Vraag nr. 85
van 26 november 1998
van de heer ROBERT VOORHAMME
Grond- en pandenbeleid – Organisatie en perspec-tieven
De organisatie van het grond- en pandenbeleid als onderbouw van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen is een belangrijke doelstelling in het kader van de ruimtelijke ordening.
1. Hoe is het grond- en pandenbeleid binnen de administratie voor Ruimtelijke Ordening, Huis-vesting en Monumenten en Landschappen (Arohm) op dit ogenblik georganiseerd ? 2. Hoeveel personeelsleden en met welk statutair
niveau worden er vandaag ingezet om deze aan-gelegenheid te implementeren ?
3. Wat zijn de verwachtingen en toekomstperspec-tieven om het grond- en pandenbeleid verder uit te bouwen, onder voorbehoud van goedkeu-ring van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening ?
Antwoord
1. De beleidswerking inzake grondbeleid op Vlaams niveau behoort tot het takenpakket van de afdeling Ruimtelijke Planning.
2. Een ambtenaar met rang van directeur is ver-antwoordelijk voor de implementatie van dit beleid. De inventaris van de onbebouwde perce-len ressorteert daarnaast onder de bevoegdhe-den van een adjunct van de directeur. Beide personen hebben evenwel ook nog andere taken. Voor ondersteunende taken kunnen zij een beroep doen op de personeelsleden van de afdeling.
Op basis van de doorgevoerde tijdsregistratie kan worden gesteld dat binnen de afdeling slechts één tot twee voltijds equivalenten bezig zijn met het proces grondbeleid. Een grotere inzet is binnen het beschikbaar personeel niet mogelijk.