• No results found

NWO Jaarverslag 2019

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "NWO Jaarverslag 2019"

Copied!
170
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

NWO Jaarverslag 2019

(2)
(3)

NWO Jaarverslag 2019

Den Haag, juni 2020

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO)

(4)

Colofon

Dit gedrukte jaarverslag bevat de bestuurlijke verantwoording over 2019 van de raad van bestuur van NWO op basis van de prestatie-indicatoren en de jaarrekening. Het is in het bijzonder bedoeld voor de opdracht- gevers van NWO en haar bestuurlijke relaties in de wetenschap. Het jaarverslag is ook op internet te vinden op www.nwo.nl/jaarverslag.

NWO

De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek is een van de belangrijkste wetenschaps- financiers in Nederland en zorgt voor kwaliteit en vernieuwing in de wetenschap. NWO investeert jaarlijks bijna 1 miljard in nieuwsgierigheidsgedreven onderzoek, onderzoek met betrekking tot maatschappelijke uitdagingen en onderzoeksinfrastructuur. Op basis van adviezen van deskundige wetenschappers en experts uit binnen- en buitenland selecteert en financiert NWO onderzoeksvoorstellen. NWO stimuleert nationale en internationale samenwerking, investeert in grote onderzoeksfaciliteiten, bevordert kennis- benutting en beheert onderzoeksinstituten. NWO financiert ruim 7.200 onderzoeksprojecten aan universiteiten en kennisinstellingen.

Uitgever

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO)

NWO Den Haag Postbus 93138 2509 AC Den Haag +31 (0)70 344 06 40 communicatie@nwo.nl www.nwo.nl/jaarverslag

NWO Utrecht Winthontlaan 2 3526 KV Utrecht +31 (0)30 600 12 11 ttw@nwo.nl info-nwoi@nwo.nl

Den Haag, juni 2020

(5)

Inhoudsopgave

Bestuursverslag

Voorwoord 5

NWO in het kort 7

1 Beleid en programma’s 11

A Strategievorming en samenwerking 11

B Ambitie Nexus: verbinden van agenda’s, wetenschap en samenleving 14

C Ambitie Mensen: perspectief voor onderzoekers 16

D Ambitie Onderzoek 22

E Ambitie Infrastructuur: toegankelijke en duurzame wetenschappelijke infrastructuur 30

F Ambitie Kennisbenutting 32

G NWO-instituten 34

H Open Science 36

2 Werkwijze 39

3 Organisatie en bedrijfsvoering 43

A NWO-organisatie 43

B Niet-financiële verklaring 46

C Personeel 50

D Financiën 53

4 Jaarverslag Raad van Toezicht 71

Jaarrekening

5 Jaarrekening 75

Overige gegevens

Controle verklaring van de onafhankelijke accountant 150

Bijlagen

Bijlage 1: Exploitatie overzicht 2019 specifieke bijdragen 157

Bijlage 2: Samenstelling besturen NWO-koepel in 2019 165

(6)
(7)

Voorwoord

2019 was het eerste jaar waarin NWO uitvoering heeft gegeven aan haar nieuwe strategie voor de periode 2019–2022, ‘Verbinden van wetenschap en samenleving’.

Het eerste jaar dus waarin de raad van bestuur de hierin neergelegde visie en ideeën met betrekking tot de rollen van NWO als verbinder, financier en uitvoerder in de praktijk kon brengen.

Ik kijk hier positief op terug. De nieuwe strategie geeft NWO echt een andere rol in het wetenschapsveld. Neem de nieuwe invulling van onze rol als verbinder, waarmee NWO wil zorgen voor meer afstemming in de Nederlandse wetenschap. We proberen binnen de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) bijvoorbeeld een brug te slaan tussen de wensen van de vakdepartementen en de onder-zoekers die het best in staat zijn bepaalde onderzoeks-projecten uit te voeren. Dit doen we door deze partijen bijeen te brengen in matchingsbijeenkomsten. Het resultaat? Een grotere impact van onderzoek en onderzoeksmiddelen en een beter begrip wederzijds voor wat nodig en mogelijk is.

Een ander mooi voorbeeld van onze verbindende rol is het Hestia-programma, dat NWO in 2019 is gestart.

Hiermee krijgen academici die als vluchteling in Nederland verblijven en die hier een academische loop- baan willen opbouwen of voortzetten, de kans om hun kennis en kunde actief te delen, om het Nederlandse wetenschapsstelsel te leren kennen, en uiteindelijk de loopbaan/onderzoekslijn uit hun thuisland hier voort te zetten. Tegelijkertijd verrijken deze getalenteerde onderzoekers de Nederlandse wetenschap en maat- schappij met de vaak unieke expertise die zij meebrengen.

Nederland bleef ook in 2019 koploper op het gebied van Open Access en Open Science. Zo worden de door NWO opgestelde richtlijnen voor de manier waarop onderzoekers de onderzoeksresultaten voor iedereen beschikbaar moeten stellen, door bijvoorbeeld de Europese Commissie beschouwd als een voorbeeld van de volgende stap op het gebied van datamanagement in een wereld van Open Science. Ook het nieuwe format voor het curriculum vitae in de calls voor de Vernieuwingsimpuls wordt internationaal als een voorbeeld gezien.

Vanuit de rol als financier heeft NWO in 2019 stappen gezet om het ongebonden, nieuwsgierigheids- gedreven onderzoek een impuls te geven. De financiële middelen die in Nederland beschikbaar zijn voor dit type onderzoek, behoren tot de laagste in Europa. Daarom heeft de raad van bestuur het budget voor de Open competitie van 2019 met 25 procent verhoogd. In lijn daarmee kan NWO zich goed vinden in het advies van de commissie-Weckhuysen om het budget voor ongebonden, nieuwsgierigheidsgedreven onderzoek verder te laten groeien, maar – zoals de commissie ook zelf stelt – niet ten koste van het thematisch onderzoek.

Ook als uitvoerder van onderzoek had NWO in 2019 een fantastisch jaar. De impact van het onderzoek aan de NWO instituten is groot, zowel wetenschappelijk als maatschappelijk gezien. Zo ontwikkelde CWI algoritmes waarmee IBM Research de eerste versleutelingsmethode bouwde die gegevens zo beveiligt, dat ze zelfs niet door een toekomstige, zeer krachtige kwantumcomputer ontsleuteld kunnen worden. Conform het advies van de portfolio evaluatiecommissie uit 2018 zullen KNAW en NWO in overleg met het weten- schapsveld het geheel van instituten van KNAW en NWO tegen het licht houden vanuit de vraag waar de wetenschap in Nederland het meest mee is gediend. In 2019 heeft NWO, samen met de KNAW, dit advies nader uitgewerkt.

(8)

Verder hebben we belangrijke stappen gezet om de aanvraagdruk terug te brengen en de honoreringsper- centages te verhogen. En in november 2019 heeft NWO, samen met VSNU, KNAW, NFU en de minister van OCW de handtekening gezet onder een plan om onderzoekers in Nederland te gaan beoordelen en waarderen op hun kerntaken onderwijs, onderzoek en valorisatie. Zo bewerkstelligen we dat bij de beoordeling niet langer alleen de wetenschappelijke output in termen van publicaties in tijdschriften met hoge impactfactoren, h-index en aantal citaties leidend is.

Een bijzondere gebeurtenis die ik in dit voorwoord wil noemen is de verhuizing van de Utrechtse vestiging van NWO. Het nieuwe gebouw biedt niet alleen meer werkruimte voor medewerkers, er is ook ruimte voor bijeenkomsten van wetenschappelijke panels en commissies. Daarmee maken we het nieuwe gebouw tot een centrum van en voor de wetenschap. Onze kernwaarden vormden de basis voor de inrichting ervan:

betrouwbaar, verbindend, betrokken en grensverleggend.

De COVID-19 pandemie stelt ook NWO voor grote uitdagingen. Als onderzoeksfinancier heeft NWO direct middelen ter beschikking gesteld om urgent onderzoek naar het virus en de gevolgen voor mens en maatschappij mogelijk te maken. Daar zijn onderzoekers uit alle wetenschappelijke domeinen inmiddels keihard mee aan de slag. Maar de crisis raakt ook de wetenschap zelf: veel onderzoek ligt stil, bijeen- komsten kunnen niet doorgaan en digitaal onderwijs en zorgtaken trekken een zware wissel op veel onderzoekers. Daarom past NWO de komende tijd het primair proces aan om onderzoekers meer tijd en ruimte geven voor het indienen van aanvragen, en denkt NWO mee met onderzoekers wiens projecten geraakt worden door de crisis zodat lopend onderzoek nog zo goed mogelijk afgemaakt kan worden. Ik heb er vertrouwen in dat, met kennis en wetenschap voorop, Nederland sterker uit deze crisis zal komen.

Prof. dr. C.C.A.M. Gielen

Voorzitter raad van bestuur NWO

(9)

NWO in het kort

2019 is het eerste jaar van de NWO-strategieperiode 2019–2022 ‘Verbinden van wetenschap en samenleving’. Als brede, nationale onderzoeksorganisatie die een actieve bijdrage levert aan het nationale wetenschaps- en innovatiebeleid, vervult NWO verschillende rollen: als strategisch verbinder, als financier en als uitvoerder van onderzoek. In het strategisch plan 2019–2022 zijn hiertoe vijf ambities geformuleerd:

Nexus: verbinding van agenda’s, wetenschap en samenleving;

Mensen: perspectief voor onderzoekers;

Onderzoek: samenwerking voor excellente vernieuwing;

Infrastructuur: toegankelijke en duurzame wetenschappelijke infrastructuur;

Kennisbenutting: effectief gebruik van kennis door co-design en co-creatie.

