• No results found

en DEMOCRATIE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "en DEMOCRATIE "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Zaterdag 1 februari 1958 - Ho. 478

en DEMOCRATIE

1H iddenstands- rubriek

(Zie pag. 7)

Liberalisme in Belgii doorstond de vuurproef

Economische welvaart en sociale politiek

l\1f en heeft het in de dagbladen reeds kunnen

lfJ.

lezen: op maandag 3 februari zal in Den Haag thans de ondertekening geschieden van het Economische Unieverdrag tussen de drie Bene~

luxlanden: België, Nederland en Luxemburg.

Dit feit en de noodzaak, welke ook de Euro~

markt tot een nauwere samenwerking biedt, geven ons aanleiding, de blik eens te slaan op de poli~

tieke situatie in ons zuidelijke nabuurland.

Nu is het goed. vooraf het een en ander met grote nadruk vast te stellen.

In België werken sedert 1954 liberalen en so~

cialisten samen in het Kabinet. Het heeft geen enkele zin. daaruit. hetzij in positieve, hetzij in negatieve zin, conclusies voor ons eigen land te trekken.

Bij alle natuurlijke en historische verwantschap, die wij met ons Belgische buurvolk gevoelen, in het bijzonder met de Vlaamse Belgen, en wij. li~

beralen, uiteraard zeer in het bijzonder met onze Vlaamse~! i b er a Ie geestverwanten. dient toch voorop gesteld, dat elk land - ook België - zijn geheel eigen ,.politieke klimaat" heeft en dat de politieke verhoudingen daar geheel anders liggen.

* * *

B

elgië heeft. wanneer wij de onbetekenende en ook daar uit democratisch oogpunt bezien volkomen destructieve communistische fractie van vier (op een totaal zeteltal van 212 voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers) uitschakelen, slechts drie partijen: de katholieke C.V.P .. de socialistische B.S.P. en de liberalen.

Beschikt, zoah gemakkelijk kan gebeuren, geen van deze drie partijen over een absolute meerder~

heid. dan moet dat dus betekenen, dat, ondanks alle verschillen tussen de drie, er praktisch altijd tenminste twee moeten zijn, die na de verkiezin~

gen samen het Kabinet vormen.

Er zijn in zulk een geval dus slechts drie moge~

lijkheden: een Kabinetssamenstelling van katho~

lieken en socialisten, van katholieken en liberalen of van liberalen en socialisten.

Bij de verkiezingen van 1954 moest het in de vorige periode op een kleine absolute meerder~

heid steunende zuiver katholieke ( C.V.P.-) Ka~

hinet het afleggen tegen de oppositie van socialis~

ten en liberalen.

De C.V.P. viel terug van I 08 op 95 zetels. de socialisten kwamen van 77 op 86 zetels, de libe~

ralen van 20 op 25 zetels. De communisten kwa~

men niet verder dan 4 zetels (voordien 7) en 2 zetels werden door kleine groepjes bezet.

* * *

U

it dit alles resulteerde een socialistisch-li~

heraal Kabinet. Maar niet een Kabinet, waarin, zoals in ons land het geval zou zijn, de !i~

heralen bij gratie één zeteltje van de 14 of 15 kregen toegewezen. De liberalen kregen z e v e n van de zestien Kabinetszetels. En welke!

De jonge, energieke liberale volksvertegen~

woordiger de heer F. Grootjans, die kort geleden tevens directeur~hoofdredacteur is geworden van het Antwerpse liberale dagblad "De Nieuwe Ga~

zet", schrijft daarover in dat blad van 14 januari j.l.: De socialisten wisten zeer goed, dat ze de li~

heralen, in april 1954. voor een harde vuurproef stelden, toen zij de Departementen van Finan~

ciën. Economische Zaken, Openbare Werken, Landbouw, Middenstand, Justitie en Koloniën aan hun liberale regeringspartners overlieten.

Alle ministeries, die met de economische vraag~

stukken van het land iets te maken hadden, wer~

den aan de liberalen toegewezen. Blijkbaar wil- den ook de socialisten eens en voor goed uitma- ken, of de toepassing van liberale beginselen het land opnnieuw welvaart en voorspoed zou kun~

nen schenken, nadat het door een vierjarig C.V.P.-beleid zowel op financieel als op econo- misch terrein ontredderd en ontwricht was ge- worden.

Vandaag. zo kan volksvertegenwoordiger Grootjans met gerechtaardigde trots vaststellen, weet men, dat de liberale ministers deze vuur~

proef schitterend hebben doorstaan.

* * *

M

inister 0. Vanaudenhove (Openbare Werken) heeft onlangs tijdens een li- berale .. wapenschouw" te Brussel in een redevoe- ring. welke grote weerklank vond. een indruk- wekkend overzicht gegeven van het uitstekende werk, dat de zeven liberale ministers in het Kabi~

nd ·Van den Acker gedurende bijna vier jaar hebben verricht.

De liberale bewindsman kon o.a. wijzen op de sterke indamming van de werkloosheid. Onder het vorige Kabinet bedroeg het gemiddelde aantal werklozen 260.000. Thans is het gedaald tot 140.000 in 1956 en 90.000 in 1957.

Indien men de cijfers van de buitenlandse han- del nagaat, zal men eveneens kunnen vaststellen, hoeveel successen de Regering heeft behaald. De buitenlandse handel van onze Belgische naburen bereikte frs. 113 miljard in 1953, om te stijgen tot frs. 160 miljard in 1957.

