizen wordt de Vecht ook

bovenstrooms van Ommen bevaarbaar gemaakt voor sloepen en zompen met een diepgang van maximaal 50 cm.

Het benedenstroomse deel van traject Vecht Noord, ook wel Stenendijk genoemd, ligt ten zuidoosten van Hasselt langs het Galgenrak, een zijstroom van het Zwarte Water. Deze dijk heeft de status van Rijksmonument omdat de waterkering over een afstand van bijna een kilometer uit een gemetselde stenen muur bestaat. Dat is uniek in Nederland. Over de dijk loopt een weg voor fietsers en bestemmingsverkeer. Verderop naar het oosten gaat dit traject over in de noordelijke Vechtdijk via de kern Dalfsen tot aan de N348 te Ommen. Hier bestaat de dijk overal, met uitzondering van de kern Dalfsen, uit een grondlichaam.

De zuidelijke Vechtdijk strekt zich uit van Zwolle in het westen tot aan de hoge gronden iets voorbij Vilsteren. Het is vrijwel overal een groene dijk in landelijk gebied.

4.2 Omgevingsonderzoek

Om te voorkomen dat problemen tijdens de uitvoering van de onderzoeken leiden tot hogere kosten of vertraging, is een processchema opgesteld wat voorafgaand aan het uitzetten van

(16)

Plan van Aanpak

het grondonderzoek wordt doorlopen. Hierbij wordt gekeken of er belemmeringen zijn voor het uitvoeren van de onderzoeken, zoals de eventuele aanwezigheid van NGE’s of

bodemverontreinigingen. Dit processchema is als Bijlage 1 bij dit Plan van Aanpak gevoegd.

4.2.1 Eigendom, gebruik en beheer van gronden

De dijken en aanliggende percelen zijn grotendeels niet in eigendom van het waterschap. Er zijn publieke gronden bij, maar het merendeel is particulier eigendom. Eigenaren en (indien relevant) pachters zullen in deze fase worden aangeschreven om hen te informeren over de uit te voeren onderzoeken en om toestemming te vragen om hun eigendom te betreden voor die onderzoeken.

4.2.2 Niet-gesprongen explosieven (NGE)

In de vervroegde verkenning wordt onderzoek uitgevoerd naar verdachte ‘niet gesprongen explosieven’ gebieden (bv loopgraven en afwerpmunitie). De (boor- en sondeer-) locaties waar geotechnisch onderzoek nodig is, worden waar mogelijk uitgezet in niet verdachte gebieden en anders op basis van aanvullend veldonderzoek eerst vrijgegeven op NGE’s.

4.3 Stakeholders, gebiedsontwikkelingen en meekoppelkansen

Het reeds verkennen van omgevingskansen in de vervroegde verkenning is een

beheersmaatregel om ongewenste vertraging in de verkenningsfase te voorkomen. Het biedt de mogelijkheid om het project conform de MIRT aanpak daadwerkelijk sneller en beter te kunnen laten verlopen. De stakeholders krijgen desalniettemin voldoende tijd en ruimte om hun meekoppelkans te verzilveren richting voorkeursbesluit aan het eind van de

verkenningsfase. Voor deze twee dijktrajecten zijn de ontwikkelingen al door de Provincie Overijssel, de gemeente Dalfsen en het waterschap in kaart gebracht. Hieruit zijn een aantal concrete ontwikkelingen naar voren gekomen, die van belang zijn voor het vervolg van het project:

1. Onderhoud aan de historische muur van de Stenendijk (Vecht-Noord) 2. Centrumvisie Dalfsen (Vecht-Noord)

3. Aanpak van de verkeersveiligheid Rechterensedijk (Vecht-Zuid)

Belangrijke omgevingspartijen zijn naast provincie, Rijkswaterstaat en de gemeenten Zwolle, Zwartewaterland en Dalfsen ook de terreinbeheerders/natuurorganisaties,

recreatieondernemers, omwonenden en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.

