• No results found

[Uitzending nr.185: Lucas 2:1 t/m 30]

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "[Uitzending nr.185: Lucas 2:1 t/m 30]"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

[Uitzending nr.185: Lucas 2:1 t/m 30]

Na de afsluiting van Lucas 1 met de woorden: De jonge Johannes groeide op en werd sterk gemaakt door de Heilige Geest. Hij hield zich op in dor- re streken en bleef daar tot de dag dat hij in het openbaar in Israël op- trad. Nu volgt nu in Lucas 2 het verslag van de geboorte van Jezus. Net als de aankondiging van de geboorte zijn ook de verslagen van de geboorte van Johannes en Jezus zelf, parallel opgebouwd.

Daarbij valt op dat Lucas de geboorte van Johannes dateert aan de hand van de Joodse geschiedenis. In Lucas 1 vers 5 hebben we gelezen: Mijn verhaal begint bij de Joodse priester Zacharias, die leefde in de tijd dat Herodes koning van Judea was. Maar de geboorte van Jezus brengt Lucas in ver- band met de wereldgeschiedenis. Lucas 2 vers 1 en 2:

Omstreeks deze tijd gaf de Romeinse keizer Augustus bevel dat in zijn hele rijk een volkstelling moest worden gehouden. Quirinius was toen gouverneur van Syrië.

‘Omstreeks deze tijd’ slaat terug op de gebeurtenissen rondom de geboorte van Johannes. Het Romeinse Rijk werd toen geregeerd door keizer Octavi- anus. In 27 v.Chr. kreeg hij van de Romeinse senaat de titel Augustus (dat be- tekent: de Eerbiedwaardige), omdat hij het Romeinse Rijk vrede en welvaart had gebracht.

Uit de Romeinse historie is bekend dat hij herhaaldelijk volkstellingen liet hou- den. In de verschillende provincies vond dan een inschrijving plaats, een soort inventarisaties t.b.v. de keizerlijke administratie. Vaak waren er twee redenen voor een inschrijving namelijk: een inschrijving met het oog op de militaire dienstplicht (maar daarvan waren de joden vrijgesteld) of in verband met het innen van belastingen.

Het innen van belastinggelden gebeurde in twee fasen. De eerste fase was een inventarisatie van schatplichtige personen en zaken en de tweede fase de eigenlijke belastingaanslag. Lucas heeft het in hoofdstuk 2 over de eerste fase, die van de inventarisatie van schatplichtige personen. Onder normale omstandigheden was koning Herodes verantwoordelijk voor het innen van de belastingen. In bijzondere gevallen (bv. in geval van een opstandige provincie) kon de keizer iemand anders aanwijzen voor de organisatie van de inning.

(2)

Van een inschrijving waarbij het hele Romeinse Rijk zich tegelijkertijd moest laten inschrijven, is ons niets bekend. De inschrijving in de opstandige provin- cie (waar Israël bij hoorde) moeten we zien als onderdeel van de politiek die Keizer Augustus voerde om heel zijn Rijk te reorganiseren. Voor het woord

‘bevel’ staat in de Griekse grondtekst: dogma. Dat wil zeggen dat er een edict, een keizerlijk decreet van keizer Augustus is uitgegaan dat heel de be- woonde wereld zich moest laten inschrijven. In Hand.17:7 komen we hetzelfde tegen in een andere situatie: allemaal overtreden zij de verordeningen van de keizer. Voor het woord ‘verordeningen’ staat in de grondtekst: dogmaton.

De uitvoering van het decreet van keizer Augustus, in de verschillende provin- cies, heeft vermoedelijk vele jaren in beslag genomen. Het is zelfs waarschijn- lijk (om reden dat er niets bekend is van een inschrijving van het hele Ro- meinse Rijk) dat het decreet niet tot een volledige uitvoering is gekomen.

Met vers 2 komen we het probleem met het geboortejaar van de Here Jezus op het spoor. Quirinius was toen gouverneur van Syrië.

De meest voor de hand liggende conclusie uit vers 2 is dat de inschrijving bin- nen de ambtstermijn van Quirinius heeft plaatsgevonden. Omdat Jezus vol- gens Mattheüs 2:1 nog tijdens de regering van Herodes de Grote geboren is (hij regeerde van 37 voor Chr. tot 4 voor Chr.), moet Zijn geboortejaar ten laatste op 4 voor Christus worden gesteld. Maar, het staat ook vast dat Quiri- nius stadhouder of gouverneur over Syrië was van 6 tot 7 of 9 na Christus.

