• No results found

Veertiendaagsch Blad voor de Vrouw. Onder Redactie van: W. DRUCKER en J. S. R. BAERVELDT HAVER.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Veertiendaagsch Blad voor de Vrouw. Onder Redactie van: W. DRUCKER en J. S. R. BAERVELDT HAVER."

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

21e Jaargang. Woensdag 25 Maart 1914 No. 2 6 .

f . . V

?***•

m™"' ■■■'■3&

! • bureau

% • ..

• ■ • » .

Y'.'

i

V e e r t i e n d a a g s c h Blad voor de Vrouw.

Onder Redactie van: W. DRUCKER en J. S. R. BAERVELDT—HAVER.

f 8.75 Abonnementsprijs per 3 maanden. . . Voor België, het overige Buitenland en

Ned India 0.95 Afzonderlijke Nummers „ 0.05

Bureau van Redactie en Administratie:

ROELOF HARTSTRAAT 131 - A M S T E R D A M . -

Advertentiën per regel f 0.15 Groote letters naar plaatsruimte.

Boekaankondiging per regel (en 4/3 maal) ., 0.10 Aanvragen en betrekkingen ,, 0.05

I N H O U D : Die domme vrouwen I

Inkomstenbelasting.

Een diagnostious.

Verklaring van de rechten der vrouw.

De S. D. P. en vrouwenkiesrecht.

In en Uitvallen.

Binnen de grenzen.

Uit den Vreemde.

Vergaderingen.

Literatuur.

Die domme vrouwen!

In De Nieuwe Courant van 12 Maart 1.1. een Concen- tratie-artikel par excellence, geheel en al in den stijl der drieëenheid, die, in navolging van de Christelijke drie- eenheid, de vrouw buiten de deur verlangt te sluiten en tevens haar diets te maken, dat zij heuschelijk binnen staat, zoo in de rol die haar toekomt, die van knielende dienst- bode.

Na verteld te hebben, dat de actie voor het petitionne- ment voor vrouwenkiesrecht in vollen gang is, krijgt men:

„Van de beteekenis der handteekening zijn vele van de wakkere verzamelaarsters even weinig doordrongen als tal van dames, die baar naam geven omdat zij zijn „voor vrou- wenkiesrecht" en omdat zij meenen, dat dit petitionnement de zekerste weg is om spoedig te komen op de kiezerslijsten.

Arme verblinden.

Voor beide partijdu, de welwillende onderteekenaarsters en de beminnelijke vraagsters, schijnt er maar een zeer gering onderscheid tusschen deze politieke actie en het rondgaan met loten voor een weldadig doe], of het verkoopen op een fancy-fair. Ditmaal biedt de een vriendelijk lachend vrouwen- kiesrecht aan en de ander koopt dit door het plaatsen van haar handteekening, om de vriendin genoegen te doen of omdat zij geen moed heeft te weigeren. Schijnbaar zeer een- voudig en onschnldig en toch staat een dergelijke handtee- kening gelijk met bedrog tegenover de regeering, die uit dit volkspetitionnement den volkswil moet leeren kennen; wie men wil wijs maken door stapels papier met namen, dat allen die meededen aan deze komedie, inderdaad overtuigd zijn, dat het belang van het land zon worden gediend door de onmid- dellijke invoering van „algemeen vrouwenkiesrecht". Intus- schen zijn er onderteekenaars, die zich hoegenaamd niet be- wust zijn, dat de veelbelovende woorden „grondwettelijke gelijkstelling van man en vrouw", in dit geval moeten worden gelezen als „vastlegging in de Grondwet van het algemeen kiesrecht voor man en vrouw".

Dan een diep medelijden met de vrouwen, die eigen zaak bederven door voor een //toch reeds weinig sympa-

thiek doel" personen uit te zenden ter verkrijging van handteekeningen, die van de geheele zaak zoo goed als niets begrijpeo en ten spot en wapen dienen aan de tegenstanders, die zich vermeien in de onwetendheid dier goedwillige, maar in zake politiek naieve schepseltjes.

Na die betuiging van diep gevoeld leedwezen over een mooie zaak, die zoo ergerlijk bedorven wordt, komt de ware boosheid om het hoekje.

„Is het niet lichtzinnig een ernstige aangelegenheid zoo slecht voor te bereiden ? Dit schijnt dus de steun, dien de Vereèniging voor Vrouwenkiesrecht krijgt van de vrienden, die haar meesleepten op den weg naar een dwaallicht en blijkbaar alle middelen goed genoeg achten om daarnaar te grijpen.

Moet men zich niet afvragen of het hun niet veel minder is te doen om het belang van de vrouw dan om hel dogma algemeen kiesrecht, waaraan de vrouw wel mag meewerken, al geraakt daarbij vrouwenkiesrecht en misschien zelfs de zuivere waardeering van vrouw en vrouwenarbeid in het gedrang.

Voor deze gevaarlijke vrienden, keerde de Vereèniging voor Vrouwenkiesrecht den rug toe aan de mannen, die niet beloofden, wat ze niet konden houden, aan de partijen, die toonden het eerlijk en oprecht met haar te meenen en in haar bedachtzaamheid zooveel sterker stonden dan de andere met baar voorspiegelen.

Bij rustig nadenken had het bestuur van de Vereèniging voor Vrouwenkiesrecht zelf kunnen begrijpen, dat zijn streven naar grondwettelijke gelijkstelling onder de tegenwoordige omstandigheden, nu dit gelijkstaat met den eisch van alge- meen vrouwenkiesrecht, niet te verwezenlijken is. in plaats van stijf vast te houden aan een beginsel, had het een ge- zonden strijd voor het bereikbare kunnen voeren.

Het verkoos tijd- en krachtverspilling. Het wilde verblind zijn en maakte zich vijanden, waar het steun kon verwachten.

Het offerde het mogelijke aan het onmogelijke. Kan het thans nog de oogen sluiten voor de wijze, waarop men het be- treurenswaardige besluit van 15 Februari j.1. omzet in een daad? Is het met zijn wil, dat in deze actie, die van vrouwen uitgaat de vrouw zich doet kennen van haar ongunstigste zijde, dat de opzet half is, dat wordt gewerkt met een leugen ?"

Ten leste een waarschuwing aan alle vrouwen, niet te teekenen, voor en aleer zij zich hebben vergewist, wat soort van kiesrecht zij verlangen.

„Het vage woordje grondwettelijke gelijkstelling misleide haar niet. Zij moeten wel weten, dat zij staan voor de keuze tusschen algemeen vrouwenkiesrecht, dat in de lucht hangt, waarvoor zeker geen voldoende meerderheid is te vinden, en de eerlijke en geenszins hopelooze toezegging van den eersten stap tot verkrijging van een vrouwenkiesrecht, dat in welken

(2)

202 E V O L U T I E . vorm ook, als het eens in haar bezit is haar niet licht zal

worden ontnomen haar veel gemakkelijker den weg zal banen tot uitgebreider recht."

Wij hebben dit artikel hooren betitelen //schunnig";

ons het de uiting van een partijman die zich in de kaart gekeken voelt, zich heel wat neuzen ziet ontglippen, die hij stevig meende beet te hebben en tracht nog te redden, wat te redden valt; een partijganger, die de hem ont- loopenen in verbeelding ziet hollen naar de gezworen vijandin — waarmede hij intusschen in zake algemeen mannenkiesrecht gaat bras dessus, bras dessous — en in zijn uit jaloezie ontsproten woede dingen zegt, die getuigen van een, waarschijnlijk slechts tijdelijk, geestes- embrouillement. Hoe toch anders komt een Redactie als die van D. N. C. tot de voorstelling als zou de S. D. A. P.

— want om deze gaat het — thans nog de vrouwen exploiteeren terwille vau ,/het dogma algemeen kiesrecht"

waarbij het vrouwenkiesrecht in het gedrang komt. Dit nu toch wel pure onzin! Dit niet meer noodig. Zelfs D. N. C.

toch immers heeft van de Soc. Democraten overgenomen dit dogma voor wat aanbelangt den man. Bij herziening van de Grondwet onder de huidige partij-constellatie het alge- meen mannenkiesrecht een voldongen feit. Bij normaal denkvermogen zou de Redactie van D. N. C. dan ook wel een geldiger reden gevonden hebben voor de meegaand- heid der S. D. A. P.

Van bedrog spreekt de Redactie; ja, dat woord hier volkomen op zijn plaats! Of is het geen bedrog als D. N. C.

den vrouwen wil doen gelooven, dat zij hier staan voor de keuze van haar kiesrecht? Is het geen bedrog als zij haar diets maakt, dat de nieuwe Grondwet haar zal brengen medezeggingsschap in 's landszaken ? Is het geen dubbel overgehaald bedrog als zij haar wil doen gelooven, dat de Concentratie-Grondwet haar //den weg zal banen tot uitgebreider recht"? Is het geen wreed bedrog als de Redactie van een voornaam blad, voorlichtster van het publiek, een die wil dat niemand een petitionnement teekent, waarvan zij niet de juiste strekking kent — en hiermede gaan wij volkomen accoord —, den waren toe- stand verdoezelt en den vrouwen raadt aan te hangen en te steunen die partijen welke, nota bene bij de herziening van een Grondwet, een ,/gecnszins hopelooze toezegging"

doen en daarbij dan nog verzwijgen, dat zelfs de vervulling van dat weinige niet eens in handen ligt van de belovers ? Dit artikel maakt, wil den indruk maken, dat de Grond- wet is een polderwetje, waarbij je aanneemt wat voor het moment verkrijgbaar is, wel zich bewust, dat je haar een volgend jaar wijzigt en alsdan een schrapje verder gaat, om het daarop komend jaar weder eveneens te doen. Zoo Redactie van D. N. C. het echter niet.