Achtereenvolgens belichtte de minister van Openbare Werken de "verwezenlijkingen" van minister Buisseret (Koloniën), van minister Lie~

baert (Financiën) inzake vereenvoudiging en uer~

mindering van de belastingen, van minister Rey (Economische Zaken, die thans lid is geworden van de Euromarkt-commissie en als minister is afgetreden) betreffende de tegemoetkomingen aan kleine ondernemingen en tenslotte van mi~

nister Lilar (Justitie). die in samenwerking met mevrouw Ciselet de juridische gelijkheid van man en vrouw heeft bewerkstelligd en talrijke maatre~

gelen heeft getroffen voor de kinderbescherming.

* * *

D

e minister van Financiën, de heer Liebaert, kon ter vergadering nog mededelen te hebben vastgesteld, dat de begroting voor 1957 zal sluiten met een tegoed van frs 6 miljard, ter~

wijl eerst frs 4 miljard was geraamd.

Met betrekking tot het na de komende verkie~

zingen optredende nieuwe Kabinet merkte minis~

ter Vanaudenhove op, dat de liberalen slechts dan wederom bereid zullen zijn mede te werken.

,.wanneer de vrije onderneming geëerbiedigd wordt (blijft), zonder welke er geen welvaart kan zijn voor de minvermogenden".

Onze belofte voor de a.s. verkiezingen is een~

voudig, zo betoogde de minister: "Wij zullen in de toekomst andermaal het nationaal inkomen met 20 pct doen vermeerderen. Maar: "Een der- gelijke politiek kan alleen steunen op het vrij- heids beginsel".

Minister Vanaudenhove werd na deze rede een minutenbnge ovatie gebracht.

* * *

'l'ITii

keren terug naar het artikel van volks~

l'l'

vertegenwoordiger Grootjans. Wanneer morgen, zo schrijft hij, de liberale partij. in het

raam van de kiesstrijd. de balans van vier jaren liberaal medebeheer zal publiceren. dan zal dienen erkend, dat haar ministers aan het land grote diensten hebben bewezen, niet alleen door de vèr~

!!trekkende initiatieven, die zij hebben genomen, maar ook door al hetgeen zij, in de schoot van de regering, ondernomen hebben opdat het land zou gespaard blijven van allerlei avonturen, zowel op economisch, financieel als sociaal gebied.

Dikwijls is door de linkse vleugel van de socia~

listen. die "droomt van nationalisaties en etatisa·

ties". tot de liberalen het verwijt gericht, dat zij, in vele omstandigheden. een rem hebben gevormd in de regering.

De liberalen, zo schrijft de heer Grootjans, aan~

vaarden graag dit verwijt, omdat hierdoor alleen al bewezen wordt, dat hun aanwezigheid in de regering zin en betekenis heeft gehad. Want pre~

cies deze aamvezigheid heeft belet. dat het land, in een periode van hoogconjunctuur, die welstand en sociale vrede heeft qehracht. zm.1 hl<'ot L~"'stC'ld

zijn geworden aan aÜerlei economische ~xperi­

menkn. die o.m. in Groot-Brittannië en Frankrijk door de socialisten werden gevoerd en die grote mislukkingen zijn gebleken.

* * *

S

teeds groter, zo voelt de schrijver het aan, wordt thans opnieuw het aantal Belgen, dat inziet, dat we niets te verwachten hebben van de stellingen, die de collectivisten - of die nu behoren tot de B.S.P. of tot de C.V.P. - als echte .. dagdromers" blijven najagen.

Welnu, deze Belgen moeten beseffen, dat het juist de liberalen zijn, die bewezen hebben in staat te zijn, diegenen te dwarsbomen, die het privaat initiatief willen verdringen door een zielloze staatsmachine of die de persoonlijke vrijheid wil- len vervangen door een trouwens nietszeggende gelijkschakeling. die slechts gesteund is op rech~

ten en vijandig staat tegenover plichten.

Flink georganiseerd, uitgerust met een degelijk kiesprogramma en ge~teund door een steeds groeiend ledental, mag de liberale partij van Bel~

gië de komende verkiezing vol vertrouwen tege- moet gaan.

Zij zal. zo vertrouwt de heer Grootjans, mogen rekenen op de steun van al diegenen, die onder~

tussen hebben kunnen vaststellen, dat de toepas- sing van liberale beginselen het land grotere eco~

nomische welvaart heeft gebracht. gepaard gaan~

de met een vooruitstrevende sociale politiek, die het neo-liberalisme kenmerkt.

* * *

Z

o gaan. evenals wij. ook onze Belgische li~

herale vrienden dit verkiezingsjaar met vertrouwen tegemoet.

Vrienden, die wij mogen benijden, omdat de omstandigheden en gans andere politieke verhou~

dingen in het daar praktisch bestaande drie~par~

tijenstelsel hun in staat stellen, zeven belangrijke Departementen te beheren en zo gewichtige, constructieve liberale arbeid te verrichten.

Moge deze arbeid bij de komende stembusstrijd nieuwe successen opleveren, die de vooruitgang aldaar van 1956 nog overtreffen! A.W.A.

"De stem van de V.V.D."

Luistert vrijdag 7 februari d•zs avonds van 19.25 -19.35 uur over de zender Hilversum 11 (298 m.) naar ,.De StelT' van de V.V.D.".

(2)

Flitsen van Het Binnenhof

Nieuwe pachtwet in Eerste Kamer aangenomen - Vier van de zeven leden van onze fractie stemden tegen • Akkoord met con- trole op de pachtpriizen en met maatregelen tegen onredeliike pachtopzegging • Bezwaren tegen landbouwkundige toetsing en uitholling van het eigendomsrecht.