4.3.1 Programma Ruimte voor de Vecht

Samen met dertien partners streeft de provincie Overijssel ernaar de Vecht en het Vechtdal te ontwikkelen tot een halfnatuurlijke laaglandrivier. Het programma Ruimte voor de Vecht is daarbij het uitgangspunt. Meer ruimte voor het water wordt hierin gecombineerd met een veilige afvoer van hoogwaters, ontwikkeling en ontsluiting van de natuurlijke schatten van de Vecht. Daarmee ontstaan nieuwe kansen voor de economie en voor de sociale structuur in het Vechtdal.

Het programma Ruimte voor de Vecht heeft een horizon tot 2050. Tot die periode zullen maatregelen worden uitgevoerd of ontwikkelingen plaatsvinden die tijdens de ontwerpfase van het HWBP nog niet bekend zijn. Maatregelen vanuit Ruimte voor de Vecht nu en straks hebben in enkele gevallen wel een effect op de waterstanden in de Vecht. In een

(17)

Plan van Aanpak

Hoogwaterperspectief dient daarom in beeld te worden gebracht welke veiligheidskaders moeten gaan gelden voor de totstandkoming van deze maatregelen. Als kader ligt daarvoor een stand still van het veiligheidsniveau na vaststelling van de versterkingsopgave en realisatie van HWBP-maatregelen voor de hand. Deze stand still moet ingaan in 2016 nadat besluitvorming over de versterkingsopgave vanuit HWBP en de daaraan bijdragende

ruimtelijke maatregelen heeft plaatsgevonden. Dat betekent dat vanaf dat moment de sturing op samenhang van de maatregelen op de Vecht zodanig gericht moet zijn dat het netto effect op de Maatgevende Hoogwaterstand (MHW) neutraal is of de situatie niet verslechtert.

Het Hoogwaterperspectief wordt vooralsnog opgesteld door WDODelta, en betrekt waterschap Vechtstromen, provincie Overijssel en Rijkswaterstaat.

Na vaststelling van de NAV wordt de veiligheidsopgave gedeeld met het Breed Bestuurlijk Overleg Ruimte voor de Vecht (voorjaar 2017).

5 Contracteren en marktbenadering

WDODelta heeft de intentie om bovengenoemde werkzaamheden zo veel mogelijk met eigen medewerkers uit te voeren. Eventueel benodigde diensten, leveringen, onderzoeken en werken worden aanbesteed volgens de Aanbestedingswet, en het inkoopbeleid en de algemene voorwaarden van WDODelta.

5.1 Marktbenadering in de vervroegde verkenningsfase

Specifiek voor de NVA’s heeft WDODelta een raamcontract voor geotechnisch onderzoek gesloten met drie marktpartijen op basis van een Europese aanbesteding. De aanbesteding hiervan zal parallel aan de besluitvorming, onder voorbehoud van krediet verlening, medio februari starten. Definitieve gunning volgt nadat het krediet verleend is door het algemeen bestuur.

Het NGE onderzoek voor de Vecht wordt, vanuit efficiëntie oogpunt, gelijk met alle overige vervroegde verkenningen aanbesteed als één pakket. Dit is reeds gestart en de kosten hiervoor zijn opgenomen in het krediet van de vervroegde verkenning Zwolle-Olst.

6 Organisatie

Dit hoofdstuk beschrijft de inbedding van het project in de WDODelta organisatie, het projectteam en de organisatorische verdeling van disciplines daarin en hoe de begeleiding, besturing, besluitvorming en afstemming rondom het project is georganiseerd.

6.1 Inbedding van de vervroegde verkenning in de WDODelta- organisatie

WDODelta heeft meerdere projecten op Hoogwaterbeschermingsprogramma. Ten behoeve van de regie en coördinatie op deze projecten heeft WDODelta er voor gekozen de projecten vanuit een programma aan te sturen o.b.v. IPM-rolverdeling, zonder dat dit programma een status aparte heeft als afzonderlijk project-of programmabureau. Het programma is ingebed in de lijnorganisatie en dat is een bewuste keuze t.b.v. synergie en kruisbestuiving met de rest van de organisatie. De vervroegde verkenningen vinden plaats onder regie van het programmateam HWBP.

