FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu
Directoraat-generaal Leefmilieu
Dienst Multilaterale en Strategische Zaken – Cel CITES
OMZENDBRIEF betreffende de invoer van jachttrofeeën van soorten van Bijlage B in de Europese Unie
Datum: juli 2015
Bestemmelingen: JACHTVERENIGINGEN, INVOERDERS VAN JACHTTROFEEËN Onderwerp: Verplichte CITES-invoervergunning om de invoer van jachttrofeeën van bepaalde soorten van Bijlage B in de Europese Unie toe te staan.
In januari werd u geïnformeerd over de nieuwe wijzigingen in de verordening die de toepassing van CITES in de Europese Unie regelt1 en die in werking zijn getreden op 5 februari 2015.
Met deze omzendbrief wordt deze informatie herhaald en introduceren we een nieuwe procedure om problemen bij invoer te vermijden (zie kader).
De belangrijkste wijziging betreft de verplichte CITES-invoervergunning van de Lidstaat van invoer (boven op de CITES-uitvoervergunning van het land van uitvoer) om de eerste invoer in de Europese Unie van jachttrofeeën die behoren tot bepaalde soorten van Bijlage B van verordening (EG) nr. 338/972 toe te staan. Die invoervergunning moet worden aangevraagd alvorens over te gaan tot de uitvoer van de jachttrofeeën naar de Europese Unie.
De bedoelde soorten van Bijlage B zijn:
- Zuidelijke breedlipneushoorn (Ceratotherium simum simum), afkomstig uit Zuid-Afrika en Swaziland;
- Nijlpaard (Hippopotamus amphibius);
- Afrikaanse olifant (Loxodonta africana), afkomstig uit Zuid-Afrika, Botswana, Namibië en Zimbabwe;
- Argalischaap (Ovis ammon);
- Afrikaanse leeuw (Panthera leo);
- IJsbeer (Ursus maritimus).
De eerste invoer van dergelijke jachttrofeeën in de Europese Unie zal dus enkel kunnen na aflevering van een CITES-invoervergunning. Deze invoervergunning kan maar afgeleverd worden na goedkeuring van de wetenschappelijke CITES-autoriteiten van de Lidstaten van de Europese Unie.
Een positief wetenschappelijk advies is momenteel van kracht voor de invoer van jachttrofeeën voor de volgende soort/landcombinaties:
1 Verordening (EG) nr. 865/2006 van de Commissie van 4 mei 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr.
338/97 van de Raad inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer.
2 Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer.
1
- Zuidelijke breedlipneushoorn (Ceratotherium simum simum): afkomstig uit Zuid-Afrika
- Nijlpaard (Hippopotamus amphibius) afkomstig uit Zuid-Afrika, Namibië, Tanzania, Zambia en Zimbabwe
- Afrikaanse olifant (Loxodonta africana) afkomstig uit Zuid-Afrika, Botswana, Namibië en Zimbabwe
- Argalischaap (Ovis ammon) afkomstig uit Kirgistan en Mongolië
- Afrikaanse leeuw (Panthera leo) afkomstig uit Zuid-Afrika, Tanzania en Zimbabwe
- IJsbeer (Ursus maritimus), afkomstig uit Canada behalve voor de populaties van Baffin Bay of Kay Basin.
Een negatief wetenschappelijk advies is momenteel van kracht voor de invoer van jachttrofeeën voor de volgende soort/landcombinaties:
- Nijlpaard (Hippopotamus amphibius) afkomstig uit Kameroen en Mozambique
- Afrikaanse leeuw (Panthera leo) afkomstig uit Benin, Burkina Faso, Kameroen en Ethiopië
IJsbeer (Ursus maritimus) afkomstig uit Canada voor de populaties van Baffin Bay of Kay Basin.