De Grondwet het meest gewichtige van alle staats- stukken, als regelende zij de rechten en plichten van regeering en burgers. Alle andere wetten haar onder- worpen. Zoo ook de Kieswet, een organieke, dat wil zeggen door haar voorgeschreven wet, die op het oogen- blik, ten einde het vrouwenoog te verblinden, maar al te vaak wordt voorgesteld als een wet van hooger orde wat zij niet is, niet kan zijn. Zij slechts de uitvoerende, niet de regelende macht.

Waarom wordt in het heden gestuwd naar Grondwets- herziening? Niet terwille van het met eenige duizenden vermeerderen van het kiezers-tal. Dit toch kan ook plaats

hebben onder de vigeerende Grondwet, die volkomen- toelaat //geschiktheid en maatschappelijken welstand" te reduceeren tot zoo minieme opvatting, dat alleen zij uit- vallen die dit ook zullen doen onder de gewilde Grond- wet. De grondslag der Concentratie-herziening vrij war verder gaande. Wat zij wil is: gelijkstelling van alle ingeborenen en genaturaliseerden ; wegvaging van het laatste greintje kaste-, standen-, klassebevoorrechting, dat in de huidige Grondwet nog aanwezig is; de totale demo- cratiseering der constitutie. Zoo voor den man; voor de vrouw wil zij hoogstens teruggaan tot 1815.

Elke man. omdat hij man is, verkrijgt dus alreeds bij zijn geboorte het onvervreemdbaar recht op het kiesbiljet»

Daarnaast gewordt hem een nog grooter privilege^, vroeger slechts attribuut van keizers, koningen, vorsten:

hij, in overleg met zijn seksegonooten, kan de vrouwen, of een deeltje der vrouwen, zoo hem dit goeddunkt, begena- digen en haal' een zeker medezeggingsschap verleenen, dat hij, zoo zij zich niet schikt naar zijn begeeren, haar ook weder kan ontnemen. Bij deze herziening wordt de Nederlandsche man Rusland's Czaar gelijk.

Op gevaar af door herhaling vervelend te worden, zij nogmaals de toestand geschetst door de woorden van een in deze zeker specialiteit: bij de op 17 Sept. 1.1. den damea Versluys-Poelman en Drucker door den Minister v. Binnen- landsche Zaken verleende audiëntie, zei deze: //Ik dacht, dat de dames wel erg tevreden zouden zijn over deze Troonrede. De wetgever toch kan daarbij haar het kiesrecht verleenen". — ,/Hij kan het haar geven; maar hij behoeft het haar niet te geven en hij kan het haar weder ontnemen." — ,/Daarin hebben de dames gelijk'%

was 's Ministers antwoord. In die luttele woorden al wat de Grondwetsherziening der Nederlandsche vrouw brengt:

geen atoompje van recht.

De voorgestelde Grondwet masculinistisch als geen te voren. Zelfs de huidige Grondwet met haar //mannelijke"

verheft den man als collectief niet tot regeerder van de vrouw als collectief, gelijk zij dit doet. Daarin van den man nog andere eigenheden gevergd dan het alleen man- zijn; uitgesloten daarbij de geldlooze groepen, en nu doet het er weinig toe of de vrouw wordt ingedeeld bij deze of wel om andere redenen het kiesrecht wordt ontzegd, zeker is, dat naast haar als kiesrechtloozen staan, arme, maar lang niet altijd verachtingswaardige mannen, terwijl het Concentratie-product haar degradeert tot de gelijke van den tuchthuisboef, zoolang deze ten minste verblijft in de gevangenis; immers zijn straftijd uitgezeten, herkrijgt hij weder zijn volle burgerrecht. En dit fraais, waarvoor de vrouw volgens D. N. C. ter verkrijging mede den strijd behoorde aan te binden, niet voor een paar jaren, maar naar alle waarschijnlijkheid voor een halve eeuw, zoo niet langer! Niet alleen toch de vrouw van het heden wordt buiten deze Grondwet geplaatst, maar ook die der volgendeen daarop vol- gende generatie. Vastgelegd wil men maar zoo even voor een paar geslachten zien : de superioriteit van den man-mensch, de inferioriteit van de vrouw-mensch. Zij die daartegen op- komen offeren, volgens D. N. C. //het mogelijke aan het onmogelijke". Alsof in Nederland het eenig mogelijke, het eenig bereikbare ware een Grondwet, waarbij de eene helft der bevolking wordt geproclameerd tot souverein, de andere tot onderdane! Wij gelooven er geen sikke- pitje van.

(3)

E V O L U T I E . 203 Wie ter wereld toch de genereerders van dit aan alle

kanten mank-gaande Concentratie-artikel 80, enz. enz. ? Wat lumineus idee: een grondwet zich baseerende op de twee meest heterogene principes die denkbaar zijn : demo- cratie en autocratie, de eerste voor den man, de tweede voor de vrouw. Wat moeten deze mannen laag nederzien op de vrouw, haar slechts beschouwen als een iets, niet als een iemand, om der natie te hebben durven propo- neeren in een herziene Grondwet vast te leggen: de baliekluiver zij burger, de vrouw niet. Ter eere van de volgelingen dezer misogynes zij gezegd, dat geen hunner, ook niet D. N. C, eraan denkt dit geestes-gedrocht te verdedigen, edoch, het coconneerende in de kieswet, zooveel doenlijk aan het oog onttrekken. Geen enkel pleidooi nog vernomen ten gunste van de herziening a. la Concentratie;

druk alleen wordt geschermd met de kieswet, die misschien, misschien ook niet, na verloop van jaren eenige vrouwen in het kiezerscorps op zal nemen. Maar daarover loopt het niet; het gaat om de Grondwet, om niets anders. De quaestie is: zal de vrouw daarin worden geteld als een den man gelijkwaardig burger of als paria ? Al het overige staat er naast, is van later zorg.

Als men de organen der Linksche partijen hoort, zou men meenen, dat de Grondwetsherziening niet kan-wachten, geen dag en geen nacht. In werkelijkheid het niet zoo.

Moge het waar zijn, dat het groote publiek minder gevoelt voor vrouwenkiesrecht, dan enkele optimisten meenen, daarnaast ook waar, dat ditzelfde groote publiek al even weinig voelt voor algemeen mannenkiesrecht en alleen uit indolentie dit aanvaardt, zooals het schier alles aanvaardt. Ongeduldig, voortjagend in deze alleen de vrouwenhaters, de vrouwen verachters, zij die maar al te goed gevoelen, dat elk jaar vertraging een uitsluitend mannen- regeering al onmogelijker en onmogelijker maakt, en in hun sexe-adoratie beproeven der mannen-prestige nog te grondvesten jaren en jaren. De fatsoenlijke lieden in den lande zullen echter met ons zeggen: een Grondwets- herziening die gelijkheid brengt, of geënt

Wij zijn niet voor petitionneeren, zijn dit nooit geweest en zullen het vermoedelijk nooit worden. Onder de huidige omstandigheden blijft den vrouwen evenwel niet heel veel anders over. De Regeering zegt zich te stellen boven de partijen, alleen te willen regeeren naar den volkswil. Hoe nu moet zij deze leeren kennen? D. N. C. zal ons toe- geven, dat als zoodanig niet beschouwd kunnen worden de verkiezingen. Nog daargelaten, dat slechts een klein deel der bevolking stem uitbrengt, is zijn opinie — en dit tegenwoordig allerwege erkend — te vergelijken bij den klok-slinger, die met wiskunstige zekerheid gaat van rechts naar links, van links naar rechts. Volkswil ook zeker niet de wenschen der partijen,* representeerende een kleine, kleine minderheid des volks, die daarbij meestal nog als schapen zich Iaat leiden door eenige de lakens-uit- deelende universitairen, staande .buiten de practijk van het leven en zoo weinig afwetende van den volkswil, dat een bij verkiezing in de minderheid gekomen partij daarna plots haar principes over boord gooit, hoe zij dan ook eer- tijds verkondigd moge hebben, dat deze en deze alleen waren tot heil en zegen van de natie.

Wat ander middel nu om der Regeering, het zij dan slechts bij benadering, den volkswil te doen kennen? Weet D. N. C. er iets op? — toch zeker niet au sérieux te

nemen haar raad om heul en troost te zoeken bij de partijen die nu al maanden en maanden verkondigen, dat heur doel is: de vrouwen voor een vijftig jaar naar achteren te stuwen.

Ook wij wraken het, dat er luyden uittrekken om handteekeningen te verzamelen, die niet op de hoogte zijn van haar taak. Maar is het heusch zóó erg als D. N. O.

het voorstelt? Dat er verwarring heerscht, daar waar zelfs een Redactie van De Nieuwe Courant niet de portee snapt van een Grondwet, zeer verklaarbaar. Als zelfs machthebbende journalisten als daar aan het woord, grond- wettelijke gelijkstelling dooreen haspelen met directe in- voering van vrouwenkiesrecht, hoe moet het dan wel niet vergaan leeken in de politiek? Zeker, grondwettelijke ge- lijkstelling van man en vrouw heeft, gezien de aanhangige herziening, tot eind beslag algemeen kiesrecht voor allen en allen, maar den wetgever kan daarbij ruimte worden gelaten dat buut geleidelijk te bereiken. Al het geschrijf daaromtrent door D, N. C. overbodig, haar waarschu- wingen eveneens.

Dit neemt niet weg, dat' ook wij de Ver, v. Vrouwen- recht ten sterkste aanraden naast de vele den verzame- laarsters alreeds gegeven instructies nog één te voegen en wel deze: laat u niet verleiden tot discussiën over een niet aan de orde zijnde kieswet; stelt den onderteeke- naars(sters) deze vraag: zijt gij er voor, dat bij Grond- wet de man alleen zij burger, de vrouw slechts ingezetene?

