• No results found

Nota Verblijfsrecreatie Winterswijk 18 december 2017, pdf, 4MB

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Nota Verblijfsrecreatie Winterswijk 18 december 2017, pdf, 4MB"

Copied!
73
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

NOTA

VERBLIJFSRECREATI E

IN WINTERSWIJK

(2)

I

Verbl~.rrecreatie in Wintersm~vijk

INHOUD

1 . Inleiding 1 .1 . Leeswijzer

1 .2. Beleidskeuzen op hoofdlijne n 2 . Trends en ontwikkelingen 2 .1 . Algemeen

2 .2. Ontwikkeling in verblijfsrecreati e 3 . Wetgeving en beleidskaders 3 .1 . Wetgevin g

3 .2. Beleidskaders

4 . Verblijfsrecreatie in Winterswijk 4 .1 . Huidige situatie

4 .2 . Ambitie

5 . Beleid per vorm van verblijfsrecreatie 5 .1 . Inleiding

5 .2 . Algemene uitgangspunten A . Kamperen

B . Recreatiewoningen

C . Kleinschalige verblijfsaccommodaties D . Overige vormen van verblijfsrecreati e 6 . Toetsingscriteri a

7 . Regelgeving op grond van beleid 7 .1 . Bestemmingsplan

7 .2 . Algemene Plaatselijke Verordening Bronnen

3 4 5

12 12 1 3 20 20 2 0 23 23 23 24 33 34 3 7 3 8 40 40 4 0 42

BIJLAGEN

1 . cijfers overnachtingen in de Achterhoek 2 . beleidskaders en wetgeving

3 . nota "Intrekking Wet op de Openluchtrecreatie en gemeentelijk beleid - Beleidsaanbevelingen voor Achterhoek en Liemers", Recreatieschap Achterhoek - Liemers, 200 6

4 . verblijfsrecreatieve accommodaties in Winterswijk

I

I

I

I

I

I

(3)

I I

I

1 . INLEIDING

Het Winterswijkse buitengebied is een unieke combinatie van agrarisch grondgebruik, cultuurhistorie, landschap en natuur. De landbouw heeft het gebied gedurende vele eeuwen gevormd. Er is een grote verscheidenheid aan natuurlijke en cultuurelementen ontstaan . Kenmerkend voor het gebied is het kleinschalige, reliëfrijke landschap.

Mede dankzij deze verscheidenheid en de kleinschaligheid is het gebied zeer aantrekkelijk voor toeristen .

Het toeristisch-recreatieve gebruik is over het algemeen extensief en gericht op de beleving van het gebied, waarbij landgoederen, geologische vindplaatsen,

buurtschappen met scholtegoederen en hoeven een belangrijke rol spelen .

De komende jaren zal toerisme en recreatie in de gemeente Winterswijk zich verder ontwikkelen als een economische drager voor het bijzondere, cultuurhistorisch waardevolle buitengebied (Visie Buitengebied gemeente Winterswijk, 2005) . Het gebied heeft daartoe alle potentie . Nationaal Landschap Winterswijk is voor toeristen en recreanten een zeer aantrekkelijk gebied voor een kort of lang verblijf, door haar internationaal unieke en nationaal kenmerkende landschapskwaliteiten, in samenhang met de bijzondere natuurlijke, cultuurhistorische en recreatieve kwaliteiten.

Uitgangspunt voor de verdere toeristisch-recreatieve ontwikkeling van Winterswijk is het versterken van het decor, de voorzieningen en het toeristisch-recreatieve aanbod (Discussienota toerisme en recreatie, 2007) . De (kwalitatieve) belevingswaarde van Nationaal Landschap Winterswijk staat daarbij centraal . Een belangrijk aspect voor de verblijfsrecreatie is de kwaliteit, diversiteit en aansluiting bij het landschap .

Ondernemers in de verblijfsrecreatie hebben aangegeven graag in te willen spelen op de vraag van de moderne en kwaliteitsbewuste kampeerder in Nationaal Landschap Winterswijk, maar dat het huidige bestemmingsplan Verblijfsrecreatieterreinen