Financiering van onderzoeksvragen

NWO heeft als doel om excellent onderzoek met een wetenschappelijke en maatschappelijke impact te faciliteren en te stimuleren. Een van de belangrijkste uitgangspunten is dat we de beste onderzoekers en onderzoeksvoorstellen selecteren. Mede door deze inspanning blijft Nederland een belangrijke speler in de internationale onderzoekswereld.

In 2019 financierde NWO wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke onderzoek infrastructuur voor een totaalbedrag van 1 miljard euro. Dit geld is grotendeels besteed aan verschillende programma’s voor talent, vrij onderzoek, de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) en voor onderzoek naar maatschappelijke en economische uitdagingen. Daarnaast ondersteunt NWO wetenschappelijke onderzoek infrastructuur via instrumenten als de Roadmap Grootschalige Wetenschappelijke Infrastructuur en leveren we via het Kennis- en Innovatieconvenant (KIC) een bijdrage aan het topsectorenbeleid van de Rijksoverheid.

Tabel 1 – Verhouding aantal (voor)aanvragen en toekenningen naar financieringslijn

Financieringslijn Aantal aanvragen Aantal honoreringen % Honoreringen

Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal

Nationale Wetenschapsagenda (NWA) 574 380 954 85 50 135 15 13 14

Open Competitie 578 231 809 130 53 183 22 23 23

Regieorganen 568 555 1.123 270 266 536 48 48 48

Talentprogramma 1.279 1.070 2.349 262 216 478 20 20 20

Wetenschappelijke infrastructuur 53 10 63 48 9 57 91 90 90

Overig* 837 328 1.165 381 128 509 46 39 44

Totaal 2019 3.889 2.574 6.463 1.176 722 1.898      

*Overig is inclusief de programma’s uit het KIC. Voor de gegevens met betrekking tot het KIC propositie 2018–2019 zie tabel 10.

(10)

NWO in het kort 8

Van alle (voor)aanvragen die NWO in 2019 ontving, is in totaal 29 procent toegekend. Voor de verschillende strategische financieringsinstrumenten loopt het percentage uiteen (zie tabel 1).

Tabel 2 – Verhouding aantal (voor)aanvragen en toekenningen per strategische ambitie

Strategie-indeling Aantal aanvragen Aantal honoreringen % Honoreringen

Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal

Nexus 168 89 257 89 36 125 53 40 49

Mensen 1.857 1.301 3.158 392 269 661 21 21 21

Onderzoek 1.249 963 2.212 374 322 696 30 33 31

Infrastructuur 53 10 63 48 9 57 91 90 90

Kennisbenutting 562 211 773 273 86 359 49 41 46

Totaal 2019 3.889 2.574 6.463 1.176 722 1.898      

Figuur 1 geeft het aandeel weer van het aantal (voor)aanvragen en het aantal honoreringen per strategische ambitie ten opzichte van het totale aantal (voor)aanvragen en honoreringen in 2019.

Figuur 1 – Aandeel aanvragen en toekenningen naar strategische ambitie

Aanvragen in % Honoreringen in %

4

49 34

1 12

Nexus Mensen Onderzoek Infrastructuur Kennisbenutting

6

35

37 3

19

Onderzoekers en onderzoeksprojecten

De door NWO toegekende subsidies komen voor een belangrijk deel ten goede aan de aanstelling van wetenschappelijk personeel (zie tabel 3). NWO financierde in 2019 ruim 5.500 fte wetenschappelijk personeel aan diverse onderzoeksinstellingen, waaronder hbo-instellingen.

(11)

Tabel 3 – Door NWO (mede) gefinancierd wetenschappelijk personeel (WP) en niet-wetenschappelijk personeel (NWP)

Soort instelling fte  

WP NWP Totaal

Universiteit 4.274 178 4.452

NWO-instituut* 162 19 181

KNAW-instituut 96 8 104

Overig** 558 68 626

UMC 316 24 340

TO2 27 5 32

Hogeschool 113 0 113

Totaal 2019 5.546 302 5.848

* NWO-instituten: Deze aantallen zijn exclusief de medewerkers die worden gefinancierd uit de basisfinanciering van de instituten van NWO.

**Onder ‘overige instellingen’ vallen onder andere TNO, Max Planck Instituut, KNMI, DELTARES, NKI en Naturalis Biodiversity Center.

NWO financierde in totaal circa 7.200 lopende onderzoeksprojecten (zie tabel 4). Naast de in 2019 toege- kende onderzoeksprojecten besloeg het aantal lopende onderzoeksprojecten ook de onderzoeksprojecten die in eerdere jaren zijn toegekend, maar die in 2019 nog niet of pas in de loop van 2019 werden afgerond.

Tabel 4 – Verdeling lopende onderzoeksprojecten

Soort instelling WP

Universiteit 4.876

Hogeschool 972

Overig 561

UMC 447

NWO-instituut 207

KNAW-instituut 107

TO2 33

Totaal 2019 7.203

Publicaties en andere resultaten

De door NWO gefinancierde projecten leiden tot een veelheid aan wetenschappelijke output: artikelen, boeken, hoofdstukken, proefschriften maar ook octrooien, datasets, conferentiebijdragen en publicaties voor een breed publiek. Door NWO gefinancierde onderzoekers zijn verplicht deze outputs te registreren in ISAAC. In 2019 werden door onderzoekers bijna 13.896 wetenschappelijke publicaties en andere resultaten geregistreerd. Daarvan waren er bijna 3.000 afkomstig van onderzoekers verbonden aan de NWO-

instituten. Van alle publicaties was 63,4 procent Open Access beschikbaar (zie tabel 5). Kijken we meer specifiek naar alle wetenschappelijke publicaties (artikelen, boeken, hoofdstukken en proefschriften) waarop het NWO Open Access beleid betrekking heeft dan is zelfs sprake van 73 procent Open Access beschikbaar (zie tabel 5). Dit betekent dat het aantal Open Access-publicaties opnieuw steeg ten opzichte van voorgaande jaren (zie figuur 2).

(12)

NWO in het kort 10

Uit figuur 2 blijkt hoe het aantal publicaties via Open Access zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld, uitgedrukt in het percentage van het totaal aantal wetenschappelijke publicaties (zie tabel 5).

Voor de komende jaren is de verwachting dat het percentage Open Access gepubliceerd onderzoek verder toeneemt. Dit is conform de doelen van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en NWO.

Tabel 5 – Publicaties en andere resultaten van NWO-projecten

Type publicaties NWO-D NWO-instituten

Wetenschappelijke tijdschriften / boeken* 6.015 1.962

Proefschriften 330 83

Overig** 4.589 917

Totaal 10.934 2.962

     

Waarvan gepubliceerd via Open Access 6.945 1.871

% van het totaal aantal publicaties via Open Access 63,5% 63,2%

* Wetenschappelijke tijdschriften/boeken: boeken (monografie), hoofdstukken in boek/boekbijdragen, academische publicaties.

** Overig: octrooien, databestanden , conference papers en publicaties voor een breed publiek/professionals.

Toelichting:

Dit overzicht geeft alle door de onderzoekers in ISAAC geregistreerde output weer. Dit is waarschijnlijk een onderschatting van de werkelijke aantallen. NWO werkt aan de optimalisering van de output registratie.

Figuur 2 – Percentage Open Access-publicaties

19,0%

34,3%

45,0% 50,3%

63,4%

0 10 20 30 40 50 60 70

2015 2016 2017 2018 2019

(13)

1 Beleid en programma’s

A Strategievorming en samenwerking

Doelstelling, missie en kernactiviteiten

Op 12 april 2018 heeft NWO haar nieuwe strategie 2019 – 2022 ‘Verbinden van wetenschap en samen- leving’ aangeboden aan de Minister Van Engelshoven (OCW). Het strategisch plan beschrijft de koers van NWO voor de jaren 2019 tot en met 2022. NWO legt hierin de nadruk op haar verbindende rol: samen met haar kennispartners verbinden binnen de wetenschap en tussen de wetenschap en maatschappij.

De nieuwe missie luidt: “NWO bevordert wetenschappelijk onderzoek van wereldklasse. Dit onderzoek heeft wetenschappelijke en maatschappelijke impact”. Om deze missie te realiseren ziet NWO drie rollen voor zich weggelegd:

1. Strategische verbinder: de verbindende activiteiten van NWO dragen bij aan een betere organisatie van het veld, aan meer coördinatie binnen de Nederlandse wetenschap en aan een betere aansluiting van de wetenschap op (de kennisvragen vanuit) de samenleving;

2. Financier: als financier is NWO onafhankelijk en betrouwbaar, met inzichtelijke, gelijkvormige en gebruiksvriendelijke financieringsprocessen, op een efficiënte manier;

3. Uitvoerder: in haar instituten voert NWO onderzoek uit. NWO stimuleert de instituten om een nationale verbindende rol te spelen, ieder in hun eigen onderzoeksveld. De korte lijnen tussen NWO-I en NWO-D dragen bij aan de betrokkenheid van het veld bij het NWO-beleid.

In haar rol als verbinder, financier en uitvoerder verbindt NWO de kwaliteit van en de vernieuwing in de Nederlandse wetenschap met maatschappelijke uitdagingen. Hiertoe heeft de raad van bestuur in zijn strategisch plan 2019-2022 vijf ambities geformuleerd: Nexus, Mensen, Onderzoek, Infrastructuur en Kennisbenutting. ‘Nexus’ richt zich op de verbindende rol van NWO binnen het wetenschapsbestel, binnen de wetenschap en tussen wetenschap en maatschappij. Via de ambities Mensen, Onderzoek en Infra- structuur komt vooral de financiers-rol van NWO tot uitdrukking. Via kennisbenutting wil NWO impact binnen alle gefinancierde activiteiten realiseren.