Zijt gij er voor, dat ook nog de dochters en kleindochters der huidige generatie, omdat zij vrouwen zijn, zullen hebben te gehoorzamen aan de door de zonen en klein- zonen van het tegenwoordig geslacht haar voorgeschreven wetten, die de bevoegdheid daartoe slechts danken aan hun man-zijn? Zoo ja, teeken dan niet; zoo neen, teeken dan wel!

De sexe-strijd hier in volle actie. Met verfijnde venijnig- heid en ruwe brutaalheid wordt het petitionnement in miscrediet gebracht bij Regeering en burgerij, gesproken van //door onware middelen te veroveren, wat haar rech- tens niet toekomt" en tevens verkondigd, dat de man, die hetzelfde doet, de macht behoort te hebben en te houden.

Wij zijn tegen alle tartuffiaansch gedoe, billijken het noch bij man noch bij vrouw, maar met haar recht op een plaats in de Grondwet gelijk aan die van hem heeft dit niets van doen. In het die veroveren, op welke wijze ook, kan geen onrecht steken. Zij komt haar toe.

Met dat al hebben wij van D. N. C. niet vernomen datgene wat haar eerste plicht was den volke te doceeren:

wat ramp de natie wacht zoo daar niet dadelijk alge- meen mannenkiesrecht komt; wat ellende Nederland be- dreigt bij invoering van grondwettelijke gelijkstelling van man en vrouw.

Over die quintessence bewaart D. N. C. het diepste stilzwijgen. Evenzoo komen die domme vrouwen niet aan den weet, waarom Heeren Liberalen toch zoo gesteld zijn op //grondwettelijke ongelijkheid". En juist dit nu lijkt ons der moeite waardig om haar ermede in kennis te stellen.

Zou D. N. C. daar niet eens een artikel aan willen wijden ?

De inkomstenbelasting.

(Vervolg en slot).

Evenzoo kan de vrouw ook geen deel uitmaken van de ftaden van Beroep, waarvoor dezelfde bepaling geldt als voor de Com-

(4)

* 204 E V O L U T I E .

missiën. Belasting-betalen mag zij echter wel; bij art. 85 toch wordt uitdrukkelijk omschreven, dat de executeur-testamentair heeft te verklaren, dat hij noch weet noch vermoedt, „dat pa­

pieren, behoorende tot den boedel van N. ;N„ na zijn (haar) overlijden vernietigd of weggenomen zijn". Dat zelfs in om­

standigheden waar in hem wordt toegestaan reductie op de verschuldigde belasting, zij niet in aanmerking komt, bewjjst Art. 91, luidende:

.,Aan den belastingplichtige, bedoeld bij art. la, alsmede aan den Nederlandschen ambtenaar belastingplichtig vol­

gens art-. 2, wordt, indien zijn belastbaar inkomen, bere­

kend over een jaar, door het staken van een bedrijf of be­

roep, door het eindigen van een vruchtgenot, door het op­

houden van periodieke uitkeeringen als bedoeld bij art. 8, of door het overlijden zijner echtgenoote, daalt beneden drie vierde van het bedrag waarnaar zijn aanslag is of wordt geregeld, over de nog niet ingetreden maanden van het belastingjaar eene ontheffing op dien aanslag ver­

leend"

Waar dank zij Art. 85 er geen sprake kan zijn dat bij dit Ontwerp in het ,,hij" ook gelezen moet worden „zij" en zoo deze regeling voorzat er ook niet zou staan „echtgenoote", maar echtgenoot, moet volgens den letter der wet uit dit artikel verstaan worden, dat onder alle opgesomde mogelijkheden voor de vrouw de aanslag in zijn geheel blijft bestaan. Ver­

wondering kan een dergelijke onrechtmatigheid niet baren, als zijnde zij in de lijn van ons belastingstelsel. Waar de weduwe of zij wier man ziek is, hoe zwaar zij ook moge arbeiden tot kost verkrijging voor haar gezin, het volle pond heeft te beta­

len voor een dienstbode en de weduwnaar of hij wiens vrouw in verpleging is, hoe rijk hij ook moge zijn, voor deze niets heeft af te dragen; waar, zooals indertijd De Controleur schreef, de fiscus uitgaat van de stelling, dat vrouwen, vooral jonge vrouwen, nog wel clandestiene inkomsten hebben waarvoor zij niet uitkomen en waarvan hij zooveel doenlijk moet trach­

ten naar zich toe te halen, daar is het begrijpbaar,, dat ook hier de Minister voorop heeft gesteld: pluk haar als een vink;

als zij piept, kan zij het toch slechts zachtjes doen; schaden kan zoo een kiesrechtlooze ons immers niet!

Belastingschuldig zijn zij die binnen het Rijk wonen of zij die er geregeld een zaak uitoefenen; voorts naamlooze- en commanditaire vennootschappen op aandeelen, coöperatieveen andere vereenigingen en onderlinge verzekeringsmaatschap­

pijen,. De belasting dezer laatste draagt een nu juist niet zui­

ver karakter, wijl, voor zoover aandeelhouders en leden niet buitenslands verblijven, hier wordt geheven een dubbele be­

lasting; het uit een dusdanige zaak geïnde toch wordt bere­

kend bij hel inkomen van den inner en nog eens belast als be­

drijfswinst. Bij de groote vermeerdering van naamlooze licha­

men en het daardoor verdeelen der winsten in vele handen, wat bij een progressieve belasting van nadeeligen invloed is voor de schatkist, moet wel worden overgegaan tot dezen, in het kader van een inkomstenbelasting eigenlijk niet thuis be- hoorenden maatregel, die, volgens berekening, het land op zal brengen een f 3.160.000, welke dit niet kan missen

Inkomsten onder de f 600.— worden niet belast. Voor elk kind, welks verzorging ten laste komt van de(n) belasting­

schuldige, wordt f 50.— van het inkomen afgetrokken, onver­

schillig onder welke levensomstandigheden men verkeert.

Het tarief der belasting wordt aldus voorgesteld:

„Tot en met een inkomen van f 1300.— vindt men de­

zelfde belasting uitgetrokken; alleen is het eerste bedrag van f 1.— (Bedrijfsbelasling) op f 1.25 gebracht lot weg­

neming eener onregelmatigheid in de opklimming. Kan dit verschil moeilijk bezwarend worden genoemd, het heeft bovendien alleen beteekenis voor belastingplichtigen zon­

der kinderen. Verder klimt de belasting met ƒ 1 . — bij het aangroeien van het .inkomen mei f 50.— en — van f 1500.—

af _ met f 2.— bij hel aangroeien van hel inkomen met f 100.—, zoodat 2 % van het accres wordt geheven De belasting van het accres verandert bij f 2000.— in 3 %, bij f 10.000.— in 4 % en ten slotte bij f 20.000.— in 5 %."

Een staatje, waarvan een paar voorbeelden hier opgenomen, verheldert de berekening:

Tegenwoordige Voorgestelde Inkomen: belasting (Bedrijfs): belasting:

f 650.- f 1.— f 1-25

Daarnaast de Vermogensbelasting verlaagd, edoch altijd in dien geest, dot de belasting in haar geheel voor rentetrekkers enorm is verhoogd. Zoo wordt b.v. van een vermogen van f 50.000.— op het oogenblik betaald f 25.—, dat zal worden f 50.—; van een kapitaal van f 100.000.—, nu f 50.—, dan f 135.—; een kapitalist van f 5.000.000.—, thans afdragende f 2500.—, zal als dan den ontvanger hebben te betalen f 12.165.—. In zijn geheel genomen, Vermogens- en Bedrijfs­

belasting bijeen gevoegd, rekent men op een surplus van drie millioen.

De belastingplichtigen kunnen worden uitgenoodigd tot op­

gave van hun inkomsten; van de zijde der belasting-beambten het aanbieden van een invullingsbillet echter geen vereischte;

wie er om vraagt moet er een worden uitgereikt Meer dan als leidraad wordt de opgave niet beschouwd. De Commissiên van schatting en aanslag, waarvan de Inspecteur der directe be­

lastingen Voorzitter, regelen en beslissen den aanslag. Na­

tuurlijk kan de belastingplichtige in beroep komen: in eerste instantie bij den Inspecteur, die de quaestie brengt bij het lichaam dat de hoegrootheid der te betalen som heeft vastge­

steld; is hij met diens uitspraak niet tevreden, dan kan hij zich wenden tot den Raad van Beroep, die, in tegenstelling met de bestaande, welke worden benoemd door Ged. Staten, de rechtbank en den Minister van Financiën, wordt ineengezet door de rechtbank. Hij bestaat uit drie leden, waarvan Voor­

zitter en plaatsvervangend Voorzitter moeten zijn leden van de rechtbank, en de leden en hun plaatsvervangers moeten zijn ingezetenen van het arrondissement. Ook van zijn besluit kan men in hooger beroep gaan en wel bij den Hoogen Raad Enorme straffen zijn gesteld op het doen van valsche aan­

gifte. Hij (dit „hij" zal vermoedelijk ook wel beduiden „zij") die na uitgenoodigd te zijn tot opgave, daaraan niet heeft vol­

daan, ziet den ambtshalve gedanen aanslag met 25 % ver­

hoogd; hij die opzettelijk onjuist of onvolledig zijn inkomsten aangeeft, waardoor schade is berokkend aan het Rijk, wordt gestraft met een geldboete van hoogstens drie duizend gulden.