Winterswijk van 1998 (met als basis de Nota Verblijfsrecreatie van 1995) hen daarvoor te weinig mogelijkheden biedt . Diverse verblijfsrecreatieterreinen zijn de laatste jaren van eigenaar veranderd. Deze eigenaren willen hun terreinen aanpassen aan de snel veranderende vraag van de consument naar ruime standplaatsen met groen, plaatsen voor toercaravans en goede en luxe voorzieningen op het terrein . Om deze

kwaliteitsslag te kunnen maken, is ruimte nodig en neemt de grondbehoefte de

komende jaren toe . Om deze redenen hebben de ondernemers behoefte aan ruimere en vernieuwde voorschriften, zodat ze flexibel kunnen inspelen op de vragen uit de markt . Daarnaast is vanaf 1 januari 2008 de Wet op de Openluchtrecreatie (WOR)

ingetrokken . Daarmee is de grondslag voor het geldende kampeerbeleid vervallen . Voor gemeenten betekent dit dat zij hun beleid moeten aanpassen . De intrekking van

de WOR biedt ruimte om eigen gemeentelijke beleid te ontwikkelen .

De bestaande bepalingen ten aanzien van verblijfsrecreatie zijn op veel punten nog niet

(4)

Verblyfsncreatie in IY/intersn`ijk

Deze nota geeft de kaders en kansen voor de verdere ontwikkeling van

verblijfsrecreatie in Winterswijk . Van alle kampeervormen die in het verleden in de WOR mogelijk zijn gemaakt, is bekeken op welke wijze ze voorkomen in Winterswijk . Vervolgens wordt ingegaan op de vraag of er inhoudelijke aanpassingen wenselijk zijn . Verder zal worden aangegeven met welke gemeentelijke instrumenten deze

kampeervormen na afschaffing van de wet kunnen worden gereguleerd .

Naast deze in de wet geregelde kampeervormen zal ook worden ingega an op een aantal andere vormen van recreatief nachtverblijf. Deze maakten geen deel uit van het oude wettelijke regiem, maar zijn wel onderdeel van het totale aanbod van het recreatief nachtverblijf. Dit alles maakt dit een beleid dat aansluit bij de diversiteit aan verblijfsreereatieve mogelijkheden in Winterswijk .

1 .1 . Leeswijzer

Hoofdstuk 2 geeft een overzicht van de huidige trends en ontwikkelingen binnen de verblijfsrecreatieve sector . Hoofdstuk 3 besteedt aandacht aan het wettelijk,

provinciaal en gemeentelijk kader waarbinnen het overnachten moet plaatsvinden . In hoofdstuk 4 worden de huidige situatie in Winterswijk en de verblijfsrecreatieve ambitie beschreven . In hoofdstuk 5 staan de kaders en criteria voor diverse vormen van verblijfsrecreatie . Hoofdstuk 6 geeft kort de toetsingscriteria weer . Hoofdstuk 7 gaat tenslotte in op de manier waarop het beleid vorm gegeven gaat worden .

I

I

I

I

(5)

I

1 .2. Beleidskeuzen op hoofdlijnen Algemeen :

Voor alle verblijfsrecreatieve voorzieningen geldt :

Door inpassen in het landschap en investeren in landschap, natuur en cultuurhistorie (verevening) wordt ruimte voor kwaliteit geboden . Hiervoor zal de gemeente een overeenkomst afsluiten met de ondernemer .

Kamperen op reguliere kampeerterreinen

• voor de te plaatsen mobiele kampeermiddelen per kampeerterrein worden in het bestemmingsplan geen exacte aantallen opgenomen en geen voorschriften gesteld ten aanzien van de oppervlakte van kampeerplaatse n

• voor vaste kampeermiddelen worden maximale aantallen in het bestemmingsplan opgenomen

• de T-zones (voor toeristische plekken) uit het bestemmingspla n

Verblijfsrecreatieterreinen komen voor bedrijfsmatig geëxploiteerde bedrijven te vervallen, tenzij dit ecologische waarden belemmer t

de oppervlakte van (voorzieningen)gebouwen mag maximaal 5% zijn van he t oppervlak van het bestemmingsvlak van het kampeerterrein. Er kan vrijstelling worden verleend voor maximaal 10% . Er zijn situaties denkbaar, waar een bouwvlak wordt aangegeven in verband met de ruimtelijke en landschappelijke inpasbaarheid .

