Bijlage 1. Productieproces
Het productieproces is opgedeeld in zes zogenaamde secties. Iedere sectie bevat een deel van het productieproces (zie figuur 1).
PKB 12 RIL Sectie 1: beitsen Sectie 3: schoonmaken, gloeien, nawalsen Sectie 4: bekleden, knippen Sectie 5: bekleden, inspecteren Sectie 6: verpakken, opslaan, verzenden BB 12 OWB 13 KW 12 KW 11 SMB 13 BA SMB 12 / CA 11 CA 12 PKB 11 MGP MGP Sectie 2: overwikkelen, koudwalsen DKG 11 HW 48 EV 11 EV 12 EV 13 EV 14 IB 11 IB 12
Figuur 1: het productieproces met de productstromen opgedeeld in zes secties
De processen die achtereenvolgens binnen de secties plaatsvinden worden in het onderstaande besproken.
Sectie 1:
Beitsbaan 12 (BB 12)
De eerste fase van het productieproces is het beitsen de warmgewalste rollen staal die komen van de warmbandwalserij. Het laagje oxide dat het staal bedekt wordt hier verwijderd met behulp van zoutzuur. Als dit laatste niet zou gebeuren, zou het staal vervuild worden bij het koudwalsen in de volgende sectie. Nadat de oxide van de band is verwijderd wordt de band afgespoeld met water, gedroogd en voorzien van een laagje olie om roesten te voorkomen en om het koudwalsen te smeren. Tijdens het proces op de beitsbaan kan ook eventueel de zijkant van de band worden bijgeknipt en de banden die beschadigd zijn worden geknipt om breken bij het koudwalsen te voorkomen. Het proces op de beitsbaan is een continu proces. Aan het begin van het proces worden de banden aan elkaar gelast waardoor dit continu proces mogelijk wordt. Aan het einde van de beitsbaan wordt de band dan geknipt op het punt waar hij eerder aan een andere band was gelast. Hierdoor ontstaan weer twee aparte rollen.
Sectie 2:
Overwikkelbaan (OWB 13)
Na de beitsbaan worden rollen soms niet goed opgerold. Als dit gebeurt kan op de overwikkelbaan de rol opnieuw worden opgerold.
Figuur 3: de overwikkelbaan
Koudwalsen (KW 11 en KW 12)
Om de dikte te verminderen en de vorm van de band te verbeteren wordt de rol gewalst. Dit walsen heet koudwalsen omdat geen extra warmte aan het walsproces wordt toegevoegd. Ondanks dit laatste wordt de rol bij het walsproces toch ongeveer 160 graden Celsius. In de afdeling staan twee koudwalsen, één met vier achter elkaar geplaatste walsrollensets (Koudwals 11) en één met vijf achter elkaar geplaatste walsrollensets (Koudwals 12). Koudwals 12 kan door de extra walsrollenset het materiaal meer vervormen dan Koudwals 11. Het eindproduct van dit proces heet full hard.
Figuur 4: de koudwals
Sectie 3:
Schoonmaakbanen (SMB 12 en SMB 13)
Deze installatie maakt de koudgewalste band die bevuild is met olie en metaaldeeltjes schoon in verband met het daaropvolgende gloeien. De gloeiovens CA 11 en CA 12 hebben hun eigen schoonmaakbaan. Voor het batch gloeien bestaat een aparte schoonmaakbaan.
Figuur 5: de schoonmaakbaan
Gloeiovens (BA, CA 11 en CA 12)
Bij het koudwalsen is de structuur van het staal vervormd waardoor het staal hard en breekbaar is geworden. De gloeiovens hebben als doel het staal weer soepel te maken. Het staal wordt verwarmd in een zuurstofvrije omgeving (een mix van stikstof en waterstof) om oxidatie te voorkomen. Binnen de fabriek zijn er twee typen
een stolpoven opgestapeld, de stapel afgedekt en de oven verwarmd. Hier kunnen maximaal 16 rollen per keer worden behandeld en het gloeiproces duurt 32 uur. Ten tweede is er het continu gloeien (CA 11 en CA 12). Continue gloeien geeft een homogener resultaat dan batch gloeien. Ook continu gloeien is een continu proces en dus worden de banden aan elkaar gelast net als bij de beitsbaan. Continu gloeien gaat met 20 minuten per rol sneller dan het batch gloeien. Bijzonder aan CA 12 is dat deze een ingebouwde hardingswals heeft.