Met andere woorden tien jaar ná de dood van Herodes en dan ook minstens tien jaar na de geboorte van Jezus! Onder Bijbeluitleggers worden verschil- lende oplossingen voorgesteld. Het meest aannemelijke is om vers 2 compa- ratief (vergelijkend) te vertalen dat wil zeggen dat vers 2 alsvolgd vertaald moet worden: De inschrijving vond plaats voordat Quirinius gouverneur van Syrië was of Deze inschrijving vond plaats vóór (de veel bekendere inschrij- ving van) Quirinius, de gouverneur van Syrië’.

Quirinius wordt dan genoemd omdat zijn naam verbonden was met een latere inschrijving die op de meeste mensen een diepere indruk had gemaakt dan de inschrijving die Lucas hier vermeldt. In Hand.5:37 komen we de inschrijving of volkstelling onder Quirinius tegen en blijkt deze gepaard te gaan met onlusten

(3)

Als we de geboortegeschiedenis van Jezus Christus gaan lezen is het goed om ook de achtergronden en de toenmalige situatie in de wereld in ogen- schouw te nemen. In Galaten 4 vers 4 en 5 lezen we: Maar toen de juiste tijd gekomen was, de tijd die God daarvoor had bepaald, stuurde God Zijn Zoon, Die als mens uit een Joodse moeder werd geboren en aan de Joodse wet onderworpen was. Hij zou ons vrijkopen van die wet, zodat God ons als Zijn kinderen kon aannemen.

Welke tijd was dat: de juiste tijd, de tijd die God daarvoor had bepaald?

Het evangelie naar Lucas geeft historische informatie (de geboorte van Chris- tus wordt in de tijd gemarkeerd). Lucas heeft uitvoering en degelijk onderzoek gedaan. Hij schreef vooral voor de Grieken, de denkers van zijn tijd. Lucas wil de Zoon van God voorstellen aan de denkers van zijn tijd maar ook aan de he- le wereld.

Joachim Neander (geboren in Bremen in 1650) was een Duitse gereformeer- de predikant en componist/tekstdichter. Hij kwam uit een Duitse dominees- familie, die volgens de toenmalige mode de achternaam Neumann vergriekste tot Neander. Hij omschreef de aanloop en de tijd rond de geboorte van Chris- tus alsvolgd: ‘De drie grote historische naties uit die tijd moesten elk bijdragen om de bodem voor het planten van het christendom voor te bereiden.

De Joden op het gebied van de godsdienst, de Grieken op het gebied van de wetenschap en de kunst en de Romeinen op het gebied van organisatie en politiek, als heersers van de toenmalige wereld.

De evangeliën van Mattheüs, Marcus en Lucas waren elk gericht op een be- paald doelgroep. Mattheüs schreef voor Joodse mensen, Marcus voor Romei- nen en Lucas voor Grieken.

De Grieken onderscheidde zich duidelijk van andere historische volken. Zij waren in de antieke wereld de vertegenwoordigers van de redelijkheid en de menselijkheid. Zij vonden van zichzelf dat ze de opdracht hadden om de mensheid te vervolmaken. Zij maakten hun goden naar de gelijkenis van mensen (naar hun eigen gelijkenis). Daarmee verbonden zij wereldgelijkvor- migheid en goddeloosheid aan de menselijke cultuur. Het was de apostel Pau- lus die de Grieken duidelijkheid gaf over het altaar van de ONBEKENDE GOD.

(4)

Met al hun goden mistte zij de Enige ware God. De God en Vader van de He- re Jezus Christus. Lucas wist dat, hij reisde met Paulus mee.

Al deze ontwikkelingen en gebeurtenissen werden door de HERE gebruikt als voorbereiding op de komst van de Here Jezus Christus in de wereld.

Maar toen de juiste tijd gekomen was, de tijd die God daarvoor had be- paald, stuurde God Zijn Zoon

De denkende mensen van die tijd moest het falen van de menselijke rede voe- len en bekennen. Echte bevrijding en de volmaakte mens in schoonheid en kunnen kon ook de Griekse beschaving niet geven. Heel de tijd dringt en ver- langt naar Iemand die dit wel voor elkaar kon krijgen.

Het Grieks werd als wereldtaal een middel om het Woord van God te versprei- den. Het NT en ook de vertaling van het OT (de Septuaginta) werd in de Griekse taal aan de wereld doorgegeven. De HERE gebruikte Alexander de Grote om dit mogelijk te maken.

