Rijen/kolommen invoegen
■ Om een enkele rij/kolom in te voegen, selecteert u de volledige rij of kolom (door te klikken op het nummer van de rij of op de letter van de kolom) waarna u een nieuwe wilt invoegen.
Om meerdere rijen/kolommen in te voegen, selecteert u zoveel rijen of kolommen als u wilt invoegen.
U kunt niet meerdere rijen en kolommen tegelijk invoegen.
■ Activeer de tab Start en klik op de knop Invoegen in de groep Cellen of gebruik de sneltoets Ctrl + of activeer de optie Invoegen in het snelmenu van de selectie.
» Als u een rij (of een kolom) wilt invoegen, krijgt het toegevoegde item de opmaak van het voorgaande item. U kunt deze optie wijzigen door op de knop te klikken (die naast het toegevoegde item wordt weergegeven) en door de optie Opmaak hetzelfde als boven/onder (voor een rij), Opmaak hetzelfde als links/rechts (voor een kolom) of de optie Opmaak wissen te selecteren.
Rijen/kolommen verwijderen
■ Selecteer de volledige rijen (of de kolommen) die u wilt verwijderen, door de nummers van de rijen (of de letters van de kolommen) te selecteren.
■ Activeer de tab Start en klik op de knop Verwijderen in de groep Cellen of gebruik de sneltoets Ctrl ‐ of activeer de optie Verwijderen in het snelmenu van de selectie.
De breedte van de kolom/de hoogte van de rij wijzigen
■ Selecteer elke betreffende kolom met gelijke breedte (of elke betreffende rij met gelijke hoogte); als het een enkele kolom/een enkele rij betreft, selecteer deze dan niet.
■ Wijs het verticale streepje rechts naast een van de betreffende kolommen aan (of het horizontale streepje onder het cijfer van een van de rijen):
Het uiterlijk van de muisaanwijzer verandert.
■ Versleep het streepje dan zonder de linkermuisknop los te laten.
De nieuwe breedte (hoogte) wordt weergegeven door een stippellijn en de bereikte waarde wordt weergegeven in een infoscherm.
■ Laat de muisknop los als u de gewenste breedte (hoogte) heeft bereikt.
» De breedte van een kolom wordt aangeduid in aantal tekens (en in pixels) en de hoogte van de rij in punten (en in pixels).
Om het geheugen van uw computer niet te zwaar te belasten, kunt u uw werkbladen beter op deze wijze onderverdelen dan met het invoegen van rijen en kolommen.
De breedte van een kolom/de hoogte van een rij aanpassen
De kolombreedtes worden dus berekend op de langste cel van de kolom en de rijhoogtes worden op basis van de hoogste cel van de rij berekend.
■ Selecteer indien nodig de betreffende rijen of kolommen.
■ Voor een kolombreedte dubbelklikt u op het streepje rechts naast de letter van de betreffende kolom.
Voor een rijhoogte dubbelklikt u op het horizontale streepje onder het nummer van de rij.
Lege cellen invoegen
De cellen worden ofwel onder ofwel links van het geselecteerde cellenbereik ingevoegd.
■ Selecteer zoveel cellen als moeten worden ingevoegd.
■ Activeer de tab Start en open de lijst die bij de knop Invoegen hoort in de groep Cellen en klik dan op de optie Cellen invoegen of gebruik de sneltoets Ctrl Shift = of activeer de optie Invoegen in het snelmenu van de selectie.
■ Activeer de eerste of de laatste optie om te bepalen hoe de bestaande cellen moeten worden verplaatst na het invoegen van de nieuwe cellen.
■ Bevestig met de knop OK.
Om een enkele cel in te voegen boven een andere, klikt u op deze laatste en klikt u op de knop Invoegen in de groep Cellen.
Cellen verwijderen
■ Selecteer de te verwijderen cellen.
■ Activeer de tab Start en open de lijst die bij de knop Verwijderen hoort in de groep Cellen en klik dan op de optie Cellen verwijderen of activeer de optie Verwijderen in het snelmenu van de selectie.
