• No results found

Tweede Kamer, 40e vergadering Dinsdag 5 januari 2021

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Tweede Kamer, 40e vergadering Dinsdag 5 januari 2021"

Copied!
150
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Tweede Kamer, 40e vergadering Dinsdag 5 januari 2021

Aanvang 11:00 uur

Sluiting 22:32 uur

Status Ongecorrigeerd

Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden De voorzitter:

We hebben een korte regeling van werkzaamheden, dus ik geef gelijk het woord aan de heer Wilders namens de PVV.

De heer Wilders (PVV):

Voorzitter, dank u wel. Staat u mij toe dat ik u en alle anderen eerst een fijn en vooral gezond en vrij 2021 toewens.

Voorzitter. De fracties van de PVV, de Partij van de Arbeid en de SP hebben met z'n drieën het verzoek gedaan om voor deze regeling bij elkaar te komen, omdat wij als drie fracties graag vandaag een debat willen over corona. Er is veel te bespreken, van het afschalen van de

reguliere zorg tot en met de dramatiek — zo zou ik dat bijna zeggen — rond het vaccinatiebeleid.

Iedereen kan ook wel andere onderwerpen verzinnen. Het is belangrijk om daar deze week, en wat ons betreft nu meteen na deze regeling als de meerderheid dat steunt, over te debatteren met de minister van Volksgezondheid, de minister voor Medische Zorg en natuurlijk de minister- president.

De voorzitter:

Wordt dit verzoek ondersteund? Ja. De heer Klaver en dan mevrouw Sazias.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter, van harte steun voor het debat.

Mevrouw Sazias (50PLUS):

Voorzitter. Mede namens 50PLUS wens ik iedereen een mooi nieuwjaar. Ik steun het verzoek, maar ik wil wel graag vragen om wat meer spreektijd en dan het liefst zes minuten.

De heer Azarkan (DENK):

Steun voor het verzoek, voorzitter. Het mag ook vijf minuten zijn van mij.

De heer Pieter Heerma (CDA):

Steun voor het verzoek.

De heer Jetten (D66):

Steun.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Steun.

(2)

De heer Van Haga (FvD):

Steun.

Mevrouw Van Kooten-Arissen (vKA):

Van harte steun.

De heer Segers (ChristenUnie):

Iedereen een gezond en goed 2021 toegewenst. Steun voor het verzoek.

De heer Van der Staaij (SGP):

Voorzitter. Iedereen alle goeds toegewenst voor het nieuwe jaar. Van harte steun voor dit debat.

De voorzitter:

U ook. Dank u wel.

Mevrouw Van Esch (PvdD):

Als we allemaal gaan, geef ik uiteraard ook nog even steun.

De voorzitter:

Dank u wel. Er is tussendoor ook nog een verzoek gedaan voor uitbreiding van de spreektijd.

De heer Wilders (PVV):

Dat lijkt mij prima, voorzitter.

De voorzitter:

Vijf minuten. Daar was ik al bang voor. Dank u wel. U heeft brede steun.

Ik ga zo schorsen, maar ik heb eerst nog een korte mededeling. Op verzoek van de vaste commissie voor Europese Zaken stel ik voor om vandaag ook te stemmen over de moties ingediend bij het notaoverleg over de handels- en samenwerkingsovereenkomst EU-VK, Verenigd Koninkrijk. Ik neem aan dat we dat aan het eind doen, als we toch moeten gaan stemmen. Dit is op verzoek van de commissie, dus ik neem aan dat daar een meerderheid voor is.

Ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken in afwachting van de minister-president, de minister van VWS en de minister voor Medische Zorg.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Ontwikkelingen rondom het coronavirus

Ontwikkelingen rondom het coronavirus

Aan de orde is het debat over de ontwikkelingen rondom het coronavirus.

De voorzitter:

Aan de orde is het debat over de ontwikkelingen rondom het coronavirus. Ik heet de minister- president, de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister voor Medische Zorg van harte welkom. Ik wilde het woord eigenlijk geven aan de aanvrager van dit debat, de heer Wilders, maar u staat al bij de interruptiemicrofoon. De heer Wilders.

De heer Wilders (PVV):

Het zijn weliswaar niet mijn vragen, maar mijn collega Rob Jetten van D66 heeft vorige week naar aanleiding van een reconstructie in de Volkskrant een hele serie goede en kritische vragen

(3)

gesteld over die reconstructie met betrekking tot het vaccinbeleid. Ik zou eigenlijk willen dat die vragen voor dit debat beantwoord worden. Volgens mij was dat ook de bedoeling van de heer Jetten, maar hij corrigeert me wel als dat niet zo is.

De voorzitter:

Dat is eigenlijk een ordevoorstel. Wanneer zijn die vragen eigenlijk ingediend en om hoeveel vragen gaat het? Ik kijk even naar de heer Jetten.

De heer Jetten (D66):

Voorzitter. Ik had inderdaad gevraagd of het mogelijk was die vragen voorafgaand aan het eerstvolgende coronadebat te beantwoorden. Ik kan me zo voorstellen dat het kabinet gezien alle ontwikkelingen rondom de vaccins de afgelopen dagen wat anders heeft gedaan. Ik zou dus heel graag willen dat die vragen voor het volgende coronadebat kunnen worden beantwoord. Dan kunnen we die dan meenemen.

De voorzitter:

Gaat uw gang.

Minister De Jonge:

We gaan ons best doen. We hebben alle energie inderdaad gezet op de brief die u gisteravond heeft ontvangen. We gaan ons best doen.

De voorzitter:

Goed. Dan geef ik nu het woord aan de heer Wilders namens de PVV.

De heer Wilders (PVV):

Mevrouw de voorzitter. Kerst 2020 zal behalve als een familiefeest in zeer kleine kring vanwege corona ook de geschiedenis ingaan als de totale afgang van Nederland. Kijk naar het

onnavolgbare gestuntel met het vaccinbeleid, alsof we een derdewereldland zijn. Dat betreft het vrijwillig vaccineren van mensen die dat willen, zonder dwang of drang. Hoe is het in

hemelsnaam mogelijk dat andere landen al veel verder zijn, terwijl ze precies hetzelfde vaccin gebruiken? Het is toch niet te bevatten dat Nederland het allerlaatste EU-land is waar wordt begonnen met vaccineren? Van Duitsland tot Polen, van Denemarken tot Hongarije, overal zijn al duizenden of zelfs tienduizenden mensen — in Duitsland zelfs honderdduizenden mensen — gevaccineerd. In een land als Israël zijn dat zelfs al 1 miljoen mensen, net als in het Verenigd Koninkrijk. Dat zijn geen symbolische eerste prikjes, zeg ik tegen minister De Jonge. Dat zijn serieuze aantallen. Hier in Nederland moeten we nog beginnen. Hier liggen duizenden vaccins al bijna twee weken opgeslagen in vrieskisten in een opslagplaats in Oss in plaats van dat ze worden gebruikt, en steggelde het kabinet na tien maanden corona nog over welke doelgroep als eerste in aanmerking komt voor een prik. Iedere dag nieuwe groepen erbij, andere groepen eraf.

Het is schandalig. Dat is geen strategie, maar chaos, totale chaos. Het is slecht en te laat voorbereid. Minister De Jonge was er niet klaar voor, ondanks zijn belofte dat wel te zijn. Een blamage van de hoogste orde.

En het gaat verdorie ergens over. Iedere week sterven er mensen en raken andere mensen besmet. Onze ziekenhuizen vrezen code zwart. Een nieuwe, meer besmettelijke Engelse variant van het virus heeft ook in Nederland zijn intrede gedaan. Onze verpleeghuizen zijn sterfhuizen geworden. Zorgpersoneel werkt ondanks uitputting keihard door of wordt zelf ziek. Ouderen zitten vaak thuis opgesloten. Veel van hen die kwetsbaar zijn, kunnen niet wachten op de bescherming van een vaccin, maar komen nu pas tussen maart en oktober aan de beurt.

Mevrouw de voorzitter. Een of twee weken eerder of later vaccineren kan het verschil zijn tussen leven en dood. We hadden verdorie de eerste moeten zijn met het vrijwillig vaccineren in plaats van de laatste. Eerder beginnen betekent ook nog een keer eerder bevrijd worden van die vreselijke lockdown. U bent, meneer de minister, niet de juiste man op de juiste plek. Sorry dat ik het zeg, maar met deze pandemie kunnen wij ons geen gezwabber, geen gebrek aan

(4)

daadkracht, geen chaos en dus geen Hugo de Jonge als minister meer permitteren. Laat een ander het doen, iemand die het wel kan. Wij zeggen het vertrouwen in u op.

Ook de minister voor Medische Zorg, mevrouw Van Ark, heeft er helaas een puinhoop van gemaakt. Ook zij heeft gefaald. We hebben haar hier in ieder debat in het afgelopen jaar — althans, vanaf het moment dat ze daar zit — gevraagd om met de grootste spoed voldoende personeel te regelen om nieuwe afschaling van de reguliere zorg voor mensen die ziek zijn, te voorkomen. Dat is niet gelukt.

Voorzitter. Het wordt allemaal nog erger. Ziekenhuizen moeten nu, zo lezen we in de krant, naar de rechter stappen omdat ze extra ic-bedden niet vergoed krijgen. Dat is toch niet te geloven?

Dat kan toch alleen maar met een VVD-minister? Dit is de zorgvrekkigheid van de VVD ten top, waar onze zorg aan ten onder gaat.

Voorzitter. Ik word ook verdrietig en boos van al die mensen die hun reguliere zorg weer afgeschaald krijgen, van die mevrouw met darmkanker of die meneer met hartklachten, wiens afspraak of operatie in het ziekenhuis nu weer wordt afgezegd en uitgesteld. Wat zegt u tegen deze mensen, meneer Rutte? Sorry dat ik niet voldoende heb geïnvesteerd in voldoende zorgpersoneel de afgelopen jaren? Sorry, hadden we maar geen ziekenhuizen en intensivecare- units en spoedeisendehulpposten gesloten de afgelopen tien jaar?