Hij die voor den Raad van Beroep de verklaring heeft afge­

legd, dat hij heeft aangegeven naar waarheid en van wien het tegendeel blijkt, alsmede de executair-tesfamentair van wien hetzelfde is bewezen, wordt veroordeeld tot een gevangenis­

straf van ten hoogste twee jaren. Dezelfde straf wacht ook hem, die als bewijsstuk eenig valsch geschrift in het geding brengt, hetzij dit is geschied tegenover den Inspecteur, hetzij tegenover eenige Commissie. De werkgever, door den Inspec­

teur der belastingen aangezocht om hem te melden den naam, woonplaats, benevens de bij hem verdiende inkomsten van zijn werknemers, die daaraan niet voldoet, beloopt een boete van honderd gulden. Waar een dergelijk iets geldt een naamlooze vennootschap of eenig ander lichaam van dien aard, wordt het bestuur in zijn geheel aansprakelijk gesteld.

Zullen al die straffen ontduiking voorkomen? Waar de be­

lasting tot het uiterste wordt opgedreven, menigeen alreeds nu moeite heeft om inkomsten en uitgaven te doen balanceeren, wordt er schier geprest tot knoeierij. In den beginne zal dan ook heel wat door de vingers gezien moeten worden; lang­

zaam aan zal een ieder echter wel tot het begrip komen, dat on­

eerlijkheid oneerlijkheid is, onverschillig of zij geschiedt tegen- ■ over den fiscus of tegenover eenig ander. Wordt de belasting- schroef te nijpend, dat de burgerij als geheel er zich tegen verzette; wordt het soms zoo moeilijk bijeen verkregen geld verkwist — en dat wordt het in plle landen ten profijte van b.v. leger-leveranciers — dat zij protesteere zöè krachtig, dat de Regeering wel moet relireeren, maar dat geen lid der ge^

meenschap zich langer verblijde in het achterbaks houden van een paar guldens, die zijn buurman links en zijn buurman rechts heeft bij te passen.

Een diagnosticus.

In de Groene van Zondag 15 Maart komt van de hand van F. G„ onder de rubriek Kroniek, een beschouwing voor over de vernieling van Velasquez' Venus door Miss Richardson en in de Nederlandsche Vrouwengids van 16 Maart staat Mevr.

H. van Biema—Hymans eveneens bij deze misdaad stil. Het is de moeite waard beide beschouwingen eens naast elkaar te leggen; het lezen ervan doet je weer sterker dan ooit beslui-

(5)

E V O L U T I E . 205

ten je voor oordeelen — om van veroordeelen niet eens te pra­

ten — te wachten.

F. C. schrijft naar aanleiding van dit vandalisme:

„En dan komt op een kwaden dag een Engelsche juf­

frouw, di© kiesrecht verlangt, en snijdt d a a r o m zulk een beeld aan stukken. . . .

Indien het nog een anarchist geweest ware! In bittere armoe, half verhongerd en vervolgd, maar vooral ontgoo­

cheld, met een laaien brand van meelij en wraakzucht in zijn hart om de meedoogenloosheid der bezitters en de schreiende ellende des volks, kon zoo een desperado een kunstwerk willen vernietigen, omdat het hem onlogisch ten hemel schreiend onrechtvaardig toeschijnt, dat de menschheid aan schoonheid offert en den geest viert waar zij een deel van haar zelve aan verdierlijking prijs geeft.

Wat is de schoonheid voor hem en voor duizenden anders dan een hoon en spot van het eigen jammerlijk geesldoo- dend, mensclrelijkheid beschamend bestaan?

Zoo wreekt hij zich dan op schoonheid en menschheid beide, als hij den Geest treft in wat haar het hoogste geldt.

Maar deze jonge dame had van dit alles waarschijnlijk geen last. Zij leefde denkelijk confortabel en ongehinderd door iets anders dan door het gebrek aan kiesrecht.

Daarbij wordt zij geacht te weten, wat schoonheid be- teekent en zelfs schoonheid te kunnen genieten, zij zelve één dier begenadigden, wier leven door zulke kunstwerken verheven en gezaligd kan worden.

Wat is het dan voor gruwbare begripsverwarring, die haar het uiterste — en zeldzaam — geestelijke, waaraan zij zelf deel heette te hebben, deed vernietigen ter wille van een zaak, hoogsitens van algemeen nut en lagere, maatschappelijke rechtvaardigheid?" *)

En iets verder vraagt F. C. of de diagnose van Miss Ri- cha.rdson's daad niet zou kunnen zijn als die van een kind, dat van verhoudingen niet weet en eigen leed en onrecht altijd voor wereldgroot aanziet en dat dan heftig te keer gaat, tot zijn geprikkelde zenuwen door de actie zijn ter rust gebracht en het zich glimlachend afkeert, van ndets meer wetende....

Bij wie schuilt nu eigenlijk de gruwbare begripsverwarring, vroegen wij ons na lezing van dit van verregaande onkunde getuigend stukje af. Of.... of is het geen onkunde en weet F.

G. evengoed als wij dat deze wandaad, evenals elke andere door de suffragettes gepleegd, niet voortspruit uit het feit dat eigen leed en onrecht voor wereldgroot wordt aangezien? Is het hem te doen om het publiek, dat hem leest en dat tóch al zoo slecht en zoo éénzijdig wordt ingelicht, waar het de suf­

fragettes betreft, met opzet te misleiden en te suggereeren, dat die vrouwen haar droef-bltteren strijd strijden omdat haar zenuwen geprikkeld zijn doordien ze meenen eigen leed en onrecht te moeten wreken? Is het onkunde, dan zal F. C goed doen voor den vervolge in deze niet meer te diagnosticeeren, want dank zij die onkunde, toont hij zich 'n bijster slecht diagnosticu.s.

Indien hij het verklaarbaar acht, dat de anarchist, (branden­

de als deze is van meelij met de schreiende ellende des volks en van wraakzucht om de meedoogenloosheid der bezitters), zich wreekt op schoonheid en menschheid beide, is het onlo­

gisch voor de wandaden dezer vrouwen geen andere diagnose te kunnen stellen dan die van het kind, dat raast en tiert, om straks van niets meer te weten. Immers niet eigen, leed, niet eigen onrecht doet de kreet uit talloos vele vrouwenkelen om het kiesbiljet steeds luider schallen. Ook in haar hart is de laaie brand van meelij met de schreiende ellende des volks en nu kunnen we uit het diepst van ons hart elke wandaad, door de militante kiesrechtvrouwen gepleegd, betreuren (wie leeft er, die dat niet doet?) het geeft ons nog niet het recht haal­

bij het plegen dier wandaden motieven in de schoenen te schui­

ven, waaraan ze in de verste verte niet denken. Integendeel, eigen leed vergrooten ze met elke gewelddaad wéér.

Hoe diep-betreurenswaardig dit geheele militantisme ook is, de motieven tot een g e w e l d d a a d kunnen soms nobeler zijn dan de motieven tot een mogelijke weldaad, door F. C. of door wie anders ook aan deze of gene bewezen.

Mevrouw v. Biema, deze betreurenswaardige vernieling be­

sprekende, schrijft:

■ ,,De vrouw, die deze daad pleegde, is evenmin in staat de ziel van Mrs. Pankhurst te begrijpen als zij begrip heeft van het verschil tusschen een Venus op een goed- koopo gekleurde prent en die op de door haar vernielde schilderij."

Noemt de eene beoordeelaar Miss R. één dier begenadigden, wier leven door zulke kunstwerken verheven en gezaligd kan worden, daar zij geacht wordt te weten, wat schoonheid be*

teekent en zelfs schoonheid te kunnen genieten, de andere maakt uit dat zij geen begrip heeft van het verschil tusschen een Venus op een goedkoope gekleurde prent en de door haar vernielde.

Moeilijk kunnen deze beiden het bij het rechte eind hebben in hunne veronderstellingen. En of zij, de bedrijfster van het kwaad, in staat is de ziel van Mrs. Pankhurst te begrijpen?

Zijn wij één van allen daartoe in staat? Waren .we dat, menig bitter woord aan haar adres, menige hoonende uitdrukking ten haren opzichte, menig vernietigend oordeel over haar optre­

den, hoezeer dit ook te bejammeren iss ware dan wellicht in de pen gebleven.

w e gaan volmaakt accoord met de waarschuwing die Me­

vrouw v. B. doet hooren tegenover haar, die zulk een mili­

tante beweging in 't leven roepen. Dat zij zich wèl bedenken hoè gioote. verantwoordelijkheid ze op zich laden, door het ge­

vaar, dat het oorspronkelijk denkbeeld verloren gaat in het redeloos fanatisme van een domme massa. Maar we kunnen niet nalaten en achlen dit ook een eisch, die de billijkheid stelt aan ieder, die over deze aangelegenheid meespreekt, een­

zelfde waarschuwing te richten tot de regeerende partijen, die, weinig geneigd aan billijke rechlseischen het oor te leenen, de vragers en vraagsters aan het lijntje houden en haar telkens met 'n kluitje in 't riet sturen.

Men moge over de wandaden, door de militante Engelsche kiesrechtvrouwen gepleegd, denken zoo men wil, wil men een eerlijke diagnose stellen, dan is het niet Ie vermijden vele duizenden ponden sterling, in dezen strijd reeds geofferd, naast het verlies van heerlijke kunstschatten, op rekening van den kóppigen onwil van Engelands eersten Minister te schrijven.

Terecht merkt de Londensche correspondent van De Tele- graaf op, dat de houding der regeering tegenover de Unionis­

ten van Ulster zoo geheel anders is dan die tegenover de vrouwen. Waar de eersten een gewapenden opstand hebben georganiseerd legen Home Rule, daar komt de regeering direct aan met een verzoeningsvoorstel, dat geenszins haar sympa­

thie heeft, doch integendeel als 'n ramp voor Ierland wordt beschouwd. Waar de laatsten 'n veel minder gewelddadige campagne begonnen zijn, waarbij nog altijd het wachtwoord is geweest menschenlevens te ontzien, daar denkt de regeering niet over een tegemoetkoming.