■ Activeer de eerste of de tweede optie om te bepalen hoe de cellen moeten worden verplaatst nadat u de geselecteerde cellen heeft verwijderd.
De cellen (rijen of kolommen) worden dus verplaatst en ingevoegd tussen de bestaande cellen (rijen of kolommen).
■ Selecteer de cellen (rijen of kolommen) die u wilt verplaatsen.
■ Wijs een van de randen van de selectie aan totdat de muisaanwijzer de vorm aanneemt van een pijltje met vier punten.
■ Versleep de selectie terwijl u de Shift‐toets ingedrukt houdt.
■ Laat de muisknop los op de plaats waar u de cellen wilt invoegen, die wordt aangeduid met een dikke gearceerde lijn.
» Als u de Ctrl-toets en de Shift-toets ingedrukt houdt terwijl u de selectie versleept, kunt u de cellen, rijen of kolommen kopiëren in plaats van deze te verplaatsen.
De inhoud van een cel over meerdere cellen verdelen
Deze methode gebruikt de Wizard Tekst naar kolommen om de inhoud van een cel over verschillende cellen te verdelen, met behulp van een scheidingsteken zoals een spatie, een komma of een extra lijn.
■ Maak één of meerdere lege kolommen rechts van de cellen waarover de inhoud zal worden verdeeld.
We willen in dit voorbeeld de gegevens van de cellen A5 tot A16 verdelen over de cellen A5 tot C16: de voornamen in kolom A (op de plaats van de huidige gegevens) de familienamen in kolom B en de geboortedata in kolom C.
■ Selecteer het betreffende cellenbereik.
■ Activeer de tab Gegevens en klik op de knop Tekst naar kolommen in de groep Hulpmiddelen voor gegevens.
De eerste stap van de Wizard Tekst naar kolommen wordt geopend.
■ Activeer indien nodig de optie Gescheiden en klik op de knop Volgende.
■ Bij stap 2, in het kader Scheidingstekens, activeert u de optie voor het scheidingsteken dat u wilt gebruiken om de verdeling uit te voeren.
In het veld Voorbeeld van gegevens wordt in verschillende kolommen weergegeven hoe de gegevens zullen worden gescheiden.
■ Klik op de knop Volgende.
■ Bij stap 3 bepaalt u de opmaak van elke kolom:
-
klik in het veld Voorbeeld van gegevens op de betreffende kolom om deze te selecteren,-
kies de opmaak die moet worden toegepast in het kader Gegevenstype per kolom.■ Bepaal de plaats waar de verdeelde gegevens zullen worden weergegeven: gebruik de knop in het veld Bestemming om de verwijzing van de eerste doelcel te bepalen. In dat geval blijven de originele cellen ongewijzigd en de opgesplitste gegevens worden ernaast weergegeven.
■ Klik op de knop Voltooien.
■ Bevestig indien nodig de vervanging van de gegevens door op de knop OK te drukken.
Rijen die duplicaten bevatten verwijderen
Het gaat hier om het verwijderen van rijen die in meerdere kolommen identieke gegevens bevatten.
■ Klik ergens in de tabel.
■ Activeer de tab Gegevens en klik op de knop Duplicaten verwijderen in de groep Hulpmiddelen voor gegevens.
■ In het dialoogvenster Duplicaten verwijderen selecteert u de kolommen met duplicaten die u wilt verwijderen; daarvoor haalt u de vinkjes weg in de selectievakjes die bij de kolommen horen die niet zijn inbegrepen; u kunt ook op de knop Alle selecties opheffen klikken om alle vinkjes in de selectievakjes weg te halen en dan de gewenste kolommen te selecteren of te klikken op de knop Alles selecteren om alle selectievakjes aan te vinken.
In dit voorbeeld worden de rijen met de gegevens verwijderd van de werknemers die dezelfde functie hebben.
■ Klik op de knop OK.