In 2019 is binnen de wetenschap veelvuldig een beroep gedaan op de verbindende Nexus-rol van NWO. In 2019 verschenen verschillende rapporten en adviezen over de druk op het hoger onderwijssysteem, inclusief de wetenschap. In antwoord hierop heeft NWO, samen met de VSNU en in overleg met de KNAW, mogelijke oplossingsrichtingen voorgesteld om deze druk op het systeem terug te brengen en deels in gang gezet.

Ook het nieuwe monitorings- en evaluatieplan dat NWO in 2019 heeft geformuleerd, weerspiegelt de verbinding tussen wetenschap en maatschappij: naast de bedrijfsmatige en de wetenschappelijke output monitoren we ook de realisatie van de strategische doelen. Zo kan NWO voor de verschillende stake- holders (maatschappelijke organisaties, onderzoekers, burgers) de waarde van wetenschap beter voor het voetlicht brengen.

Ook in haar rol als financier heeft NWO een grote stap gezet bij het verbinden van wetenschap en maatschappij. NWO wil bewerkstelligen dat alle onderzoekers die projectfinanciering ontvangen, op proportionele wijze bijdragen aan de maatschappelijke impact van hun onderzoek. In 2020 zullen de eerste resultaten bekend zijn van hoe de aanpak bij de verschillende instrumenten wordt gebruikt.

(14)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 12

Middelen regeerakkoord

Het kabinet Rutte-3 heeft in het regeerakkoord ‘Vertrouwen in de toekomst’ extra middelen voor de wetenschap opgenomen. Voor een deel van deze middelen is NWO gevraagd deze te bestemmen, te weten voor het NWA-programma, voor digitale wetenschappelijke infrastructuur, voor het NWO-Talentprogramma, sectorplannen, praktijkgericht onderzoek en voor onderzoeksfaciliteiten.

De middelen voor het NWA-programma (€ 108 miljoen in 2019) heeft NWO bestemd in vier programma- lijnen: 1) Onderzoek op Routes door Consortia (ORC) voor bottom-up gedreven onderzoek vanuit de NWA-routes, 2) het in samenwerking met vakdepartementen ontwikkelen van thematische programma’s, 3) vernieuwing en versterking van netwerken en 4) wetenschapscommunicatie en outreach om de maat- schappij meer te betrekken bij de wetenschap en de resultaten van het NWA-onderzoek terug te geven aan de samenleving. In hoofdstuk D, Ambitie Onderzoek, paragraaf Nationale Wetenschapsagenda, worden de NWA-programmalijnen verder toegelicht.

NWO heeft in 2019 een advies opgesteld voor de besteding van de middelen voor digitale infrastructuur (€ 20 miljoen additioneel per jaar), om de digitalisering te faciliteren die nu in alle wetenschapsgebieden gaande is. Zij hield daarbij in het bijzonder de randvoorwaarden in het oog om onderzoeksdata geschikt te maken voor hergebruik. In samenspraak met gebruikers en dienstverleners is voor de investeringen een uitvoeringsplan opgesteld, dat inmiddels al in uitvoering is. Daarin zijn onder meer opgenomen: de ver- vanging van de nationale supercomputer, investeringen in Digital Competence Centers (DCCs) aan de kennisinstellingen en intensiveringen van eScience. Als onderdeel van dit uitvoeringsplan heeft NWO een advies opgesteld voor toekomstige investeringen in High Performance Computing, om de behoeftevoor- ziening van onderzoekers die gebruik maken van deze faciliteiten, toekomstbestendig te maken.

De extra middelen die in het regeerakkoord waren bestemd voor de Vernieuwingsimpuls, € 5 miljoen per jaar, zet NWO in voor de bevordering van diversiteit in het NWO-Talentprogramma: € 1,5 miljoen is bestemd voor de toewijzing van zes extra Veni-beurzen voor vrouwelijke onderzoekers in bèta/techniek (eerste toekenningen in 2019), € 1 miljoen voor het behoud van vrouwelijke onderzoekers in deze disciplines en € 2,5 miljoen voor een Impulsprogramma voor Nederlanders met een migratieachtergrond. Hiervoor heeft NWO in samenwerking met KNAW, De Jonge Akademie en de stichting Vluchtelingstudenten UAF, in 2018 en 2019 al een pilot-programma uitgevoerd (Hestia), met een jaarbudget van € 1 miljoen voor kort- lopende projecten.

Het regeerakkoord voorziet in een injectie van € 70 miljoen in sectorplannen, waarvan € 10 miljoen voor de sociale- en geesteswetenschappen (SSH) en € 60 miljoen voor bèta/techniek. NWO ondersteunt de twee commissies die de plannen hebben opgesteld en de uitvoering bewaken. NWO heeft in 2019 € 6 miljoen geïnvesteerd in het sectorplan SSH, specifiek voor digitalisering. Twintig procent van het budget voor de sectorplannen was oorspronkelijk bestemd voor flankerende maatregelen via de tweede geldstroom, bovenop de versterking van de universitaire onderzoeksbasis. De conclusie van de commissie Van Rijn dat de inzet van de regeerakkoordmiddelen via NWO de balans tussen de eerste en de tweede geldstroom heeft verstoord, was voor OCW aanleiding de sectorplanmiddelen voortaan volledig via de eerste geldstroom te laten lopen.

In het regeerakkoord zijn extra middelen vrijgemaakt voor het bevorderen van praktijkgericht onderzoek bij de hogescholen. Het Regieorgaan SIA, onderdeel van NWO, zet deze min of meer gelijkmatig in binnen drie lijnen (zie hoofdstuk D Ambitie Onderzoek, paragraaf Regieorganen, voor meer informatie):

1. het op niveau houden van de middelen voor themavrij praktijkgericht onderzoek via RAAK en KIEM-HBO;

2. de uitbreiding van investeringen in krachtige onderzoeksgroepen via SPRONG;

3. uitbreiding en continuering van regelingen gericht op doorwerking naar en verbinding met de kennis- keten, zoals L.INT, de Deltapremie en Take-off HBO.

(15)

De Nationale Roadmap voor Grootschalige Wetenschappelijke Infrastructuur (GWI) is leidend voor de inzet van incidentele middelen voor onderzoeksfaciliteiten. De tweede tranche van € 30 miljoen in het regeer- akkoord, bestemd voor faciliteiten van wereldformaat, is in 2019 toegekend voor de Nederlandse deelname aan het SKA-observatory (Square Kilometer Array). Nederland kon hierdoor toetreden tot de intergouverne- mentele organisatie voor deze radiotelescoop. NWO-instituut ASTRON coördineert de Nederlandse inspanningen.

Kennis- en Innovatieconvenant (KIC)

Sinds 2012 levert NWO een bijdrage van € 275 miljoen per jaar aan het topsectorenbeleid van de Rijksover- heid door hoogwaardig wetenschappelijk onderzoek te financieren dat van belang is voor de topsectoren.

Een belangrijk deel van dit onderzoek vindt plaats in publiek-private samenwerking tussen onderzoeks- instellingen en bedrijven. In het regeerakkoord van 2017 kondigde het kabinet aan dat de focus van het innovatiebeleid zou verschuiven van de topsectoren naar de economische kansen van maatschappelijke uitdagingen. In zes Kennis- en Innovatieagenda’s is uitgewerkt welk onderzoek nodig is om de missies binnen de volgende maatschappelijke thema’s te realiseren: Energietransitie en Duurzaamheid;

Gezondheid en Zorg; Landbouw, Water en Voedsel; Veiligheid; Sleuteltechnologieën; Maatschappelijk verdienvermogen.

In 2019 heeft NWO gewerkt aan de voorbereiding van het Kennis- en Innovatieconvenant (KIC) 2020-2023.

In het KIC leggen bedrijven, publiek gefinancierde onderzoeksinstellingen en de overheid hun bijdragen aan het missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid vast. Vroeg in het proces heeft NWO negen uitgangspunten geformuleerd voor haar bijdrage aan het KIC 2020-2023:

1. NWO zet jaarlijks 100 miljoen euro in voor specifieke programmering gericht op het stimuleren van publiek-private samenwerking;

2. De NWO-programmering is gebaseerd op de thema’s en de sleuteltechnologieën van het missiegedreven innovatiebeleid, inclusief de bijbehorende missies;

3. NWO ontwikkelt een meerjarige, dynamische programmering die het mogelijk maakt om langjarig te investeren in de thema’s, de sleuteltechnologieën en de bijbehorende missies, en biedt daarbij ruimte voor nieuwe en actuele thema’s en onderwerpen;

4. NWO ontwikkelt integrale onderzoeksprogramma’s die de juiste schaalgrootte hebben om maatschappelijke en/of economische impact te realiseren;

5. Cofinanciering door private partijen is de standaard bij de NWO-programmering, maar ook publieke cofinanciering is in bepaalde gevallen een optie;

6. Voor de ontwikkeling van kennis en innovatie streeft NWO naar het tot stand brengen van een keten brede samenwerking met alle relevante partners;

7. NWO vraagt in haar programmering expliciet aandacht voor de maatschappelijke en sociale context van (technologische) innovaties;

8. NWO bevordert internationale samenwerking op het gebied van kennis- en innovatieontwikkeling;

9. NWO levert een bijdrage aan de Human Capital Agenda door onderzoek mogelijk te maken naar de behoefte aan nieuwe kennis en vaardigheden en nieuwe leerstrategieën die het innovatiebeleid kunnen ondersteunen.

