Vraag nr. 41 van 6 februari 1996
van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Vlaams-Brabant – Territorialiteitsbeginsel
De bestendige deputatie van de provincie Vlaams-Bra-bant drukte op 20 september 1995 in haar Versterkt Actieprogramma Rand haar vrees uit dat de concentra-tie van federale diensten bevoegd over Vlaams-Bra-bants grondgebied in Brussel, een hypotheek legt op het principe van het territorialiteitsbeginsel.
Inderdaad blijken een aantal federale diensten nog niet consequent de logica van het bestaan van de provincie Vlaams-Brabant te hebben doorgevoerd.
Als voorbeeld kan de overheveling van de gewestelijke postdirectie vanuit Leuven naar Brussel worden aange-haald.
Verder blijken er ook geregeld problemen te zijn met de correcte toepassing van de taalwetgeving door van-uit Brussel opererende diensten van Belgacom.
Hier zijn de klachten veelvuldig.
De bestendige deputatie heeft dan ook beslist de gou-verneur van de provincie, de juridische dienst en het kabinet van de gedeputeerde Van Autgaerden opdracht te geven om met de Vlaamse Gemeenschap informatie uit te wisselen over deze problemen, tenein-de te komen tot onmidtenein-dellijke praktische afspraken. Heeft de interkabinettenwerkgroep inzake de facilitei-tengemeenten en het overlegcomité met de Vlaamse mandatarissen uit de rand ter zake reeds initiatieven genomen om tot een concrete uitwisseling van informa-tie te komen, om uitdeining van Franstalig Brussel naar Vlaams-Brabant en dus de miskenning van het territo-rialiteitsbeginsel tegen te gaan ?
Antwoord
Zowel op politiek niveau als op ambtelijk niveau zijn er nauwe contacten tussen de Vlaamse overheid en de provinciale overheid inzake de specifieke problematiek van de bescherming van het Vlaams karakter van Vlaams-Brabant.
Zoals meegedeeld in het Vlaams Parlement, wordt momenteel in samenspraak met de provincie Vlaams-Brabant een gecoördineerd actieplan voor de Vlaamse rand voorbereid. Hierin zal uiteraard ook het respect voor het territorialiteitsbeginsel worden opgenomen.