Over Alexander de Grote schreef een historicus: Hij pakte het netwerk van de beschaving op (dat in wanorde aan de oevers van de Aziatische kust lag) en verspreidde het naar alle andere landen die hij tijdens zijn veldtochten door- trok. Het Oosten en het Westen werden samen gebracht. Gescheiden stam- men en bevolkingsgroepen werden onder een gezamenlijk bestuur gebracht.

Er werden nieuwe steden gebouwd als centra van het politieke leven. Er wer- den nieuwe communicatielijnen opgezet, als kanalen voor handel en cultuur.

De nieuwe cultuur drong overal door. De Tigris en de Eufraat werden Griekse rivieren. De taal van Athene werd in de Joodse kolonies van Babel gehoord.

Alexander bouwde zijn eigen ‘Griekse Babel’ in Egypte: Alexandrië.

Lucas 2 vers 1 en 2:

Omstreeks deze tijd gaf de Romeinse keizer Augustus bevel dat in zijn hele rijk een volkstelling moest worden gehouden. Quirinius was toen gouverneur van Syrië.

Het hele rijk van keizer Augustus verwijst naar de beschaafde wereld van die dagen. We zagen al eerder dat Augustus geen naam maar een titel was. De titel had een religieuze betekenis en was een poging zichzelf te vergoddelij- ken. Lucas 2 vers 3 t/m 7:

(5)

Iedereen moest naar de stad of het dorp van zijn voorouders gaan om zich te laten inschrijven. En omdat Jozef van David afstamde, moest hij naar Bethlehem in Judea, want daar had David vroeger gewoond.

Samen met Maria, zijn zwangere vrouw, verliet hij Nazareth in Galilea, om zich te laten inschrijven. Toen zij in Bethlehem waren, moest Maria be- vallen. Zij bracht haar eerste kind ter wereld, een jongen. Zij wikkelde hem in doeken en legde hem in een voerbak, want in de herberg van het dorp hadden Jozef en Maria geen onderdak kunnen vinden.

In het licht van vs.4 is met ‘de stad of het dorp van zijn voorouders’ niet de vaste woonplaats van Jozef en Maria bedoeld. In Luc.2:39 wordt Nazareth als eigen stad van Jozefs en Maria genoemd.

Het hele volk komt door het keizerlijk decreet in beweging. Een deel ervan, nl.

iedereen van wie de woonplaats niet de plaats van afstamming is, wordt door het decreet gedwongen een kortere of langere reis te ondernemen. In het me- rendeel van de gevallen vielen de woonplaats en de plaats van voorvaderlijke afstamming samen. Dit, omdat door de eeuwen heen bezittingen van vader op zoon overgingen en zo binnen één en dezelfde familie bleven. Wie zijn af- komst niet kon aantonen aan de hand van documenten (geslachtsregisters), kon zich altijd nog beroepen op bezittingen die men van voorouders had ge- erfd. Zo gaan Jozef en Maria naar Bethlehem omdat Jozef afstamde van ko- ning David. In de evangeliën wordt het Messiasschap van Jezus telkens weer verbonden met de afstamming van Jozef uit het geslacht van David.

De verzen uit Lucas zijn bekende woorden, ze raken het hart van een mens.

Ik ben ontroerd als ik de verzen lees met zo’n enorme geestelijke diepte.

Keizer Caesar Augustus ziet zichzelf als een god. Hij wil worden aanbeden.

Hij tekende een belastingwet die er voor zorgt dat een man en een vrouw (mensen uit het onbetekenende plattelands dorpje Nazareth) op reis gaan naar Bethlehem. De HERE gebruikt hem in Zijn plan. De vrouw is zwanger ze draagt de Zoon van God! Het beeld van de sterke en de zwakke? Maar, wie is de sterke en wie is de zwakke? Keizer Augustus wordt vandaag niet meer vereert. Maar het kleine kindje in de buik van Maria wel! Hij blijkt de Sterkste te zijn. Velen vereren Hem en Hij is (ook vandaag nog) de Verlosser van de

(6)

wereld. Keizer Augustus was een instrument in Gods hand om de profetie van Micha te vervullen: Bethlehem in Efrata, u bent één van de kleinste steden in Judea, maar toch zult u de geboorteplaats zijn van onze koning van wie de oorsprong in lang vervlogen tijden ligt (Micha 5:1).

Alles wat er gebeurde was naar het plan van de HERE!

Lucas 2 vers 8:

Die nacht kwam een engel van God bij enkele herders, die buiten in het veld overnachtten en op wacht zaten bij hun kudde.