(18)

Plan van Aanpak

6.2 Projectteam

6.2.1 Samenstelling projectteam vervoegde verkenning

Het basisteam voor de uitvoering van de vervroegde verkenning is als volgt samengesteld:

• Projectmanager (en Technisch manager): Maurits van Dijk.

o Dijk- en kunstwerkspecialisten: Nander van der Plicht, Jan Bert de Hoop, David Jan Smeenge en Bert Koster

• Omgevingsmanager geotechnische- en NGE onderzoeken: Wilgert Veldman.

o Geotechniek: Bouke van Meekeren, Detlef ter Haar en Marieke Kaarsemaker.

o Conditionering: Sophie Boland.

• Manager projectbeheersing: Charlotte Franken.

• Contractmanager: Wendy Kooijman.

6.2.2 Rolverdeling

Projectmanager: operationele en functionele aansturing team, organiseren reviews,

verificatie en validatie onderzoeken, kwaliteitsborging en contact KPR, eindverantwoordelijk voor NAV rapportage, raming, afstemming programma Ruimte voor de Vecht, opstellen heroverwegingsdocument, organiseren operationeel IPM overleg.

Omgevingsmanager: Coördinering van de uit te besteden technische- en conditionerende onderzoeken; voorbereiden uitvragen, aansturen opdrachtnemer, contact met stakeholders betreffende het onderzoek. Functioneel en operationele aansturing van geotechnicus en medewerker conditionering.

Iedere rolhouder stuurt een eigen team aan, waarin adviseurs en specialisten vanuit verschillende disciplines zitten. Voor de interne kwaliteitsborging en kruisbestuiving binnen de organisatie zijn interne reviewers aangewezen.

6.3 Besturing

6.3.1 Dagelijks bestuur/Algemeen Bestuur

Als trekker van het project Vecht (Noord en Zuid) stelt het waterschapsbestuur (AB) krediet beschikbaar voor de vervroegde verkenning.

6.3.2 Portefeuillehouder

Tweewekelijk vindt er afstemming over dit HWBP-project plaats door de programmamanager en interne opdrachtgever met de portefeuillehouder vanuit het Dagelijks Bestuur. Dit is dezelfde portefeuillehouder die ook verantwoordelijk is voor het programma Ruimte voor de Vecht. Eventuele bestuurlijke afstemming tussen beide programma’s kan daardoor

gemakkelijk plaatsvinden, ook omdat hij zitting heeft in het Breed Bestuurlijk Overleg Ruimte voor de Vecht.

6.3.3 Interne opdrachtgever

De interne opdrachtgever is directielid Waterveiligheid Erik Wagener.

6.3.4 Programmamanager Hoogwaterbescherming

De programmamanager is Pieter Kroes. De programmamanager stuurt de projectmanager aan en vice versa legt de projectmanager verantwoording af aan de programmamanager. De

(19)

Plan van Aanpak

programmamanager is de schakel tussen het project en de interne opdrachtgever het bestuur en de programmadirectie. In dit geval van de vervroegde verkenning is hier sprake van een personele unie.

De escalatielijn ingeval van conflicten en/of de autorisatielijn voor wijzigingen verloopt dan ook van de projectmanager via de programmamanager naar de interne opdrachtgever.

6.3.5 Interne stuurgroep

Voor de sturing op het project is er intern WDODelta een ambtelijke stuurgroep ingesteld die bestaat uit:

• Ambtelijk opdrachtgever (vz)

• Afdelingshoofd Projectrealisatie (mede als vertegenwoordiger resource leveranciers)

• Afdelingshoofd Beleid en strategie

• Afdelingshoofd Onderzoek en Advies

• Afdelingshoofd Financiën en juridische zaken

• Programmamanager HWBP

De stuurgroep komt maandelijks bij elkaar onder voorzitterschap van de interne opdrachtgever.

6.4 Begeleiding en review (KPR en intern)

Binnen het HWBP wordt op frequentere wijze gebruikgemaakt van adviezen en reviews van het KPR. Zo worden de generieke uitgangspunten voor aanvang van een NVA besproken met het KPR en vastgelegd. Ook worden de resultaten van de NAV aan het KPR voorgelegd ter beoordeling.