D

e Eerste Kamer heeft vorige week de nieuwe pachtwet aangenomen, die een grotere bescherming verleent aan de pachter ten aanzien van de duur van de pachtovereenkomst en de hoogte van de prijs, omdat de vraag naar cultuur- grond verre het aanbod overtreft. Slechts vijf leden stemden tegen, van wie de heren De Vos van Steenwijk, Molenaar, Van Riel en De Wilde van onze fractie.

Ik stel op de voorgrond, had de heer De Vos van Steenwijk gezegd, dat ik ge- heel accoord ga met de controle op de pachtprijzen. Het schaarse aanbod van cultuurgrond en het relatief grote aan- tal gegadigden voor pachtbedrijven maakt dit noodzakelijk. Ik ga ook gaarne mee met maatregelen tegen een onredelijke pachtopzegging.

Maar de nieuwe pachtwet bepaalt zich met zijn continuatierecht hiertoe niet. Ik denk hierbij vooral aan artikel 49. Hier- bij schept de regering een nieuwe cate- gorie quasi-landeigenaren, die een mono- poliepositie krijgen. Wie eenmaal pach- ter is, blijft pachter; voor nieuwe pach- ters is geen plaats meer. De regering be- schermt de bestaande pachters en niet degenen, die pachter willen worden.

De grondeigenaar ziet zich terugge- drongen tot de positie van iemand, die op gezette tijden een bepaalde uitkering krijgt. Met de uitholling van de eigen- dom houdt verband de geringe bereid- heid van de regering de positie van de eigengeërfde boeren te bevorderen. De regering voelt weinig voor deze catego- rie.

Voorts had de heer De Vos van Steen- wijk principieel bezwaar tegen de land- bouwkundige toetsing van pachtovereen- komsten om verdere versnippering van grond tegen te gaan. Die landbouwkun- . dige sanering had men niet in de pacht- wetgeving moeten opnemen. Resumeren- de kwam onze woordvoerder tot de con- clusie, dat de nieuwe pachtwet een be- langrijke principiële stap is in de rich- ting van de uitholling van de eigendom van de grond en van de socialisatie van de grond. Om die reden stemden hij en drie andere leden van onze fractie tegen.

*

O

nze geestverwant prof. De Grooth heeft zeker niet met enthousiasme vóór gestemd. Hij deed het met angst in het hart en nadat hij van minister Saru- kalden (Justitie) de toezegging had ver- kregen, dat pachtdwang niet in de be- doeling ligt.

Wanneer men de- pachtwet van 1938, bet pachtbesluit van 1941 en de nieuwe pachtwet vergelijkt, aldus professor De Grooth, dan blijkt, dat bij elke nieuwe regeling een steeds verder gaande dwin- gende regeling ten gunste van de pach- ter tot stand komt. In 1938 slechts een beperkte continuatie, maximaal tien jaar plus één à twee jaar. In 1941 een onbe- perkte continuatie in beginsel, maar die moest worden gevraagd. In de nieuwe pachtwet een automatische onbeperkte continuatie.

In 1931 slechts controle op de exces- sen en eventueel nietigverklaring van de overeenkomst. In 1941 controle van de inhoud, wijzigingsrecht en als uitslui- tende maatstaf voor d'e vraag of d~

pachtprijs gerechtvaardigd was: de re- delijke winst, die de pachter moest ma- ken.

In het bicuwe ontwerp een volledige prijszetting door de overheid volgens va.~t

te stellen algemeen geldende objectieve normen. Oorspronkelijk een beperkte overgang op de erfgenamen, nu ove;:-- gang op de bloedverwanten, ook als zij niet zijn erfgenamen. Dezen zijn het, die in dit ontwerp het pachtrecht krijgen, dat krachtens de wet overgaat op erf- genamen, maar daarop aan dezen wordt ontnomen.

In de oorspronkelijke regeling van het pachtbesluit: dwingend is een voor- schrift alleen indien de wet het bepaalt.

In dit ontwerp: alles dwingend, behalve m enkele gevallen waar nog enige vrij- h<'id wordt gclaü•n.

* * *

In een boeien~ betoog ra.fPldc prof.

De Grooth mteen of er m de nieu- we wet sprake was van pachtdwang.

Eén ding zal men mij toegeven zei hij dat in elk geval de keuze van d~ recht~;~

figuur, dit is de keuze tussen pachtcon- tract of ander contract, vrij moet zij;t.

Men behoeft niet te verpachten. Men

mag ook zeggen: ik verpacht niet, om- dat deze wet mij niet aanstaat.

Dat is immers het juiste uitgangspunt van een wettelijke regeling, die zich ba- se<>rt op het pachtrecht als contractueel recht. Ik kan dus, uitgaande van dit be- ginsel, met het volste recht, zonder dat iemand mij enig verwijt kan maken, als eigenaar van een hoeve of een stuk land de exploitatie ter hand nemen, door miJ- del van een arbeidsovereenkomst mij de nodige deskundige hulp verschaffen.

Ik kan het doen door het aanstellen van een bedrijfsleider, Ik zeg met name bedrijfsleider om de complicaties te ver- mijden van de z<Jtboer. E,m bedrijfsleider mag ik stellig aanstellen.

*

W

at zegt nu de minister'! Die zetboer staat het dichtst bij de pachtver- houding en zo dicht mag je er niet bij- staan, want dan is het verboden. Die uiting is helemaal in strijd met de ge- dachte van de vrijheid om geen pacht- overeenkomst te contracteren. Alleen dan, wanneer ik de exploitatierisico's, de exploitatie overdraag, is er een pacht- overeenkomst.