Deze adviezen kunnen evenwel herzien worden indien nieuwe informatie beschikbaar wordt over de status van de soort in een welbepaald land.Voor de andere landen van herkomst van de betrokken soorten zijn er nog geen wetenschappelijke adviezen geformuleerd en moet er door onze cel CITES een wetenschappelijk advies worden gevraagd aan de nationale wetenschappelijke autoriteit alvorens een CITES-invoervergunning kan worden afgeleverd.
Samengevat: alvorens u uw jachttrofee laat opsturen naar de Europese Unie dient u voorafgaandelijk een CITES-invoervergunning aan te vragen bij de Cel CITES. Bij een positief wetenschappelijk advies zal uw CITES-invoervergunning afgeleverd worden. Zodra u de CITES-invoervergunning in uw bezit heeft, kan u de invoer van jachttrofeeën in België ook daadwerkelijk toestaan.
Nuttig om te weten
Voor jachttrofeeën van andere Bijlage-B-soorten (bv. Amerikaanse zwarte beer) verandert er niets: de eerste invoer in de Europese Unie is gewoon toegestaan op basis van de CITES-uitvoervergunning van het land van uitvoer. Een invoervergunning is niet vereist.
Voor jachttrofeeën van Bijlage–A–soorten (bv. narwal, Bruine beer, andere populaties van Afrikaanse olifant dan die die opgenomen zijn in Bijlage B, …) blijven de regels ongewijzigd: zowel een CITES-invoervergunning van de Lidstaat van invoer als een CITES-uitvoervergunning van het land van uitvoer zijn noodzakelijk alvorens de jachttrofee kan worden ingevoerd in de Europese Unie.
De Europese Unie verbiedt de invoer van jachttrofeeën van bepaalde soorten van Bijlage A afkomstig van bepaalde landen.
2
Zo werd recent (02/07/2015) beslist om een negatief wetenschappelijk advies af te leveren voor de Afrikaanse olifant (Loxodonta africana – Bijlage A I populaties) uit Mozambique, Tanzania en Zambia.
Let op! Om te verhinderen dat de invoer van een jachttrofee van een reeds geschoten dier, gejaagd op een moment dat er een positief advies voorhanden was, alsnog geweigerd moet worden, stellen we volgende procedure voor, zowel voor de Bijlage A als de Bijlage B-soorten waarvoor een invoervergunning afgeleverd moet worden:
Procedure voor aanvragen voor jachttrofeeën
Zowel voor de Bijlage A-soorten als de 6 bovenvermelde Bijlage B-soorten dient u zo vroeg mogelijk een aanvraag in voor een voorlopige invoervergunning (“groene kopij”). Zodra u weet welk dier in welk land u zal gaan jagen, kan u uw aanvraag indienen, zodat rekening kan gehouden worden met het advies van dat moment. Bij de aanvraag moet volgende informatie voorhanden zijn: informatie omtrent het land, gebied, park, populatie waar het dier geschoten wordt, alsook documenten die dit kunnen aantonen: jachtvergunning, uitnodiging, … U betaalt op dat moment ook voor uw aanvraag. Eens het land van oorsprong de CITES- uitvoervergunning heeft afgeleverd, dient u de kopie van de exportvergunning in en kan de voorlopige invoervergunning vervolledigd worden en de definitieve invoervergunning afgeleverd worden, waarmee u dan de werkelijke invoer kan organiseren. De dienst zal dan voor alle gevallen (dus zowel Bijlage A als Bijlage B) een voorlopige invoervergunning afleveren, conform de op dat moment geldende adviezen. Op deze manier heeft u een bewijs dat de invoer toegelaten is in België en loopt u niet het risico dat er op het laatste moment een wijziging is waardoor de invoer niet meer mogelijk is.
Uiteraard zal er altijd rekening gehouden worden met de geldende adviezen op het moment van uw aanvraag. Indien er op dat moment een negatief advies is, zal de groene kopij niet worden afgeleverd en kan u deze jachttrofee dus niet invoeren.
Voor bijkomende informatie kan u de cel CITES contacteren:
cites@milieu.belgie.be of 02/524.74.02
3