Op basis van deze uitgangspunten heeft de raad van bestuur in oktober 2019 de NWO-bijdrage aan het KIC 2020-2023 vastgesteld.1 Alle deelnemende partijen hebben het KIC op 11 november 2019 ondertekend.

1 Zie voor meer details: https://www.nwo.nl/documents/nwo/kic/nwo-bijdrage-kennis-en-innovatieconvenant-2020-2023

(16)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 14

Beleidsontwikkelingen

NWO heeft in mei 2019, samen met de VSNU, een plan van aanpak opgesteld waarin zij ingaat op de door veel wetenschappers gevoelde ‘druk op het systeem’ (werkdruk, aanvraagdruk en matchingsdruk). Dit gebeurde mede naar aanleiding van een eerder verzoek hiertoe van de minister van OCW aan NWO, VSNU en KNAW, alsmede het op 15 mei 2019 verschenen adviesrapport Wissels om2 van de commissie-Van Rijn.

Deze commissie, onder voorzitterschap van Martin van Rijn, boog zich op verzoek van de minister van OCW over de bekostiging van het hoger onderwijs en onderzoek. De aanbeveling om een substantieel bedrag over te hevelen van de tweede naar de eerste geldstroom (orde grootte € 100 miljoen) heeft direct betrekking op NWO.

NWO is in een gezamenlijke reactie met de VSNU3 (mei 2019) nader ingegaan op de wijze waarop volgens haar invulling kan worden gegeven aan de bepleite overheveling. NWO gaf hierin aan dat een deel van doorvoering (hoogte € 60 miljoen) per direct mogelijk is, via overheveling van de SEO-regeling (€ 40 miljoen) en het deel van de sectorplanmiddelen (€ 20 miljoen) dat via de tweede geldstroom zou lopen.

Voor de overheveling van de resterende € 40 miljoen euro die de commissie-Van Rijn bepleitte, waren NWO en VSNU het erover eens dat er eerst een zorgvuldige analyse nodig was van instrumenten als de

Vernieuwingsimpuls, de Open competitie, NWO-groot en thematisch georiënteerde programma’s zoals KIC en NWA. Omdat in dezelfde periode een KNAW-commissie onder voorzitterschap van Bert Weckhuysen4 zich boog over de ‘optimale verhouding tussen talent-, thematische en vrije onderzoeksprogramma’s van NWO’ kondigden NWO en VSNU aan hierop te willen wachten. Verdere besluitvorming zal in 2020 vorm krijgen.

In augustus 2019 hebben de minister van OCW en de staatssecretaris van EZK de Kenniscoalitie verzocht te komen met voorstellen over hoe optimale synergie kan worden bereikt tussen NWA en KIC. De Kennis- coalitie heeft in haar advies (december 2019) voorgesteld om prioritaire thema’s te identificeren die in beide agenda’s een prominente plaats hebben: juist op specifieke onderwerpen kan de complementariteit van beide programma’s worden benut om extra impact te creëren.

Concreet stelde de Kenniscoalitie voor om middelen uit KIC en NWA te combineren en NWO te vragen hiermee een pilot op te zetten voor integrale thematische programmering. De reactie van OCW en EZK op dit advies wordt voor de zomer van 2020 verwacht.

B Ambitie Nexus: verbinden van agenda’s, wetenschap en samenleving

Europees wetenschapsbeleid

NWO is lid van Science Europe, een samenwerkingsverband van nationale onderzoeksfinanciers en -uitvoerders binnen Europa. De voorzitter van NWO had zitting in de Governing Board van Science Europe en NWO participeerde actief in diverse werkgroepen van Science Europe op onderwerpen als Research Data, Open Access, grensoverschrijdende samenwerking en Horizon Europe. Zo kon NWO het Europese beleid mede beïnvloeden. NWO heeft het belang van een ambitieus Europees onderzoeksbudget (Horizon Europe 2021-2027) voor het voetlicht gebracht, zowel op nationaal niveau in kenniscoalitieverband als op Europees niveau met zusterorganisaties.

2 https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2019/07/19/adviesrapport-bekostiging-hoger-onderwijs

3 https://www.nwo.nl/documents/nwo/brief-vsnu-nwo-overheveling-tweede-naar-eerste-geldstroom

4 https://www.knaw.nl/shared/resources/adviezen/bestanden/20190321OVP_Instellingsbesluit.pdf

(17)

Nexus richting achterban en kennisinstellingen

NWO wil zorgen voor meer afstemming binnen de Nederlandse wetenschap. Zo is het jaarlijkse bezoek van de raad van bestuur aan alle Colleges van Bestuur van de Nederlandse universiteiten een belangrijk onderdeel van de structurele band van NWO met de universiteiten. Met het ingaan van de NWO-strategie, de visiedocumenten van de domeinen en de voorbereidingen voor de NWO-zelfevaluatie is de bezoekronde in 2019 gebruikt om samen de balans op te maken over de wederzijdse relatie. In de gesprekken is tevens stilgestaan bij verschillende actuele dossiers, waaronder de commissie Van Rijn, aanvraagdrukmaatregelen, het erkennen en waarderen van wetenschappers en Open Science.

Daarnaast stimuleert NWO In het kader van de Nexusrol het in de Nederlandse wetenschap al sterk ontwikkelde vermogen tot zelforganisatie. Hiertoe organiseren de NWO-domeinen jaarlijks een of meerdere evenementen specifiek voor hun achterban. In 2019 waren dat bijvoorbeeld CHAINS (Chemie), DutchBiophysics (moleculaire en cellulaire biophysics), ICT.OPEN (informatica onderzoek), Life (levens- wetenschappen), NAC (aardwetenschappen), Physics@Veldhoven (natuurkunde), Physics with Industry (Lorentz Center), Synergy (sociale en geesteswetenschappen) en TEKNOWLOGY (technologie, weten- schap, innovatie en valorisatie).

Uitgelicht

NWO eerste Levenswetenschappen congres Life succesvol

5 juni 2019

Op 28 en 29 mei heeft de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) het eerste Levenswetenschappencongres Life2019 georgani- seerd. Het thema was ‘Communication in life’. Life2019 bracht ongeveer 500 onderzoekers uit het brede spectrum van de Nederlandse Life Sciences samen en wist de bezoekers aangenaam te verrassen en inspireren.

Verschillende internationaal gerenommeerde sprekers presenteerden hun werk met als rode draad ‘communication in life’. Plenaire spreker Iain Couzin trapte af met een keynote over collectief gedrag die veel enthousiaste reacties op social media uitlokte. Twitteraars

bestempelden de lezing als ‘verbluffend’ en ‘briljant’.

Op de tweede dag sprak Ottoline Leyser, de andere keynote spreker, over de ontwikkeling van planten onder de titel ‘Thinking without a brain’. Ook die presentatie werd uitermate positief ontvangen. Andere genodigde sprekers waren onder meer David Reznick over evolutionaire adaptatie in guppies en Sigal Ben-Yehuda over communicatie tussen bacteriën. Ook topwetenschappers uit Nederland presenteerden hun onderzoek, waaronder Spinozapremielaureaat Marileen Dogterom en Stevinpremielaureaat Marion Koopmans.

Jonge onderzoekers kregen veel ruimte om hun onderzoek te presenteren in parallelsessies en via poster- presentaties. Het thema ‘Communicatie in Life’ kreeg ook handen en voeten in andere programmaonder- delen, onder meer tijdens workshops en speeddates met communicatie-experts, waarbij deelnemers op maat gesneden advies konden inwinnen.

CONGRESS 2019

(18)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 16

C Ambitie Mensen: perspectief voor onderzoekers

Talent stimuleren

Individuele talentontwikkeling en de selectie van de beste onderzoekers en onderzoeksvoorstellenzijn belangrijke uitgangspunten voor NWO. In 2019 kregen 478 onderzoekers in uiteenlopende stadia van hun carrière een talentbeurs om hun vernieuwende ideeën en wetenschappelijke loopbaan te ondersteunen.

NWO hecht groot belang aan ruimte voor wetenschappelijke creativiteit en financiert daarom ongebonden wetenschap (vrij onderzoek). Ongebonden of vrij onderzoek wil zeggen dat de aanvrager zelf het onder- zoeksthema kiest. Talent- en vrij onderzoek staan centraal in NWO’s talentprogramma’s en in de Open Competitie (zie hieronder). Er is ook aandacht voor het Zwaartekrachtprogramma, waarvan NWO in opdracht van het ministerie van OCW de selectieprocedure uitvoert.

Individuele NWO-beurzen en -premies zijn er voor alle onderzoekers: van jonge onderzoekers die aan het begin staan van hun wetenschappelijke carrière tot en met zeer gevorderde en vooraanstaande

wetenschappers.

Talentprogramma’s

Tot de talentprogramma’s behoren:

• de Spinozapremie;

• de Stevinpremie;

• de Vernieuwingsimpuls (Veni: 0-3 jaar na promotie, Vidi: 3-8 jaar na promotie, Vici: 8-15 jaar na promotie);

• de Promotiebeurs voor leraren;

• Rubicon (buitenlandervaring voor recentelijk gepromoveerde onderzoekers);

• Aspasia (vrouwelijk talent in hogere posities);

• Disciplinegerichte talentprogramma’s.

Tabel 6 geeft per programma een overzicht van het aantal (voor)aanvragen en toekenningen in 2019, uitgesplitst naar mannen en vrouwen. Het aantal aanvragen voor de talentprogramma’s ligt al jaren hoog.