Voorzitter. Ik heb hier een artikel bij me. Het is te klein om het aan iedereen te laten zien, maar het is een artikel uit NRC Handelsblad van 13 oktober 2018, van ruim twee jaar geleden dus. De kop, de titel, van dat artikel is "Kiezen op de ic: de kanker- of de leverpatiënt?" De heer Gommers van de Erasmus-ic gaf toen al, in 2018 dus, aan te weinig verpleegkundigen te hebben, waardoor onder andere hersentumoroperaties moesten worden uitgesteld en tientallen bedden en

operatiekamers in academische ziekenhuizen in heel Nederland tijdelijk op slot gingen. Waarom?

Wegens een gigantisch gebrek aan zorgpersoneel. Meneer Rutte, het is echt een ongelofelijke schande dat u en uw kabinet daar in de afgelopen twee jaar niets aan hebben gedaan. U heeft daar niets aan gedaan. De PVV, mevrouw Agema voorop, pleit al jaren tegen de afbraak en voor extra investeringen in de zorg. Maar u, meneer Rutte, geeft tientallen miljarden euro's aan landen als Italië, Spanje en Portugal, en investeert dus niet of in ieder geval onvoldoende in extra

medewerkers voor onze eigen zorg. Daardoor krijgen doodzieke mensen nu opnieuw niet de zorg die zij keihard nodig hebben.

Mevrouw de voorzitter, ik rond af. Dit kabinet is totaal de weg kwijt. Nederland snakt naar betere zorg. Nederland snakt naar meer vrijheid. Maar op deze manier en met dit kabinet gaat dat niet lukken.

Dank u wel.

De heer Jetten (D66):

Ik deel met de heer Wilders dat hoe eerder je begint met vaccineren, hoe beter dat is om de druk op de zorg te verlichten en coronamaatregelen af te schalen. Maar het was ook de heer Wilders die in december zei dat hij zelf nog twijfelde of hij zich zou laten vaccineren. Ik was benieuwd of hij inmiddels een keuze heeft gemaakt. Gaat hij het vaccin gebruiken of niet als hij aan de beurt is?

De heer Wilders (PVV):

Ik zou dat zeker laten doen. Ik heb respect voor mensen die dat niet doen. Er is gelukkig een motie van mij aangenomen in deze Kamer die zegt dat het altijd vrijwillig moet zijn, dus zonder dwang en drang. Ik heb respect voor de mensen die besluiten om het niet te doen, om wat voor reden dan ook, maar het is mijn keuze, voor mezelf, maar ook voor anderen, om het wel te doen.

De heer Jetten (D66):

Dat is mooi. We moeten het inderdaad niet met dwang doen, maar ik denk dat het goed is als wij

(5)

als kabinetsleden en politici die elke dag bezig zijn met de coronacrisis, en dus ook veel weten over die vaccins, het vertrouwen uitstralen dat het op een veilige manier kan worden toegediend en dat we daarmee allemaal een bijdrage kunnen leveren aan het stoppen van het coronavirus.

De heer Asscher (PvdA):

Ik heb samen met de heer Wilders dit debat aangevraagd, omdat wat nu gebeurt in de

ziekenhuizen verschrikkelijk is. Mensen lopen op hun laatste benen en werken dag en nacht. De heer Wilders gaf daar volgens mij een goed voorbeeld van. Operaties worden afgezegd. De zorg, zowel voor mensen met corona als daarbuiten, staat onder gigantische druk. En met dat nieuwe besmettelijke virus ziet de toekomst er ook niet zo florissant uit. Ik deel dus ook de kritiek op het kabinet die Wilders heeft geuit. Maar als hij zegt dat het kabinet zwabbert, wil ik hem toch ook een vraag stellen. Op 15 december zei Wilders hier: de winkels hoeven niet dicht. Op 15 december zei Wilders hier: de horeca hoeft niet dicht. Daarvoor zei hij nog: die 1,5 meter is niet nodig. Misschien is het wel goed als hij daar nu dan ook van zegt dat het achteraf wel degelijk nodig was, hoe erg dat ook is voor de ondernemers.

De heer Wilders (PVV):

Nee. Natuurlijk ben ik nog steeds daartegen. Dat laat onverlet dat ik kritiek kan hebben op het vaccinatiebeleid. Wij zijn altijd tegen de 1,5 meter geweest, zeker buiten — je moet er wel altijd

"buiten" bij zetten — omdat we vinden dat het virus buiten bijna tot nul verspreiding zal leiden als je niet bij elkaar op schoot zit en 1 millimeter van elkaar vandaan ademt. Dat blijf ik nog steeds vinden. En over het sluiten van de horeca heb ik hier ongeveer iedere week aangegeven dat de horeca volgens de Koninklijke Horeca Nederland op een verantwoorde manier met schotten, schermen en weet ik wat allemaal open zou kunnen. De horeca wordt onevenredig hard gepakt.

Datzelfde geldt voor de detailhandel. Ik vind dus nog steeds dat dat moet.

Dat laat onverlet dat het kabinet een enorme puinhoop heeft gemaakt van het vaccinatiebeleid.

Het kabinet heeft dat te laat gedaan. Iedere dag dat mensen die dat — ik zeg het nogmaals — vrijwillig willen, worden gevaccineerd is een dag dat er minder doden vallen. Mensen die

gevaccineerd zijn— we weten dat nog niet zeker, maar laten we daarvan uitgaan — kunnen ook minder snel de ziekte verspreiden en ook de besmettelijkheid wordt kleiner. Iedere dag zonder vaccinatie is dus een verloren dag. Dat moet je doen. Dat is mijn kritiek. Het kabinet zwabbert daar. Het begint te laat. De minister-president is de afgelopen twee weken totaal afwezig geweest en de minister van Volksgezondheid heeft dat volgens mij slecht gedaan en dat hadden we wel moeten doen. Dus mijn ene kritiek laat onverlet dat ik ook kritiek kan hebben op het andere punt.

De heer Asscher (PvdA):

Sterker nog, die kritiek is terecht. Het kabinet maakt een bende van die vaccinaties. Die dingen liggen in de vriezer terwijl mensen ziek worden. Het is een afgang dat daar tien verschillende smoezen voor zijn gebruikt. Men is gewoon te laat. En dat is niet voor het eerst in deze crisis. Dat is permanent in deze crisis het geval. Juist gezien waar we nu staan in de pandemie, namelijk hoeveel mensen er ziek zijn en hoeveel mensen er besmettelijk zijn, vind ik toch dat het onze taak is om elkaar ook als leiders van politieke partijen te bevragen op de standpunten.

De heer Wilders (PVV):

Zeker, zeker.

De heer Asscher (PvdA):

Mijn vraag aan u stel ik nog een keer. Als we zien waar we nu staan, vindt u dan ook niet, hoe onrechtvaardig het ook voor die ondernemers is en hoezeer het terecht is dat zij meer steun moeten krijgen dan ze nu krijgen, dat het helaas wel nodig is om die maatregelen te nemen voor de horeca en de winkels, omdat het zo ver uit de hand is gelopen? Ik denk dat die consistentie ook van u gevraagd mag worden.

De heer Wilders (PVV):

Nee. Ik ben voor maatregelen waarvan ik denk en geloof — het gaat niet alleen om

(6)

onrechtvaardigheid — dat ze substantieel kunnen bijdragen aan minder besmettelijkheid. Daarom denk ik ook dat een vaccinatie voor heel veel mensen— nogmaals: alleen vrijwillig en zonder dwang en drang — niet alleen een poort naar de vrijheid, maar ook een gevecht tegen het voortgaan van het virus kan zijn. Ik ben tegen 1,5 meter. En ik ben ook niet voor het sluiten van de horeca, want dat kan op een verantwoorde manier — daar zijn ook proeven geweest of die hebben niet eens mogen plaatsvinden van het kabinet — en ik geloof niet dat dat leidt tot enorme verspreiding. Ik heb in debatten ook gezegd dat bijvoorbeeld de opening van de detailhandel, van de winkels, op een enkele uitzondering na helemaal niet heeft geleid tot meer vervoer van

personen, terwijl het kabinet dat gebruikte als argument om dat niet te doen, omdat je dan meer bewegingen kreeg. Dat waren allemaal argumenten die niet klopten. Als je dan tegen sectoren als de horeca en de detailhandel zegt dat ze op slot moeten, terwijl we helemaal niet kunnen aantonen dat dat leidt tot minder besmettingen en het kabinet er zelf een puinhoop van maakt op andere gebieden, kan ik daar echt niet mee instemmen. Ook bij een eventuele verlenging zullen we nog steeds vinden dat dat niet nodig is.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Marijnissen namens de SP.

Mevrouw Marijnissen (SP):

Dank, voorzitter. Heel Europa prikt, maar deze minister wikt. We zagen het natuurlijk al eerder gebeuren. We zagen het bij de persoonlijke beschermingsmiddelen. We zagen het bij het testen.

We zagen het bij het bron- en contactonderzoek. En we zien het nu ook weer bij het vaccineren.

Deze minister is te laat. Hij geeft het nu zelf ook toe. Hij zegt: ja, ik had misschien toch wat eerder de GGD's moeten vragen om ook een andere strategie uit te werken, zodat we nu niet te laat waren geweest.

Voorzitter. Er ligt een heel duidelijk advies van de Gezondheidsraad over het vaccineren. De Gezondheidsraad zegt: begin nou met de meest kwetsbare oudere mensen die wonen in verpleeghuizen. Want als we daar beginnen met vaccineren, kunnen we de meeste levens redden en kunnen we als eerste de druk op de zorg verlagen in de verpleeghuizen en in de ziekenhuizen. En wat zien we dat er gebeurt? De GGD's zijn er niet klaar voor en daardoor duurt het nog langer. De minister moet nu toegeven dat we wederom te laat zijn. Dat werd twee weken geleden hier in het debat ook al gevraagd en de minister wilde dat toen nog niet toegeven. Dat nemen we dit kabinet kwalijk.