Interne kennisoverdracht aan de rest van WDODelta en reviews van de beleidsadviseurs op het gebied van waterkeringen zijn structureel en expliciet ingebouwd rond kritieke punten in het analyseproces in de vorm van een ‘time-out’ waarin gesprek over de reviewresultaten plaatsvindt en de kwaliteitsverbetering en kennisoverdracht wordt gerealiseerd. De reviews dragen bij aan kwaliteit- en kennisborging en daarmee een intern gedragen stabiele en betrouwbare scope. In onderstaande tabel zijn de vier kennisoverdracht/ reviewmomenten weergegeven die zijn voorzien o.b.v. de kritieke momenten in het analyseproces.

Tabel 1 Overzicht kennisoverdracht en reviewmomenten

Wat Doel Wanneer

Grondonderzoeksplan inclusief labonderzoek

Kennisoverdracht: inzicht in de gemaakte keuzes

Voor start van het inkoop proces

Interpretatie

veldwerkzaamheden en accorderen boorplannen en lab voorstellen

Kennisoverdracht/ review Tijdens de uitvoering van het geotechnisch veldonderzoek

Statistische analyse Kennisoverdracht/ review Tijdens (kennis) en na statistische analyse (review) Schematisering en

rekenresultaten

Kennisoverdracht/ review Tijdens de analyses en de beoordelingen

Opstellen van een analyseprotocol en

schematiseringshandleiding

Kennisoverdracht Tijdens de analyses en de beoordelingen

Review rapportage Review Na concept rapportage

(20)

Plan van Aanpak

7 Projectbeheersing 7.1 Kwaliteitsborging

7.1.1 Kwaliteit projectorganisatie

Vanuit de WDODelta organisatie zijn medewerkers vrijgemaakt om zodoende een

professioneel projectteam te kunnen vormen. Het kennisniveau van de projectorganisatie en het verder groeien in de rollen, wordt uitgebouwd door uitwisseling van kennis en ervaring met andere waterschappen. Daarnaast wordt er actief deelgenomen aan de door het programmabureau aangeboden opleidingsmogelijkheden.

7.1.2 Kwaliteit veiligheidsanalyse

De kwaliteit van de NAV wordt op de volgende wijze geborgd:

• Per mechanisme wordt gewerkt in teams van minimaal 2 personen. Deze 2 personen reviewen elkaars analyses. Deze interne reviews worden expliciet vastgelegd en opmerkingen worden verwerkt binnen het versiebeheer van de rapportages. Deze review moet leiden tot een consistente en transparante schematisatie.

• De afdeling Onderzoek en Advies voert een tweede interne review uit over de gehele rapportage. Ook deze reviews worden expliciet vastgelegd en opmerkingen verwerkt binnen het versiebeheer van de rapportages. Dit zorgt ervoor dat de uitgangspunten en schematisatie transparant worden vastgelegd, ook over verschillende projecten.

• Het KPR wordt gevraagd om vooraf de uitgangspunten van de NAV te bevestigen en achteraf een externe review uit te voeren.

7.1.3 Scope

Als voorblad bij dit plan van aanpak is de projectdefinitie, inclusief afbakening van het project, beschreven. In onderhavige fase van de vervroegde verkenning zal de veilgheidsopgave worden geactualiseerd en aangescherpt. Via de werkwijze

scopemanagement, in de voortgangsrapportages richting de interne opdrachtgever, het bestuur en de PD wordt gerapporteerd over de scope. Voor grote wijzigingen binnen het project wordt een wijzigingsrapport opgesteld welke, afhankelijk van het mandaat, wordt afgehandeld door de projectleider, opdrachtgever of bestuur. Indien er significante scopewijzigingen plaatsvinden, wordt hierover apart met de PD gesproken.

7.2 Planning

Voor het project Vecht (Noord en Zuid) is een deterministische planning opgesteld. De netwerkplanning is bijgevoegd in bijlage 4. Globaal worden de volgende stappen doorlopen:

kredietaanvraag incl aanvraag voorschot, uitbesteding onderzoeken, veldonderzoeken en labonderzoek, nadere veiligheidsanalyse, vaststellen scope en heroverweging.

Het eventueel opstellen van het plan van aanpak voor de verkenning, is wel opgenomen in de netwerkplanning maar maakt geen onderdeel uit van de scope van de vervroegde verkenning. Er is geen PPI planning opgesteld, als risicobuffer is uitgegaan 12 weken extra doorlooptijd (15% van de totale doorlooptijd).