Figuur 6: de stolpoven en continue gloeilijn Hardingswalsen (DKG 11 en HW 48)
Bij het nawalsen met de hardingswalsen wordt ervoor gezorgd dat het zachte
gegloeide materiaal de juiste hardheid en ruwheid krijgt. De DKG heeft bovendien de mogelijkheid om het materiaal nog eens 40% dunner te maken. Het eindproduct van dit proces heet blackplate.
Figuur 7: de hardingswals
Sectie 4 en 5:
Bekledingsinstallaties (EV 11, EV 12, EV 13 en EV 14), Inspecteerbanen (IB 11 en IB 12), Platenknipbanen (PKB 11 en PKB 12)
De bekledingsinstallaties voorzien de banden van een laagje chroom of tin. Dit resulteert uiteindelijk in het geval van tin in het eindproduct tinplate of in het geval van chroom in het eindproduct Electrolytic Chromium Coated Steel (ECCS). Het bekleden is een continue proces net als het beitsen en gloeien. Op de inspecteerbaan kunnen de banden eventueel nog worden gecontroleerd op kwaliteit. Tenslotte is het bij de platenknipbanen mogelijk om de rollen te knippen in platen.
Figuur 9: de inspecteerbaan
Figuur 10: de platenknipbaan
Sectie 6:
Rollen inpaklijn (RIL) en Magazijn Gereed Product (MGP)
Op de RIL worden de rollen verpakt. Vervolgens worden ze in het magazijn geplaatst gereed voor verzending. Het eindproduct kan per vrachtwagen, trein of boot naar de klant verzonden.
Bijlage 2. Personen met wie is gesproken in het kader van het onderzoek
Installatiebeheerders Beheerteamleden Werkvoorbereiders
Sectie 1 Jan Oskam Charles Heijnen Marco van der Woude
Sectie 2 Dick de Moor Ruud Loos
Sectie 3 Erik Scholten Ton Krakers Sjaak Mooij
Frans Posthumus
Sectie 4 Theo van Eijden Ronald Jansen
Sectie 5 Sander Klokman Cees Arends Cees ter Horst
Sectie 6 Ed van Heese
Infra Vast Loek Laroo Robert Snel
Joop Vogelaar*
Ko Barhorst CPP.FIN.MAN Maurice Pirovano CSPY.MAN.GSB.ADC
Theo van Eijsden CPP.FIN.MAN Rob IJmker CSPY.IS.ADC.SCC
Bayram Gezer CPP.FIN.MAN Rutger van Nielen CSPY.FPI.SPS.CIM
Eric Hissink CPP.FIN.MAN Brian Clifton CSPY.MAN.WB2.TBE
Yolanda Huismans-Geldermans CPP.FIN.MAN Jeroen van Schreven CSPY.MAN.WB2.TBE.STA
Domonic Mann CPP.FIN.MAN
Tom Hornberg CPP.IJM.WEG.DIT.WMM Christine Davies CPP Trostre Works
Hans Savenije CPP.IJM.WEG.DIT.WMM Claire Little CPP Trostre Works
Kees Verwoerd CPP.IJM.WEG.DIT
Jos Zonneveld CPP.IJM.WEG
Johan Jak CPP.IJM.CIG
Jan Waterdrinker CPP.IJM.HRM.TPD
Bijlage 3. Operationalisatie van de deelvragen uit de diagnose met interviewvragen
Algemeen (betrekking hebbende op de gehele regelkring):
1. Op welke manier bent u vanuit uw functie betrokken bij de beheersing van onderhoudskosten?
2. Welke verantwoordelijkheden heeft u bij het opstellen en toepassen van het onderhoudsbudget? Zijn deze verantwoordelijkheden ergens vastgelegd? Bij alle van de onderstaande vragen wil ik weten:
- de persoonlijke ervaring,
- knelpunten en ideeën over hoe het beter zou kunnen.
Opstellen van het onderhoudsbudget (deelvraag 1 - Op welke wijze wordt het
onderhoudsbudget opgesteld?):
A. Op welke wijze stelt u uw begroting van onderhoudskosten op?: 1. Welke activiteiten onderneemt u bij het begroten?
2. Wie zijn hierbij betrokken? Wie is waarvoor verantwoordelijk (bijv. het tijdig verlopen van het proces, dat iedereen zijn inbreng levert en begrotingen de juiste opbouw hebben)? Wat is de rol van Finance?
3. Wat is de tijdsplanning? Heeft u voldoende tijd voor het begroten? 4. Op basis waarvan begroot u? (bijv. op basis van kosten uit het verleden,
gepland productievolume en -mix, kengetallen of onderhoudsconcepten) 5. Onderscheid u bij het begroten beïnvloedbare en niet beïnvloedbare kosten?