Als je kijkt naar wat er gebeurt in de ziekenhuizen, zien we dat deze ook de zorg moeten stoppen van mensen, niet alleen de zorg die uitgesteld kan worden, maar ook de noodzakelijke zorg. Dat betekent heel veel voor heel veel mensen.

Ik ben ook wel benieuwd om van de minister te horen wat er nou precies is misgegaan. We hebben het Pfizer-vaccin. De minister zegt dat het in heel veel doses komt en dat het niet lukt om het in kleine doses naar de verpleeghuizen te krijgen. Daarom zou het niet mogelijk zijn om de meest kwetsbare mensen als eerste te vaccineren. De directeur van Pfizer zegt dat ze dat al in oktober hebben laten weten aan het kabinet. Mijn vraag is: klopt dat en wat heeft de minister sindsdien gedaan om te zorgen dat het mogelijk wel zou kunnen?

Wat zien we in andere landen? Als we Marcel Levi horen, de Nederlandse ziekenhuisdirecteur in Londen, of Mark van Ranst, de Belgische viroloog, zeggen die dat het helemaal niet zo

ingewikkeld is, dat het eigenlijk hartstikke eenvoudig is om dat in kleine doses naar de

verpleeghuizen te krijgen en de meest kwetsbare mensen als eerste te vaccineren. En dat doen ze dan ook in het Verenigd Koninkrijk en in België, maar hier in Nederland lukt het niet. Wij willen van het kabinet weten waarom dat niet kan. Wat gaat het kabinet doen om dit gigantische falen te herstellen? Is het nog te herstellen, vraag ik aan het kabinet. Of moeten we dadelijk echt

toekijken hoe in Nederland de meest kwetsbare mensen nog steeds gepakt worden door dit virus, terwijl deze mensen in de rest van Europa al beschermd zijn?

(7)

Dan zijn er ook veel zorgen en vragen over de Britse mutant van het virus. We lezen en horen daar veel over, maar we weten nog weinig, is ons beeld. Mijn vraag aan het kabinet is: wat weet het kabinet daarover? We lezen dat het meer besmettelijk zou zijn en dat het ook onder kinderen meer rond zou gaan. Wanneer is het onderzoek afgerond naar die Britse mutant op die school in Rotterdam? Wat kunnen we daarvan verwachten? Wat is het kabinet aan het doen om daar goed op voorbereid te zijn?

En dan de zorg. Daar moet het vandaag wat ons betreft ook echt over gaan. We hebben grote zorgen over de zorg en onze zorgverleners, omdat zij het bijna niet meer volhouden, zodat mensen die zorg nodig hebben die niet meer krijgen. Die zien een minister van Volksgezondheid in bijna elke kerstspecial optreden, maar intussen zijn we de laatste in de rij met het vaccineren en dat doet heel veel pijn.

En dan denk ik vooral aan die mensen die elke dag, ook als wij hier zitten, het vuur uit de sloffen lopen om te doen wat nodig is. We slagen er maar niet in om ze goed te beschermen. Eerst niet met de beschermende materialen, nu niet met de vaccins. Dat doet heel veel pijn. Ik zou ook willen weten wat het kabinet gaat doen om die zorgverleners extra te ondersteunen. Kijk wat er gebeurt in de ziekenhuizen, waar de behandelingen die nodig zijn — die nodig zijn! — gewoon niet meer door kunnen gaan.

Het is ook niet voor niks. We hebben tien jaar lang gezien, onder minister-president Rutte, dat ziekenhuizen werden gesloten. Redelijk recent nog het Slotervaart in Amsterdam en de

IJsselmeerziekenhuizen. Afgelopen week hoorden we dat het ziekenhuis daar in de buurt het niet meer aankan en een patiëntenstop moet instellen. Van het aantal eerstehulpposten zijn er de afgelopen tien jaar zestien verdwenen. Tien jaar geleden hadden we er nog 99 in Nederland en nu nog maar 83, en nu hebben we de problemen. En niet te vergeten onze zorgverleners, die met tienduizenden de laan uit zijn gestuurd door het vorige kabinet. Met tienduizenden, en nu hebben we deze mensen zo hard nodig! Aan alles is op dit moment een tekort en dat rekenen we dit kabinet aan.

Ik rond af. Tot slot wil ik nog wat zeggen over de situatie in de verpleeghuizen. Daar maken we ons in het bijzonder zorgen om. De verpleeghuizen hebben geen Diederik Gommers die aan de talkshowtafels op een hele goede, duidelijke manier kan vertellen wat er aan de hand is, maar er is wel heel veel aan de hand. Net als in de eerste golf vinden we het veel te stil, hier, in het kabinet en misschien ook in de media, over wat er in de verpleeghuizen aan de hand is. We moeten er zijn voor die mensen.

En dan hebben we het nog niet eens over een fatsoenlijke waardering, en dan rond ik echt af.

Daar horen we in deze dagen al helemaal niemand meer over, terwijl dat echt zou moeten. In de vorige golf kregen zorgverleners nog applaus en een bonus. Nu is het een halve bonus. Laten we ervoor zorgen — daar kunnen we geen dag langer meer mee wachten, zeker niet gezien de tekorten — dat onze zorgverleners krijgen waar ze recht op hebben. En dat is in ieder geval een fatsoenlijke waardering.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Asscher namens de Partij van de Arbeid.

De heer Asscher (PvdA):

Voorzitter. Tweede kerstdag: de vrachtwagens reden naar Brabant en de vaccins kwamen in de vriezer. Een foto van de minister erbij: wat een triomf voor de wetenschap. En wat een falen van dit kabinet dat ze nog steeds in die vriezer liggen.

Voorzitter. We hebben alle smoezen langs gehad: "Wij zijn hier zorgvuldiger. Wij zijn hier

fijnmaziger. Die anderen doen het symbolisch. Het is uitvoeringstechnisch niet mogelijk. Het past

(8)

niet in onze strategie." De waarheid is: men was te laat. Wat mij steekt en wat mij kwaad maakt, is de bravoure waarmee het kabinet in de media en in het debat dat we hier 17 december

hadden, zei: "Jongens, wat maakt het uit? Een paar weken eerder of later, dat maakt niet uit. Het gaat erom wie het eerste klaar is." Een totale ontkenning van de betekening van dat vaccin. Het is niet een symbolische prik. Het is niet een wedstrijd met andere landen. Het is een

levensreddend vaccin. Het doet me pijn dat zo veel andere landen dat blijkbaar zo veel beter begrepen hebben dan dit kabinet. Ja, er zijn overal uitvoeringsproblemen, maar ze zijn aan het prikken. Mensen worden beschermd en zijn veilig tegen dat virus.

Voorzitter. Ik vraag het deze minister, maar ik vraag het ook aan de premier, die in geen velden of wegen te bekennen was. Wat gaat de premier doen om te zorgen dat er nu wel een effectief plan is? Ik vraag de premier of het klopt dat die grote Pfizerverpakkingen van 975 stuks alsnog worden herverpakt, zodat die naar de ziekenhuizen kunnen. Als dat zo is, waarom was dat dan niet mogelijk voor de verpleeghuizen? En als dat nu mogelijk is, waarom was dat dan niet mogelijk op tweede kerstdag? Met andere woorden: waarom zijn we niet gewoon allang het advies van de Gezondheidsraad aan het uitvoeren, namelijk kwetsbare ouderen beschermen tegen het virus? Ik vraag de premier waarom pas omstreeks maart — een onrustbarende tijdsaanduiding — de zelfstandige kwetsbare ouderen aan de beurt komen. Dat zijn mensen die prima naar een vaccinatiecentrum zouden komen. Ik vraag de premier om uit te leggen waarom er voor een ogenschijnlijk relatief laag tempo van vaccineren wordt gekozen. Waarom wordt de capaciteit niet veel verder opgevoerd? De mensen die verantwoordelijk zijn, zeggen dat te kunnen, of het nu de huisartsen zijn of de GGD.

Ik vraag de premier waarom hij geen crisismanager heeft aangesteld om de vaccinatiestrategie in goede banen te leiden, terwijl hij al bij het testen heeft gezien dat het niet lukte met de bestaande mensen. Daarna heeft hij het gezien bij het bron- en contactonderzoek. Hoewel hij heeft gezien dat keer op keer, in augustus, september, oktober, november en december, te laat werd

gereageerd, heeft hij het opnieuw laten gebeuren en heeft hij zich stilgehouden. Waarom heeft hij niet iemand aangesteld die zou helpen? De namen kun je verzinnen. Want het gaat niet om wie het doet, het gaat erom dat mensen beschermd zijn tegen dit virus en dat we de zorg ontlasten, waar mensen op hun laatste benen lopen, waar dag en nacht gewerkt wordt en waar mensen de vermoeidheid van de eerste golf nog niet hebben kunnen verwerken. Wat zij zien, is een koers die niet te volgen is en vaccins in een vriezer.

Voorzitter. Het tweede grote punt van dit debat gaat wat mij betreft over de scholen en de kinderen. In het vorige debat heb ik met Rob Jetten gezegd: kijk alsjeblieft of de basisscholen eerder open kunnen. Dat kan niet. Ik erken dat. Ik snap dat het op basis van deze cijfers niet kan.

Maar nu we zien dat die Britse variant mogelijk besmettelijker is onder kinderen — in ieder geval hebben we ook in Nederland voorbeelden gezien van grote uitbraken op basisscholen — roept dat wel andere vragen op. Hoever is het kabinet nu met het helpen van de scholen met

ventilatie? Hoever is het kabinet nu met het maken van plannen om ervoor te zorgen dat scholen, als ze weer open kunnen, dat veilig kunnen doen, bijvoorbeeld met sneltesten? Hoever is het kabinet met het vormgeven van anderhalvemeteronderwijs, ook in het voortgezet en het primair onderwijs? Het lijkt alsof het kabinet heeft gedacht: de scholen zijn open of ze zijn dicht. Terwijl het idee is dat je scholen moet helpen — ook daarvoor kunnen we lering trekken uit andere landen — om het veilig doen op het moment dat het verantwoord is. Je moet ze te hulp komen in een tijd dat ze toch al het onmogelijke doen, door het steeds afwisselen van afstandsonderwijs en fysiek onderwijs. Het is ook een beroepsgroep die verschrikkelijk onder druk staat. Ook hierover heb ik moties ingediend met D66 en ook hierover heeft de Kamer verschillende uitspraken

gedaan. Ik wil van de premier weten hoever het nu is met de uitvoering. Want het patroon in deze crisis is: men is steeds te laat en men onderschat het probleem. Op het moment dat het zover is, zijn er weinig opties meer over behalve draconische: een lockdown, de economie op slot, de mensen naar binnen en de scholen dicht.