In de netwerkplanning is eveneens de relatie met de verschillende risico’s zichtbaar gemaakt, deze zijn met oranje ID weergegeven.

(21)

Plan van Aanpak

7.3 Financieel

Uit Tabel 1 en paragraaf 3.3 blijkt dat de onderzoeken niet evenredig over de dijktrajecten zijn verdeeld. Bij de afgekeurde dijktrajecten is meer onderzoek nodig dan bij de

goedgekeurde dijktrajecten. Bijlage 5 bevat een onderbouwing van de geschatte kosten voor de onderzoeken en de verdeling over de goed- en afgekeurde trajecten. Tabel 2 geeft de uiteindelijke verdeling per traject en toetsoordeel. Er wordt alleen subsidie aangevraagd voor het onderzoek bij de afgekeurde dijktrajecten.

Tabel 2 Verdeling onderzoek per traject en toetsoordeel

Traject Goedgekeurd Afgekeurd Totaal

Vecht Noord 35% 31% 66%

Vecht Zuid 7% 27% 34%

Totaal 42% 58% 100%

Voor de overige kosten wordt dezelfde verdeling aangehouden als voor de onderzoeken. Er is vanuit gegaan dat de inspanning die nodig is voor de analyses, de conditionering en de begeleiding van de NAV en de heroverweging gelijk is aan de onderzoeksinspanning.

In de raming zijn kosten opgenomen voor de nadere veiligheidsanalyse (incl. benodigde onderzoeken) en regie kosten gedurende de vervroegde verkenning. De kostennota,

inclusief de SSK raming, is bijgevoegd in bijlage 5. De kosten voor de vervroegde verkenning exclusief bouwrente worden geraamd op € 1.586.000 (zie tabel 3). Op basis van de

verdeelsleutel uit tabel 2 zou di t betekenen dat hiervan € 920.000 (58%) voor subsidie wordt aangemerkt.

Tabel 3 Overzicht kosten

Traject Bedrag

(x € 1.000) Percentage Budgethouder Externe kosten (inhuur + advieskosten)

incl. BTW

€ 829 Projectleider

Interne kosten € 615 Projectleider

Risicoreservering voorzien incl. BTW € 54 3,4% Opdrachtgever Risicoreservering onvoorzien incl. BTW € 88 5,5% DB

Bouwrente € 12

Totale kosten incl. BTW € 1.598

Meer- of minder kosten voor de vervroegde verkenning worden verrekend bij de beschikkingsaanvraag voor de volledige Verkenningsfase.

7.3.1 Capaciteit

De capaciteitsraming, die onderdeel uitmaakt van bovengenoemde raming, is opgenomen als bijlage bij de kostennota (bijlage 5). In onderstaande tabel is per IPM werkveld de

benodigde aantallen uren weergegeven die geraamd zijn voor de vervroegde verkenning van

(22)

Plan van Aanpak

het project Vecht (Noord en Zuid) (1-12-15 tot en met juli 2017)². Hierbij is rekening gehouden met een risicobuffer van 12 weken.

Tabel 4 Overzicht aantal uren per IPM werkveld

Uren per IPM werkveld Project Regie Totaal

Projectmanagement 1758 1508* 3266

Technisch management 2520 208 2728

Omgevingsmanagement 802 208 1010

Projectbeheersing 1113 208 1321

Contractmanagement 482 208 690

Totaal 6675 2340 9015

* Het gaat hier om de rollen van programmamanager, programmasecretaris en bestuurlijke adviseur

7.4 Risicobeheersing

Ten behoeve van dit PvA zijn twee risicosessies gehouden. Er wordt gewerkt conform de werkwijze risicomanagement. Hierbij wordt het risicodossier circa 3 à 4 keer per jaar compleet geactualiseerd. Dit wordt gedaan door middel van risicobijeenkomsten met minimaal het basisteam. Alle IPM-rolhouders zijn verantwoordelijk voor het signaleren en beheersen van de risico’s binnen zijn/haar werkgebied. Elk geïnventariseerd risico krijgt een uniek nummer en wordt belegd bij één van de IPM-rolhouders. De risicomanager

ondersteunt hierbij door bijeenkomsten te organiseren, gesprekken te voeren en de verslaglegging rondom de risico’s te organiseren.