Als ik een overeenkomst maak, aldus prof. De Grooth, waarbij de exploitatie voor mijn eigen risico blijft, dan blijf ik buiten de pachtwet, al sta ik er misschien heel dicht bij.

Minister Samkalden antwoordde: Het is geoorloofd, behalve als men die vorm kiest om te ontduiken.

Indien men zich houdt aan datgene, wat in de wet staat, concludeerde prof. De Grooth, en indien men zich ook reken- . schap ervan geeft, dat het impliceert een

vrijheid van contracteren buiten de pachtverhouding, dan meen ik, dat na af- weging van de feitelijke toestand tot op nu en datgene wat men thans wil invoe- ren, de weegschaal moet doorslaan ten gunste van dit ontwerp, dat ook voorde- len bevat.

Artikel 7 schept de mogelijkheid niet dadelijk de pachtovereenkomst te sluiten maar een ontwerp in te dienen. Er is ook de mogelijkheid, dat de verpachter een

MINISTER VONDELING .... niet door een achterdeurtje ....

onderzoek kan doen instellen naar de be- handeling door de pachter van het ver- pachte. De wet bevat ook de uitdrukkelij- ke vermelding van het redelijk b;:,lang van de verpachter bij het aangaan van de pa eh tovereenkom st.

• • •

S

taande voor de vraag hoe mijn oor- deel over deze nièuwe pachtwet zal moeten zijn, aldus onze landbouwspecia- list de heer Louwes, kan ik mij aanslui- ten bij hetgeen de heer De Grooth heeft gezegd. Ik zie er veel bezwaren in, maar staande voor de keuze tussen geen pacht- wet of deze, meen ik toch dat dit ontwerp moet worden aanvaard.

DEZE BURGER

heeft vernomen dat de Vara Gids verzuimd heeft in zijn programma precies dat éne nummertje op te nemen dat wij van de V.V.D. ten beste hebben gegeven. Dat nummertje viel juist na het optreden van de Regeringsvoorlichtingsdienst, zodat - zo constateerde De Telegraaf, zij het met andere woorden - vele luisteraars er domweg zijn in- getuind: Zij kwamen zó maar van het regeringshuisje bij de oppositie op visite.

Da's óók iets. Dat zal je overkomen!

Ik begrijp de constatering van De Telegraaf niet goed. Want de V.V.D. heeft héél duidelijk, met een tjoen en een zinnetje meegedeeld dat Zij aan het woord kwam, zodat ied,ere regeringsbezo~ker, die van deze verschrikking gespaard wenste te blijven, z'n knop kon om- of afdraaien om het duivelse woord van de V.V.D. niet te behoeven te vernemen.

Maar wat mij iets meer interesseert is, hoe het geschieden kon dat de Vara Gids ons nummertje uit haar agenda heeft gewipt.

Is het erg stout van mij te veronderstellen dat dit opzettelijk is geschied? Als het stout is en als het een vergissing is geweest, dan bied ik bij voorbaat beleefd mijn excuses voor zulk slecht-denken aan.

Maar ik houd het vandaag dan toch maar op opzet. En die opzet vind ik in de eerste pl,aats onbehoorlijk, in de tweede ondemocratisch en in de derde onverstandig.

Voorà,L onverstandig, omdat men juist door duidelijk weglaten de aandacht vestigt op iets dat er wèl is.

Maar in de vierde plants vind ik het vleiend voor ons. Vleiend, omdat de Vara Gids het blijkbaar beter vindt dat de vriendjes de stem van de V.V.D. niet horen.

Dat is overigens wel een zwak standpunt. Zodat ik het lijstje-van- hoe-ik-het-vind moet aanvul1en:

1) onbehoorlijk 2) ondemocratisch 3) onverstandig 4) vleiend 5) zwak

Ik hoop dat de Vara dit beleid zal voortzetten.

Ik hoop dat zij zal voortgaan ons niet te vennelden. Want de Nederlandse luisteraar is niet dom. En hU laat zich niet om de tuin leiden.

Hij zal ,clan juist luisteren.

Zeer ten genoege van de gehele V.V.D. in 't algemeen en zéér in 't bijzonder van

1 FEBRUAIU 1958 - PAG. S

•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••

I

EEN GOED VOORBEELD TER NAVOLGING!

Van een zeer actief en meele- vend lid der Partij ontvinJr de heer Sidney J. van den Bergh, onze Penningmeester, een ebll~raLie ad f 100.- van de Nationale Woninr:- bouwleninc 1957.

Het komt ons voor, dat dit waar- lijk goede voorbeeld van dit Par-

~ tij-lid een massale navolging ver-

I

dient!

...

r,faar bezwaren had de ht't'r Louwes wel. Hij had kritiek op het in de pachtwet verwerkte structuurbeleid. Naar mijn persoonlijke mening, zei hij, i~ het moge- lijk, dat de pachtwet gehanteerd kan worden tot instandhouding van een goede verkaveling en/of van gezonde bedrijven.

Verder gaat zij naar mijn mening niet.

Het was wel de bedoeling van de rege- ring geweest hieraan een verder gaande strekking te verbinden en mt•t name de pachtwet aan te wenden om ook het voortbestaan van te klein geat•hte bedrij- ven tegen te gaan, maar dit heeft de Tweede Kamer via een amcndement- Droesen voorkomen.

Alleen de verpachting van,' als gevolg van het sluiten van de pllt•htovereen- komst, nieuw te stichten te k!C'ine bedrij- ven kan de grondkamer - doch dit be- hoeft zij niet - vernietigen.