Voorzitter. Het is aan het kabinet om het vertrouwen van de Nederlandse bevolking en de Kamer in deze aanpak te herstellen.

(9)

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Klaver namens GroenLinks.

De heer Klaver (GroenLinks):

Voorzitter. Ik sprak voor de kerst nog met Annemarie, een verpleegkundige in een van de grote ziekenhuizen in Nederland. Ze vertelde over alle agressie waar ze mee te maken heeft en over hoe moe ze is, moe van het werk dat ze zelf doet, moe als leidinggevende van de

verpleegkundigen, moe van het opvangen van haar collega's als ze weer iemand hebben zien overlijden op de covidafdeling. Ik vroeg haar of er nou een moment was waarop ze dacht: ik ga niet naar mijn werk. Zij antwoordde: geen seconde. Dat laat zien dat al die mensen die in de zorg werken, hoe zwaar het ook is, geen dag verzaken. Des te kwalijker vind ik het als de politiek, Den Haag, dit kabinet wél verzaakt.

En dat is het geval, in ieder geval als het gaat om de vaccinatiestrategie. Dat maakt mij boos. Als we van de mensen in de zorg vragen het maximale te doen om de ic's draaiende te houden en om de mensen te blijven verzorgen, met heel weinig collega's, moeten wij ook het maximale doen. Als de minister van Volksgezondheid en het RIVM zeggen dat een week eerder of later vaccineren niet zo veel uitmaakt, is dat verkeerd. Dat gaat namelijk uit van het idee dat we groepsimmuniteit moeten creëren. Ja, dat willen we uiteindelijk, met zo'n vaccin, en dan maakt die ene week echt niet uit, want aan het einde van het jaar heb je dat bereikt. Maar voor individuen maakt het wel degelijk verschil.

Op 17 december hadden we hier een heel stevig debat en stelden we hier tal van vragen aan de minister. Had het niet eerder gekund? Kan het niet eerder? Kan het niet sneller? Nee, sneller was onverantwoord. Het zou allemaal niet sneller kunnen. Nee, er zijn geen fouten gemaakt. Zo moet het. En drie weken later krijgen we een brief waar nog net geen "sorry" in staat, maar waar wel in staat: we hebben toch fouten gemaakt; het had allemaal wel sneller gekund. Er zijn kostbare weken verloren gegaan en dat is onacceptabel. We vragen het maximale van de mensen in de zorg, maar we vragen ook het maximale — het is bijna onmenselijk; dat besef ik — van dit kabinet en van deze ministers.

Het is misgegaan met het vaccineren. De brief die er nu ligt, geeft mij niet voldoende vertrouwen om te denken dat het nu wel goed gaat. Dat zit 'm vooral in de capaciteit die er nu is om in te enten. Over het Modernavaccin wordt bijvoorbeeld gezegd: het ligt in de verwachting dat we dit kleinschalig kunnen gaan gebruiken, dat dit via de huisartsen en via de verpleeghuizen

gedistribueerd kan worden. Maar wat nou als dat niet kan? Wat nou als we toch grootschalige locaties nodig hebben? Hebben we dan genoeg aan de 25 locaties van de GGD? Hebben we dan genoeg aan de 400 prikkers die daar zijn? Er wordt geschreven dat de GGD via externe partijen gelijk de beschikking heeft over extra menskracht. Dat werd ook gezegd — dat was precies dezelfde passage — over het testbeleid, over het bron- en contactonderzoek. Ik wil cijfers zien. Hoeveel mensen zijn er nu beschikbaar op afroep? Wie kunnen we, als morgen het vaccin komt, inzetten om te gaan inenten?

Voorzitter. Het moet veel beter. Hetzelfde geldt voor het testbeleid. Nu de Engelse variant van het virus er is, maak ik me grote zorgen over wat dat betekent voor de R. Die gaat structureel

omhoog. Het is een kwestie van tijd voordat dit ook de dominante versie van het virus hier in Nederland wordt. Dan wordt het testen nog belangrijker. Want het is geen optie om nog maanden in deze lockdown te zitten. De sociale en economische gevolgen zijn niet te overzien. De enige manier om daar snel verlichting in te brengen, is via het testbeleid. Wat gaat er nu gebeuren om de zaken daar te versnellen?

Voorzitter. Wat ik nu zeg, is hard, maar wel waar: er is een probleem met het functioneren van deze minister van Volksgezondheid. Ik spreek daar de premier op aan. Hij is verantwoordelijk voor het coronabeleid, hij is degene die de Catshuissessies en alle bijeenkomsten voorzit, hij is

(10)

verantwoordelijk voor deze ploeg. Mijn vraag aan hem is: op welke wijze gaat hij ervoor zorgen dat het niet weer misgaat met de vaccinatiestrategie en het verder uitrollen van het testbeleid? Ik wil de minister-president zien. Hij moet de verantwoordelijkheid nemen en dit naar zich toe trekken.

Ik heb een hele concrete suggestie. Ik heb er eigenlijk twee. Ik heb eerder voorgesteld om een aparte minister voor het testbeleid aan te stellen. Ik kan me ook voorstellen dat er nu een regeringscommissaris voor het vaccineren en een regeringscommissaris voor het testen komen en dat deze rechtstreeks verantwoording afleggen aan de premier. Ik wil dat de premier zelf een directe verantwoordelijkheid neemt voor het vaccinatiebeleid en het testbeleid, want dat is de manier waarop we de lockdown en het virus in ieder geval op de korte termijn onder controle kunnen krijgen.

Voorzitter. Tot slot nog iets over wat er vanochtend in de krant stond over de ic-bedden. Als ik het goed begrijp, zijn er ziekenhuizen die meer ic-bedden hebben gecreëerd dan de afspraak was.

Daar krijgen ze nu geen vergoeding voor. Dat is wat ik heb begrepen. Dat klinkt mij bijzonder raar in de oren. Ik zou zeggen: ieder ic-bed is er één. En in plaats van dat we zeggen "u krijgt niet betaald", zou ik willen zeggen: rijd erheen en geef die mensen een lintje. Ik vind dat ieder ic-bed dat op dit moment extra gecreëerd kan worden, vergoed moet worden. Dan wil ik niet in reacties van het ministerie zien: ze gaan maar naar de rechter; we wachten de uitspraak van de rechter af. Fix het! Het is namelijk ook wat het uitstraalt naar de rest van de zorg. Is er een conflict tussen het ministerie en zorgverleners over het betalen van rekeningen of staan we gewoon voor al die mensen die daar in de ziekenhuizen werken? Ze moeten het gevoel hebben dat deze minister er ook voor hen allemaal is. Daarom zou ik zeggen: stop die rechtsgang. En dat kan door de portemonnee te trekken.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Jetten namens D66.

De heer Jetten (D66):

Voorzitter. Ik wil vandaag bij drie punten stilstaan: de vaccinatiestrategie, het heropenen van de samenleving zodra dat weer kan en de triage.

De vaccinatieroute die minister De Jonge had uitgestippeld, is een hobbelig pad, met zijroutes die we nu bewandelen vanwege de alarmbellen die rinkelden in de ziekenhuizen. De collega's van de minister in het buitenland kregen voor de kerst nog het etiket "symboolpolitiek" opgeplakt toen zij haast maakten met de eerste inenting om de bevolking te beschermen en de druk op de zorg te verlagen. Feit is dat het die landen wél lukte om kwetsbare ouderen in verpleeghuizen eerder te vaccineren met het Pfizer-vaccin. De minister gaf daarom gisteren in zijn brief terecht toe dat de aanpak wellicht anders had gekund en gemoeten. En voor de camera's gisteren kwam er ook een duidelijk sorry. Feit is dat de minister op één paard heeft gewed en dat dit het verkeerde paard bleek te zijn.

Maar daar is het mij vandaag niet om te doen. Ik wil vandaag vooral het vertrouwen krijgen dat we nu wél op het goede pad zitten met de gister gepresenteerde aanpak. De Kamerbrief en de daarbij behorende planning zijn helder en schetsen perspectief. Nu moet die worden

waargemaakt in de praktijk.

Ik heb over de vaccins nog enkele vragen. De vaccins zijn schaars, liet de minister terecht weten.

Kan hij ons beloven dat schaarste de enige mogelijke vertragende factor zal zijn in de komende maanden? Dus niet logistieke fouten of een verkeerde planning, zoals nu het geval was. Of dat het in de komende weken alsnog spaak loopt met de registratie van gevaccineerden. Waarom start de vaccinatie in Caribisch Nederland niet gelijktijdig, zoals eerder is beloofd, maar pas half februari?

(11)

Voorzitter. Nieuwe vertraging is iets wat we ons niet kunnen permitteren. Elke dag telt. Elke dag dat we mensen vaccineren telt, zeker gezien het gevaar van de Britse en Zuid-Afrikaanse

mutaties waarover nu veel zorgen zijn in andere landen. Ik vraag de minister welke zorgen er zijn over die Britse en Zuid-Afrikaanse mutaties in Nederland. Hebben we er zicht op in hoeverre die mutaties zich al in Nederland voordoen? Wat is de aanpak die het kabinet de komende weken voorstaat om verdere verspreiding van die mutaties te voorkomen?