In de voortgangsrapportages die maandelijks worden opgesteld, en tweemaandelijks in de stuurgroep worden behandeld, is risicomanagement een vast onderdeel. Hier wordt gecommuniceerd over de top risico’s.

De ongewenste topgebeurtenis is dat de heroverweging (incl. bijbehorende beslisdocumenten) niet tijdig en binnen budget gerealiseerd kan worden.

Als belangrijkste endogene projectrisico’s, na beheersing, voor de vervroegde verkenning Vecht (Noord en Zuid) worden op dit moment gezien:

1. Onvoldoende beschikbaarheid markt, met name labonderzoek, als gevolg van een grote landelijke vraag (ID 5).

2. Hydraulische randvoorwaarden wijzigen als gevolg van de realisatie van het gemaal Broekhuizen en de discussie over de fysieke begrenzing van de Vechtafvoer (ID 11).

3. Kwaliteit opgeleverde onderzoeken onvoldoende als gevolg van overvraging markt en wijziging programma van eisen (ID 6).

4. Scope blijkt achteraf incorrect doordat rekenregels en normering wijzigen (ID 10).

5. Onvoldoende capaciteit beschikbaar doordat er geen achtervang aanwezig is (ID 8).

Het complete overzicht met actuele risico’s is vastgelegd in het risicodossier, zie ook bijlage 3. De risicoreservering voorzien (na beheersmaatregelen) komt uit op € 54.375.

2 Het totaal aantal uren is beduidend kleiner dan de indicatieve aantallen die door de

programmadirectie zijn aangereikt (G. Mondria en K. van den Herik). Een verklaring hiervoor is dat twee projecten worden gecombineerd.

(23)

Plan van Aanpak

7.5 Documentatie en informatie

Werkdocumenten worden opgeslagen op F:\Themas en Projecten\19116 HWBP\Project Vecht Noord en Zuid (deze wordt binnenkort verplaatst naar X:\Processen en Projecten).

Hiervoor wordt de standaard projectenmappenindeling gebruikt. Documenten op basis waarvan besluiten worden genomen, vastgelegde afspraken en contractdocumenten worden vastgelegd in het postsysteem Decos (binnenkort Join). Hiervoor is ten behoeve van de HWBP projecten een aparte documentenmap gemaakt met een dossierindeling.

(24)

Plan van Aanpak

Bijlagen

Bijlage 1 Processchema veldonderzoeken tbv NAV

Bijlage 2 Uitgangspunten en werkprotocol aanvullende NAV HWBP- projecten

Bijlage 3 Risicodossier Bijlage 4 Planning

Bijlage 5 SSK-raming en kostennota

(25)

Bijlage 1:

Processchema Veldonderzoeken

(26)

2

(27)

Processchema

Veldonderzoeken t.b.v. nadere veiligheidsanalyse HWBP-trajecten

De kleur van elke activiteit geeft een voorstel weer wie eigenaar en trekker is van de betreffende activiteit.

O m g e v in g

HWBP

Voorbereiding

Omvang Veldonderzoek

bepalen

o.a. Traject, type onderzoek, hoe vaak vindt het plaats, planning, locatie

(ook in dwarsprofiel)

Uitvraag

Uitvraag opstellen

Voorwaarden bepalen

Voorschriften t.b.v. functies

& waarden en voorwaarden vanuit omgeving

Brieven opstellen

1) Eigenaren informeren en toestemming vragen 2) Belangstellenden informeren

Toestemming bevoegde gezagen

vragen

1) Waterwet: melding of vergunning regelen

2) Nbw’98 & Ffw:

veldinspectie + contact bevoegde gezagen

Toestemming stakeholders vragen

Overzichtslijst maken wie toestemming wordt gevraagd en wie wordt

geïnformeerd.