• de hoogte van (voorzieningen)gebouwen bedraagt maximaal 9 meter en de goothoogte maximaal 3,5 meter

• horecavoorzieningen op het terrein zijn mede gekoppeld aan het gebruik van het kampeerterrein, maar kunnen ook als zelfstandige horecavoorziening worden gebruikt

• per kampeerterrein is bij rechte één dienstwoning toegestaa n

• bij uitbreiding dient een plan voor landschappelijke inpassing op eigen terrein te worden opgesteld

• afschermende beplanting, met inheemse soorten, om kampeerterreinen i s verplicht . Deze beplanting dient als groen op de plankaart te worde n

weergegeven . De optimale breedte van deze randbeplanting is 10 meter, maar maatwerk prevaleert waar mogelijk

(6)

I

Verblijfmcnatie in Wintercviijk

Kleinschalig kamperen

• kleinschalig kamperen is alleen toegestaan bij NSW- landgoederen en bij

bedrijven met een agrarische bestemming . Bij verlening van de vrijstelling wordt gecheckt of er daadwerkelijk agrarische activiteiten plaatsvinde n

(b.v. milieuvergunning, vee, landschapsbeheer, grondgebruik, uitstraling )

• indien er reeds ontheffing is verleend voor 15 kampeermiddelen bestaat d e mogelijkheid om uit te breiden naar maximaal 25 kampeermiddelen - waaronder 2 trekkershutten van maximaal 30 m2 per stuk -, mit s

- er een agrarische bestemming is ;

- het kampeerterrein past binnen of gelegen is aansluitend aan het bestaand e bouwvlak;

- er landschappelijk voldoende kan worden ingepast ; er dient ee n kwaliteitsimpuls plaats te vinden .

• uitbreiding mag geen extra beperkingen opleveren voor omliggende bedrijve n

• binnen de EHS wordt niet zomaar uitbreiding van 15 naar 25 kampeermiddele n toegestaan ("nee, tenzij"-principe uit streekplan)

• de bestaande kleinschalige campings op niet-agrarische bestemmingen kunne n voorlopig in de huidige vorm blijven bestaan, tenzij dit de ontwikkeling van d e agrarische bedrijven in de omgeving belemmert ; uitbreiding tot 25

kampeermiddelen is niet toegestaa n

• het kleinschalig kampeerterrein dient bij voorkeur binnen, dan wel direc t

aansluitend aan het agrarisch bouwperceel of het bestemmingsvlak gesitueerd t e zij n

• de kampeeractiviteiten mogen niet noodzaken tot aanpassing of verharding van d e openbare infrastructuur

• maximaal 75m2 aan nieuwe bebouwing op het bouwvlak of aansluitend aan he t bouwvlak mag gebruikt worden ten behoeve van sanitaire voorzieningen e n dergelijke . Nieuwbouw is alleen mogelijk als dit niet in de bestaande bebouwin g kan (maximaal 50% van de bestaande bebouwing mag gebruikt worden t .b.v. de camping) en als er in het verleden nog geen nieuwbouw t .b.v. de camping i s toegestaan

• parkeerruimte dient op eigen parkeerruimte te worden gerealiseer d

• de kampeerperiode loopt van 1 maart t/m 31 oktobe r

• gescheiden rioolaansluiting is verplicht ; hemelwater nooit op riolering, maar op eigen terrein infiltreren, bergen en gedoseerd afvoere n

• groene omzoming met een optimale breedte van 10 meter, maar maatwerk prevaleert waar mogelijk (overeenkomst afsluiten)

afstand kampeerterrein tot aan de aangrenzende woning dient minimaal 50 meter te zij n

Verenigingskamperen op eigen te rrein

algemeen ontheffingsstelsel opnemen in APV

I

I

I

I

I

(7)

I

I

Groe skam eren buiten een kampeerterrei n Groepskamperen kan worden toegestaan als :

• aangetoond wordt dat er sprake is van een groep met een gemeenschappelijk doe l ten tijde van dit kamperen

• de tijdelijkheid van het kamperen maximaal 10 dagen per jaar bedraagt, al dan nie t verdeeld over maximaal 10 perioden

• op het tijdelijke kampeerterrein geen vaste kampeermiddelen, zoals stacaravans e n kam eerhutten, worden geplaatst

Natuurkampeerterreinen

• huidig a antal (2) natuurkampeerterreinen handhave n

• alleen in uitzonderlijke gevallen kunnen nieuwe natuurkampeerterreinen in het bestemmingsplan positief worden bestemd als wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

- het terrein is gelegen in een aaneengesloten gebied van ten minste 25 hectare, waarvan in ieder geval de helft bestaat uit bos of natuurgebied ;

- het terrein is zodanig gelegen dat er geen geluid, stank of lichtoverlast is ; - het terrein wordt uitsluitend gebruikt door toeristische (mobiele)

kampeermiddelen, zoals tent, toercaravan, camper, vouwwagen of huifkar ; - per terrein worden niet meer dan 30 kampeerplaatsen gerealiseerd;