Voorzitter. Dan de toekomst. Het is ook aan het kabinet — en dat is ook chefsache — om door de crisis heen de toekomst te blijven zien. Daarom de vraag: is deze vaccinatiestrategie ook de snelste manier om de coronamaatregelen weer af te schalen? Is dat gemodelleerd? Wat betreft het afschalen van maatregelen sluit ik mij aan bij collega Asscher. Daar wil D66 prioriteit geven aan het heropenen van scholen en de kinderdagverblijven. Het OMT heeft, begrijpelijk, gezegd dat dat niet eerder kan dan al was voorgenomen, maar er moet wel worden nagedacht hoe vanaf eind januari die scholen en die kinderopvang weer veilig open kunnen, iets waar we al langer voor pleiten. Wanneer horen we hier meer over, vraag ik aan de premier. Hoe maken we anderhalvemeteronderwijs mogelijk als we in de komende weken niet weer regulier kunnen opstarten? Hoe helpen we leraren en onderwijsinstellingen erbij om weer veilig fysiek onderwijs aan te bieden?

Maar het is ook aan de premier om ervoor te zorgen dat we straks vliegend en veilig uit de startblokken kunnen. Hoe gaat het heropenen van de samenleving er straks uitzien als de eerste groepen zijn gevaccineerd? Wanneer hebben we voldoende mensen gevaccineerd om te kunnen beginnen met het afschalen van die maatregelen?

De aanloop daarnaartoe met behulp van proeftuinen en living labs is minstens zo belangrijk. Ik hoor graag van de premier hoe het daarmee staat. Wanneer ligt de routekaart voor de

heropening er?

Voorzitter. Dan triage, een moeilijk onderwerp. Gisteren ontvingen we een brief van minister Van Ark over het draaiboek triage voor ic-opnamen in fase 3, een draaiboek voor het zwartste

scenario dat hopelijk nooit ter hand hoeft te worden genomen. Mijn partij staat onverkort achter het huidige draaiboek van artsen en deskundigen over hoe er moet worden omgegaan met zo'n scenario. Dit protocol is goedgekeurd door de inspectie en inmiddels de veldnorm, met breed draagvlak in alle ziekenhuizen. Ik sta dan ook pal achter artsen en ethici die moeilijke keuzes moeten maken, soms over leven of dood. Maar in Nederland doen artsen dat altijd in goed overleg met familie en patiënten. Wij vertrouwen erop dat zij doen wat het beste is. Zij hebben dan ook geen aanpassing van de wet nodig die hun een politieke voorkeur voorschrijft op hun vakterrein. Wij politici stellen enkel politieke diagnoses. En het is een politieke keuze om het vertrouwen te geven aan de mensen die er het meest van weten en die er elke dag direct mee te maken hebben. Dat is de keuze van D66.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Pieter Heerma namens het CDA.

De heer Pieter Heerma (CDA):

Voorzitter. Vanaf morgen worden in Nederland de eerste vaccinaties gezet. De komende dagen zal het aantal locaties waar gevaccineerd wordt, worden opgeschaald en daarmee ook de capaciteit om te prikken. Gisteren zagen we al dat tienduizenden zorgmedewerkers zich op de eerste dag aanmeldden om zo'n vaccin te krijgen en ook, tot vanochtend aan toe, zie je dat afgelopen weken de vaccinatiebereidheid in Nederland flink aan het stijgen is. Dat laatste is goed nieuws, maar het is ook cruciaal als je kijkt naar de zorgen die er nu zijn, over zowel de hoogte van de druk op de zorg en de besmettingen, maar vooral ook de Britse variant die de afgelopen weken is opgedoken. Daarom ook mijn vraag aan het kabinet. In de brief wordt gesproken over de publiekscampagne, maar je ziet juist bijvoorbeeld onder jongeren dat de vaccinatiebereidheid

(12)

lager is. Wordt er in die publiekscampagne ook expliciet op ingezet om die jongeren te bereiken, om daar die vaccinatiebereidheid omhoog te krijgen?

Als je de brief en de toelichting van het kabinet op de vaccinatiestrategie leest — collega Jetten had het daar net ook over — zie je dat daar een perspectief wordt geschetst. Maar je ziet ook dat we aankomende maanden voor een heel ingewikkelde puzzel, een grote uitdaging en vooral keuzes in schaarste staan. Daarbij zijn het snel toelaten van vaccins door het EMA, maar ook het snel voldoende vaccins geleverd krijgen zo te zien de grootste bottlenecks. Collega Klaver had het net ook over het Moderna-vaccin. Dat lijkt degene die als eerste nu goedgekeurd gaat worden, maar als je naar de tabellen kijkt die het kabinet geleverd heeft, lijkt vooral het

AstraZeneca-vaccin in Q1 in de grootste aantallen miljoenen geleverd te kunnen worden. Juist wederom ook met de druk op de zorg en de besmettelijkheid van die gevaarlijke Britse variant is het snel beschikbaar krijgen van grote aantallen vaccins van cruciaal belang. Kan het kabinet iets specifieker dan tot nu toe in de brief gedaan is schetsen wanneer de verwachting is dat dat AstraZeneca-vaccin wordt goedgekeurd en of inderdaad — het gaat geloof ik om 4,5 miljoen in Q1 — die grote aantallen dan helemaal aan het einde komen, of dat we die ook al eerder kunnen verwachten? Het kabinet praat over half februari. Betekent dit dat er vanaf half februari hele grote aantallen liggen van een goedgekeurd vaccin? Zou dit eerder kunnen? Zou dit later kunnen worden? Liggen er scenario's voor klaar zodat, als die grote aantallen er zijn, er ook direct geprikt kan worden, ook met dit vaccin? Want als je puur naar de aantallen kijkt, liggen daar de grootste kansen.

De afgelopen dagen, en vooral sinds gisteravond, zie je dat er heel veel discussie is ontstaan over het al dan niet uitstellen van een tweede prik. Daar lijkt in Engeland toe overgegaan te worden uit een soort van noodzaak, of nood misschien, terwijl zowel fabrikant als

toezichthouders, bijvoorbeeld in Amerika, waarschuwen voor het gevaar hiervan. Welke consequenties heeft dit voor het beleid in Nederland? Speelt dit in Nederland mogelijk ook bij verschillende vaccins? Zijn er verschillen tussen vaccins? Heeft het kabinet wederom scenario's liggen voor hoe hiermee wordt omgegaan, al naargelang de adviezen die hierover komen?

Voorzitter. In Engeland is gisteren een zware en langdurige lockdown aangekondigd. In Duitsland wordt de lockdown verlengd. In de kabinetsbrief wordt gesproken over een OMT-advies aan het einde van deze week over de gevolgen voor Nederland van dat heel gevaarlijke Britse

gemuteerde virus. Maar er wordt ook gesproken over een gezamenlijk advies van de

Gezondheidsraad en het OMT voor 18 januari. Dat zou deels te maken hebben met de gevolgen voor de vaccinatiestrategie van de Britse variant. Er werd net door collega Jetten ook verwezen naar de Zuid-Afrikaanse variant. Daarover zijn er nog minder harde cijfers, maar het feit dat er zorgen over zijn dat de vaccins überhaupt werken, maakt het extra urgent dat je zo snel mogelijk aan de slag kunt. Mijn vraag daarbij is de volgende. Als er 12 januari een voortgangsbrief komt, is het dan niet van belang dat het advies dat voor 18 januari wordt gegeven over de elementen die op de Britse mutant van toepassing zijn er voor 12 januari al is? Anders ga je je keuzes baseren op het ene OMT-advies, terwijl over de Britse variant kennelijk daags daarna extra adviezen gaan komen.

Vele sprekers voor mij hebben gesproken over het nieuws van vanochtend over de ic-capaciteit.

Ik sluit mij aan bij de vragen die collega Klaver hierover heeft gesteld. Het beeld dat nu ontstaat, is dat ziekenhuizen minder ic-bedden zouden moeten opschalen dan ze gedaan hebben, omdat ze er anders niet voor betaald worden. Klopt dit beeld? Hoe heeft dit kunnen ontstaan? Kan de minister toelichten wat er gebeurd is? Juist in deze tijd van crisis met elkaar voor de rechter staan over de vraag wie de rekening moet betalen, is wel pijnlijk. Ik zou graag de toezegging en de garantie hebben dat het geen effect heeft op het opschalen van de capaciteit.

Ik wil afsluiten met mijn laatste punt. Dat is eigenlijk het punt waar collega Klaver mee begon in zijn termijn. Hij noemde een specifieke zorgende die daarmee te maken heeft. Mij bereiken verschillende signalen dat juist in de afgelopen weken de agressie, de korte lontjes in de richting van het al onder druk staande zorgpersoneel, enorm aan het toenemen is. Herkent de minister dit beeld? Als we met elkaar zeggen dat het belangrijk is dat het zorgpersoneel zo snel mogelijk

(13)

wordt gevaccineerd, ook om ziekteverzuim tegen te gaan — waar Kuipers het gisteren over had

— dan zijn agressie en geweld vanuit moreel perspectief voor onze mensen in de frontlinies van deze crisis heel erg, maar het kan ook tot extra ziekteverzuim, stress en dat soort zaken leiden.

Dus ik wil van het kabinet horen of dit klopt en zo ja, wat er wordt gedaan om het tegen te gaan.

De heer Wilders (PVV):

Ik vraag me dan af ... We hebben zo'n debat en iedereen heeft het over het falen van minister De Jonge als het gaat om het vaccinatiebeleid. Dan vraag ik toch aan de collega van het CDA: heeft u nou geen kritiek op de heer De Jonge als het gaat om het feit dat wij als laatsten van Europa beginnen met vaccineren, omdat hij van het CDA is? Of dacht u: weet u wat, ik ga vandaag eens een keer allemaal vragen stellen en ik heb het niet over het onderwerp waarover het gaat?