Bevreesd voor de oproerige Unionisten van Ulster, wier ge­

weld van gevaarlijker gehalte is dan dat der suffragettes, gooide de regeering haar eigen principe overboord en kwam aan met 'n verzoeningsvoorstel.

Is het niet als een provocatie voor de suffragettes, om haar strijd gewelddadiger te maken, vraagt de ï'e/ejfiaaj-corresiion- dent. Verzoening voor de rebellen van Ulster, wier strijd he­

vig en bloedig zal zijn; géén verzoening voor de rebclsche vrouwen, aan wier strijd nog geen andere bloedsmetten kle­

ven dan het eigene, waar ze haar leven driest in gevaar stelden.

Waarlijk, niet alleen 'n waarschuwing tol de vrouwen: „Be­

denkt u goed, éér ge het militantismc in hoofden en harten laat veldwinnen", maar in de éérsle plaats 'n waarschuwing tot de mannen en dan vooral tot de gezaghebbende mannen:

„Doet den vrouwen recht! stuurt haar niet met kluitjes in 't riet, maakt haar niet wijs, dat ze blij hebben Ie zijn en tevre­

den met datgene, waarmee ge zelf geen genoegen meer neemt.

Laat haar geen tijd dat het plantje van 'militantisme, zoo het mocht sluimeren op den vaderlandschen bodem, wortel schie­

ten kan.'

*) Bij F. C. schijnen bij het begrip rechtvaardigheid grada­

ties te bestaan. Je hebt lagere en hoogere maatschappelijke rechtvaardigheid naar zijn opvatting blijkbaar. Zou dit ook niet wijzen op een ietwat verward begrip dat F. C. er over recht­

vaardigheid op nahoudt? Red.

De S. D. P. en vrouwenkiesrecht.

(Ingezonden.)

't Is de moeite waard de buitelingen te volgen, die deze partij in -haar blad maakt met het vrouwenkiesrecht sinds dit in den praktischen politieken strijd staat.

In het nummer van Zaterdag 21 Februari j.1. lezen we naar aanleiding van de door de Ver. v. Vrouwenkiesrecht gehouden belooging in het Paleis voor Volksvlijt op 15 Februari, dat de dames, dat zijn de vrouwen die eisenen grondwettelijke gelijk­

stelling van man en vrouw, deze vage formule gesteld heb­

ben, omdat ze de proletarische vrouwen, dat zijn dan prac- tisch de georganiseerde vrouwen uit de 5. D. A. P., noodig hebben voor haar actie. Zij waarschuwt daarbij uitdrukkelijk die vrouwen, dat deze beweging niets anders wil als een re- geling van vrouwenkiesrecht der proletarische vrouwen vijandig.

Dat de S. D. P. heel goed weet, dat de Ver. v. Vrouwen- kiesrecht op het standpunt staal van den sekse-eisch, opvraagt en steeds heeft gevraagd, het kiesrecht voor de vrouw als de man het heeft of krijgen zal en daarom nu konsekwent zich den eisch stelt: tegenover' het algemeen mannenkiesrecht in de Grondwet, eischen wij hetzelfde voor de vrouwen, onnoodig dit te zeggen. We willen echter opslaan wat het indertijd van de S. B. A. P. zeide, loen die om tactische redenen bij de ver­

kiezingen in 1913 als hcrstemmingseisch haar vrouwenkies­

recht veschachercle: zij noemde dat toen, zeer terecht: verrraad aan de proletarische vrouwen en het de deur openen daarmee voor een dameskiesrecht.

En nu, nu de grootste vrouwenvereeniging hier te lande staat op den onverzwakten eisch der S. ü. A. P., dus ook die der S. D. P., heeft ingenomen de plaats door de S. D. A. P.

verlaten, nu zegt zij tot dezelfde vrouwen: houdt je ver van dien eisch. Geeft dat nu te denken of niel? T. A.

(6)

306

EVOLUTIE.

In- en uitvallen.

Op den S.-D. Vrouwendag in hel Paleis voor Volksvlijt, 8 Maart 1.1., verleide de lieer Albarda, teneinde aan te toonen dat de „burgerlijke vrouwen", die gestreden hadden legen de

„bijzondere bescherming", niets wislen van het arbeidsleven, dat van af 1889, dus na 4e Arbeidswet, het aantal vrouwen in beroepen van 54 lot 100 was gestegen, ergo bijna zich had verdubbeld. Wat nu. echter blijkt uit de ofliciëele statistieken der Tentoonstelling: De Vrouw 1813—1913, vastgelegd door Mr.

Clara VVichmann in een uitgave dier Tentoonstelling: dat in 1889 15. 4 % vrouwen in eenig beroep werkzaam waren; in 190918.3 %, wat de schrijfster dan ook doet zeggen: „Van een sterke toe- name van beroepsuitoefening door vrouwen is dus geen spra- ke; reeds in 1849 is door een even groot (zoo niet grooter) per- centage vrouwen als thans beroepsarbeid verricht." Als de heer A. dan ook brilleert met cijlertjes, vergeet hij daarbij aan te geven de vermeerdering der bevolking in de door hem genoemde jaren.

Dat hel aantal vrouwelijke personen in de industrie sterk is toegenomen gedurende de Arbeidswet, van algemeene be- kendheid, maar die toename niet te zoeken onuer wat wij noemen „arbeidsters", maar onder de halfwas. In 1889 toch werkten op een totaal van 188.244 meisjes — dat in anderer dienst was — 3 % in industriéele bedrijven; in 1909 op een totaal van 241). 105 vrouwen 6.4%, Mr. Wichmann, nog al ge- porteerd voor arbeidsbescherming, voegt hieraan toe: „Minder sterk nam de arbeid der vrouwen boven 16 jaren in nijver- heidsbedrijven loe. Dit is <jp zich zelve geen gelukkig ver- schijnsel, ook geen verschijnsel dat gunstig is voor de quali- teit van dun vrouwenarbeid en voor de positie die zij in het bedrijfsleven inneemt: een percentsgewijze sterkere toename cier heel jonge meisjes werkt uilteraard niet verhoogend daar- op. Het verschil is vrij groot: terwijl in 1889 er 57.511 of 3.9 % op een totaal van 1.447.138 boven de 16 jaar in de iuj- verheidsbedrijven werkten, was dit in 1909 slechts ge- stegen tot 96.428 op een totaal van 1.899.777, dus tot 5%; ter- wijl, zooals wij zagen, dat der meisjes tusschen de 12 en 16 jaar van 3 % tot 6.4 % was geklommen." De „burgerlijke vrou- wen" schijnen dus wel iets van den arbeidstoestand gesnapt te hebben, meer dan de heeren Soc.-Democraten, die hem niet wilden snappen en dit ook niet zullen doen voor en aleer de arbeidsters mede hun zetels in handen houden. Nooit toch is door de strijdsters tegen de „bijzondere bescherming" anders gezegd dan: die bescherming jaagt de vrouwen uit de knap- betaalde plaatsen, welke de man wenscht te bezetten; over- gelaten worden haar alleen die welke een hongerloontje op- brengen. En niet alleen daarop door haar gewezen, maar ook op datgene waarop Mr. W. het oog laat vallen: haar positie in den arbeid verlaagt doordien zij, beschermde, slechts kan innemen de lage plaatsen, waarin haar al of niet vroeger heen- gaan geen verlet brengt. Nu nog, na dat de reusltaten hebben bewezen, dat de arbeidspositie der vrouw in de industrie is gedegradeerd lol die van het meisje, Ie verkondigen, dat de arbeidster (bedoeld wordt alsdan de nog geen 16-jarigen) zoo is vooruitgekomen. kan niet anders beschouwd worden dan als kwaden houw — het geheele gejaag naar de „bijzondere bescherming" trouwens nooit iels anders geweest.

Binnen de Grenzen.

Wij ontvingen van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht het volgende overdrukje, dat we in zijn geheel in ons blad opnemen:

Oordeel van gezaghebbende personen over de werking van vrouwenkiesrecht in die landen waar het is ingevoerd.

Door het Hoofdbestuur van de Vereeniging voor Vrouwen- kiesrecht werd in het begin van Oct 1913, naar aanleiding van de paragraaf in de Troonrede, waarin melding wordt gemaakt, dat de Hegeering onverwijld zal overgaan lol herziening van de Grondwet met o.a. het doel, tot wegneming van de beletse- len, die de invoering van vrouwenkiesrecht in den weg staan, een verzoek gericht lot de Gouverneurs en Eerste Ministers van alle landen waar vrouwenkiesrecht beslaat, om onze Regee- ring te willen voorlichten omtrent de werking van vrouwen- kiesrecht bij hun te lande. Tevens werd verzocht het bestuur der Ver. v. Vrouwenkiesrecht een afschrift te willen doen toe- komen van het gegeven advies.

Dit verzoek was gebaseerd op twee precedenten. Het eerste, toen het Parlement van Wyoming in 1893, na een 25-jarig be- staan van vrouwenkiesrecht in dien Amerikaanschen Staat, ongevraagd andere Parlementen voorlichtte over den gunsti- gen invloed der vrouwen in de politiek; het tweede, toen in 1910 de Senaat van den Statenbond van Australië het Engel- sche gouvernement in kennis stelde met de goede werking van het vrouwenkiesrecht in geheel Australië.

Op bijna alle brieven is thans een antwoord bij het hoofd- bestuur van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht ingeko- men en het komt ons wenschelijk voor, daarvan een kort uit- treksel te publiceeren.

