• No results found

Vraag nr. 68 van 26 november 1996 van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 68 van 26 november 1996 van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 68

van 26 november 1996

van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH G e w e s t ov e r s chrijdend openbaar vervoer – Ta a l g e-bruik

Onlangs zou er bij de Vaste Commissie voor Ta a l-toezicht een klacht aanhangig zijn gemaakt inzake het taalgebruik bij gewestoverschrijdend openbaar vervoer op de weg. Het zou erom gaan dat de mededelingen aan de reizigers in eentalig Neder-landse gemeenten, ook zonder faciliteitenregeling, tweetalig gebeuren en dat de bestuurders die onder meer instaan voor de verkoop van vervoerbewijzen en de verstrekking van inlichtingen allerhande, (meestal) eentalig Frans zijn.

Het gaat daarbij om busdiensten verzorgd door de vervoersmaatschappij MIVB, met hoofdzetel in B r u s s e l . Van de MIVB is al langer bekend dat ze de taalwetgeving in het Hoofdstedelijk Gewest met voeten treedt, maar blijkens het voormelde en vele andere getuigenissen te velde houdt ze zich ook in de eentalig Nederlandse gemeenten van V l a a m s -Brabant niet aan de letter en de geest van de wet. 1. Welke maatregelen zijn er getroffen om aan de

vermelde feiten een einde te stellen ?

2. Welke maatregelen zijn er genomen om meer gestructureerd op te treden tegen dergelijke fei-ten, zowel preventief als curatief, en met welke afdwingbaarheid ?

3. Op welke wijze waarborgt de minister de volle-dige naleving van de taalwetgeving, die van openbare orde is, voor gewestoverschrijdend openbaar vervoer, ook na de indienstname van een voorstadsnet ?

4. Op welke manier wordt het Brussels Hoofdste-delijk Gewest ter verantwoording geroepen voor voormelde feiten ?

N.B. : Deze vraag werd eveneens gesteld aan de heer Eddy Baldewijns, Vlaams minister van Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening.

Antwoord

Het antwoord zal worden verstrekt door de heer Eddy Baldewijns, Vlaams minister van Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening.

(Zie vraag nr. 125 van 26 november 1996, B u l l e t i n van Vragen en A n t w o o rden nr. 6 van 13 december 1996, blz. 517 – red.)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vermits vanaf volgend schooljaar de vakantierege- ling van de s cholen in de Vlaamse en Franse Gemeenschap opnieuw zal gelijklopen, zal er geen reden meer zijn om

Nochtans bepaalt artikel 5 van de organieke wet van het Rekenhof van 29 oktober 1896, alsmede de artikelen 31, 1bis en 31, 1ter van de over- eenkomst Vlaams Gewest – NV

Wanneer de duur van een in tijd beperkt project vooraf niet precies kan worden ingeschat, kan het aangewezen zijn om het contractueel personeel dat voor deze

Artikel XIII 13 van het Vlaams personeelsstatuut (1) – dat ingevolge artikel XIV 46 eveneens van toepassing is op het contractueel personeel – bepaalt dat de vanaf 1 januari

De bestendige deputatie van de provincie Vlaams-Bra- bant drukte op 20 september 1995 in haar Versterkt Actieprogramma Rand haar vrees uit dat de concentra- tie van

Op de verwezenlijking van deze brug werd enerzijds aangedrongen door het gemeentebestuur van Meise, opdat voor de inwoners van Meise-centrum het sportcentrum De Nekker

Het MINA-fonds maakte de rekeningen 1991 tot en met 1994 op volgens de instructies en modellen die door het departement Algemene Zaken en Financiën waren ter

Het zou erom gaan dat de mededelingen aan de reizigers in eentalig Neder- landse gemeenten, ook zonder faciliteitenregeling, tweetalig gebeuren en dat de bestuurders, d i