De heer Pieter Heerma (CDA):

Volgens mij gaat het wel degelijk over het onderwerp waar het over gaat, namelijk: hoe gaan we zo snel mogelijk zo goed mogelijk vaccineren? De ingewikkelde puzzel is hoe je ervoor zorgt dat je scenario's hebt om je aan te passen aan de situatie in deze crisis — want die verandert dagdagelijks — en voldoende wendbaar blijft. En ja, daar is kritiek op te geven. Daar hebben we in het vorige debat ook met elkaar over gesproken. Daar heeft de heer Klaver net naar verwezen.

Waarom kon het niet eerder? Dat is de discussie over het "exceptionalisme" van Nederland. Die term is van de heer Asscher. Is er niet te lang ingezet op het fijnmazige netwerk, toen bleek dat het Pfizer-vaccin het eerste was? In de brief wordt ook erkend dat dit eigenlijk eerder had gemoeten. Tegelijkertijd vind ik de kritiek "schande dat het beleid zwabbert en aangepast wordt"

ingewikkelder. Deze crisis is namelijk zo complex — er zijn zo veel verschillende vaccins van verschillende distributeurs, vaccins met verschillende effecten op verschillende mensen; je weet niet wanneer het goedgekeurd wordt en hoeveel je wanneer krijgt; daar komen weer adviezen over van de Gezondheidsraad — dat je wendbaarheid móét hebben. Ik snap dus de kritiek en vragen zoals of het niet eerder had gekund en of we hieruit lessen kunnen trekken voor de toekomst, zodat je flexibeler wordt en betere scenario's krijgt. Ingewikkelder vind ik discussies over dat een verandering zwabberen zou zijn en een draai, want we móéten flexibel blijven en we móéten blijven aanpassen. Dat gaat zeker de komende weken cruciaal blijven.

De heer Wilders (PVV):

Wat een ontzettend zwak verhaal. We moeten flexibel blijven: daar zit de grootste faalhaas van het kabinet! Daar zit de minister van Volksgezondheid die ervoor heeft gezorgd dat er nu duizenden — ik weet niet eens hoeveel, hij vertelt ons ook niet gewoon hoeveel — maar op z'n minst duizenden, misschien wel honderdduizenden vaccins nu in Oss in de vrieskist liggen, terwijl er mensen zijn, ouderen, die het vrijwillig graag willen hebben, die ernaar snakken. Terwijl de heer Gommers op televisie moet bedelen om het zorgpersoneel in de ziekenhuizen te laten vaccineren als ze dat willen. Dat zijn de problemen, dat is wat er vandaag gebeurt. En andere landen hebben het allang gedaan. Wij zijn van al die Europese landen, die Europese Unie waar u zo van houdt, de laatste. Wij zijn de dorpsgek van Europa. Dat heeft hij, de minister van

Volksgezondheid, allemaal verzaakt. En dan zegt u: we moeten flexibel zijn. Wij zijn totaal afgegaan in Europa. We zijn de laatste die begint. Er liggen duizenden vaccins in de vrieskist, terwijl mensen dolgraag willen. Die verpleegsters, die verplegers, die mensen in de thuiszorg, die wijkverpleegkundigen, de mensen die oud zijn en in een verpleeghuis zitten of die thuis zijn en het graag willen. Die krijgen nu te horen: dat wordt maart en misschien wel zelfs oktober of september, dat duurt nog wel even. Waarom zegt u daar niets over? Die minister heeft toch gefaald? Zwijgt u nou omdat het een CDA'er is?

De heer Pieter Heerma (CDA):

Ten eerste heb ik er niet over gezwegen. Ik heb net aangegeven dat ik de kritiek snap op het te lang inzetten op één scenario. Toen werd niet het vaccin van AstraZeneca, maar dat van Pfizer als eerste goedgekeurd en dat leidde tot vertraging. Daar hebben we ook in het vorige debat met z'n allen vragen over gesteld. Maar wat de heer Wilders nu doet, is hier alleen maar kritiek leveren op wat er mis is gegaan. Dat mag in dit debat en dat moet ook gebeuren vanuit de Kamer, maar hij kijkt niet vooruit naar de lessen die we moeten trekken voor de grote uitdaging waar we nog voor staan. Daarin constateer ik in dit debat wel een belangrijk verschil tussen de

(14)

heer Wilders en de meeste andere oppositiepartijen, die én heel kritisch zijn, én kijken naar de lessen die we daaruit moeten trekken en naar wat we de komende maanden gaan doen om wendbaarder te zijn zodra het vaccin van Moderna er komt, zodra AstraZeneca komt met ik geloof 4,5 miljoen vaccins in het eerste kwartaal. Dan moeten de aanpassingen sneller gaan, zodat je niet met de problemen te maken krijgt die we de afgelopen dagen hadden, maar er direct geprikt kan worden.

De heer Wilders (PVV):

Ik zou zeggen: begin eens met een andere minister, als u lessen wilt trekken voor de toekomst.

Begin eens met een andere minister! Zorg eens dat daar iemand zit die het wel kan! Nogmaals, natuurlijk is het altijd goed om naar de toekomst te kijken. Maar het kan toch niet zo zijn dat u totaal voorbijgaat aan het feit dat wij al vanaf tweede kerstdag — dat is al bijna twee weken geleden — duizenden, misschien wel honderdduizenden vaccins in de vrieskist hebben liggen in Oss, terwijl mensen ernaar snakken om ze vrijwillig te mogen gebruiken. Dat wij in Europa de allerlaatsten zijn, dat wij zo'n beetje het derdewereldland van Europa zijn geworden, dat wij het hébben, maar niet gebruiken. Iedere dag — niet alleen ik zeg dat, er zijn ook hoogleraren die het zeggen — iedere dag, iedere week later betekent dat er meer mensen zijn die anderen

besmetten, terwijl ze al gevaccineerd hadden kunnen zijn. Dat kan het verschil zijn tussen leven en dood. We hebben twee weken lang gewacht en dat is het verschil tussen leven en dood. Dáár moet u het eens over hebben, over die ouderen en die mensen die in de zorg werken en twee weken lang niet hebben gekregen wat ze willen. Daar zit-ie, de man die daarvoor

verantwoordelijk is! Als u één les wilt trekken voor de toekomst, dan zoekt u een andere minister van Volksgezondheid.

De heer Pieter Heerma (CDA):

Dit is een beetje een herhaling van de discussie die de heer Wilders en ik een aantal weken geleden in het debat ook hadden. Wij verschillen fundamenteel van mening over de aard en omvang van deze crisis en de hoeveelheid werk die het kabinet verricht heeft om Nederland totaal te kantelen. Ik blijf erbij dat dat in de hoofdmoot een gigantische klus is geweest waarvan jaren na dato nog gezegd zal worden: ontzettend knap dat dat gedaan is. En ja, daarin gaan ook dingen mis. Dat geldt voor alle Europese landen. Het is echt niet zo dat men in heel Europa zegt:

het gaat hier fantastisch. Er is kritiek in vrijwel alle landen, om verschillende redenen. Ik hoor mevrouw Agema Engeland noemen. Daar gaat het over die tweede prik en over de registratie en in Duitsland over aantallen vaccins. Sommige deelstaten zijn gestopt door de problemen die er zijn. Frankrijk is wel begonnen maar heeft 350 prikken gezet, las ik gisteren, volgens mij in de Volkskrant.

Er is dus in allerlei landen kritiek, ook in Nederland. Dat moet in dit debat gebeuren. Er gaan dingen mis en daar moet je kritiek op kunnen hebben. Tegelijkertijd is wat er het afgelopen halfjaar gebeurd is gigantisch. Daarmee vind ik de kwalificaties die de heer Wilders in dit debat geeft niet terecht. Bovendien constateer ik nogmaals dat de meeste andere oppositiepartijen kritiek hebben op wat er misgaat, maar ook vooruitkijken naar de toekomst en dat wordt de komende maanden echt cruciaal.

De heer Klaver (GroenLinks):

Dat vooruitkijken naar de toekomst. We hebben een brief gekregen van 24 pagina's met de nieuwe vaccinatiestrategie. Waar in deze strategie ziet u dat we meer wendbaar zijn de komende tijd, dat we er makkelijker op kunnen inspelen als er een ander vaccin komt of we onder andere voorwaarden moeten gaan inenten?

De heer Pieter Heerma (CDA):

Ik snap de vraag van de heer Klaver. Of hij heeft mij verkeerd begrepen of ik heb twee dingen te veel aan elkaar gekoppeld. Ik heb geconstateerd dat in de brief wendbaarheid zit, aanpassingen aan de situatie. Ik vind dat je als dat gebeurt, of het nou gaat over zorgpersoneel dat toch wordt meegenomen vanwege de ic's en vanwege de Britse variant of dat het toch lukt om twee dagen eerder te beginnen, niet moet zeggen: daarmee is het zwak beleid. Dat is het eerste. Ik heb op basis van de brief juist vragen gesteld over of we in de toekomst wendbaar genoeg zijn. Ik heb

(15)

vragen gesteld over AstraZeneca, of het eerder of later wordt en wat de aantallen zijn. Ik heb gevraagd of er scenario's zijn voor als het ineens anders wordt. De vragen over die scenario's stel ik omdat ik wil weten of het voldoende wendbaar is. Dat zijn voor mij dus twee verschillende dingen. Je ziet in de brief dat er wendbaarheid geweest is. Dat vind ik verstandig en dat moet je niet afdoen als zwak beleid. Dat heeft de heer Klaver overigens niet gedaan, voor zover ik gezien heb. De wendbaarheid in de toekomst is cruciaal en daarom heb ik vragen gesteld over die scenario's.

De heer Klaver (GroenLinks):

Dat is fijn, die scenario's. Dat wil ik ook. Maar dan waar mijn zorg zit. We hebben 24 pagina's gekregen met een update van de vaccinatiestrategie. Als daar niet die scenario's in staan, wat is dan het nieuwe dat we hier hebben gelezen behalve dat de doelgroepen beter in kaart zijn gebracht? Als ik lees dat er bij de GGD's vanaf 18 januari capaciteit is om op die 25 locaties 66.000 mensen in te enten en er wordt niet geschreven over hoe dat wordt uitgebreid, dat we de maximale capaciteiten gaan opschalen vanaf nu, dan heb je straks gewoon een probleem als je toch op grote testlocaties de nieuwe vaccins die komen, bijvoorbeeld van Moderna of

AstraZeneca ... Daar hebben gewoon geen capaciteit voor. Daar wordt in de geüpdatete strategie met geen woord over gerept, met geen woord. Dat baart mij grote zorgen. Dat had toch gewoon in die strategie moeten staan? Dat moeten u of ik toch niet hier in de Tweede Kamer hoeven vragen? Dat is het vak van de minister.