Uit Wyoming, de Staat waar het vrouwenkiesrecht reeds 10

Dec. 1869 werd ingevoerd, ontvingen wij bericht van deStaats- Secretaresse, Kalberine league, dat de Gouverneur in Europa was, doch na zijn terugkomst zeer zeker ons schrijven zal be- antwoorden, omdat hij een zeer enthousiast voorstander is van vrouwenkiesrecht. Verder weid ons een gedrukt stuk gezon- den, waarin de geschiedenis en de werking van vrouwenkies- recht in Wijoming wordt uiteengezet. Onnoodig te melden, dat dit alles zeer gunstig luidt,.

Uit Colorado ontvingen wij een afschrift van een brief, door- de» Gouverneur van colorado, Elias Ammons, aan onzen eer- sten Minister, Vort van der Linden, gezonden. In dit schrijven wordt o.a. gemeld: „dat in Colorado ruim 20 jaren vrouwen- kiesrecht bestaat en dat men derhalve over de werking mag

„oordeelen. Naar mijne meening (die van den Gouverneur

„Ammons) heeft het gunstige resultaten opgeleverd en geen

„enkele van de voorspelde slechte gevolgen is uitgekomen Ik

„aarzel niet de invoering van vrouwenkiesrecht aan te beve-

„len aan alle intelligente volken."

De Gouverneur van Idaho, John M. Haines, schrijft onsdat

„Vrouwenkiesrecht in Idaho is ingevoerd in 1896, dat het steeds

„lot aller voldoening heeft gewerkt en dat zeker niemand in

„Idaho er ook maar aan 'denkt om aan dit recht der vrouwen

„op een of andere wijze te tomen."

De Gouverneur van Utah, William Sprij, zendt ons een uit- treksel uil de wet, waarbij de vrouwen van Utah het kies- recht eerst 12 Febr. 1870, toen Utah nog een territorium was, kregen. Dan een uittreksel van de Edmunds—Tucker La.w, waardoor de vrouwen, toen Utah, 3 Maart 1887, opgenomen werd in de rij der Stalen van N.-Amerika, dit recht weder ver- loren om het ten slotte, 5 November 1895, in vollen omvang terug te krijgen.

Verder schrijft hij: „dat sedert de vrouwen in 1895 hetalge-

„meen kiesrecht verkregen, er nooit een poging werd aange- r e n d om dit recht te beknotten. Dit spreekt duidelijker clan

„ik mij persoonlijk zou kunnen uitdrukken."

De Gouverneur van Washington, Emesf. Lister, zendt ons een copie van een brief aan Min. Cort van der Linden. Hierin schrijft hij o.a.: „De vrouwen van dezen Staat zijn nu 1£ jaar

„in het bezit van haar kiesrecht. Ik ken niemand, die vóór

„vrouwenkiesrecht heeft gestemd, die daarvan berouw heeft;

„zeer velen van hen, die er tegen waren toen het in stem-

„miing werd gebracht, zijn nu voorstanders. De werking van

„vrouwenkiesrecht in den Staat Washington toont duidelijk

„aan, dat de vrouwen met haar kiesbiljèt de zaken van alge- m e e n belang helpen bevorderen."

De Gouverneur van Arizona, Geo Huret, meldt ons, dat hij binnen eenige weken aan ons verzoek zal voldoen; doch tot dusver ontvingen wij zijn oordeel nog niet.

Van den Staats-Archivaris van Kansas, James King, ontvin- gen wij, uit naam van den Gouverneur, George Hodges, een brief, waarin hij ons mededeelt, dat de vrouwen van Kansas nog slechts een jaar het volledig kiesrecht bezitten en er dus over de werking nog niet veel Ie zeggen valt. Wel is het teè-

• kenend, zoo schrijft hij, „dat de vrouwen van Kansas sedert

„25 jaren het gemeente-kiesrecht hebben uitgeoefend en dat

„het voorstel om hen het volle kiesrecht te verleenen, met.

„groole meerderheid in 1912 door de mannen van den Staat

„wend aangenomen. Het is dan ook van algemeene bekend- h e i d , dal het kiesrecht der vrouw in Gemeentezaken heilza-

„me gevolgen heeft gehad." Verder wordt ons verzekerd, diat men zich in Kansas gaarne bereid houdt ons in dezen verder van inlichtingen te dienen.

De Gouverneur van Oregon, Oswald West, zond weder een schrijven aan onzen Premier, Cort van der Linden, waarvan wij een afschrift ontvingen. Hij schrijft: „dat de vrouwen van

„Oregon nog niet lang het kiesrecht bezitten, doch dat zij er

„een zeer goed gebruik van maken. Zij laten zich allen als

„kiezers inschrijven en vervullen piom.pt haar plicht bij de

„stembus. Haar invloed wordt altijd gevoeld in de goede rich- t i n g . De gevolgen van hare pogingen zijn reeds te constatee-

„nen in de invoering van tal van belangrijke maatregelen in

„het algemeen belang."

De beweging voor vrouwenkiesrecht breidt zich in de Ver- eenigde Staten snel uit en het is slechts een kwestie van tijd, dat alle vrouwen in N. -Amerika gelijke poli.tieke rechten zul- len hebben als de mannen.

De Elerste Minister v. d'. Statenbond van Australië, Joseph Cook, betreurde het zeer, dat de Regeering van Australië onze Regeering niet kan voorlichten omtrent-tie werking van Vrou- wenkiesrecht, tenzij onze Regeering daartoe zelf het verzoek indient. Hij wil evenwel ons als zijne persoonlijke overtuiging

mededeelen, dal de toekenning van kiesrecht aan de vrouwen van Australië de gelukkigste gevolgen voor het land heeft gehad. Verder schrijft hij: „Ik ben natuurlijk niet bekend met

„de Nederlandsche politieke en sociale toestanden en de be- t r e k k i n g waarin die staan tot deze bijzondere kwestie, maar

„breed opgevat en in het algemeen gesproken, kan er alleen

„goeds voortkomen uit het toekennen van gelijke politieke

„rechten aan beide geslachten." Joseph Cook schrijft dat wij den inhoud van zijn brief mogen gebruiken op een wijze als ons goed dunkt.

Uit Finland ontvingen wij bericht dat de Finsche regeering niet het recht heeft zich met andere regeeringen in verbin-

(7)

K V O L U T 1 E. 207

ding te stellen en daardoor tot hun leedwezen niet aaa ons verzoek kan worden voldaan. Wel werden ons eenige gedrukte uitspraken van bekende Finsche mannen gezonden, die allen hoogelijk zijn ingenomen met de resultaten van de werking van vrouwenkiesrecht in Finland.

De Eerste Minister van Noorwegen, Gunnar Knodsen, schrijft ons ook, dat hij gaarne aan ons verzoek zal voldoen, indien het verzoek daartoe tot hem komt rechtstreeks van onze Regeering.

Wijl vele Staten onze Regeering .slechts kunnen inlichten omtrent de gevolgen van de invoering van vrouwenkiesrecht, indien onze Regeering zelf het advies vraagt, heeft de Ver.

eeniging voor Vrouwenkiesrecht in een welwillend verleende particuliere audiëntie den Min. van Binn Z., Gort van der Linden, verzocht een Staatscommissie te benoemen, die langs officiëelen weg alle inlichtingen tracht te verkrijgen omtrent dit gewichtig vraagstuk. Het kwam het Bestuur der Vereeni- ging voor Vrouwenkiesrecht voor, dat in den loop der jaren, wel Staatscommissies in het leven zijn geroepen voor minder belangrijke zaken. Minister Gort van der Linden heeft echter gemeend ons verzoek niet te kunnen inwilligen. Het is voorde vele politici, die nog altijd meenen met de invoering van vrou- wenkiesrecht een sprong in het duister te doen, te hopen, dal de Regeering er alsnog toe te brengen zal zijn, om langs offi- ciëelen weg officiöele gegevens te vragen omtrent de wer- king van vrouwenkiesrecht in alle landen waar het bestaat.

Wij, voorstanders van vrouwenkiesrecht, wachten met de grootste gerustheid zulke gegevens af.

Op Donderdag a.s., 26 Maart, zal de laatste der door de Vrije Vrouwenvereeniging voor dit seizoen uitgeschreven praat- avonden plaats hebben. Naar aanleiding van het op 12 Maart behandelde onderwerp: Het prosiilulie-vraagsluk, ingeleid dooi- den heer Benaard Canter, werd besloten voor- den laatsten avond uit te noodigen een spieker van de Rein-Levenbeweging, teneinde de Prostitutie- quaeetie ook van die zijde te hooren toelichten.

Evenals de vorige malen zal ook nu weder d'e bijeenkomst worden gehouden in het American-Hotel en aanvangen te 8i uur.

Uit den Vreemde.

De Afdeeling Internationale Korrespondenlie van hel Nat.

Comité i/z Wettelijke Regeling v. Vrouwenarbeid ontvangt af en toe mededeelingen uit het buitenland, die voor de lezers van Evolutie van belang zijn. Zoo is er nu weer een hoofdartikel in het 15 'Maart-nummer van JVorske lntelligenssedler, een vooruitstrevend blad in Kristiania. Het zegt:

„Naar aanleiding van de konferentie te Zürich, komt nu in de Parlementen van de bij de Associalion Internationale la Proteclion des Travailleurs aangesloten landen, die nog niet zijn medegegaan met de Berner Gonvenlie, achtereenvolgens de vraag ter sprake, of men ©en wettelijk verbod van nacht- arbeid voor vrouwen zal uitvaardigen. Finland en Denemar- ken hebben het tegengehouden, Zweden heeft toegegeven, en nu zal het in Nooi wegen ook weer behandeld worden. Na een lezingvan.de fabrieksinspectrice Julie Arenholt, uit Kopen- hagen, die in haar eigen land met Fru Crone, voorzitster der vakvereeniging van vrouwelike typografen en 'n sociaal-demo- kralies gemeenteraadslid van Kopenhagen, het verbod van vrouwennachtarbeid had welen tegen te houden, had er in Februarie in Kristiania een vergadering plaats, gekonvoceerd door Prof. Brygg, die zich geroepen voelde alle reaklionaire machten bij elkaar Ie halen om de zwakke vrouwen tegen de nachtarbeid te beschermen. Hij kreeg een motie in die geest aangenomen ook, en nu bespreekt Inlelligenssedler de zaak op zijne wijze.