De bekendmaking van de geboorte van Jezus is al even verwonderlijk als de omstandigheden van de geboorte zelf. Het nieuws wordt niet bekendgemaakt aan de groten der aarde (Herodes en Augustus) of aan de geestelijke leiders van Israël (de hogepriester en het sanhedrin), maar aan een groepje herders.

Lucas 2 vers 9 t/m 11:

Door de verschijning van de engel werd de omgeving in een helder licht gezet. De herders beefden van angst, maar de engel stelde hen gerust.

Wees niet bang, zei hij, want ik breng u het mooiste nieuws dat u ooit hebt gehoord. Het is groot nieuws voor het hele volk. Vandaag is in Beth- lehem de Redder geboren: Christus, de Here.

Net als bij de aankondiging van de geboorte van Johannes en bij de aankon- diging van de geboorte van Jezus, wordt de geboorte ook hier aangekondigd door bemiddeling van een engel. Zijn verschijning gaat gepaard met een hel- der licht. Het is het licht van de heerlijkheid van de HERE. Het duister van de nacht moet plaats maken voor het licht van de hemelse heerlijkheid. De her- ders beefden van angst, maar de engel stelde hen gerust. Het doel van zijn komst is juist reden tot grote blijdschap. Zijn boodschap is niet alleen be- stemd voor de herders, maar voor ‘het hele volk’, d.w.z. heel het volk Israël.

Het is prachtig om bij een geboorte te zijn, een wonder! Aan de andere kant is het kleine kindje nog zo kwetsbaar en teer. Deze eerste keer kwam God de wereld niet binnen in grote kracht en heerlijkheid. Hij kwam op de meest kwetsbare manier, als een baby. Voor u, jou en mij heeft Hij Zijn heerlijkheid afgelegd. Buiten de engelen, waren er maar een paar herders om Hem te verwelkomen. De hele schepping had er moeten zijn! Lucas 2 vers 12:

(7)

Ik zal u vertellen hoe u Hem kunt herkennen: het kind ligt in doeken ge- wikkeld in een voerbak.

Net zoals in het OT bepaalde profetenwoorden gepaard gingen met een voor- afgegeven teken, geeft de engel de herders een teken waaruit zij kunnen op- maken dat hij de waarheid heeft gesproken.

Het bijzondere van het teken is dat het heel gewoon, haast alledaags is. Voor het oog van de wereld onderscheidt dit kind zich dan ook in geen enkel op- zicht van andere kinderen. Dat juist dit kind de door God gezonden Messias is, daarvoor zijn de herders op dit moment aangewezen op het woord van de engel. Erkenning van Jezus Christus als de door God gezonden Messias is in eerste instantie een zaak van vast vertrouwen op het Woord van God. Lucas 2 vers 13 en 14:

Plotseling kwam bij de engel een menigte andere engelen die God loof- den. Een hemels leger was het. Ere zij God in de hoge, zongen zij. Vrede op aarde bij de mensen die naar Zijn wil leven.

We leven in een wereld waar geen vrede is. Maar, waar is de vrede te vinden?

Rom.5:1 zegt: Omdat wij ons aan God hebben toevertrouwd, zijn wij rechtvaardig geworden en leven wij nu in vrede met God dankzij onze Here Jezus Christus. Toen Christus de eerste keer kwam, bracht en verwierf Hij deze vrede. Bij Zijn tweede, dat is Zijn laatste komst zal Hij komen als de Vredevorst. Dan zal Hij Zijn vrede op de aarde vestigen. Dan worden alle tra- nen van de ogen gewist en zal er geen pijn en verdriet meer zijn. Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw! Lucas 2 vers 15 en 16: Zodra de engelen naar de hemel waren teruggekeerd, zeiden de herders tegen elkaar:

Kom! We gaan vlug naar Bethlehem. Nu de Here ons dit verteld heeft, moeten wij zien wat daar gebeurd is. Zijn liepen snel naar het stadje, vonden Maria en Jozef en zagen het kind! Het lag in een voerbak.

De herders haastten zich naar Bethlehem. Ze waren waarschijnlijk de eersten die op kraamvisite kwamen. Lucas 2 vers 17 t/m 20:

Nadat zij het hadden gezien, gingen de herders overal vertellen wat er was gebeurd en wat de engel over het kind had gezegd. Ieder die hun verhaal hoorde, was verbaasd.

Maria nam deze dingen stil in zich op en dacht er veel over na. Later

(8)

gingen de herders weer terug naar hun kudde in het veld. Zij prezen God voor wat zij hadden gehoord en gezien. Het was precies zoals de engel had verteld. Voor iedereen is duidelijk dat de bijzondere omstandig- heden rondom de geboorte van dit kind iets heel bijzonders voor zijn latere leven in het vooruitzicht stellen.