De heer Pieter Heerma (CDA):

Twee dingen. Ik denk ten eerste dat ik iets positiever ben dan de heer Klaver over de brief die gisteren gekomen is. Want er wordt wel degelijk een beeld en een perspectief geschetst van welke vaccins wanneer verwacht worden en hoe daarmee wordt omgegaan. Tegelijkertijd stel ik niet voor niets die vraag over AstraZeneca. De verwachting is dat dat er half februari is, maar er staat niet in dat dat betekent dat de verwachting is dat we dan een heel grote levering krijgen.

Want als dat zo is, zul je je capaciteit verder moeten opschalen. Mijn vraag over de scenario's — ik lees de brief dus positiever dan wat ik hoor van de heer Klaver — zit dus hierop. De kans is — ik denk dat we daar eerlijk over moeten zijn — dat wij de komende weken eerder te maken krijgen met schaarste aan vaccins dan aan prikcapaciteit. Dat is in Duitsland nu al gaande: we hebben capaciteit, maar we hebben geen vaccins. Dat is ook een scenario waar we rekening mee moeten houden. Maar de heer Klaver heeft gelijk. Als het heel snel zou gaan met

AstraZeneca, wat we met elkaar moeten hopen, dan is het van belang dat je dat op dat moment

… Dat kan dan hopelijk — dat is weer onderdeel van die scenario's — wel via dat fijnmazige netwerk. Ik wil niet in exceptionalisme vervallen, waar de heer Asscher al een aantal keer kritiek op heeft gehad. Dan kan je dat netwerk ook gebruiken en dan heb je heel veel capaciteit. Hoe dat zit en of daar voldoende over wordt nagedacht, dat is mijn vraag aan het kabinet.

De heer Klaver (GroenLinks):

Tot slot, voorzitter. Wij gaan dat debat straks ook met het kabinet voeren, maar de heer Heerma heeft het er voortdurend over wanneer de verschillende vaccins worden geleverd. We hebben daar een mooi overzicht van gekregen. Hij vraagt: hebben we daar de precieze tijden voor? Dat is nou iets waar we geen invloed op hebben. Daarbij zijn we afhankelijk van de farmaceutische bedrijven en wanneer zij deze vaccins leveren. Of ze eerder komen of later, daar zal ik deze minister nooit op aanspreken, want daar kan hij eigenlijk niet zo heel veel aan doen. Wat hij wél kan doen, is zorgen dat er voldoende mensen zijn om de prik te zetten. Wat hij wél kan doen, is ervoor zorgen dat er voldoende locaties zijn. En precies over datgene wat hij wél kan doen, wordt eigenlijk niks in die brief geschreven. Er zit geen uitbreiding op. Er wordt wel geschreven over zaken waar hij geen invloed op heeft, namelijk wanneer we deze vaccins ongeveer kunnen verwachten. Tot je dienst; dat hoef ik niet tot in detail te weten, want dat weten we helemaal niet.

Dit is wat je maximaal ongeveer kunt weten. Wat ik wil weten is: als de vaccins komen, zijn we er dan klaar voor? Ik zie dat we een testcapaciteit hebben voor maximaal 66.000 mensen per week op de grote GGD-locaties. Dat is volstrekt te weinig. Ik wil daarom van de minister in dit debat horen hoe we dat gaan opschalen, want dat moet naar honderdduizenden per week.

(16)

De heer Pieter Heerma (CDA):

De heer Klaver heeft deels natuurlijk gelijk. Een aantal dingen weten we niet zeker. Je weet niet precies wanneer de goedkeuring komt. We kunnen wel met elkaar constateren dat het van belang is dat die snel komt. En je weet ook niet precies hoe groot die levering dan zal zijn.

Tegelijkertijd zijn dit juist wel cruciale vragen, want we hebben bij het Pfizer-vaccin geconstateerd dat eerder wendbaarheid nodig is. We moeten daar dus juist ook vragen over stellen, omdat het advies van de Gezondheidsraad dat volgt op een goedkeuring, nou net weer andere informatie kan bevatten over de doelgroepen enzovoorts dan waar nu van wordt uitgegaan. Dan moet je op dat moment voldoende wendbaar zijn om je aan te passen aan die situatie. Daarbij gaat het niet alleen over de capaciteit op de grote priklocaties. Er kan ook met distributie en met logistiek voor gezorgd worden dat het toch voor andere groepen beschikbaar is. Dus de heer Klaver heeft gelijk: sommige van die dingen weten we niet en daar kun je het kabinet niet op aanspreken.

Maar je kunt wel van het kabinet vragen of de scenario's er zijn, met alle onzekerheden waarover we kunnen lezen. Die scenario's zijn nodig om dan ook wendbaar te zijn. Dat is de vraag die ik gesteld heb, en ik denk dat zijn en mijn vraag elkaar deels overlappen.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan geef ik nu het woord aan de heer Dijkhoff namens de VVD.

De heer Dijkhoff (VVD):

Voorzitter. Vlak voor de kerst hadden we ook een debat over vaccineren. Toen wilde de Kamer eigenlijk eerder beginnen met dat vaccineren, en de minister zei dat het niet kon, niet goed kon.

We sloten toen af met het gevoel dat het niet echt prettig zou zijn als straks alle landen om ons heen aan het prikken zouden zijn en wij nog niet. En volgens mij is dat het gevoel dat we nu hebben. Ik lees in de brief en in de media dat de minister zich ook heeft zitten verbijten. Ik zie ook dat hij constateert dat "we onvoldoende wendbaar bleken" en dat hij eerder had kunnen vragen aan de GGD om plan B uit te werken. Ook lees ik dat hij niet per se vindt dat er per se scenario's hadden moeten worden uitgewerkt, omdat er te veel eventualiteiten zijn. Over die scenario's en eventualiteiten verschilt mijn fractie van mening met de minister, maar dat zal hem niet verbazen, omdat bij de begrotingsbehandeling mijn collega Hayke Veldman hem al heeft gevraagd om toch scenario's te maken. Toen antwoordde de minister hetzelfde als wat hij er nu over zegt, dus het is zeker consequent. Maar in onze ogen maak je juist scenario's als dingen onzeker zijn, of als je wel ongeveer weet wat er komt, maar er verschillende varianten zijn. Als er geen "eventualiteiten"

zijn, om dat woord nog maar eens te gebruiken, heb je juist geen scenario's nodig. Als je alles van tevoren weet, kan je met een dubbeltje de wereld rond. Dus ik hoop wel dat de les die we trekken, is dat we wél scenario's gaan maken. Ik heb liever dat we mensen voor niks iets

helemaal hebben laten uitwerken. Je viert dan samen dat het uiteindelijk niet nodig is geweest. Ik snap ook dat het zo complex is dat je nu wel twintig scenario's kunt maken. Dan kies je de drie meest waarschijnlijke en de ergste, en die ga je dan voorbereiden, in de hoop dat het niet hoeft.

Maar voorzitter, nu ga ik vooruitkijken. We beginnen deze week, de week van 4 januari, met vaccineren. Er is kritiek dat we niet eerder zijn begonnen, maar daarnaast is het ook goed om te constateren dat de minister en alle mensen in de uitvoering nu wel de datum waarmaken. We beginnen inderdaad in de week die ons is genoemd, op het moment waarop het volgens de minister en de uitvoering zou gaan kunnen en verantwoord zou gaan kunnen. Ook vind ik het een goed teken dat in de afgelopen weken de wendbaarheid wél zichtbaar was. We reserveren de eerste levering om een ring van bescherming om de kwetsbaren heen te vormen. De mensen die in de verpleeghuizen werken, krijgen dus de eerste vaccins. Maar toen liep tegelijkertijd de druk op ziekenhuizen en ic-capaciteit enorm op, tot een alarmerend niveau. Bescherming van onze kwetsbaren vereist volgens mij ook dat je ervoor zorgt dat er een bed is op de ic als ze dat nodig hebben. Dus ik vind het dan ook logisch dat er nu 30.000 vaccins naar de ziekenhuizen gaan, om verdere uitval en verder verlies aan ic-capaciteit te voorkomen.

Voorzitter. Hopelijk draagt dit ook bij aan het voorkomen van code zwart. Alle inspanning moet erop gericht zijn dit te voorkomen. Het is natuurlijk wel verstandig dat er een scenario is voorbereid, dat het er ligt, en dat na veel wegen van dilemma's en ethische discussies de medische wereld knopen doorgehakt heeft en dilemma's heeft beslecht. Daar wil ik ze voor

(17)

complimenteren. Dat is moeilijk werk. Maar als mijn fractie nu naar de veldnorm kijkt, dan zien we dat daarin leeftijd in verreweg de meeste gevallen geen bepalende factor is. Alleen in

uitzonderlijke gevallen, waar de kans heel klein van is dat die zich voordoen, eigenlijk net voordat je moet loten, een muntje op moet gooien — hoe bizar dat ook lijkt; ik kan me niet voorstellen dat je dat moet doen, aan het bed staand — speelt het een rol. Het kabinet komt met een wet om dat te schrappen. Onze fractie vindt er ook heel wat voor te zeggen om de mensen die straks aan het bed staan, die de keuze moeten maken, die het de familie moeten vertellen, te volgen in hun keuze en de norm waar ze uiteindelijk op uit zijn gekomen. Dat is waar wij op voorhand naar neigen, maar we zullen te zijner tijd alles afwegen en de wet goed bekijken. Het lijkt me nu wel netjes om aan te geven dat niet zeker is dat we de wet ook zullen steunen.