Eerst brengt het blad in herinnering, hoe het steeds voor arbeidswetten en voor de tienurendag, ja voor de achlurendag is opgekomen, daar het in het eeuwige argument der werk- gevers, die miei buitenlandse konkurrentie dreigen, niets ziet.

En dan zegt het:

„Wij kunnen tans evenmin als vroeger ons aansluiten bij , het plan om de nachtarbeid enkel voor vrouwen te verbieden

of goedkeuren, dat de wet een kortere arbeidstijd voor vrou- wen dun voor mannen vaststelt, hetzij in de vorm van een korter maximum-werkdag of door' minder overwerk toe te laten. Het blijkt, dat zulke aparte wetten voor volwassen ar- beidsters direkt tengevolge hebben, of kunnen aangewend worden met het doel, de vrouwen uit de best betaalde en best geregelde soorten van arbeid te verdrijven, die anders juist het best blijken te passen voor vrouwelike arbeidskracht De felle agitatie ten gunste van deze aparte wetten voor de vrou- welike arbeiders heeft het in reaktionairen zin gemunt op de wetenschappeliko en ekonomiese positie der vrouw. In onze samenleving, waar de opvatting heerst — ook in de wetgeving, tengevolge van het jarenlang werken der linkerpartijen — dat de vrouw evengoed een zelfstandig burger is als de man, daar is het een reaktionaire beweging, die nu door wetsbepalingen tracht tegen te houden, dat de vrouw zich tot ekonomiese zelf- standigheid opwerkt. Geen enkele macht zal op den duur die

ontwikkeling kunnen tegenhouden. Hoogstens kan men hin- derpalen in de weg leggen, die de arbeidsvoorwaarden moei- liker en slechter maken voor duizenden vrouwen, die haar eigen kost verdienen en hard moeten zwoegen voor haar brood.

Men werkt tans doelbewust om de vrouwen uit betrekkelik goede beroepen te verdrijven, waarin zij samen met mannen arbeiden, ziedaar nu de drijvende kracht in de agitatie voor afzonderiike bepalingen omtrent de arbeidstijd der vrouwelike industrie-arbeiders."

M. K.

Wij lezen in La ligue, het orgaan der Belgische feministen, dat hel aanstaande congres der arbeiderspartij zich speciaal zal bezighouden met de propaganda voor de vrouwen, wat de socialisten erkennen tot dusver maar al te zeer te hebben veronachlzaamd. Naar het schijnt zullen er belangrijke reso- luties genomen worden.

Een voornaam koopman te' Dresden bracht zijn vrouw, die tijdelijk op zich zelf woonde, een bezoek. Hij vond haar ech- ter niet thuis, doch ontwaarde een brief aan haar adres, waar- op echter niet. zijn naam, doch den haren als jong meisje voorkwam. Hij opende hel epistel, las het en vertrok daarna, den brief achterlatende.

Zijn cchtgenoote was bij haar thuiskomst alles behalve ge- sticht over de achterdochtige nieuwsgierigheid van haar man en diende een aanklacht legen hem in wegens schending van het briefgeheim. In Ie en ook in 2e instantie gaf de rechtbank de vrouw gewonnen en veroordeelde den man tot een boete, ter- wijl het Hooggrechtshof te Leipzig dit vonnis bekrachtigde.

Voortaan zal het dus aan Duitsche mannen verboden zijn, op poene van betaling eener boele, zonder speciale toestemming hunner vrouwen, de aan haar gerichte brieven te openen.

Allerwege verheffen zich de stemmen legen hel steeds meer om zich heen grijpende gevaar van den syphilis. Thans heelt zich in Engeland een organisatie gevormd" om legen deze ge- varen den strijd aan Ie binden onder presidium van Dr. Mal- coln Morris. Waar alleen in Londen ieder jaar 40.000 syphüis- lijders voorkomen welk getal over het geheele koninkrijk IÜO.000 bedraagt daar is het zeer zeker meer dan gewcnscht.

niet langer kiekeboe Ie blijven spelen in deze zoo hoogst ern- stige aangelegenheid die meer dan iets anders de volksgezond- heid nauw raakt. De referaten op hel internationaal genees- kundig congres, in 1913 Ie Londen gehouden over syphilis en slaatsgevaar door Prof. lïlaschko uil Berlijn en Prof. Finger uit Weenen in de afdeeling voor geslachtsziekten, waren oor- zaak, dat de Morning Post de bijzondere aandacht voor dit onderwerp vroeg van het groote publiek, waardoor met de tot dusver zoo angstvallig volgehouden geheimzinnigheid gebro- ken werd. Dit internationale medische congres gaf tevens den stoot aan de benoeming van een staatscommissie, die zich met deze aangelegenheid heeft bezig Ie houden, een commis- sie, waarin drie vrouwen zitling hebben. Op dit gebied raken gelukkig ook meer en meer de geesten vaardig. Het verschij- nen van 'n brochure als Mogen wij zwijgen, van de hand van Mevr. Schoemaker, het onlangs uitgekomen werk .van Cora Westland, getiteld: Levenswond, in ons land, het pas ver- schenen boek van Chrisfabel Pankhurst The great scourge, dat alles wijst er op, dat ook der vrouwen aandacht zich steeds meer tot dien geesel bepaalt en der vrouwen kracht zich in steeds wijder kring tot het bestrijden van dien geesel gereed maakt.

Vergaderingen.

Donderdagmiddag, 19 Maart, had in hel American-Hotel de laatste leden-vergadering plaats van de Verecniging Tentoon- stelling „De Vrouw 1813—1913".

Na een zeer kort openingswoord van de presidente, Mevr.

Dr. Mia Boisscvain, die den wensch uitsprak dat dit de laatste loden-vergadering zou mogen zijn, iets wat afhangen zou van de besluiten, door deze vergadering Ie nemen, werden de no-

lulen der vorige leden-vergadering, gehouden op 29 Sept. 1913, voorgelezen en goedgekeurd. Daarna kreeg Mevr. RosaManus hel woord, teneinde haar verslag voor te lezen, waarin onder andere gememoreerd werd, hoe in de kleine localileit op het Damrak 28—30 vergaderd is zonder eind, welke talrijke be- sprekingen tot veel teleurstellingen naast veel aangenaams en opwek kónds in dat. te zamen opgaan voor één doel hebben ge- leid. Vooral de zoo hartelijke en op ruime schaal geboden hulp door dé vrouwen in Oost en West werd dankbaar herdachten het behoeft, geen beloog, dat daarbij het Indische Huis, de clou van de tentoonstelling, niet werd vergeten.

De verschillend© vorstelijke bezoeken van II.H. M.M. de Ko- ningin en de Koningin-Moeder en van Prins Hendrik, die van de leden van den Internationalen Vrouwenraad, der Interpar- lementaire Unie en van het Woningcongres, van Rev. Shaw en Mrs. Ghapmann—Caft, benevens dat van den Hongnarschen pauselijken prelaat Monseigneur Gieswein, werden in het ver- slag der secretaresse nog eens herdacht en gewezen werd op de belangstelling, waarvan o.a. de heer Gieswein zoo onom-

(8)

208

EVOLUTIE.

wonden blijk gaf. Als een faclor, die de gezelligheid in de zolen aan de bezoekers vooral ten goede kwam, werd er aan herinnerd, hoe bijna altijd één of meen- leden der verschillen- de sub-commissies in hare afdeelingen tegenwoordig waren, om het publiek rond te leiden en voor te lichten, daarbij ijve- rig geholpen door een staf van jonge dames, onder den naam van „vrijwillige hulpen" op de tentoonstelling wèl bekend. Tal van diploma's wei-den aan verschillende vereenigingen, instel- lingen en scholen, maar ook aan particulieren door het Be- stuur der tentoonstelling uitgereikt, daarin geadviseerd door de besturen der sub-commissies.

Vooral ook bij de moeilijke taak, die de leden van het rege- lingscomité te vervullen hebben gehad, voor wie de aanvrage om inlichtingen dag in, dag uit bij het informatiebureau bin- nen kwamen, werd in het verslag nog even stilgestaan.

Door de Red cross and Nat. Health service exhibilion, in Aberdeen,, werd het verzoek tot het Bestuur gericht om van de beide tuberculosekamers modellen te doen vervaardigen.

