Vraag nr. 100 van 5 maart 2004
van mevrouw MARIJKE DILLEN
Motie bijzondere jeugdzorg – Stand van zaken In een met redenen omklede motie heeft het Vlaams Parlement aan de Vlaamse regering ge-vraagd het overleg met de sector van de bijzondere jeugdbijstand voort te zetten om een afdoende op-lossing te vinden voor de problemen met betrek-king tot de werbetrek-kingskosten (Stuk 2039 (2003-2 0 0 4 ) – Nr. 2).
1. Heeft dit overleg reeds plaatsgehad ? Wat is de stand van zaken ? Zijn er reeds concrete resul-taten bereikt ? Zo ja, welke en wat zijn hiervan de gevolgen ?
2. Is er reeds een onderhandelingspad uitgetekend om tegemoet te komen aan de behoeften van de sector ? Wat houdt dit in ?
3. Op welke wijze wordt er rekening gehouden met de verschillen tussen de deelsectoren, o m een zo adequaat mogelijk antwoord te formule-ren op de behoeften ?
Antwoord
Zoals ik al aankondigde in mijn antwoord op de vraag van mevrouw Ilse Van Eetvelde over de bud-getten van de voorzieningen van de bijzondere j e u g d z o r g, werd het overleg met de sector onverminderd voortgezet (Handelingen Commissiever -gadering nr. 98 van 15 januari 2004, blz. 1-5 – red.). Op 5 februari 2004 (de dag nadat de motie in het Vlaams Parlement is goedgekeurd) had trouwens al een volgend gesprek plaats.
Tijdens dit gesprek werd het volgend stappenplan bevestigd.
Op lange termijn
In samenwerking met de KU Leuven ( K a t h o l i e k e Universiteit Leuven – red.) start de afdeling Coör-dinatie en Beleidsondersteuning een onderzoek naar de financiering in de sector Bijzondere Je u g d-b i j s t a n d . Doel is te komen tot een duidelijk d-beeld van de financiële toestand van individuele, door de Bijzondere Jeugdbijstand erkende, private voorzie-n i voorzie-n g e voorzie-n , de hele erkevoorzie-nvoorzie-nivoorzie-ngscategorie waartoe ze be-horen en het globale door de Bijzondere Je u g d b i j-stand erkende aanbod. Hiervoor leveren
voorzie-ningen hun financiële gegevens aan in een op maat geschreven softwarepakket. Deze financiële infor-matie wordt gebundeld en geobjectiveerd als basis voor objectieve interpretatie en financiële analyse van de jaarrekeningen.
Voor dit onderzoek wordt een gemengde werk-groep in het leven geroepen met als doel objectie-ve informatie te objectie-verzamelen en beleidsaanbeobjectie-velin- beleidsaanbevelin-gen te formuleren. Deze werkgroep zal bestaan uit vertegenwoordigers van de koepelorganisaties, d e afdeling Bijzondere Je u g d b i j s t a n d , de afdeling Inspectie en To e z i c h t , het MISteam ( M a n a g e m e n t i n -formatiesysteem – red.) en ten slotte een vertegen-woordiging uit wetenschappelijke hoek.
Ik verwacht binnenkort een voorstel tot planning en timing van de afdeling Coördinatie en Beleids-ondersteuning.
Op korte termijn
De subsidies aan de private voorzieningen zijn ge-baseerd op drie pijlers :
– de personeelskosten die bij correcte toepassing van de regelgeving aan 100 % worden gesubsi-dieerd ;
– de verblijfskosten voor de minderjarigen die per effectieve verblijfsdag van een minderjarige in een voorziening forfaitair worden gesubsidieerd (bij de verblijfssubsidies kunnen ook de subsi-dies voor bijzondere kosten worden gevoegd) ; – de subsidies voor de werking en de
infrastruc-tuur van de voorzieningen.
Voor deze laatste component vragen de voorzie-ningen een aanpassing. Dit kan enkel door het be-sluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 inza-ke de erinza-kenningsvoorwaarden en de subsidienor-men voor de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand te wijzigen.
In het ontwerp van decreet houdende aanpassing van de algemene uitgavenbegroting van de V l a a m-se Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2004, d a t weldra aan het Vlaams Parlement ter stemming zal worden voorgelegd, is opgenomen dat 2.000.000 euro zal worden overgeheveld naar het Fonds Bij-zondere Je u g d b i j s t a n d . Deze recurrente middelen zullen kunnen worden gebruikt om de forfaits voor de werking en de infrastructuur met ingang van 1 januari 2004 te verhogen. Hierbij zal uitdrukkelijk rekening gehouden worden met de verschillen tus-sen de erkenningscategorieën, zoals die uit de ana-lyses van mijn administratie naar voren kwamen. Onder voorbehoud van goedkeuring van het ont-werp van decreet tot aanpassing van de algemene uitgavenbegroting én de nodige goedkeuringen van de financiële overheden, zal in overleg met de sec-tor gezocht worden naar een verdeelsleutel om, i n verhouding tot het indicatief tekort dat vastgesteld werd in de analyse uitgevoerd door de administra-t i e, de subsidie voor werking en infrasadministra-trucadministra-tuur aan te passen. Op basis van deze berekeningen zullen de forfaits voor de werking en de subsidie aange-past worden middels een ontwerp van besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 inzake de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen van de voorzieningen van de bijzondere jeugdbijstand. Dit is ondertussen reeds besproken met de koepel-organisaties.
Ik ben ondertussen de nodige voorbereidingen aan het treffen om, zodra het ontwerp van decreet inza-ke de aanpassing van de algemene uitgavenbegro-ting goedgekeurd is, zo spoedig mogelijk de nodige stappen tot wijziging van het erkenningsbesluit te kunnen zetten.