Met ruim 2.500 aanvragen vormt het jaar 2019 hierop geen uitzondering. De aanvraagdruk is met name hoog bij de Vernieuwingsimpuls.

In 2019 is wederom een inbeddingsgarantie gevraagd voor de Veni- en de Vidi-beurzen als maatregel om de aanvraagdruk en de last voor onderzoekers te beperken. Ook is in 2019 de pilot met de verplichte vooraanmeldingsfase voor Veni-aanvragen gecontinueerd. De pilot is uitgebreid naar het domein Medische wetenschappen (ZonMw).

Tabel 6 – Aantal (voor)aanvragen en toekenningen voor de talentprogramma’s

Thema Aantal (voor)aanvragen* Aantal honoreringen % Honoreringen

Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal

NWO-Talentprogramma

Promotiebeurs voor leraren 85 105 190 40 42 82 47 40 43

NWO-Talentprogramma Rubicon 125 95 220 30 20 50 24 21 23

NWO-Talentprogramma Veni/Vidi/Vici 996 843 1.839 146 136 282 15 16 15

Overige talentontwikkeling 73 27 100 46 18 64 63 67 64

Totaal 2019 1.279 1.070 2.349 262 216 478      

* Het aantal (voor)aanvragen is het aantal initieel ingediende aanvragen. Dit kunnen vooraanvragen zijn of uitgewerkte aanvragen. Vooraanvragen zijn beknopt en kosten de onderzoeker minder tijd. NWO beoordeelt deze vooraanvragen op haalbaarheid en adviseert onderzoekers om deze wel of niet uit te werken in een aanvraag.

(19)

Vernieuwingsimpuls

Tabel 7 – Aantal (voor)aanvragen en toekenningen voor de vernieuwingsimpuls

Vernieuwings impuls Aantal (voor)aanvragen Aantal honoreringen % Honoreringen

Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal

Veni 600 560 1.160 73 92 165 12 16 14

Vidi 248 196 444 52 33 85 21 17 19

Vici 148 87 235 21 11 32 14 13 14

Totaal 2019 996 843 1.839 146 136 282      

De Vernieuwingsimpuls (VI) is het belangrijkste individuele financieringsinstrument van NWO, met een financieel volume van circa € 160 miljoen per jaar. In 2019 ontvingen 282 onderzoekers via dit instrument financiering om hun wetenschappelijke carrière vooruit te brengen. Een belangrijk doel van de

Vernieuwingsimpuls is onderzoekers perspectief te bieden op een wetenschappelijke carrière. De figuren 3a, 3b en 3c brengen voor Veni-, Vidi- en Vici-laureaten het carrièreverloop in beeld vanaf het begin van de Vernieuwingsimpuls in 2000. Hieruit blijkt dat een groot deel van de laureaten na afloop van het project een doorgroei in hun carrière heeft gekend.

Figuur 3 – Carrières laureaten Vernieuwingsimpuls (sinds 2000)

Figuur 3a – Aanstelling Veni-laureaten bij aanvang respectievelijk bij einde onderzoeksproject

Postdoc Universitair docent Universitair hoofddocent Hoogleraar

Aanvang project

26 72

2

39

45 13

Einde project 3

Van de 1.584 Veni-laureaten die sinds het begin van de Vernieuwingsimpuls tot en met 2019 project- financiering hebben ontvangen én hun Veni-onderzoek hebben afgerond, heeft 72 procent bij aanvang van het onderzoeksproject een positie als postdoc en 26 procent een aanstelling als universitair docent. Na afloop is dit respectievelijk 39 en 45 procent.

Hiernaast is 13 procent van de Veni-laureaten aan het einde van het onderzoeksproject universitair hoofddocent en 3 procent hoogleraar.

(20)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 18

Figuur 3b – Aanstelling Vidi-laureaten bij aanvang respectievelijk bij einde onderzoeksproject

Postdoc Universitair docent Universitair hoofddocent Hoogleraar

29

42 19

10 6

19

41 34

Aanvang project Einde project

Van de 664 Vidi-laureaten heeft 19 procent bij aanvang van het project een postdocpositie en 42 procent is universitair docent. Na beëindiging van het onderzoeksproject is 34 procent universitair hoofddocent en 41 procent hoogleraar.

Figuur 3c – Aanstelling Vici-laureaten bij aanvang respectievelijk bij einde onderzoeksproject

Postdoc Universitair docent Universitair hoofddocent Hoogleraar

Aanvang project Einde project

19 7

34 40

4

5 81 10

Van de 332 Vici-laureaten is bij aanvang van het onderzoeksproject 7 procent universitair docent, 34 procent universitair hoofddocent en 40 procent hoogleraar. Na afloop is 81 procent hoogleraar en 10 procent universitair hoofddocent.

(21)

Uitgelicht

Het Parthenon is niet het Parthenon

17 december 2019

Iedereen die Athene heeft bezocht, kent natuurlijk de Acropolis. Het bekendste onderdeel daarvan is het Parthenon. Maar deze reusachtige tempel, gewijd aan de godin Athena, is waarschijnlijk niet het werkelijke Parthenon. Die was elders op de Acropolis, zo concludeert klassiek archeoloog en Veni-onderzoeker Janric van Rookhuijzen (UU) na onderzoek van histori- sche bronnen. Het onderzoek is gepubliceerd in het prestigieuze peer-reviewed tijdschrift ‘American Journal of Archaeology’

en in de Nederlandse versie van ‘National Geographic’.

Een tempel die eeuwenlang de verkeerde naam draagt.

Hoe kan dat?

Het was altijd al onduidelijk waar de naam ‘Parthenon’

vandaan komt. Uit het nieuwe onderzoek van Van Rookhuijzen blijkt dat de naam op een verkeerde aanname berust: ‘De oude Grieken zelf noemden de tempel oorspronkelijk het “Hekatompedon” (‘tempel van 100 voet’). Die naam laat zien dat zij dit zeer bijzondere gebouw net zo indrukwekkend vonden als wij nu.’ De naam Hekatompedon komt voor in 2500 jaar-oude inventarissen als de kamer waarin de gouden bezittingen van de godin Athena en haar elf meter hoge gouden standbeeld werden bewaard.

Janric van Rookhuizen voor het Erechteion

Wat was dan wel het Parthenon?

Parthenon is Grieks voor ‘maagdenhuis’. Deze naam komt in de onderzochte inventarissen wel voor, maar die refereert naar een andere schatkamer met andere, heel oude giften aan de godin, waaronder meubels, Perzische zwaarden en muziekinstrumenten. Archeologen namen aan dat de Parthenon-schatkamer ergens in de grote tempel was. Maar uitgebreide studie door Van Rookhuijzen van oude teksten en de archeologie toont aan dat die aanname niet klopt. De kamer met de heiligste en oudste schatten was te vinden in een kleinere en oudere tempel op de Acropolis. Ook deze tempel droeg eeuwenlang de verkeerde naam: het Erechtheion. Nu blijkt dat daar een oeroude cultus van Athena plaatsvond.

En nu blijkt ook waarom dit het eigenlijke Parthenon is: het gebouw is wereldberoemd om de standbeelden van maagden die het dak dragen (kariatiden). ‘Ontzettend logisch dat de oude Grieken een deel van deze tempel Parthenon, oftewel “maagdenhuis” noemden’, aldus Van Rookhuijzen.

Op 19 december 2019 presenteerde Janric van Rookhuijzen zijn onderzoek tijdens een bijeenkomst in het Trippenhuis van de KNAW.

Zwaartekrachtprogramma

In augustus 2019 heeft de minister van OCW aan een zestal consortia financiering toegekend in het kader van het Zwaartekrachtprogramma. Met dit programma wil de minister langdurige samenwerking stimuleren tussen onderzoeksgroepen. Geselecteerde wetenschappelijke consortia behoren tot de wereldtop op hun gebied of hebben de potentie om die te bereiken. NWO voerde de selectieprocedure voor het programma uit. Er waren drie toekenningen binnen de levenswetenschappen, twee toekenningen binnen de sociale en

(22)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 20

geesteswetenschappen en één binnen de exacte, technische en natuurwetenschappen.5 In 2021 start een nieuwe ronde van het programma.

Open competitie voor nieuwsgierigheidsgedreven onderzoek

De open competitie heeft als doel om nieuwsgierigheid gedreven onderzoek te stimuleren en biedt projectfinanciering voor zowel individuele onderzoekers als onderzoeksgroepen. In 2019 hadden alle NWO-domeinen één of meerdere financieringsinstrumenten in de open competitie. Met ingang van 2019 heeft NWO het budget voor de open competitie met € 25 miljoen verhoogd van € 101 miljoen (2018) tot

€ 126 miljoen per jaar.

Tabel 8 – Open competitie

Domein Aantal aanvragen Aantal honoreringen % Honoreringen

Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal

Exacte en Natuurwetenschappen (ENW) 280 107 387 62 23 85 22 21 22

Sociale en Geesteswetenschappen (SGW) 217 103 320 40 23 63 18 22 20

Toegepaste en Technische

Wetenschappen (TTW) 81 21 102 28 7 35 35 33 34

Totaal 2019 578 231 809 130 53 183      

Money Follows Researcher (MFR)

Via de MFR-regeling kunnen onderzoekers die een aanstelling krijgen aan een kennisinstelling buiten Nederland, sinds 2019 een restant van hun financiering wereldwijd meenemen. Tot 2019 was de regeling beperkt tot onderzoekers die verhuisden naar een Europees land. Bij de MFR-regeling geldt wel de beperking dat landen die vallen onder (inter)nationale sanctiewet- en regelgeving, zijn uitgesloten. Bij MFR wordt geen extra budget toegekend, het gaat om het mobiliseren van eerder toegekend budget.