Een bezwaar van de regelinl( is, dat zij rechtsonzekerheid en eventueel ook rechtsongelijkheid inhoudt ten aanzien van de goedkeuring van de bedrijfs- grootte. Het kan zijn, dat de ene grond- kamer verpachtingen wegens vcrsnippe- ring afwijst en de andere ze goedkeurt.

• •

vorder is door de regering door de overneming van het amendemeut- Egas (P.v.d.A.) een geheel nieuwe element in de landbouwkundige toetsing gebracht.

De grondkamer mag een pachtovereen- komst nietig verklaren (doch zij is daartoe nil't verplicht) indien door de verpachting een bedrijf wordt vergroot, terwijl naar het oordeel van de grondkamer deze uit- breiding voor dit bedrijf niet van over- wegende betekenis is en er in de nabij- heid één of meer kleine bedrijven ver- groting behoeven.

Hier kan dus de grondkamer een ac- tieve gi'Ondpolitiek bedrijven. De grond- kamer kan op eigen houtje een sane- ringsbeleid gaan voeren, dat niet hoeft te passen in het ruilverkavelingsverband of anderszins aan de gevolgde praktijk behoeft aan te sluiten. Dit is een nieuwe en gevaarlijke stap op de weg naar een geleidelijk voorbereide en misschien ook wel beoogde socialisatie van de grond.

Gezien de instelling van de grondka- mers en de praktijk in het verleden, al- dus ·de heer Louwes, geloof ik niet, dat de grondkamers deze bevoegdheid veel- vuldig zullen hanteren, maar lk acht deze uitbreiding van bevoegdheden, al is dat dan voorlopig alleen in het negatieve, maar waaruit toch wel een positieve in- directe dwang kan voortvloeien, toch wel gevaarlijk. Hier wordt de mogelijkheid geschapen te knoeien met andermans grond. Ik acht dit een gevaarlijke zaak, waarvoor ik uitdrukkelijk zou willen waarschuwen.

Ook uit andere partijen kwamen gelui- den, dat men die landbouwkundige toet- sing liever niet in de pachtwet had zien opgenomen. Alleen de heer Hoogland (P.v.d.A.) betreurde, dat de positieve landbouwkundige toetsing door het amen- dement-Droesen uit het wetsontwerp was verdwenen.

Met de Kamer was de nieuwe minister Vondeling het eens, dat de landbouwkun- dige toetsing met groote voorzichtigheid moet worden gehanteerd, want het be- treft wel bedrijven, maar het gaat om mensen.

Hij merkte voorts op, dat hij nergens heeft geschreven voorstander te zijn van socialisatie van de landbouw en het is zeker niet zijn bedoeling daartoe te ge- raken via een achterdeurtje. Daarvan heeft de Kamer nadrukkelijk not;~ ge- nomen.

V. v.D.

(3)

Onze belangen in Indonesië

De gedachte van een Haagse geestver- want, de heer G., in deze rubriek ge- opperd, om, gezien de ontwikkeling van zaken in Indonesië, onze Indonesische belangen aan een andere mogendheid te verkopen, lokte in ons nummer van de vorige week reeds een reactie uit.

Thans ontvingen wij van een andet·e reestverwant, de heer S., eveneens een uitvoerige reactie op dit voorstel.

Onze brief.scbrijver noemt het voorstel Yan de heer G. om onze belangen in In- donisië nu maar te gaan verkopen, on- Uitvoerbaar. Uit dat voorstel meent hij teYens te kunnen opmaken, dat de heer G. ,.blijkbaar behoort tot die vele Neder- landers, die van de werkelijke toestand en de verhoudingen in Indonesië niet veel afweten".

Hij schrijft dan verder:

Wat nu onze belangen betreft, moet ik de heer G. er in de eerste plaats op attent maken, dat het Nederlands kapi- taal in hoofdzaak is geïnvesteerd in de cultuur-ondernemingen. En de waarde hiervan is slechts de koopsom, die alleen de Indonesiër zelf hiervoor nog wenst te betalen. En dat zal niet vee~ zijn.

De heer G. weet blijkbaar niet dat d<~

gronden van deze ondernemingen in erf- pacht zijn uitgegeven. Toen Nederland nog het bestuur in handen had heett onze regering zich altijd op het, zeer te- recht, juiste standpunt gesteld, dat .:ie grond het eigendom was van de autoch- thone bevolking. Wij hebben aan dit recht, dat verankerd ligt in de adat, t.ij- dens ons koloniaal bestuur nooit willen tornen.

Deze erfpacht nu, loopt langzam<_,!'- hand af. Voor uitgestrekte gronden is zij zelfs reeds afgelopen. En deze erf- pacht heeft de Indoneshc:che regering;

nooit willen verlengen,

De heer G. zal dua nu ook wel kun- nen beg-rijpen, dat een onderneming, waarvan de erfpacht reeds is afgelopen of binnenkort zal aflopen, geen cent meer waard is. De Nederlandse ond€1-- nemcr kan in dergelijke gevallen zijn rubberbomen, zijn theestruiken, zijn .ld- nabomen, etc. etc. niet omhakken en meenemen. Hij mag zelf vertrekken, maar zijn bezittingen moet hij noodge- dwongen laten staan. Het recht van eigendom .Is dus zeer betrekkelijk, want de grond, die zijn eigendom niet is, kan niet los worden gezien van de aanplant, die daarop staat.

