AD 09 - 2003 - 1 / 3
ADVIES Nr 09 / 2003 van 27 februrari 2003.
O. Ref. : 10 / A / 2002 / 049
BETREFT : Adviesaanvraag van de Minister van Binnenlandse Zaken aangaande een ontwerp van koninklijk besluit waarbij het Nationaal Instituut voor
oorlogsslachtoffers gemachtigd wordt toegang te hebben tot het
Rijksregisternummer van de natuurlijke personen en het identificatienummer ervan te gebruiken
De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,
Gelet op de Wet van 8 december 1992, gewijzigd bij de wet van 11 december 1998 op de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,
Gelet op de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, inzonderheid artikel 5, lid 2, a, en artikel 8;
Gelet op adviesaanvraag door dhr. Federaal Minister van Binnenlandse Zaken, door Commissie ontvangen op 19 december 2002,
Verleent op de zitting van 27 februari 2002 hiernavolgend advies,
AD 09 - 2003 - 2 / 3
1. Het ontwerp van K.B. strekt ertoe het Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oud-strijders en oorlogsslachtoffers te machtigen toegang te hebben tot de
informatiegegevens van het Rijksregister en het identificatienummer ervan te gebruiken.
2.1. Het Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden is een instelling van openbaar nut ingesteld bij de Wet van 8 augustus 1981 tot oprichting van het Nationaal Instituut voor oorlogsinvaliden, oud-strijders en oorlogsslachtoffers en van de Hoge raad voor
oorlogsinvaliden, oud-strijders en oorlogsslachtoffers. De instelling is onderworpen aan de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut.
2.1. In het Verslag aan de Koning worden de opdrachten van het N.I.O.I. als volgt beschreven:
- materiele bijstand aan de onderdanen en morele bijstand aan de onderdanen en aan de vaderlandslievende verenigingen
- controle van de oproepen op de publieke vrijgevigheid
- verlenen van de geneeskundige verzorging aan de invalide onderdanen - instelling van een kredietdienst die aan de onderdanen leningen toekent Concreet komt het N.I.O.I. onder meer tussen in de geneeskundige, paramedische, farmaceutische, hospitalisatie en prothesekosten voor alle oorlogsinvaliden.
2.2. De Commissie stelt vast dat, overeenkomstig een heersende opvatting van de Commissie,de toegang tot elk gegeven , bedoeld in artikel 3, eerste lid van de wet van 8 augustus 1983 wordt gemotiveerd.
Zo wordt de vraag tot toegang gesteld en voldoende gemotiveerd voor de hiernavolgende gegevens:
- naam en voornaam( 1°) - geboorteplaats en datum ( 2°) - hoofdverblijfplaats (5°)
- plaats en datum van overlijden (6°) - burgerlijke staat (8°)
- samenstelling gezin (9°)
De vraag van N.I.O.I, nl. om toegang te hebben tot de opeenvolgende wijzigingen van de informatiegegevens van het Rijksregister, om het laatste adres voor de verblijfplaats die opgenomen is in de informatiegegevens die door de gerechtigde personen meegedeeld werden, te kennen, komt gerechtvaardigd voor.
2.3. Het N.I.O.I vraagt eveneens de machtiging om het identificatienummer van het Rijksregister te gebruiken. De motivering nl. “ om de informatie-uitwisselingen met de Ziekenfondsen en de verschillende instellingen van sociale zekerheid, via de Kruispuntbank voor de sociale zekerheid, te vergemakkelijken, via een enkel identificatienummer, nl. het nummer van het Rijksregister, “ komt gerechtvaardigd voor.
2.4. De toegang tot de informatiegegevens van het Rijksregister en het gebruik van het identificatienummer ervan, zijn volgens de ontwerptekst voorbehouden aan de
Administrateur-Generaal van het N.I.O.I. evenals “ aan de personeelsleden die hij aanwijst wegens hun respectieve bevoegdheden.”
AD 09 - 2003 - 3 / 3
De Commissie stelt met tevredenheid vast dat enkel bepaalde personen, bij naam
aangewezen, toegang zullen hebben tot het Rijksregister en het identificatienummer zullen gebruiken, en dat deze personen hiervoor een verklaring m.b.t. de veiligheid en de
vertrouwelijkheid dienen te ondertekenen.
De Commissie wenst, en dat in tegenstelling tot een aanbeveling van de Raad van State, dat de lijst van die personen, continu bijgewerkt, ter haar beschikking zou worden gehouden in plaats van haar periodiek zou worden opgestuurd. De Commissie vestigt er in dit verband de aandacht op dat bepaalde koninklijke besluiten reeds het voorschrift bevatten betreffende "het ter beschikking houden" van bedoelde lijst.
Dergelijk voorschrift tracht immers de bestaande procedures in overeenstemming te brengen met de administratieve realiteit. De Commissie vindt dat het ter beschikking houden van de lijst de permanente bijwerking ervan door de verantwoordelijken voor de verwerking, vergemakkelijkt.
Om deze redenen :
Verleent de Commissie een gunstig advies.
Voor de secretaris, De voorzitter,
wettig verhinderd,
(get.) D. GHEUDE, (get.) P. THOMAS
adviseur