Dat Maria deze dingen stil in haar opnam en er veel over nadacht laat zien dat zij dit alles in een groter geheel probeert in te passen en te begrijpen.

Lucas 2 vers 21 en 22:

Acht dagen later werd de voorhuid van het kind weggesneden. Het kreeg de naam Jezus, zoals de engel had gezegd toen hij Maria kwam vertellen dat zij zwanger zou worden. Na de bevalling was Maria volgens de Jood- se wet veertig dagen onrein. Toen die tijd voorbij was, ging zij met haar man naar Jeruzalem om het kind aan de Here op te dragen.

Zo doet Jezus intrede in het oude verbond en is Hij aan de joodse Wet onder- worpen. Galaten 4 vers 4 en 5: Op de tijd die God daarvoor had bepaald, stuurde Hij Zijn Zoon, die als mens uit een vrouw werd geboren en aan de wet onderworpen was. Hij zou ons vrijkopen van die wet, zodat God ons als Zijn kinderen kon aannemen.

De onreinheid van Maria wijst er op dat ook zij, een zondaar is. Ze moet in de tempel een reinigingsoffer brengen. Een offer dat wijst naar Christus.

Ook Maria heeft de genade van de Here Jezus Christus nodig. Luc.2:23,24 In de wet stond namelijk: Elk eerste kind dat een jongen is, moet aan de Here worden opgedragen. Op diezelfde dag brachten zij ook het verplich- te offer. Volgens de wet hoefden arme mensen maar twee tortelduiven of twee jonge duiven te geven. Jozef en Maria hoorden bij de arme mensen.

Lucas 2 vers 25 t/m 30:

In Jeruzalem woonde een zekere Simeon. Hij was een eerlijk mens die leefde volgens Gods wil en hij was vol van de Heilige Geest. Hij leefde in de stellige verwachting dat God Zich over Israël zou ontfermen. Want de Heilige Geest had hem duidelijk gemaakt dat hij pas zou sterven als hij de Christus had gezien. De Heilige Geest had hem ertoe gedrongen die

(9)

komen om, in gehoorzaamheid aan de wet, het kind Jezus aan God op te dragen. Simeon nam het kind in zijn armen en begon God te prijzen.

Here, juichte hij, het wachten is voorbij! Nu ben ik gerust. U hebt Uw woord gehouden. Met eigen ogen heb ik de Redder gezien…

De wonderlijke ontmoeting die Jozef en Maria in de tempel hebben met

Simeon leidt het slot in van de eigenlijke geboortegeschiedenis. Hij spreekt als eerste uit dat het heil dat Jezus brengt niet alleen voor het Joodse volk be- stemd is, maar de grenzen van Israël overschrijdt en een wereldwijde strek- king heeft. Maar, Zijn komst betekent niet alleen maar heil en zegen: velen in Israël zullen zich aan dit kind ergeren, tot hun eigen ongeluk (vs.34).

In de volgende uitzending lezen we Lucas 2:31 t/m 3:8.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als motief voor Zijn waardeoordeel over de beheerder voerde Jezus tegen- over Zijn leerlingen aan, dat de kinderen van deze wereld onderling met meer overleg te werk gaan dan

En bij alle vragen die daarbij ook onbeantwoord zullen blijven, is het einddoel niet onduidelijk: de heilige Stad, een nieuw Jeruzalem, waar geen apart huis van de HERE meer

Dat deze dingen wel moeten gebeuren, betekent dat ook deze de gebeurte- nissen niet buiten de HERE God omgaan, maar een plaats hebben in Zijn plan.. De HERE heeft het verloop van

2 Timotheüs 4 vers 1 en 2: Voor God en Jezus Christus – als Hij verschijnt om Zijn Koninkrijk te stichten, zal Hij over de levenden en doden oordelen – vraag ik je dringend het

Als een mens tot berouw en inkeer komt en de HERE zoekt met heel zijn hart, dan zal de HERE hem niet doen naar zijn over- tredingen, maar naar Gods genade, want Hij is genadig en

toestemming voor de tandartsbehandeling van de zoon op 3 september 2019 (klachtonderdeel 1) niet in behandeling te nemen, omdat deze klacht in de onderhavige procedure op

Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. Want God heeft

Het gaat niet om uw eigen eer niet om zelf bemind te zijn maar om hen gelukkig te zien die U liefhebt mens en dier en alwat is. U verlangt ernaar mij gelukkig