Hoe komt het nu, dat de Indonesisch<!

regering na de soevereiniteitsoverdracht zo onwillig bleef de verlenging van deze erfpachte"l door een nieuwe wet te re- gelen? De oorzaak hiervan is gemakke-

kelijk aantoonbaar.

Na de soevereiniteitsoverdracht blet>'<e namelijk al heel spoedig, dat er voor de bevolking, die op die uitgestrekte onder- nemlngen woont en werkt, feltelijk niets was veranderd. De Nederlander keerde met zijn assistenten in de veilige gebie- den weer terug en de administrateur was weer de Toewan Besar, die vanuit zij>l besnrau zijn bevelen gaf. Precies zo als vroeger.

Nu is het Indonesische volk van ouds- her een agrarisch volk en het heeft als zodanig een zeer ontwikkeld gevoel van verbondenheid met de grond, waarop het leeft en werkt. Voor de eenvoudige man in de dessa, die van een R.T.C. overeen- komst en een Uniestatuut niets afweet, kon de soevereiniteitsoverdracht slechts betekenen, dat hij de vrijheid zou krij- gen om de grond te bewerken, zoals mJ dat wenste. En deze vrijheid kreeg hij niet!

Het is dus begrijpelijk, dat daardoor binnen het rar.-n van de jonge staat gro.

te spanningen moesten ontstaan. De Da...

rul Islam wenste niet, dat de vreemde- ling als heerser op zijn onderneming zou terugkeren en de goed-georganiseerde benden van deze beweging zorgden er wel voor, dat dit ook niet gebeurde.

Aan de illegale occupatie van onder- nemingsgronden kon de regering maar

weinig doen, want het volk voelde niet aan, dat dit in strijd was met de wet.

Aan diefstal van ondernemingsprodue- ten al evenmin, want de bevolking pluk- te slechts de vruchten van zijn eigen grond. Dat de Indonesische regering

daarom ook niet een regeling voor de verlenging van de erfpacht durfde ont- werpen, spreekt welhaast vanzelf.

Aan de andere kant zat de Indonesische regering met de R.T.C.-overeenkomst, waarin de nodige bepalingen over de eigendomsrechten van de Nederlanders waren opgenomen. Ook zag zij zeer goed in, dat de Nederlanders de aanplant niet voldoende durfden onderhouden en uit- breiden, zolang er niet de nodige zeker- heid bestond over de verlenging van de erfpacht. Hierdoor liep de produktie ach- teruit.

Het spreekt vanzelf, dat het Algemeen Landbouw Syndicaat hierover heel wat besprekingen met de Indonesische rege- ring heeft gevoerd, maar een oplossing werd niet gevonden. Wel werd in bepaal- de dringende gevallen de erfpacht ver- lengd met de z.g. non-uses-periode, waar- mede bedoeld worden de jaren, dat de Nederlander als een gevolg van de Ja- panse bezetting zijn recht niet kon uit- oefenen.

Soekarno-Hatta

Soekat'no moest dus, aldus onze brief- schrijver, wel verklaren, dat de revolutie nog niet geëindigd was en dat dit pas het geval zou zijn, als de Nederlanders uit geheel Indonesië waren verdreven.

Hij moest dus een anti-Nederlandsc stemming in het leven roepen. Dat hij daarvoor de kwestie West-Irian koos, ligt voor de hand, want een andere be- hoorlijke aanleiding, die spectaculair voor

.~ onontwikkelde menigte zou zijn, had llij niet. Hij stond daarbij internationaal ook sterk, gezien de anti-koloniale stem- ming in de UNO. Dat het hier ging om een gebied, dat meer dan 3000 km van Dja- karta verwijderd ligt, werd natuurlijk verzwegen. Eveneens, dat dit gebied nog bijna geheel terra ineognita is en slechts, voor zover bekend, wordt bewoond door enkele honderdduizenden Papoeas, die van een geheel ander ras zijn dan de Indo- nesiërs.

Met deze politiek ging Hatta niet ak- koord. Dat kon ook niet, want de bevrij- der Soekarno moest wel van een heel andere gedachte uitgaan dan de econoom Hatta. Laatstgenoemde was namelijk voorstander van een innige samenwer- king tussen Nederlanders en Indonesiërs op coöperatieve basis. Een systeem, waar- bij de aanplant coöperatief zou worden bewerkt door de Indonesiërs, terwijl de fabriek en de verdere export in handen zou blijven van de Nederlander"

Door dit verschil van mening tussen beide leiders is de kloof tussen Soekarno en Hatta ontstaan. Deze kloof werd on- overbrugbaar toen het Hatta duidelijk werd, dat Djakarta op koloniale wijze de buitengewesten ging exploiteren .. Want Hatta is Sum<:traan.

Het is de fout van de Nederlanders, dat zij deze ontwikkeling in de gebeurtenissen niet hebben begrepen. Zij hebben zich te veel vastgeklemd aan de bepalingen van de R.T.C. en daardoor meer gelet op ogen- blikkelijke voordelen van grote winsten, en niet willen inzien, dat een langdurige goede samenwerking, waarbij weliswaar bepaalde rechten moesten worden prijs- gegeven (kostbare aanplantingen), toch veel voordeliger zou zijn.

Zodoende is de werkelijke oorzaak van het conflict tussen Nederland en Indo- nesië niet onderkend. Deze oorzaak was het recht van de Indonesiër op zijn grond.

Het conflict om Nieuw-Guinea is daarvan slechts een gevolg. En het is fout van de Nederlandse Regering, dat zij is ingegaan op het ·conflict Nieuw-Guinea, waardoor dit automatisch in het centrale punt kwam te liggen.