Wordt vast, variabel of flexibel begroot? Zo nee, zou dit wel kunnen? 6. Op welke niveau van de installatiestructuur begroot u?
7. Hoe differentieert u de onderhoudskosten bij het begroten? (bijv. per ordersoort, per onderhoudsprestatiesoort of per verantwoordelijke werkplek) 8. Op welke wijze verdeelt u in de begroting de kosten over de verschillende
maanden? Verdeelt u deze ook per installatie?
9. Geeft u in de begroting prioriteiten aan bij de verschillende posten?
10. Houdt u rekening met onderhoud dat in het vorige jaar is uitgesteld? Geeft u dit apart aan?
11. Is de begroting alleen kwantitatief of is er ook een kwalitatief deel?
12. In hoeverre wordt er bij de verschillende secties op dezelfde wijze begroot? Worden er vaste definities en omschrijvingen gebruikt?
13. Is het duidelijk wat van u bij het begroten wordt verwacht?
14. Heeft u genoeg kennis en vaardigheden om te begroten? Hebt u behoefte aan instructie?
15. Heeft u wel eens vragen over het begroten? Naar wie gaat u dan toe? 16. Wat is vastgelegd over begroten?
B. Op welke wijze wordt er gekomen tot het uiteindelijke budget?:
1. Welke activiteiten worden ondernomen om te komen tot de uiteindelijke vaststelling van het budget?
2. Wie zijn hierbij betrokken? Wie is waarvoor verantwoordelijk? Wat is de rol van Finance?
3. Wat is de tijdsplanning? Is er voldoende tijd om tot vaststelling te komen? 4. Op basis waarvan vindt de uiteindelijke vaststelling plaats?
5. Hoe vindt de vaststelling plaats? (bijv. formeel, informeel, sterk rekenkundig, overleg, handjeklap of eenzijdig door het management)
6. Is er uiteindelijk sprake van een ‘line-item budget’ of een ‘block budget’? 7. Op welk niveau van de installatiestructuur wordt het budget vastgesteld? 8. Op welke wijze worden de onderhoudskosten in het budget gespecificeerd? 9. Stemmen de betrokken personen expliciet in met het uiteindelijk vastgestelde
budget? Achten zij het vastgestelde budget daarmee dan ook echt haalbaar? 10. Wordt u bij de vaststelling van het budget in uw ervaring anders behandeld
dan de andere secties?
11. In welke mate is er in uw ervaring sprake van slack (kunstmatig hoge inschatting van kosten) in de begrotingen en in het uiteindelijk vastgestelde budget?
12. Wat is vastgelegd over de wijze waarop wordt gekomen tot het budget?
Administreren van onderhoudskosten (deelvraag 2 - Op welke wijze worden kosten
geadministreerd die worden gemaakt bij de onderhoudsactiviteiten?):
1. Op welke wijze komen de kosten van de onderhoudsactiviteiten terecht in
SAP?
2. Wie zijn hierbij betrokken? Wie is waarvoor verantwoordelijk? Wat is de rol van Finance?
3. Op welke wijze worden de kosten in SAP gespecificeerd? (bijv. per
ordersoort, per onderhoudsplannergroep, per onderhoudsprestatiesoort of per verantwoordelijke werkplek) Worden de kosten hierbij altijd van de juiste codes voorzien?
4. Op welk niveau van de installatie worden de onderhoudskosten vastgelegd? Waarom daar?
5. Is de huidige installatiestructuur geschikt? Bestaat er voldoende diepte? Zijn alle installatiedelen ingevoerd of komen er kosten in ‘verzamelobjecten’ uit? 6. Zijn de onderhoudskosten die bij u vastgelegd worden ook daadwerkelijk
van u of hebben ze wel eens betrekking op werkzaamheden van andere
secties?
7. In hoeverre worden de onderhoudsactiviteiten die plaatsvinden gestuurd door het vastgestelde budget?
8. In hoeverre probeert u bij onderhoudsactiviteiten met alle mogelijke middelen
overschrijding van het budget te voorkomen?
9. Hoe belangrijk vinden de andere secties het om binnen het budget te blijven? 10. In hoeverre is de wijze waarop de onderhoudskosten moeten worden
vastgelegd ergens vastgelegd?
Rapporteren van onderhoudsbudget (deelvraag 3 - Op welke wijze worden de
kosten die zijn gemaakt bij de onderhoudsactiviteiten gerapporteerd ten opzichte van het onderhoudsbudget?):
1. Volgt u zelf de hoogte van de gemaakte onderhoudskosten ten opzichte van het budget? Zo ja, op welke wijze volgt u dit?
