Rapport Hydraulisch en technisch advies Stad Antwerpen
Mechelsesteenweg 41 addendum
Verkavelaar/bouwheer:
PAPHIBRI Kloosterstraat 5 2000 Antwerpen 04 95 57 47 37
patrickvanduffel@gmail.co m
Studiebureau/architect:
DIA Architecten Genkersteenweg 450 3500 Hasselt
04 97 37 08 08
1. Situering project
In het kader van Water-Link formuleert Aquafin een hydraulisch advies aangaande de vraag tot aansluiting van het afval- en regenwater van een project gelegen te Mechelsesteenweg 41, 2018 Antwerpen. De aanvraag betreft de aansluiting van een nieuwe handelszaak met 6 appartementen . De bouwheer is PAPHIBRI.
Het project bevindt zich in fase vergunningsaanvraag.
In de Mechelsesteenweg is een gemengde riolering aanwezig. Deze is eivormig en heeft een breedte van 1.340 mm en een hoogte van 1.780 m. Vloei (BOK) bevindt zich op een diepte van ca. 3,4 m-TAW, de leiding ligt op een diepte van ca. 3,6 m-mv. Er is in bestaande toestand voor dit project een huisaansluiting of wachtaansluiting aanwezig, er dient dus geen nieuwe aansluiting gemaakt te worden.
2. Addendum mei 2021
Er is niets gewijzigd tov voorgaand dossier. Het origineel advies blijft geldig.
3. Origineel Advies
Het project kan worden aangesloten onder volgende voorwaarden:
Hemelwater afkomstig van de terrassen moet afgevoerd worden via de regenwaterleidingen, niet via de afvoer van het huishoudelijke water.
Water afkomstig van de overloop van de filterput moet via de infiltratievoorziening passeren en mag niet onmiddellijk worden afgevoerd. Het is aangeraden om de overloop van de filterput rechtstreeks op de infiltratiezuilen aan te sluiten. Als de overloop van de filterput toch op de overloop van de infiltratiezuil wordt aangesloten dient er voor gezorgd te worden dat water van de filterput enkel in de RWA-afvoer kan lopen als de infiltratiezuilen vol staan.
Regenwater afkomstig van groendaken dient een gepaste voorzuivering/filtering te doorlopen voor het hergebruikt kan worden.
Er dient maximaal te worden ingezet op het hergebruik van hemelwater om zo de waterhuishouding te optimaliseren. Daarnaast is dit ook financieel voordelig.
RWA en DWA moeten volledig gescheiden tot op de rooilijn worden gebracht. De vergunningsaanvrager dient een externe toezichtmogelijkheid op beide aansluitingen te voorzien.
RWA en DWA dienen op een afstand van ca. 50 cm van elkaar aan de rooilijn te worden gebracht.
Gravitaire kelderaansluitingen zijn niet toegelaten. Indien er afvoerpunten van het gebouw (bijv.
klokrooster) lager gelegen zijn dan het straatniveau t.h.v. de leiding dient de aansluiting beveiligd te worden tegen terugstroming. Dit kan door aan te sluiten via een terugslagklep of pomp. Een terugslagklep dient te worden geplaatst in de aankomende leidingen en niet in de infrastructuur van de rioolbeheerder.
De aansluiting dient te gebeuren op een diepte van 80 cm onder het straatniveau. Afwijkingen hiervan kunnen eventueel toegelaten worden mits een gemotiveerde aanvraag.
4. Motivatie advies
4.1 Check intern gescheiden stelsel
Regenwater en afvalwater worden zo goed als gescheiden ingezameld. Het regenwater dat op de terrassen valt dient op het RWA net te worden aangesloten, niet op de afvoer van het sanitaire water.
Als dit wordt aangepast kan er op de riolering worden aangesloten.
4.2 Aansluiting vuilwater (DWA)
Het project is gelegen in centraal gebied. Het afvalwater dient dus aan te sluiten via een septische put waarop enkel het zwart water op aangesloten wordt.
De septische put(ten) is (zijn) correct gedimensioneerd.
Er is een gemengde riolering in de straat. De DWA dient ter hoogte van de rooilijn samen genomen te worden met de RWA en zo via één huisaansluiting aan te sluiten op de gemengde leiding in de straat.
Indien er afvoerpunten van de woning (bijv. klokrooster, afvoerput) lager gelegen zijn dan het straatniveau t.h.v. de collector dient de aansluiting beveiligd te worden tegen terugstroming. Dit kan door aan te sluiten via een terugslagklep of pomp. Het waterpeil in de riolering kan bij hevige neerslag tot dat peil stijgen. De terugslagklep dient geplaatst te worden in de aankomende leidingen.
De diameter van de DWA-huisaansluiting staat niet vermeld op het plan. Deze dient 125mm tot maximaal 200mm te bedragen.
4.3 Aansluiting hemelwater (RWA)
Plat dak (grotendeel groendak) 350 m²
Totaal aangesloten verharde oppervlakte 350 m² Het grote terras achteraan is niet aangesloten, hemelwater infiltreert op eigen terrein.
Voor de afvoer van hemelwater moet de voorkeur gegeven worden aan de volgende afvoerwijzen in afnemende graad van prioriteit:
opvang voor hergebruik (hemelwaterput);
infiltratie op eigen terrein;
buffering met vertraagd lozen in een oppervlaktewater of een gracht;
en tot slot lozing in de hemelwaterafvoerleiding (RWA) of gemengde leiding in de straat.
Slechts de overloop van een regenwaterput en/of infiltratiesysteem of de leegloop van een bufferbekken mag het perceel verlaten naar een afvoerweg.
Het regenwater wordt opgevangen in een regenwatervolume van 10.000 l. Het regenwater zal gebruikt worden voor toiletten en buitenkraan. Er wordt niet aangegeven hoeveel toiletten er worden aangesloten. Er dient maximaal op hergebruik te worden ingezet, dit komt de waterhuishouding ten
Er is een gemengde riolering aanwezig in de straat. De RWA dient ter hoogte van de rooilijn samen genomen worden met de DWA en zo samen via één huisaansluiting aan te sluiten op de gemengde riolering
De hemelwaterafvoer (of regenwaterafvoer) wordt aangesloten op een leiding waarlangs ook afvalwater getransporteerd wordt. Bij hevige neerslag houdt dit het risico in dat er afvalwater terechtkomt in de hemelwaterput. Daarom raden wij aan om de overloop van de hemelwaterput uit te rusten met een terugslagklep.
De diameter van de RWA-huisaansluiting staat niet vermeld op het plan. Deze dient 125mm tot maximaal 200mm te bedragen