Een gedenkboek zal de herinnering aan de tentoonstelling bij velen levendig houden, terwijl'verder als directe uitvloeisels van de tentoonstelling zijn te beschouwen: hel Eerste Natio.

nale Vrouwen Assurantie-Kantoor, hef comité tol oprichting van een coöperatieve vrouwen-voorschotbank en de Vereent' ging voor den Surinaamschen Vrouwenarbeid, en als indirect uitvloeisel is het nieuw-ve>rschenen 14-daagsch blad De Ne- derlandsche Vrouwengids te beschouwen

Daarop bracht Mevr. Asser—Thorbecke het finantiëel ver- slag uit, waaruit bleek, dat na aftrek van alle reeds gedane en nog te verwachten uitgaven, die Ie zamen f 297.631 bedroe^

gen, van de inkomsten der tentoonstelling, groot f 327.259, een batig saldo van f 29.628 restte. Een batig saldo kan het eigen- lijk niet genoemd worden, daar er pas van 'n batig saldo spra- ke zou kunnen zijn, nadat het waarborgkapitaal teruggestort zou zijn. Van de thans resteerend© f 29.628 zou 25 % worden teruggestort aan de houdsters van aondeelen in het waarborg- kapitaal, waarna er nog f 2.800 ruim in kas blijft, Nadat het finantiöel verslag door de vergadering goedgekeurd Was, kwam de vraag aan de orde of thans lot de ontbinding der vereeni- ging zou worden overgegaan. Er konden dan 2 personen door de vergadering worden aangewezen, die de nog loopende, wei- nig beteekenende zaken afwikkelden. Er werden in verband

hiermee nog eenige vragen gesteld, o.a. of de tentoonstelling dan in 't geheel geen eigendommien had, waarop de pres. ant- woordde, dat er niet veel bezit en in geen geval waardevol bezit aanwezig was. Aan de musea was na de sluiting éénen ander deels ten geschenke, deels in bruikleen afgestaan. Men besloot het in bruikleen afgestane alsnog ten geschenke aan te bieden. De dames, die de zaak af te wikkelen zouden krij- gen zullen zich hierover, zoo noodig, nog tot de sub-commis- sies wenden om inlichtingen.

Nadat door de vergadering de presidente en de secretaresse waren genoemd om deze afwikkeling aan op te dragen, stelde één der aanwezigen voor de penningmeesteres daaraan toe te voegen. Aldus werd besloten en aan de dames Dr. Mia Bois- sevain, Rosa Manus en Asser—Thorbecke werd opgedragen de verdere afwikkeling ter hand te nemen. De president© stelde thans aan de orde op welke wijze beschikt moest worden over 'n eventueel restantje van de f 2.800, nadat hiervan de mo- gelijk nog te verwachten kleinere uitgaven bestreden waren.

Na eenige discussie hierover kwamen er drie voorstellen in stemming: 1. Een mogelijk resteerend bedrag te storten in de kas van den Nationalen Vrouwenraad; dit voorstel viel, even- als het tweede, dat bedoelde het te bestemmen vooi* de Vrou- wen-voorschotbank, terwijl het derde voorstel, een eventueel resteerend bedrag voor de kassen der drie organisaties voor vrouwenkiesrecht ponds-pondsgewijze te verdeelen, aangeno- men werd.

De uitgaven van de tentoonstelling, waarvan er reeds twee het licht zagen, werden nog eens onder de aandacht der aan- wezigen gebracht en er werd op gewezen, dat ze in de zaal aanwezig en'tegen den kostenden prijs te bekomen zijn.

Deze uitgaven zijn: „Algemeene Statistiek van de Vrouw in Nederland", prijst f o.25, en „Het vraagstuk van den bedrijfs- arbeid der Vrouw in Nederland", f 1.25. Zoo juist verschenen was: 12 Voordrachten, op de Tentoonstelling gehouden, prijs f 0.75. De 4de uitga.ve: „Statistische en andere mededeelingen uit de Afdeeling Onderwijs", prijs f 0.75, was nog niet ver-

Advertenties.

schenen, evenmin als de vijfde: Het Gedenkboek, dat echter eerstdaags verkrijgbaar gesteld wordt.

Tot slot kreeg Mevr. Naber het woord om het indirecte uit- vloeisel der Tentoonstelling, de Nieuwe Vrouwengids, onderde aandacht der aanwezigen te brengen. Ze wekte allen krachtig tot steun op, door een abonnement van het nieuwe tijdschrift, dat den medewerksters een behoorlijk honorarium verzekerde en geheel onafhankelijk wenscht te blijven.

Hierna nam de presidente het woord, om met dank aan allen, w.o. enkelen met name genoemd werden, het afscheids- woord te spreken.

inzonderheid de heer .Mr. Asser, die 't bestuur van den aan- vang af trouw en geheel belangeloos terzijde had geslaan, weid herdacht Als blijk van waardeering zal hem eerstdaags een door Mevr. Drupsteen geschilderd portret van zijn doch- tertje worden aangeboden. Nadat de presidente nog eenige waardeerende woorden aan de pers had gewijd, sloot zij deze laatste vergadering, die een eind maakte aan de vele samen- komsten in 1913 gehouden door vrouwen van zeer uitéénloo- pende opvallingen vaak.

Literatuur.

Al weder een nieuw vrouwenblad! Opgebouwd uit de Ten- toonstelling „De Vrouw", waar de gedachte, dat heel die één- heid, welke plots uiteen zou spatten, om zich te verspreiden her en der, de idee deed ontkiemen om een band te vormen tusschen die verschillende, misschien elkander nooit weer ont- moetende, toch in geest niel gescheiden deelen, ligt daar De Ne- derlandsche Vromvengids, onder Redactie van de dames Air.

C. Bakker—v. Bosse, H. v. Biema—Hymans, Johanna \V. A.

Naber en M. C. Reesse. Het blad veertiendaags en de vorm zoodanig, dat het bijzonder geschikt is tot inbinden en als boek te prijken in salon en huiskamer.

In haar openingswoord zegt de Redaclie, dat het blad stipt neutraal zal zijn; er plaats in zal wezen voor elke gedachte, elke meening. De medewerksters zullen goed worden gehono- reerd en verschillende rubrieken komen in aanmerking: „be- richten uit binnen- en buitenlandsch maatschappelijk vereeni- gingsleven, boekaankondigingen, beschouwingen van letter- kundigen en sociaal-poli tieken aard, tooneel- en kunstkritie- ken, verslagen van congressen en tentoonstellingen, ter afwis- seling een gedicht, een ïoman, een historisch-biografische stu- die, reisindrukken." Zeker niet weinig. Waar de tekst er zich toe leent, zal het blad ook illustraties geven.

Men kan zich abonneeren bij den uitgever, Kneuterdijk 16, den Haag. De prijs is ƒ3.— per half jaar bij vooruitbetaling.

Kort overzicht v.d. werking v.d. wetgevende macht in onze Staat. Door Elisabcth H. M.

v.d. Hoeveo.

, Uitgave v.d. V>r. v . V r o u w e n - Kiesrecht. Prijs 30 ets.

Een broodnoodig iets. Populair geschreven, stelt dit werkje ieder in staat zich een juist denkbeeld te vormen van ons staatsbestuur en staatsinrichting. Een uitgave als die der Wetsartikelen en indertijd die van den heer F. Domela Nieu- wenhuis: Hoe ons land geregeerd wordt, uitgaven die meer doen voor de algemeene ontwikkeling dan honderden lezingen over staathuishoudkunde, meestentijds te diepzinnig voor een gewoon menschenbegrip. Alles hier kort en duidelijk.

Een paar, ons bedunkens, vergissingen: niet alle beschaafde landen hebben een Grondwet in den zin die het woord zelf aangeeft; Engeland b.v. heeft er geen. Ook het als axioma aannemen, dat daar waar de partijen te zwak blijken te zijn om een Kabinet te formeeren, het Hoofd van den Staat zijn of haar toevlucht heeft te nemen lot een extra-parlementair Kabinet, lijkt ons eenigszins gewaagd. Op het oogenblik een dusdanig precedent geschapen, edoch daarmede is het nog niet geproclameerd tot staatsinstelling.

Het boekje zal zijn weg wel vinden en leden van Vrouwen- kiesrecht in eerste instantie behooren het in hun bezit te heb- ben. Van hen zal dan niet meer gezegd kunnen worden, wat men nu nog wel eens te hooren krijgt: zij welen niet eens, hoe het landsbestuur is samengesteld. De Vereeniging heeft voor- zeker de schrijfster dankbaar te zijn voor haar arbeid.

:- Autour du Travail -:

par W. DRUCKER.

Rede door de schrijfster gehouden ter gelegenheid van het Congres te Stockholm. — Prijs 2 0 cents. Verkrijgbaar aan 't adres van „EVOLUTIE", Roelof Hartstraat 131. :•:

Nieuw-Malthusiaansche Bond

Opgericht 2 November 1881.

Gehuwden kunnen gratis inlichtingen be-

komen betreffende het doel dezer Vereen.,

Hoofdbureau: Yerhulststraat 9, Den Haag.

(9)
(10)

7

(11)

T

(12)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Naar aanleiding van een vraag van de heer Coolen antwoordt mevrouw Gerits dat in het kader van subsidiering Slachtofferhulp momenteel een discussie gevoerd wordt over de vraag of

de Staat kan ook door indirecten steun (subsidie) het particulier initiatief holpen; vereischte voor goed resultaat daarbij ook: voeding en klee- ding: VI. niet wil het Comité

mogen van tal van personen voor bijna haar heele leven. Gesteld toch dat een vrouw moeder wordt op haar drie-en-twinstigste jaar en met een tijdsverloop van telkens drie jaar,

Voor mijn vakantie hebben we elkaar gesproken op 11 juni over het verplaatsen van jullie woonboot van &#34;buiten de palen&#34; naar &#34;binnen de palen&#34; om de veiligheid

keiijk te wijten aan onvoorzichtigheid of gebreken harerzijds ! Zeker, er zijn jong-gehuwdo vrouwen moedeloos, levenszat, zenuwachtig, droef, daar echter niet voor noodig dat

Men vergete daarbij vooral niet, dat invloed moet gezocht worden in alle kringen; dat de vrouwen — waaronder rechtschen zoo goed als linkschon en uiterst-linkschen — allen

We kunnen veel spreken over zonde maar werkelijk voor God uitroepen dat we niet alleen zonden doen maar zonde zijn daar gaat het om.. Bij het stuk over het recht vallen mij

Dit betekent dat voor een bijzondere locatie als deze de mogelijkheid dient worden te geven voor het ontwikkelen van een zonnepark op het volledig areaal en niet voor 5 ha..