Gesprekken voeren

[Indien toestemming wordt geweigerd:

gesprek + opschalen]

Uitvoering door aannemer

Analyseren resultaten

Eventuele schade herstellen

1) Repareren 2) Vergoeden

Dossiers opbouwen

Eisen en wensen en contactmomenten met stakeholders vastleggen

Resultaten delen

Resultaten delen met relevante stakeholders

Check uitvoeren op functies & waarden

Bodemverontreinigingen / NGE / Ecologie (incl.

veldinpsectie door ecoloog) /K&L

Nieuwsbrief maken en versturen

Waarom heeft het WS veldonderzoek uitgevoerd?

En wat heeft WS gedaan?

Gedoogplicht opleggen

[Indien na gesprek toestemming nog steeds

wordt geweigerd]

Voorbereiding

Uitvoering Veldonderzoeken Nazorg

Tijd

Exacte aankondiging doen

Brief of telefoontje met exacte week/dag van

onderzoek

Contact met stakeholder(s)

Stakeholders met klachten te woord staan en helpen

T e ch n ie k

Ecologische check uitvoeren

Laatste ecologische check (Bijv: zijn er toch broedende

vogels in het gebied?)

Kaart & adressen

Representatieve kaart met bijbehorende NAW-lijst

Gunning

Startoverleg

TM en OM erbij;

Overdracht contactpersonen beheer (fietspaaltjes etc)

Startoverleg

(28)

(29)

Bijlage 2:

Uitgangspunten en

werkprotocollen

(30)

2

(31)

Uitgangspunten en

werkprotocol aanvullende nadere analyse HWBP- projecten

Versiebeheer

Versie Datum Auteur

1.0 28-07-2015 Definitief ten behoeve van project Zwolle IPM – techniek 1.1 16-10-2015 Concept ten behoeve van project

Genemuiden-Hasselt

IPM – techniek 1.2 21-10-2015 Definitief concept t.b.v. stuurgroep HWBP IPM – techniek 2.0 26-10-2015 Definitief vastgesteld door de stuurgroep

HWBP

IPM – techniek 2.1 21-01-2016 Definitief t.b.v. NAV’s voor Zwolle-Olst,

Mastenbroek-Zwarte Water en Vecht

IPM – techniek

(32)

(33)

1

Inhoudsopgave

1 Inleiding ... 3 1.1 Achtergrond... 3 1.2 Nadere analyse veiligheidsprobleem ... 3 1.3 Leeswijzer ... 3 2 Nieuwe normering ... 3 2.1 Te hanteren overstromingskansnorm ... 3 2.2 Faalkansbegroting ... 4 3 Hydraulische randvoorwaarden ... 5 3.1 Uitgangspunten ... 5 4 Golfoverslag (HT) ... 5 4.1 Uitgangspunten ... 5 4.2 Werkprotocol ... 6 5 Macrostabiliteit binnenwaarts (STBI) ... 7 5.1 Uitgangspunten ... 7 5.2 Werkprotocol ...13 6 Macrostabiliteit buitenwaarts (STBU) ...16 6.1 Uitgangspunten ...16 6.2 Werkprotocol ...17 7 Opbarsten en piping (STPH) ...17 7.1 Uitgangspunten ...17 7.1.1 Faalkanseis ...17 7.1.2 Ondergrondschematisatie ...17 7.1.3 Pipingregels ...18 7.2 Werkprotocol ...18 7.2.1 Aanpak schematisatie ...18 7.2.2 Verdisconteren onzekerheid ondergrond ...18 7.2.3 Aanpak schematisatie middels S.O.S. ...18 7.2.4 Aanpak schematisatie zonder S.O.S. ...19 8 Microstabiliteit (STMI) ...19 8.1 Uitgangspunten ...19 8.2 Werkprotocol ...19 9 Stabiliteit bekleding (STBK) ...19 9.1 Uitgangspunten erosie buitentalud ...20 9.2 Werkprotocol erosie buitentalud ...20 9.3 Uitgangspunten afschuiven buitentalud ...20 9.4 Uitgangspunten erosie kruin en binnentalud ...20 9.5 Afschuiven kruin en binnentalud ...20 10 Stabiliteit voorland (STVL) ...20 10.1 Uitgangspunten ...20 10.2 Werkprotocol ...20

(34)