2. In hoeverre maakt u zelf gebruik van de rapporteringsmogelijkheden van
SAP? Waar kijkt u naar?
3. In hoeverre maakt u zelf gebruik van SAP BW? Waar kijkt u naar? 4. Wanneer en met wie bespreekt u de gemaakte onderhoudskosten?
5. Op basis van welke rapporten vindt de discussie dan plaats? Op basis van het sectierapport, het maandrapport of eigen rapporten?
6. Komt de structuur en inhoud van het sectierapport en maandrapport overeen met de structuur van uw budget? Zijn deze rapporten begrijpelijk? Worden de resultaten met het gepaste detail gerapporteerd?
7. Op welke wijze vindt dan discussie over de resultaten plaats (trio-trio?, installatiebeheer overleg?) Vindt deze besluitvorming vooral formeel of
informeel plaats?
8. Waar wordt naar gekeken bij de discussie? Wordt er gekeken naar de prestatie op iedere post (‘line-item budgets’), naar de bottom line (‘block budgets’), of wordt er alleen over gesproken als er sprake is van afwijkingen (management
by exception)?
9. Worden de beïnvloedbare en niet-beïnvloedbare onderhoudskosten onderscheiden?
10. Worden de maandelijkse onderhoudskosten met de onderhoudskosten van de
voorgaande jaren vergeleken?
11. Worden de maandelijkse onderhoudskosten vergeleken met de
vervangingswaarde van de componenten?
12. Worden bij overschrijding inhoudelijke argumenten gegeven? Schriftelijk? 13. In hoeverre is een overschrijding toegestaan?
14. Wordt bij de discussie expliciet rekening gehouden met andere indicatoren zoals de TIB en de mate van betrouwbaarheid?
15. Wordt er een poging gedaan om indirecte onderhoudskosten te berekenen? 16. Wordt in uw ervaring verschillend gereageerd op budgetoverschrijdingen
van verschillende secties?
Sturen met maatregelen (deelvraag 4 - Op welke wijze kunnen maatregelen uit de
rapportering volgen?):
1. In hoeverre grijpt u zelf in als blijkt dat er sprake is van tekorten op het budget? Wat doet u dan? Wat voor gevolgen heeft dit ingrijpen?
2. Bent u bereid het tekort van een andere afdeling te compenseren? Zo ja, is dat in het verleden ook gebeurt?
3. Herinnert de WEG u vaak aan uw prestatie op het budget?
4. Zijn aanpassingen van het budget toegestaan nadat het budget is vastgesteld? Zo ja, op welke wijze gebeurt dit?
5. Bestaat er op enige manier een relatie tussen de prestatie op het budget en uw
persoonlijke beoordeling of beloning?
6. Is het duidelijk welke consequenties het wel of niet realiseren van budgetten kan hebben?
7. Op welke manier wordt geleerd? Worden ervaringen op papier gezet? 8. Op welke manier is de manier waarop met budgetten wordt omgegaan in de
afgelopen jaren veranderd naar aanleiding van ervaringen uit het verleden?
9. Vindt u dat er strakker of minder strak met de budgetten moet worden omgegaan?
10. Is de wijze de wijze waarop het onderhoudsbudget op dit moment wordt toegepast wel een middel om de doelen van CPP te realiseren of eigenlijk
Bijlage 4. Werkstroom schematisch samengevat Order creéren PM02 taak aanleggen PM04 taak aanleggen ATB ATB vrijgeven Bestelling Goederen ontvangst PM03 taak aanleggen ATB Goedkeuren SES ATB vrijgeven Bestelling PM05 taak aanleggen PM01 taak aanleggen Taak autoriseren Factuur ontvangst Kostenplaats Interne verplichting Order vrijgeven Order vrijgeven Order vrijgeven
Order vrijgeven Order vrijgeven
Order technisch afsluiten Order technisch afsluiten Order technisch afsluiten Order commercieel afsluiten Order commercieel afsluiten Order commercieel afsluiten Orders commercieel afsluiten
Afrekenen van kosten
Correctie van kosten
Factuur ontvangst ISOC order vrijgeven Orders technisch afsluiten Goed uit de voorraad toevoegen Reservering bij de voorraad WBS-element Terugmelden taak Levering goed of uitvoering dienst
Levering goed werkzaamhedenUitvoering Uitvoering dienst Uitvoering dienst werkzaamhedenUitvoering
Order technisch afsluiten
Order commercieel
afsluiten
Goederenafgifte Terugmeldentaak
Obligo-moment Kosten-moment
Bijlage 5. Creatie van meldingen in 2006
Sectie 1 Sectie 2
Sectie 5 Infra Vast
Bijlage 6. Begeleidingsformulieren van de Warmband en het Grondstoffenbedrijf
Begeleidings formulier > € 10.000,- ORDERNR. : ATB – NR : Spoed: Ja Neen
Rayon Naam : Print datum : 23-7-2007 23:42
Soort werk.