Daartegenover staat de fout van pre- sident Soekarno, dat hij deze haat-cam- pagne is begonnen. Want een dergelijke campagne werkt lJ.ltijd destructief, voor bende partijen. De politiek van Hitler, Mussolini en Stalin geven daarvan tref- fende voorbeelden.

Uit het kwade kan echter ook hier het goede weer worden geboren. De Neder- landers zijn thans hun cultuur-onderne- mingen kwijt, waardoor de toestand is verhelderd. Want de Indonesiër is nu baas over zijn eigen grond.

Nieuw-Guinea

Tot slot betoogt dan onze briefschrij- ver:

Aan de andere kant bestaat er thans ook geen enkele overeenkomst meer waaraan Soekarno het recht kan ontle- nen, dat Westelijk Nieuw-Guinea aan hem moet worden afgestaan. Daarmede is echter nog niet vastgesteld, dat de soevereiniteit bij Nederland behoort te berusten. De bewering, dat de Papoea niet tot het Indonesische ras behoort is wel juist, maar tot het Europese ras be- hoort hij evenmin.

Ons vooroorlogs koloniaal bestuur wet- tigt onze aanspraken op dat uitgestrekte gebied al evenmin. Pas na de oorlog zijn wij er ons intensiet mee gaan bemoeien.

En dat was dan nog maar noodgedwon- gen. Vanuit Djakarta is West-Irian moei- lijk te besturen, daarvoor ligt het land te ver v<Crwijderd van de Indonesische hoofdstad. Maar dat bezwaar geldt zeer zeker ook voor Den Haag.

Zowel Djakarta als Den Haag kunnen dit enorme gebied dan ook maar alleen op koloniale basis besturen. Wanneer wij dus de aanspraken van Nederland en Indonesië op dit gebied eerlijk tegen el- kaar gaan afwegen, dan zal de weeg- schaal ongeveer in evenwicht staan. Het is daarom begrijpelijk, dat Nederland, bij de verdediging van zijn belangen voor de UNO, nooit een onverdeelde sympa- thie heeft ontmoet.

Het is alleen aan de politiek van Soe- karno te danken, dat de vrije wereld er thans van overtuigd is, dat het omstre- den gebied zeer beslist niet onder het bestuur van een regering mag worden geplaatst, die slechts de bevelen van Soekarno opvolgt en er geen eigen me- ning op na durft te houden. Want Soe·

karno is wel gebleken een zeer onbe- trouwbare verdragspartner te zijn.

Zijn politiek is in alle opzichten vol- komen gelijk aan die van Adolf Hitler.

Neem voor Oostenrijk slechts de Zuid- Molukken, voor Polen Westelijk Nieuw- Guinea, voor de Joden de Nederlanders en voor de schending van de Volken- honds-verdragen de schending van de UNO-verdragen, en het is volkomen dui- delijk, dat er geen haar verschil is.

Toegeven aan de eisen van Soekarno betekent dan ook niets anders dan dat straks de eisen voor overdracht van Por- tugees Timor, van Brits Borneo en van Malakka onverbiddellijk zullen volgen.

Met de huidige Indonesische regering kan dan ook evenmin worden onderhan- deld als met de vroegere Nazi-regering van Duitsland. Want Soekarno zal elk toekomstig verdrag verscheuren, zoals ook Hitier dat deed.

De weg voor onderhandelen zal pas weer open komen, zodra in Indonesië een regering het bewind in handen neemt, die niet naar het pijpen van Soekarno wenst te dansen. Een regering dus, die de R.I.S. weer herstelt, waardoor een einde wordt gemaakt aan het kolonise- ren van de vroegere deelstaten door Dja- karta.

De oude federatie dus, waarin ook plaats is voor de zelfstandige republiek der Zuid-Molukken en waarin ook t.z.t.

Westelijk Nieuw-Guinea als een zelfstan- dige staat kan worden opgenomen. Door de onbetrouwbaarheid van Soekarno ontbreken deze garanties thans absoluut.

Alle verschijnselen wijzen er op, dat de ontbinding van de eenheidsstaat van Soe- karno aanstaande is. Het gezag van Dja- karta was zelfs voor de huidige ongeluk- kige gebeurtenissen reeds tot praktisch nul gereduceerd. Zodra dus de R.I.S. is hersteld, kan een nieuwe R.T.C. worden gehouden, waaraan de vertegenwoordi·

gers van alle deelstaten moeten deelne- men. Nederland zal dan, gezien onze eigen ondervindingen, zeer waarschijn- lijk bereid worden gevonden zijn betrek·

kingen te normaliseren.

Maar daarvoor is OOK een andere re- gering in Nederland nodig. Onze huidige regering, die zulke enorme fouten heeft gemaakt en daardoor zo'n enorme schuld aan de huidige gebeurtenissen heeft, is daarvoor ongeschikt. En met alle res- pect voor de kwaliteiten van minister Luns, het is de kenners van het volk van Indonesië ook genoegzaam bekend, dat hij niet de geschikte man is om de toe- komstige besprekingen te leiden.

s.

1 FEBRUARI 1158 PAG.

a

Activiteit in de afd. Den Haag

Wethouder Dettmejjer tot lid van verdienste

benoemd

De afdeling 's-Gravenhage heeft de laatste weken weer blijk gegeven van grote activiteit.

In een druk bezochte vergadering van de afdeling werd de candidatenlljst voor de gemeenteraadsverkiezingen vaatge- steld en werd de heer D. W. Dettmeijcr, in verband met het feit dat de Haagse afdeling op 2{ januari 10 jaar bestond, tot lid van v.,rdienste van de afdeling Den Haag benoemd.

