Vraag nr. 6
van 31 oktober 1995
van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Gemeenteraad Linkebeek – Motie uitbreiding Brussels Gewest
De Franstalige gemeenteraadsleden van de faciliteiten-gemeente Linkebeek keurden op 3 oktober 1995 een motie goed waarin onder meer de uitbreiding van het Brussels Gewest werd geëist.
De Franstalige meerderheid is bezorgd over recente Vlaamse pleidooien voor afschaffing van de faciliteiten in de zes randgemeenten rond Brussel en voor de split-sing van het kiesarrondissement Brussel-Halle-Vilvoor-de. In de motie vragen zij het Brussels Gewest uit te breiden "tot zijn reële socio-economische dimensie". Meent de minister niet dat de burgemeester aanzet tot burgerlijke ongehoorzaamheid ?
Wat is het standpunt van de Vlaamse regering met betrekking tot het voorstel van de Franstaligen ? Antwoord
De gemeenteraad van Linkebeek heeft op 2 oktober inderdaad een motie ad hoc uitgebracht. Het Vlaams parlementslid zal het er ongetwijfeld met mij over eens zijn dat dergelijke motie geen enkel rechtsgevolg heeft. Of de burgemeester hiermee aanzet tot burgerlijke ongehoorzaamheid behoort tot de bevoegdheid van de federale minister van Binnenlandse Zaken, in het kader van zijn tuchtbevoegdheid.
Het regeerakkoord van de Vlaamse regering 1995-1999 stelt dat de Vlaamse regering verder met positieve maatregelen duidelijk zal maken dat de gemeenten met een bijzonder taalstatuut en de gemeenten in Vlaams-Brabant met een anderstalige minderheid, integraal behoren tot het Nederlandse taalgebied. Het Vlaamse parlement en de Vlaamse regering blijven het territo-rialiteitsbeginsel als onaantastbaar beschouwen en zul-len hun bevoegdheid autonoom en onverkort uitoefe-nen op hun grondgebied. In het kader van het verdie-pen van de Vlaamse autonomie wordt de splitsing van het kiesarrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde opge-volgd.
Hierin ligt een klaar en duidelijk standpunt besloten ten aanzien van moties en verzuchtingen zoals die door het parlementslid terecht aan de kaak worden gesteld.