Huygens professorship

In de NWO-strategie staat dat, naar het voorbeeld van het Alexander von Humboldt Professorship in Duitsland, een nieuwe persoonsgebonden premie zal worden ingesteld om excellente senior wetenschap- pers naar Nederland te halen: het Huygens Professorship. Toen NWO in de zomer van 2019 de begroting voor 2020 en verder vaststelde, bleek de som van ambities echter groter te zijn dan de beschikbare middelen. Binnen het scala aan internationaliseringsinstrumenten heeft NWO er daarom voor gekozen prioriteit te geven aan het Merian Fund (zie hoofdstuk D – Ambitie Onderzoek) en Science Diplomacy.

Stevin- en Spinozapremie

Spinozapremie

De Spinozapremie bedraagt € 2,5 miljoen, te besteden aan wetenschappelijk onderzoek. De premie is een eerbetoon voor onderzoekers en een stimulans voor verder onderzoek. Hiermee stimuleert NWO talent en toponderzoek in Nederland. De laureaten van 2019 zijn: prof. dr. Bas van Bavel (sociaal-economische geschiedenis, Universiteit Utrecht), prof. dr. Yvette van Kooyk (moleculaire celbiologie en immunologie, Amsterdam UMC, locatie VUmc), prof. dr. ir. Ronald Hanson (quantumfysica, Technische Universiteit

5 https://www.nwo.nl/onderzoek-en-resultaten/programmas/nwo/zwaartekracht/toekenningen-2019.html

(23)

Delft) en prof. dr. Amina Helmi (dynamica, structuur en vorming van de Melkweg, Rijksuniversiteit Groningen).

Stevinpremie

De Stevinpremie – eveneens € 2,5 miljoen – is een eerbewijs voor onderzoekers die een uitzonderlijke prestatie hebben geleverd op het gebied van de benutting van wetenschappelijk onderzoek in de samen- leving. De kennisbenutting moet aantoonbaar hebben geleid tot innovatieve toepassingen in de praktijk, waarbij de onderzoekers zelf een doorslaggevende rol hebben gespeeld. Met de Stevinpremie worden de laureaten aangemoedigd om door te gaan op de ingeslagen weg. De laureaten van 2019 zijn:

prof. dr. Andrea Evers (gezondheidspsychologie, Universiteit Leiden) en prof. dr. Jack Pronk (industriële microbiologie, Technische Universiteit Delft).

Mattheüseffect

NWO is zich bewust van het zogeheten Mattheüseffect, waarbij middelen zich concentreren bij een relatief kleine groep wetenschappers. NWO heeft zich voorgenomen om dit effect, en de omvang ervan, in

Nederland te onderzoeken om waar nodig maatregelen te kunnen nemen en de balans te bewaken. Het gaat immers om een effect dat zich over langere periodes uitstrekt, waarin NWO slechts een van de partijen is van wie onderzoekers subsidie ontvangen. Op basis van alleen een eigen analyse over een beperkte tijdspanne kunnen daarom geen harde conclusies over het probleem worden getrokken.

Hoewel een dergelijke brede analyse na consultatie van een externe partij niet te realiseren bleek, stond en staat dit onderwerp op de agenda. Zo zijn in het programma Zwaartekracht wijzigingen aangebracht, na een lichte evaluatie begin 2018. In de voorwaarden van het programma wordt sinds 2018 het

Mattheüseffect tegengegaan. Personen die als trekker of medetrekker verbonden zijn (geweest) aan een nog lopend programma uit een vorige Zwaartekrachtronde mogen niet als trekker of medetrekker van een nieuw Zwaartekrachtprogramma optreden.

De evaluatie heeft ook tot gevolg gehad dat er meer aandacht wordt besteed bij de selectie van

voorstellen aan de plannen voor het kweken van een nieuwe generatie onderzoeksleiders door middel van de beoordeling van een uitgewerkt plan voor de loopbaanontwikkeling van talentvolle onderzoekers in het middenkader. Daarnaast heeft NWO in 2019 nadrukkelijk ingezet op de doorontwikkeling van Erkennen &

Waarderen (zie ook hoofdstuk 2 Werkwijze) en de ondertekening van de San Francisco Declaration on Research Assessment (DORA) op 19 april 2019.

De maatregelen die NWO hierin ontwikkelt – zoals het afschaffen van het gebruik van h-indexen en impactfactoren om kwaliteit te beoordelen, invoering van narratieve cv’s, maximering van het aantal op te voeren outputs – zijn tevens bedoeld om op de negatieve effecten van het Mattheüseffect te kunnen inspelen.

(24)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 22

D Ambitie Onderzoek

Nationale Wetenschapsagenda

De Nationale Wetenschapsagenda (NWA) beschrijft brede, uitdagende onderwerpen die om een nationale aanpak vragen en waarmee Nederlands onderzoek de samenleving en de kenniseconomie kan versterken.

De NWA is in 2015 in het leven geroepen via een innovatief proces waarin burgers en wetenschappers inbreng hadden: elke Nederlander kreeg de kans om online vragen in te dienen. De nationale kennisge- meenschap, verenigd in de Kenniscoalitie, heeft de opgehaalde vragen gebundeld tot 140 clustervragen, en hieruit vervolgens 25 routes geformuleerd. Het NWA-programma beoogt bovenal bruggen te slaan: tussen uiteenlopende wetenschappelijke gebieden, tussen verschillende vormen van onderzoek (fundamenteel, toegepast, praktijkgericht) en tussen diverse nationale en internationale agenda’s. Vergaande multi- en interdisciplinariteit, een kennisketenbrede aanpak en samenwerking met maatschappelijke partners, inclusief vakdepartementen, bedrijven en ngo’s, zijn daarom cruciale kenmerken voor de consortia van NWA-projecten en -programma’s.

In 2019 was voor het NWA-programma een bedrag beschikbaar van € 108 miljoen. Dit bedrag is ingezet in vier NWA-programmalijnen (tabel 9).

Tabel 9 – NWA-programmalijnen

Thema Aantal aanvragen Aantal honoreringen % Honoreringen

Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal

1. Onderzoek op Routes door Consortia (ORC)

227 99 326 10 7 17 4 7 5

2. Thematische samenwerking met vakdepartementen

52 35 87 23 13 36 44 37 41

3. Vernieuwingen en netwerken 267 227 494 25 12 37 9 5 7

4. Wetenschapscommunicatie en outreach

28 19 47 27 18 45 96 95 96

Totaal 2019 574 380 954 85 50 135      

1. Onderzoek op Routes door Consortia (ORC)

Het doel van de NWA-ORC is de financiering van onderzoek en innovatie gericht op de routes en het portfolio van de 140 vragen in de NWA. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door interdisciplinaire consortia, waarin niet alleen de gehele kennisketen maar ook relevante maatschappelijke partners en het bedrijfs- leven zijn vertegenwoordigd. In juni 2019 zijn 17 projecten uit de ORC-2018 gehonoreerd. Deze 17 voorstel- len beslaan 16 van de 25 NWA-routes. Voor de ORC-2019 (budget € 80.500.000 ) zijn in juni 400 beknopte aanvragen ingediend, waarna 93 indieners een uitnodiging ontvingen om de deze uit te werken tot een volledige aanvraag. De deadline voor het indienen van de volledige aanvragen was 30 januari 2020.

2. Thematische samenwerking met vakdepartementen

In programmalijn 2 heeft NWO in 2019 zes calls for proposals uit de 2018-ronde gepubliceerd: Schulden en Armoede, Transitie naar een duurzaam voedselsysteem, Opslag en conversie, Kansrijke start voor kinderen met behulp van big data, Ecologie en Noordzee, en Naar een veilig en betrouwbaar digitaal domein.

Daarnaast werden acht voorstellen van de vakdepartementen in 2019 uitgewerkt tot een programma. Twee daarvan zijn al in 2019 gepubliceerd: het encryptievoorstel en de call Living labs voor het herstel van biodiversiteit in landelijk gebied. De andere zes programma’s worden in 2020 gepubliceerd.

(25)

Uitgelicht

ROBIN: een interactief levensverhaal

De eerste Nederlandse interactieve animatiefilm, 'ROBIN: een interactief levensverhaal' is als project van programmalijn 4 van de NWA geproduceerd. Voor dit unieke filmproject van de Nationale Wetenschapsagenda hebben wetenschappers en scenarioschrijvers de handen in elkaar geslagen om een film te maken over dagelijkse dilemma's die nu of in de nabije toekomst spelen. Het publiek kiest via een smartphone welke afslag Robin neemt en beïnvloedt daarmee het verloop van de film, en het verhaal van ROBIN.

Première

Op vrijdag 4 oktober ging de interactieve animatiefilm ROBIN in première op 4 locaties – aan de hand van dilemma’s werd de levensloop van Robin bepaald!

Beleef ROBIN

De eerste Nederlandse interactieve animatiefilm, ROBIN: een interactief levensverhaal, is sinds 7 november 2019 gratis online beschikbaar via https://robindefilm.nl/.

Dilemma's in de film stellen het publiek voor uitdagende keuzes, want hoe ver wil jij gaan met de weten- schap: Wil jij jouw kind ziektevrij maken met genetische modificatie? En hoe redden we het klimaat? Onze wereld is continu in beweging en de uitdagingen die daarbij komen kijken, daar staan we niet altijd bij stil.

Hoe gaan we om met deze dilemma's en welke rol speelt wetenschap, technologie en filosofie daarin?