Verschillende wijken hebben een drul&

bezochte bijeenkomst belegd in ,.Bosch•

lust", waar de heren drs. H. A. Kol"t•

hals, Lid van de Tweede Kamer der Sta- ten Genet·aal, en H. H. Jacobse, vool'ZH- ter van de J.O.V.D., op originele wijze redevoeringen hielden over de huldig·~

politieke toestand.

Tenslotte vergaderde de Vrouwen- groep van de afdeling Den Haag voor het houden van haar jaarlijkse algemene vergadering, waarbij de aftredende se- cretaresse, mevrouw E. de Rooek-Bud•

dingh, bij acclamatie werd herkozen.

De candidatenlijst voor de kieskring 's-Gravenhage in verband met de verkie- zingen voor de Provinciale Staten is als volgt samengesteld:

1. Mr. H. van Riel; 2. J. van de Griend Mijnsherenland; 3. Mevr. F. T. van der Torren-Veendorp, Waddinxveen; i. S. J.

van den Bergh, Wassenaar; 5. Mevr. Mr.

N. N. V\'. Dettmeijer~Labberton; 6. F. L.

van der Leeuw; 7. Mr. Th. Bakker; 8.

Mej. M. Hardeman; 9. Dr. J. D. de Roock; 10. Mr. H. R. Sicman; 11. Mr.

A. A. Th. Boender; 12 A. A. C. Reedijk;

13. D. van der Houwen, Dordrecht.

De 100.

1

000

Het dagblad Trouw deelde onlangs mede, dat de Anti-Revolutionaire Partij haar honderdduizendste lid heeft inge- schreven.

Wij komen niet zo heel erg onder de in- druk van grote getallen en groots opge- zette ledenwerfacties bekoren ons maar matig. De mogelijkheden daartoe liggen trouwens voor de ene partij heel anders als voor de andere, voor een partij met sterke kerkelijke bindingen als de A.R.

bijv. veel gunstiger dan voor een partij als de onze.

Het enige dat ons in dit bericht trof - en daarom maken wij er melding van - is dit: dat de A.R. partij na een voor haar zeer teleurstellende verkiezings•

uitslag danig bezig is aan versterking harer organisatorische positie. Dat blijkt niet alleen uit het resultaat dezer leden- werfactie, maar uit allerlei. Uit congl'es- sen en samensprekingen, waarvan haar pers gewaagt, uit principiële bezinning op allerlei actuele vraagstukken, uit rappor•

ten en publicaties, van de verschillende a.r. partij-instantles uitgaande.

De ondervonden tegenslag heeft deze partij blijkbaar niet ontmoedigd, maar ge- ïnspireerd tot groter activiteit. Dit zal ongetwijfeld mede als noodzaak geziel\

worden om verdere teruggang te voor•

komen, maar het verdient respect; als de a.r. partij er daarbij dan in slaagt haar ledental aanmerkelijk op te voeren - ruim 6000 in deze ledenwerfactie - mag toch ook gezien worden als een bewijs dat velen uit a.r. kring, die zich tot dusverre aan het partijleven onttrokken, nu de noodzaak erkennen, dat wie een bepaald beginsel aanhangt ook steun moet vcr- lenen aan de partij die dit beginsel in de politiek vertegenwoordigt.

En dat is iets dat men ook in liberale kringen menig liberaal denkend kiezer ter overweging mag voorleggen !

deR.

Adrea Algemeen Secretariaat:

Konlngtnnegracht 61, Den Haag.

Telefoonnummers: 111 'J 8 8 • 11 4 S 'J 5 (K l'JOO).

Gironummer 8'7880, t.n.T. 4e ee- cretarls vaa de V.V.D. te Dal

Baac.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Er is echter nog weinig bekend over de rol die sociale media of andere online platforms zouden kunnen spelen bij het tot stand brengen van collective action met

Ieder jaar worden eind april of begin mei door het dagelijks bestuur van het Meerschap de jaarstukken en de begroting voor het komende jaar aan de deelnemende gemeenten

Daarna liggen het ontwerp-luchthavenbesluit en de Milieu Effecten Rapportage 6 weken ter inzage. In die 6 weken kunt u uw mening geven over

De achterliggende gronden en bomen zijn met toestemming van de gemeente in gebruik bij de bewoners van de Oude Tilburgsebaan 37, 39 en 41 en worden gebruikt als tuin. Er is

Er is voor gekozen om deze verschillende groepen allebei te betrekken in dit onderzoek omdat veel van de aspecten die van invloed zijn op klantenloyaliteit bij een brick and

sĂĂŬǀŽůƐƚĂĂŶďŝũĞĞŶƐŽŽƌƚĂůƐŐƌƵƩŽ een tweetal bezoeken in de beste pe- ƌŝŽĚĞ Žŵ ĞĞŶ ŐŽĞĚ ďĞĞůĚ ƚĞ ŬƌŝũŐĞŶ ǀĂŶŚĞƚĂĂŶƚĂůƚĞƌƌŝƚŽƌŝĂ͘DĞƚ͚ďĞƐƚĞ͛ periode bedoelen

De boogde locatie van het voormalig instroompunt voortgezet onderwijs(locatie Zwaardijk) is echter niet haalbaar voor dit initiatief waardoor we op zoek gaan naar een andere

De Overheid late zooveel mogelijk het nemen van sociale en economische maatregelen over aan de belanghebbenden zelf.. Zij trede bui voorkeur alleen aan-