Voorzitter. Dan heb ik nog vragen over de Britse variant. Kan de minister daar wat meer over zeggen? Is die inderdaad besmettelijker? Zijn kinderen er vatbaarder voor? Dat maakt de groep Nederlanders die het potentieel kan hebben en overdragen, natuurlijk groter. Dat is een

probleem. Weten we al of de vaccins die we hebben, ook beschermen tegen deze variant? Mocht blijken dat kinderen inderdaad vatbaarder zijn voor deze variant, wat betekent dit dan voor het besluit — dat zien we ook in het schema — om onder de 18 niet te vaccineren? Heeft dat te maken met de aard van het vaccin? Had dat te maken met het idee dat zij weinig vatbaar waren voor het virus? Betekent een eventuele verandering daarin door de Britse variant, ook een verandering in wat je met vaccinatie moet doen?

De heer Wilders (PVV):

Even terug naar de code zwart waar de collega van de VVD het over had. Er is al een code zwart, alleen: u ziet die niet! De code zwart is die anderhalf duizend ouderen en kwetsbare patiënten die niet meer naar het ziekenhuis zijn gestuurd, die gewoon door de huisarts thuis hebben moeten sterven. Die ervoor hebben gezorgd dat we, zeker bij de eerdere lockdown ook, niet tot code zwart kwamen in Nederland. Als je tegen de ouderen zegt "je mag niet naar het ziekenhuis, je moet thuis blijven en je moet thuis maar sterven", dan kun je wel net doen of er geen code zwart is, maar die is er dan toch?

De heer Dijkhoff (VVD):

De manier waarop de heer Wilders nu heel kort afschildert hoe de artsen zijn omgegaan met deze mensen, doet geen recht aan de werkelijkheid. Ik denk niet dat het zo is dat de huisarts belt en zegt: "Ik heb effe naar uw geboortedatum gekeken en het maakt me eigenlijk niet uit wat u heeft. U mag niet naar het ziekenhuis. Ga thuis maar sterven." Dat is wat de heer Wilders zegt.

Zo gaat het in ons land gelukkig niet. Wel hebben wij natuurlijk een andere cultuur dan landen als Italië, waar ze ook om religieuze redenen zeggen: het maakt me niet uit wat u als patiënt zelf vindt, u gaat naar het ziekenhuis; zolang er nog adem in u te krijgen en uit u te krijgen is, leggen we u aan een apparaat. Daar gaan we in Nederland anders mee om, waardoor veel mensen vastleggen bij een notaris: onder die voorwaarden wens ik niet meer behandeld te worden. Dat vind ik een respectvolle manier van omgaan met eigen wensen. Die leidt er wel toe, als bijgevolg, dat minder mensen van hogere leeftijd dan in andere landen naar de ic gaan. Dat is niet omdat ze met een telefoontje te horen krijgen: ik zie aan uw geboortejaar dat u thuis moet sterven.

De heer Wilders (PVV):

Dat is zeker wel het geval. Er zijn natuurlijk ook ouderen die dat zelf willen. Die zijn er. Daar heeft u gelijk in. Dat is iedereen zijn goede recht. Er zijn ook ouderen — dat hebben we het afgelopen jaar gezien bij EenVandaag-rapportages — die door de huisarts worden gebeld. Die werden min of meer naar huis gestuurd om daar te sterven in plaats van dat ze naar het ziekenhuis gingen. Ik heb er de minister nog weleens op aangesproken. Dat is gewoon iets wat we niet zouden moeten doen. Dat is gewoon code zwart. Iedereen doet nu hier alsof we geen code zwart hebben. Maar los van de mensen die vrijwillig liever thuis blijven om te sterven — nogmaals, daar heeft u gelijk in, meneer Dijkhoff, die zijn er — zijn er ook een hele hoop die dat niet willen. Nogmaals, het Consortium Onderzoek Huisartsgeneeskunde berichtte in een recent persbericht over 1.566 oudere en kwetsbare patiënten die massaal thuis zijn gestorven en niet meer naar het ziekenhuis zijn verwezen. Dat zijn niet allemaal mensen die dat niet hadden gewild. Dat zijn ze niet. Daar moet u ook naar kijken.

(18)

Mijn tweede vraag gaat over diezelfde ouderen. Wat vindt u er nou van? Als wij willen bereiken dat de ziekenhuizen minder snel vollopen, dan lijkt het me toch logisch dat je moet zorgen dat de mensen die met name zorgen dat de ziekenhuizen en de ic's vollopen, niet nodig naar het

ziekenhuis hoeven? Dat zijn de ouderen. Dat zijn ook de thuiswonende ouderen. De mensen van 60, 70 jaar, zeker als ze nog een kwetsbaarheid en een ziekte hebben, zouden als eerste

geholpen moeten worden. Engeland, het Verenigd Koninkrijk, heeft alle 80-plussers inmiddels al ingeënt, even los van …

De voorzitter:

De heer Dijkhoff.

De heer Wilders (PVV):

Nee, ik had nog een vraag. Ja, u kunt erom lachen, maar de mensen thuis verlangen naar een vaccin omdat dat hun vrijheid en veiligheid biedt. Ik zie nu dat het kabinet daar pas in maart mee begint en dat het inenten van thuiswonenden zelfs tot ver in het derde kwartaal duurt. Nogmaals, zou dat nou niet eerder kunnen voor de mensen die dat zelf willen? Niet alleen voor de ouderen, maar ook om te voorkomen dat de ic's vollopen.

De voorzitter:

De heer Dijkhoff.

De heer Wilders (PVV):

Zouden we daar niet al nu mee kunnen beginnen?

De heer Dijkhoff (VVD):

Het eerste punt, waarom mensen niet doorverwezen worden naar het ziekenhuis, heeft inderdaad niet alleen te maken met de eigen keuze en mensen die dingen vrijwillig aangeven.

Het heeft ook te maken met de medische afweging of een behandeling helpt. Het is natuurlijk niet zo dat een huisarts denkt: als ik deze persoon naar het ziekenhuis stuur, dan is hij na drie dagen ic zo fris als een hoentje, maar dat doe ik niet. Daar ligt een medische afweging aan ten

grondslag en niet een verbod om mensen vanaf een bepaald geboortejaar op een ic te leggen.

Dan het tweede punt. Volgens mij is er niet één weg om te zorgen dat de ic-capaciteit op peil blijft. Als een ic-verpleegkundige zelf in quarantaine moet of corona heeft, dan scheelt dat voor de duur dat die persoon niet beschikbaar is vier bedden. Dat is een grote factor van betekenis. Je zou dan vier mensen meer moeten inenten, terwijl er niet een 100%-kans is dat iemand het krijgt.

Ik vind dat dus een hele effectieve manier om ervoor te zorgen dat er genoeg ic-capaciteit is.

Daarnaast is het beschermen van mensen die een grotere kans hebben om op de ic te belanden, door henzelf of de mensen die met hen werken en hen verzorgen in te enten, een hele effectieve manier. Verder is het effectief om straks juist ook de groep tussen de 60 en de 80 jaar, die vaak op de ic belandt, in te enten. Ik denk dat het schema ze nu niet achteraan zet ten opzichte van een andere groep, maar dat de bottleneck de levering van het vaccin en de mogelijkheid om het aan hen te verstrekken is. Ik zie dus juist dat er op kwetsbaarheid begonnen wordt. Eerst komen de mensen die kwetsbaar zijn, de ouderen die in een verpleeghuis wonen. Dan komen de

mensen die in een ggz-instelling wonen, bij wie de pandemie er ook om andere redenen zwaar in hakt, aan wie je soms ook niet kunt uitleggen: dit is een mondkapje en dit is 1,5 meter afstand.

Die ene groep die hiertussen lijkt te zitten, zijn mensen die zelf naar een grote testlocatie gaan, maar dat heeft volgens mij te maken met de aard van het vaccin en de mogelijkheid om het te leveren. Iedereen die de heer Wilders beschrijft, zit in de categorie "krijgt het van de huisarts".

Volgens mij is de bottleneck niet een keuze die wij hier maken, maar de levering van het vaccin.

De heer Wilders (PVV):

Voorzitter, ten slotte. Het kabinet heeft voor die thuiswonende mensen, zeker voor mensen die ouder dan 75 jaar zijn en die niet mobiel zijn, het Moderna-vaccin in petto. Het Verenigd

Koninkrijk heeft alle 80-jarigen gewoon met het Pfizer-vaccin ingeënt. Dat kan dus ook heel goed.

Volgens het staatje dat de minister ons gisteravond heeft toegestuurd, hebben we in totaal in dit

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dagvoorzitter en directeur van IPC Groene Ruimte Ruud Mantingh verwoordde het als volgt: “De ETT’er moet voor de klant symbool staan voor kwaliteit, maar weet de klant wel waar

“Ook voor bedrijven en vereni- gingen lassen we een voor- verkoop in van 29 oktober tot 11 november.. Zij kunnen zich aan- melden

In het kader van de Warmste Week schen- ken ze de opbrengsten van de eetavond weg aan De Stappaert, een lokale vzw die zich inzet voor kansar- me jongeren en jonge al-

Ook voor mensen met een psychische kwetsbaarheid die willen werken of aan het werk willen blijven, hun werkgevers en de professionals is de impact groot. Op Sterk door Werk vertellen

De toediening van het ziekensacrament gebeurt door een priester, in overleg met de zieke of bejaarde, maar indien mogelijk ook met zijn/haar familie.. Zo kan het een

• Ervaart problemen in de sociale redzaamheid: zoals het niet zelfstandig kunnen onderhouden van een huishouden, niet zelf de financiën kunnen regelen of (grote) moeite hebben

Wij vinden een camper absoluut niet goedkoper dan een auto, maar zoals een facebook vriendin mij vertelde is het huren van een camper niet om het goedkoper zijn maar om “The Way

Geld dat niet meer uitgegeven kon worden aan de plannen die u voor dat jaar had.. Dat is te begrijpen, maar dat bedrag wordt elk