Techniekfilosoof Peter-Paul Verbeek (Universiteit Twente), gedragswetenschapper Reint Jan Renes (Hogeschool van Amsterdam) en professioneel twijfelaar en filosoof Tim de Mey (Erasmus Universiteit) hebben meegedacht over de wetenschappelijke dilemma's. De drie wetenschappers zijn gewend een kritische blik op de toekomst te werpen en schromen niet om uitdagende vragen te stellen.

(26)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 24

3. Vernieuwingen en netwerken

In 2018/2019 zijn 92 aanvragen ontvangen voor matchmakingsbijeenkomsten, waarvan er 81 zijn gefinancierd. Alle routes hebben een aanvraag voor management- en communicatiekosten ingediend en gehonoreerd gekregen. Tijdens de NWA-conferentie op 7 maart 2019 opende minister Van Engelshoven de Ideeëngenerator-call voor kleine vernieuwende projecten. Binnen deze call zijn 37 van de 494 onderzoeks- ideeën gehonoreerd. Een tweede Ideeëngenerator-call verscheen online op 18 december 2019 en stond open voor aanvragen tot 27 februari 2020.

4. Wetenschapscommunicatie en outreach

Programmalijn 4 is bedoeld om wetenschap en samenleving door middel van communicatie en outreach dichter bij elkaar te brengen en het vertrouwen in de wetenschap te vergroten. Het eerste kwartaal van 2019 stond in het teken van de voorbereidingen voor het publieksevenement Expeditie NEXT, dat op 2 mei plaatsvond in Rotterdam. Alle universiteiten, acht hogescholen en vele wetenschapsmusea leverden een bijdrage aan het evenement, dat bijna 2.000 kinderen en 1.500 volwassenen trok. In 2020 gaat Expeditie NEXT On Tour de regio in. Verder zijn in 2019 bijdragen geleverd aan activiteiten zoals Science cafeés en Lowlands Science.

Daarnaast sloegen wetenschappers en scenarioschrijvers de handen ineen om een film te maken over dagelijkse dilemma’s die nu of in de nabije toekomst spelen. Deze interactieve animatiefilm Robin ging in première tijdens de Nacht van de Wetenschap (in de steden Den Haag, Utrecht, Nijmegen en Rotterdam).

Tevens ging eind 2019 de publiekscampagne ‘Stel je voor’ van start. Door vragen te stellen waarover het publiek zich kan verwonderen en deze te beantwoorden, wil de NWA de wetenschap op een laagdrempe- lige manier onder de aandacht brengen en zo het vertrouwen daarin vergroten.

Kennis- en Innovatiecontract

NWO is sinds 2012 al betrokken bij het beleid van de zogeheten topsectoren. Deze sectoren hebben tot doel verbindingen tussen wetenschappers tot stand te brengen, publieke en private partijen met elkaar in contact te brengen en zodoende nieuwe wegen te verkennen. Inmiddels hebben de topsectoren zogeheten Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI) gevormd. Deze TKI’s hebben de afgelopen paar jaar Kennis- en Innovatieagenda’s opgesteld. Dit zijn sectoraal ingestoken innovatie-ambities, met daarbij aandacht voor maatschappelijke uitdagingen en sleuteltechnologieën. NWO volgt deze agenda’s bij het bepalen van de prioriteiten voor wetenschappelijk onderzoek voor de topsectoren 2018-2019. Dit beleid is samengebracht in het Nederlandse Kennis- en Innovatiecontract (KIC) voor de jaren 2018-2019. De coördinatoren voor de topsectoren van NWO hebben samengewerkt met de topteams en TKI’s voor het bepalen van de onder- werpen van NWO-programma’s. In 2019 heeft NWO bijgedragen aan 68 thematische programma’s en activiteiten, met een waarde van € 100 miljoen.

(27)

Tabel 10 – Toegezegde NWO-bijdrage aan de topsectoren 2018-2019 (in miljoen euro)

Topsector 2018-2019  

Tuinbouw en Uitgangsmaterialen (T&U) 5,7  

Water & Maritiem 18,5  

Agri&Food 12,8  

Life Sciences and Health (LSH) 26,0  

Chemie incl. BBE 19,9  

Energie 21,5  

High Tech Systemen & Materialen (HTSM), incl nano en ICT 59,4  

- ICT 19,9  

Logistiek 7,1  

Creatieve Industrie 8,4  

PPS type 1 -programmering (private cofinanciering 1-20%) 40,0   PPS type 2/3 -programmering (private cofinanciering 10-50%) 12,2 1

Roadmaps van Topconsortia 172,5 2

Vrij onderzoek gericht op topsectoren 80,0  

Cross-over call NWO 40,0 3

Uitvoeringskosten 26,0  

Totaal bijdrage NWO 550,0  

1) waaronder € 3,7 miljoen op het doorsnijdend thema Sociale Innovatie Agenda

2) activiteiten die aansluiten op de Roadmaps van Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI, Publiek-Private Programmering, zonder private cofinanciering)

3) NWO voerde in 2018/2019 een cross-sectorale call uit ten behoeve van PPS type 2/3 programma’s met een totaal financieel volume van

€ 40 miljoen

Een belangrijk KIC-onderdeel van de NWO-inzet is de cross-over call, met een totaal budget van

€ 40 miljoen. Met de cross-over call financiert NWO onderzoek dat gericht is op maatschappelijke uitdag- ingen en dat verbonden is met meerdere topsectoren. Breed samengestelde multidisciplinaire consortia, bestaande uit wetenschappers, publieke en private partners, hebben onderzoeksvoorstellen aangevraagd voor dit programma. NWO financiert 50% van het onderzoek. In vergelijking met de ‘reguliere’ topsector- overstijgende publiek-private samenwerkingen bestrijken de programma’s van de cross-over call een breder palet van topsectoren. In 2019 hebben onderzoekers en consortia voor het eerst programma’s ontwikkeld gericht op samenwerking met internationale partners, volgens het principe ‘money follows cooperation’ (zie pagina 24 van dit jaarverslag). Daarmee is de internationale samenwerking bevorderd en draagt dit bij aan de versterking van de kennisbasis in Nederland.

De KIC-programma’s zijn voor de topsectoren uitgevoerd als publiek-private samenwerkingsverbanden (PPS). De samenwerking tussen publieke en private partijen is opgezet met cofinanciering van program- ma’s. Door de private bijdrage is het totale KIC-budget voor kennis en innovatie onderzoek toegenomen.

De KIC-programma’s zijn ingezet voor thematisch onderzoek voor zowel doorsnijdende initiatieven als disciplinaire initiatieven.

Het KIC 18-19 overzicht (tabel 10) geeft een tussentijdse realisatie en is per NWO-domein geclusterd en gerapporteerd.

(28)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 26

Tabel 11 – Kennis -en Innovatiecontract 2018-2019

Domein Codering Aantal aanvragen Aantal honoreringen % Honoreringen

Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal

Exacte en Natuurwetenschappen (ENW) 246 77 323 107 34 141 43 44 44

Sociale en Geesteswetenschappen (SGW) 129 55 184 45 21 66 35 38 36

Toegepaste en Technische Wetenschappen (TTW)

144 33 177 52 13 65 36 39 37

Regieorgaan SIA (NRPO-SIA) 32 5 37 25 5 30 78 100 81

Totaal 551 170 721 229 73 302      

Regieorganen

Tabel 12 – Regieorganen

  Aantal aanvragen Aantal honoreringen % Honoreringen

  Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal

Regieorgaan SIA (NRPO-SIA)

333 263 596 205 174 379 62 66 64

Regieorgaan NRO 235 292 527 65 92 157 28 32 30

Totaal 2019 568 555 1.123 270 266 536      

Regieorgaan SIA (NRPO-SIA)

Regieorgaan SIA stimuleert de totstandkoming, professionalisering en kwaliteitsverbetering van het praktijkgericht onderzoek door hogescholen. Dit doet het door programma’s te ontwikkelen en te financieren die inspelen op maatschappelijke en economische uitdagingen, en die aansluiten bij de topsectoren, de Nationale Wetenschapsagenda en de (onderzoeks)agenda’s van hogescholen.

Regieorgaan SIA zet zich in voor de verbinding van het praktijkgericht onderzoek met de (beroeps)praktijk en met het onderwijs aan hogescholen. Veelal zijn bedrijven, publieke organisaties en kennisinstellingen partner in de door Regieorgaan SIA gefinancierde onderzoeksprojecten.

In 2019 verbond Regieorgaan SIA zich als onderdeel van NWO aan het KIC 2020-2023 en stelde het jaarlijks 18 miljoen euro beschikbaar voor onderzoek in lijn met de missies. Hiervoor worden de instru- menten SPRONG (voor acht jaar durend onderzoek), L.INT (aanstellingen van lectoren bij NWO-instituten en rijkskennisinstellingen), GoChem (Chemie) en GoCI (Creatieve industrie) aangewend. Ook ontwikkelde het regieorgaan een nieuw instrument: het innovatietraineeship. Dit stelt hogeschoolstudenten in staat om tijdens een dienstverband onderzoek te doen bij het midden- en kleinbedrijf (mkb), met als doel het vergroten van het innovatief vermogen van het mkb.

In 2019 reikte Regieorgaan SIA voor het eerst de Deltapremies uit, een prijs die het samen met de Vereniging Hogescholen (VH) in het leven heeft geroepen. De prijs is een erkenning voor lectoren die met hun onderzoeksgroep een waardevolle bijdrage leveren aan de samenleving. Premiewinnaars AnneLoes van Staa (lectoraat Transities in Zorg, Hogeschool Rotterdam) en Mark Mobach (lectoraat Facility

Management, Hanzehogeschool Groningen) ontvingen uit handen van minister Van Engelshoven van OCW een sculptuur en € 500.000 om hun onderzoek verder vorm te geven.