2

11 Niet waterkerende objecten ...20 11.1 Uitgangspunten ...21 11.2 Werkprotocol ...21 12 Waterkerende kunstwerken ...21 12.1 hoogtetoets ...21 12.2 Betrouwbaarheid sluiting ...22 12.3 Piping en heave ...22 12.4 Sterkte en Stabiliteit ...22 Referenties ...23 Bijlage A: Zetting ...24 Bijlage B: projectspecifieke parameters hydra-zoet. ...28

(35)

3

1 Inleiding

1.1 Achtergrond

De derde landelijke toetsronde (LTV-3) heeft uitgewezen dat een groot deel van het areaal primaire waterkeringen in het beheergebied van waterschap Groot Salland (WGS) niet voldoet aan de door het Rijk vastgestelde veiligheidsnorm. De uit te voeren

verbetermaatregelen aan deze waterkeringen zijn opgenomen in het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP).

1.2 Nadere analyse veiligheidsprobleem

Ieder HWBP-project doorloopt in principe drie fasen: de verkenningsfase, de planuitwerkingsfase en de realisatiefase. Momenteel bevinden de projecten Zwolle, Genemuiden-Hasselt en Mastenbroek-IJssel zich in de verkenningsfase. Eén van de onderdelen van deze verkenningsfase is de nadere analyse van het veiligheidsprobleem. In deze nadere analyse wordt de uitgevoerde veiligheidstoetsing gecontroleerd, waar mogelijk verfijnd en aangescherpt op basis van aanwezig onderzoek en waar nodig op basis van aanvullend onderzoek.

De nadere analyses van de genoemde projecten op basis van de vigerende wet- en regelgeving en normering leidde ertoe dat de opgave voor deze projecten verdween of drastisch werd verkleind [WGS, 2014]. In het licht van de wijziging van de normering

[Deltaprogramma, 2015] en het WTI-2017, is er in overleg met het HWBP voor gekozen om te proberen in te schatten wat de opgave is op basis van de huidige stand van zaken omtrent de kennis van de WTI en de nieuwe normering. Om deze inschatting te onderbouwen is een aanvullende nadere analyse uitgevoerd.

Dit document beschrijft de uitgangspunten die in samenspraak met het Kennis Platform Risicobenadering (KPR), vertegenwoordigers van programmadirectie HWBP en Deltares zijn opgesteld en zijn gehanteerd bij de nadere analyse. Als basis voor deze afspraken is het OI- 2014 versie 2 gebruikt. Na het verschijnen van versie 3 van het OI2014, zijn de

uitgangspunten waar nodig herzien. Dit is per faalmechanisme concreet uitgewerkt tot een werkprotocol waarin de aanpak en (schematisatie)keuzes zijn opgenomen.

1.3 Leeswijzer

Voorliggende rapportage omvat de uitgangspunten voor de nadere analyse van het veiligheidsprobleem van de in de 3^e toetsronde afgekeurde waterkeringen in het

beheergebied van het Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDODelta) Zwolle op basis van de nieuwe normering, wijzigingen in wet- en regelgevingen het voorlopige

ontwerpinstrumentarium (OI2014). In hoofdstuk 2 wordt aangegeven hoe met de nieuwe veiligheidsnormering wordt omgegaan. Hoofdstuk 3 behandelt de wijze van afleiden van de hydraulische randvoorwaarden. Tenslotte worden in hoofdstuk 4 tot en met 10 alle specifieke uitgangspunten per faalmechanisme behandeld.

2 Nieuwe normering

2.1 Te hanteren overstromingskansnorm

Binnen de aanvullende nadere analyse gaan we uit van de nieuwe normering zoals vastgelegd in het Deltaprogramma. De waarden voor de overstromingskansnormen die hierin zijn vastgelegd zijn zogenaamde “signaleringswaarden”. De waarden waarmee (wettelijk) getoetst moet gaan worden zijn de signaleringswaarden, waarbij nog voldoende tijd beschikbaar is de dijk te versterken voordat de zogenaamde “maximaal toelaatbare waarden” bereikt worden. Bij het ontwerpen wordt daarom gerekend met de maximaal toelaatbare waarde aan het einde van de levensduur. Omdat in de NAV de omvang van de