Omschrijving : Motivering :
Soort Onderhoud
Storingen (correctief) Onderhoud : PM 10
Onderhoudsprestatiesoort (OPS) Korte Omschrijving
003 Reparatie ( Storingsmelding )
020 Schades ( Proces / Bediening )
Preventief Onderhoud : PM 20
Onderhoudsprestatiesoort (OPS) Korte Omschrijving 001 Inspectie (Visueel) 007 Smeren (Olie & Vetten) 009 Meten (Functionele inspectie) 016 ISO 9001 (Kwaliteitsborging) 017 Periodiek Onderhoud
018 Toestandsafh. onderhoud volgend uit visuele of funktionele inspectie 019 Wettelijk verplicht onderhoud
021 Regulier reinigen (lekkages vanuit OH) 022 Proces reinigen (vanuit productie/proces) Incidenteel Onderhoud : PM 30
Onderhoudsprestatiesoort (OPS) Korte Omschrijving
005 Modificatie ( Tech. Installatie verbetering ) 006 Engineering /Constructie (tekeningen) 023 Modificaties procesvoering
024 Modificaties tbv VGWM
025 Niet jaarlijkse revisies / reparaties
Budget.
Te autoriseren bedrag : € Kostenplaats : K3 Postnr : Prijs nieuw : €
Werk voorzien ? Ja Neen Bedrag op budget ? Ja Neen
Toelichting :
Commerciële aspecten.
Regie / vaste prijs : Regie Vast In concurrentie
aangevraagd ? Ja Neen
TI betrokken ? Ja Neen
Ordernummer 1619953
ATB nummer 11316014
WBS-nummer + omschrijving 80.000013-1612000
Diverse rollen wisselen Datum van oplevering (zo goed mogelijk geschat) 15-12-2006 tot 29-12-2006
Te autoriseren bedrag € 1500,--
Totaal bedrag order (waarvan bestelling een deel kan zijn) € 1500,-- op nacalculatie Wel of niet opgenomen in het budget 2006 Niet / wel
Indien niet in budget, reden van uitvoering opgeven
Incidentele post of regulier OH PM10(incidenteel) / PM20
(regulier)
Jaarbudget (zie SAP BW) € 85.000,--
Cum. budget van de maand (zie SAP BW) € 85.000,-- Cum. werkelijke kosten van de maand (zie SAP BW) €
165.714,-Besteedbaar (zie SAP BW) € -95.335,--
Is er sprake van ophoging eerdere bestelling Nee / Ja met € Overschrijding tijdsevenredig deel (bij regulier OH) Ja
Reden van ophoging aangeven NVT
Totaalbedrag order > EU 10.000,- dan prijsvergelijking of open calculatie firma toevoegen
Totaalbedrag < EU 10.000,- dan calculatie toevoegen NVT Indien budget wordt overschreden, dan mogelijke compensatie
aangeven. (uitstel andere karweien)
Geschatte Manuren : geschat bedrag € 1500,-- Materiaal kosten CORUS magazijn : geschat bedrag € 0,-- Materiaal kosten Firma : geschat bedrag € 0,-- Steiger kosten : geschat bedrag € 0,-- Graafwerkzaamheden : geschat bedrag € 0,-- Kraan kosten : geschat bedrag € 0,-- Isolatie kosten : geschat bedrag € 0,-- Schoonmaak kosten : geschat bedrag € 0,-- Totale kosten geschat: op nacalculatie voorlopig € 1500,-- Motivatie: Diverse rollen wisselen
Bijlage 7. Afkortingenlijst
ASIB Aansturing Services Installatiebeheer ATB Aanvraag Tot Bestellen
BOP Benoemde Onderhouds Posten CPP Corus Packaging Plus
FBO Financiële Beheersing Onderhoudskosten ISOC Interne Service Opdracht Corus
REPA Repareerbare Reservedelen
RIT Regeling Interne Tekeningsbevoegdheden SES Service Entry Sheet
VERR Repareerbare Verbruiksartikelen WBS Work Breakdown Structure
WEG Works Engineering Group