(29)

In 2019 schreef Regieorgaan SIA de eerste thematische calls uit die voortvloeien uit de samenwerking met het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Het onderzoek aan de hogescholen richt zich op de verduurzaming van de landbouw en veeteelt in Nederland.

Met NWO opende het regieorgaan de volgende calls: Smart Culture II (met SGW), Cybersecurity (SGW en ENW); Duurzame Living Labs II (SGW en ENW), Living Labs in the Dutch Delta (ENW), Maps4Society (TTW) en Learning Communities (SGW en NRO).

Verder maakte het begin 2019, samen met het ministerie van OCW en de VH, de stand van zaken van het praktijkgerichte onderzoek op. Vervolgens voerde het regieorgaan met hen een verkenning uit naar de toekomst van het praktijkgerichte onderzoek. De verkenning vormde belangrijke input voor de Strategische agenda hoger onderwijs en onderzoek, die het ministerie begin december 2019 uitbracht en die dient als basis voor het beleid van Regieorgaan SIA en de VH.

Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO)

In de Expeditie Lerarenagenda heeft het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO) een subsidie- ronde op een bijzondere wijze ingericht. Om te komen tot een samenhangend programma organiseerde het de procedure voor een van de onderzoekslijnen in twee fasen: 1) onderzoekers stelden zich kandidaat voor het projectteam; 2) op basis van motivatie en expertise werden zes expeditieleden en een expeditieleider geselecteerd, die in juni voor het eerst samenkwamen. In meerdere werkbijeenkomsten kwamen deze onderzoekers, mede met input van belanghebbenden, samen tot één onderzoeksvoorstel. Aan het eind van het traject velde een beoordelingscommissie een oordeel over de kwaliteit, zoals bij NWO-procedures gebruikelijk is. Dit arbeidsintensieve proces had tegelijkertijd diverse voordelen. Zo wordt een vraagstuk in samenhang en vanuit verschillende perspectieven onderzocht, en levert deze procedure minder werkdruk op voor de onderzoekers, doordat zij het voorstel gezamenlijk schrijven en de kans op toekenning groot is.

Het Expeditie team kon begin 2020 van start met € 1,8 miljoen voor hun driejarig onderzoek.

Een van de faciliteiten die het NRO in 2019 heeft doorontwikkeld, is de Projectendatabase onderwijsonder- zoek. Deze bevat nu gegevens van bijna duizend (afgeronde, lopende en in voorbereiding zijnde) onder- zoeksprojecten. Niet alleen van het NRO, maar sinds 2019 ook van de Algemene Rekenkamer, het CBS, het CPB, de Hersenstichting, de Inspectie van het Onderwijs, het ministerie van OCW, de Onderwijsraad, het Regieorgaan SIA en het SCP. De database vormt voor deze instellingen een belangrijk instrument, waarmee ze al in een vroegtijdig stadium de eigen onderzoeksplannen kunnen afstemmen op die van andere

organisaties. Daarmee is de Projectendatabase een succesvol voorbeeld van zowel regievoering als verbinding door het NRO.

In 2019 brachten de vijf sectororganisaties in het onderwijs het advies ‘Slimme verbindingen’ uit voor een educatieve kennisinfrastructuur. Daarin kennen zij het NRO een centrale rol toe als mogelijk ‘kennisknoop- punt’. Deze rol sluit aan op de huidige kennisbenuttingsactiviteiten van het NRO, zoals de Kennisrotonde.

Het regieorgaan is voortvarend van start gegaan met de concretisering van het advies.

Merian Fund

In 2019 is het Merian Fund van start gegaan. In dat jaar zijn de bilaterale samenwerkingsprogramma’s met Brazilië, China, India en Indonesië ondergebracht in het Merian Fund en is een bilaterale samenwerking met Zuid-Afrika gestart. In het Merian Fund financiert NWO samen met haar partnerorganisaties onder- zoeksprojecten die worden uitgevoerd door internationale consortia, van onderzoekers van Nederlandse instellingen en onderzoekers uit het partnerland. De inbedding van de bilaterale samenwerking in het Merian Fund betekent niet alleen een uitbreiding van het aantal partnerlanden, maar ook een verschuiving in de aard van de onderzoeksprogramma’s. In het Merian Fund staat het bijdragen aan de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties centraal. Bilaterale, interdisciplinaire consortia voeren impactgericht onderzoek uit. Zij werken ketenbreed samen; ook maatschappelijke partijen kunnen hierin een rol spelen. In 2019 zijn calls gepubliceerd met FAPESP (Brazilië) op Healthy Ageing, CAS (China) op

(30)

Hoofdstuk 1 | Beleid en programma’s 28

Uitgelicht

Koninklijk paar bezoekt Nederlands-Indiaas waterzuiveringsproject tijdens staatsbezoek

14 oktober 2019

Vandaag brachten de koning en de koningin een bezoek aan het waterzuiveringsproject LOTUS HR, bij het Barapullah waterafvoersysteem in India. Binnen dit project werken onderzoekers uit Nederland en India samen aan high-tech, robuuste en goedkope oplossingen voor de watertekorten in India. Dit systeem voor zuivering en hergebruik van water dient meer dan één doel – en is ook elders in de wereld te gebruiken. ‘Het inspireert anderen’, aldus

programmaleider Merle de Kreuk, ‘en dat is heel bevredigend.’

Waterzuivering is in India centraal georganiseerd;

slechts 30 tot 40 procent van het afvalwater wordt gezuiverd. Ook zijn er veel watertekorten, vooral in de grote steden. “Ons project pakt die twee problemen tegelijkertijd aan”, zegt De Kreuk. “We proberen de zaken holistisch te bekijken: we behandelen het water lokaal, op de plekken waar zowel een aanbod is van afvalwater als een vraag naar schoon water.”

Centraal in het programma staat een proeflocatie in Delhi. De waterinfrastructuur van deze wereldstad is van oudsher georganiseerd rond open regenwatergoten. Tegenwoordig worden die gebruikt voor de afvoer afval van huishoudens en bedrijven. Ze raken vaak verstopt en bij hevige regenval overstromen ze. En hoewel Delhi grote watertekorten kent, gebruikt men drinkwater om parken te bewateren. “We zagen veel ruimte voor verbetering”, zegt De Kreuk.

Bredere aanpak

De wetenschapssamenwerking tussen Nederland en India gaat al meer dan dertig jaar terug. Waarom India? “India investeert stevig in onderzoek en innovatie”, antwoordt Berry Bonenkamp, senior beleids- medewerker en coördinator van de Nederland-India-samenwerking bij NWO. “Het is een hotspot voor hightech innovatie. En het richt zich op thema’s als water, energie, gezondheid, landbouw en duurzaamheid – precies de gebieden waarin Nederland een sterke reputatie heeft.”

In LOTUS-HR, evenals in alle andere samenwerkingsprojecten, zijn Nederland en India gelijkwaardige partners. Het programma is een initiatief van NWO en het Indiase Department of Biotechnology (DBT). Tot een jaar of drie geleden werkten de twee landen samen via losse, bilaterale projecten. Met LOTUS-HR kozen NWO en DBT voor een bredere aanpak, door te werken via een groter, publiek-privaat consortium.

Bonenkamp: “LOTUS-HR is uniek. Het is ons vlaggenschip als het gaat om internationale samenwerking.”

Technology Summit

Een ander bijzonder aspect is de interdisciplinaire aanpak:

natuurwetenschap en technologie worden gekoppeld aan sociale wetenschappen en governance. “Dat zorgt ervoor dat dit programma ook echt concrete, bruikbare toepassingen oplevert”, zegt Bonenkamp, “die betaalbaal en opschaalbaar zijn, en toepasbaar in andere regio’s.” Dit geldt nu voor alle bilaterale programma’s die NWO financiert. Sinds 2019 vallen de projecten van NWO met India, Brazilië, China, Indonesië en Zuid-Afrika onder het Merian Fund, een fonds voor impact- gericht, interdisciplinair onderzoek dat raakt aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de VN.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• Impact Plan approach for NWA-ORC projects that focus on both scientific and societal breakthroughs (societal change) in addressing one or more cluster questions. • Impact

daarmee voorkom je dat je later analyses opnieuw moet doen, wat in het verle- den soms nodig bleek.’ Om ook extern gebruik van zijn data mogelijk te maken, moeten nog wel

De COVID-19-pandemie heeft verstrekkende gevolgen voor de onderzoekers aan de NWO-instituten. Om de schade voor jonge onderzoekers zoveel mogelijk te beperken, kondigde de raad

Het ministerie heeft NWO medio 2018 gevraagd te adviseren over de inzet van de aanvullende middelen, oplopend tot 20 miljoen euro per jaar, die het kabinet beschikbaar heeft

Aangezien de noodzaak voor uitbreiding voor de komende 15 jaar niet aangetoond kan worden, bestaat er op grond van de Verordening huisvesting onderwijs gemeente Midden-Groningen

Behorend bij de Legesverordening zoals vastgesteld door het algemeen bestuur van het Recreatieschap Geestmerambacht op 11 november 2015. De tarieven kunnen telkenmale met

Conform de bestuursovereenkomst dienen de gemeenteraden in het aardbevingsgebied en Provinciale Staten in te stemmen met deze toedeling. Om de besluitvorming te faciliteren is door de

Daarom ging men op zoek naar populaties die min of meer constant waren geen immigratie en geen emigratie en waar geen bijzondere gebeurtenissen zoals oorlogen en