- parkeren bij het kampeermiddel is niet toegestaan ; er dient een goede parkeervoorziening op het terrein te zij n

Vrij kamperen

• vrij kamperen is niet toegestaan

Ge re guleerde overnachtingsplaatsen (GOP )

• buiten de verblijfsre c reatieterreinen worden geen GOP's aangelegd

(8)

Verb/ájf.rrecrratie in lY/interrnájk

Recreatiewoningen

• uitbreiding van of omschakeling naar terreinen voor recreatiewoningen o f stacaravans is alleen toegestaan indien er sprake is van een bedrijfsmati g geëxploiteerd terrein

• horecavoorzieningen op het terrein zijn mede gekoppeld aan het gebruik van d e recreatiewoningen, maar kunnen ook als zelfstandige horecavoorziening worde n gebruikt

• voor terreinen met recreatiewoningen, die op dit moment niet bedrijfsmatig worden geëxploiteerd, geldt dat de huidige situatie wordt bevroren:

- het huidige aantal recreatiewoningen mag niet worden uitgebreid ; - de huidige uitbreidingszones (art. 11) worden ingetrokken ; - de horeca mag niet worden uitgebrei d

• de totale oppervlakte van een recreatiewoning, inclusief bijgebouw, bedraag t maximaal 75 m2 en 300 m3 (zie streekplan) . De oppervlakte van het bijgebouw bedraagt maximaal 15 m2 ; onderkeldering is niet toegestaan .

Als een terrein bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd, is een totale oppervlakte van een recreatiewoning tot maximaal 125 m2 mogelij k

• permanente bewoning wordt uitgesloten . Het handhavingsbeleid wordt betrokke n in de overwegingen over de aanvaardbaarheid van nieuwvestiging of uitbreidin g van recreatiewoningen

• de agrarische belangen en de waarden vannatuur en landschap mogen nie t onevenredig worden aangetast

• gezien de aard van de reereatiewoningen mogen deze accommodaties jaarron d geëxploiteerd worden

Bed & Breakfast (mede gebruik van de keuken van de woning)

• Bed & Breakfast dient binnen de bestaande woning gerealiseerd te worden;

eventueel komen ook aangrenzende karakteristieke bijgebouwen in aanmerkin g

• Bed & Breakfast heeft maximaal 8 bestemde bedden : in de hoofdwoning worde n bij rechte 4 bedden toestaan binnen het bestemmingsplan ; in bijgebouwen me t vrijstelling van het bestemmingsplan

• Bed & Breakfast kan het gehele jaar worden toegestaan, omdat deze vorm binne n de bestaande bebouwing plaatsvind t

Plattelandskamers en pla ttelandsappartementen (boerderijkamers) (keuken en sanitair per appartement en/of in een gezamenlijke ruimte)

• plattelandskamers/-appartementen dienen bedrijfsmatig geëxploiteerd te worden ; permanente bewoning is niet toegstaan

• plattelandskamers/-appartementen dienen in bestaande bebouwing te worde n gerealiseerd

• de oppervlakte van één plattelandskamer is maximaal 50 m 2

• de totale oppervlakte van de kamers is maximaal 300 m2

I

I

I

(9)

Plattelandskamers en plattelandsappartementen (boerderijkamers) (vervolg )

• het kamercomplex moet ruimtelijk gezien één geheel vormen met de overig e bebouwing op het erf/in de omgeving

• het kamercomplex moet voldoen aan de bepalingen gesteld in de Woningwet e n het Bouwbesluit

• het kamercomplex moet voldoen aan redelijke eisen van welstand

• landschappelijke inpassing met gebiedsei gen beplanting staat vooro p

• plattelandskamers/-appartementen leveren geen belemmering op voor omliggend e agrarische bedrijven cq . ontwikkelingen en activiteiten in de omgeving .

• het parkeren dient op het terrein van de eigenaar plaats te vinden ; de parkeerplaatsen dienen landschappelijk te worden ingepast

Groepsaccommodaties

• een groepsaccommodatie in een karakteristieke schuur of deel van het

hoofdgebouw als nevenactiviteit, voor groepen van maximaal 25 personen, kan binnen de agrarische bestemming worden toegestaan door middel van een binnenpl anse vrijstelling

• een groepsaccommodatie in (voormalige agrarische) gebouwen, waarin alle dagen van het jaar gasten worden ondergebracht en waar groepen van meer dan 25 personen zijn toegestaan, wordt beoordeeld als een verblijfsrecreatief bedrijf en zal als zod anig bestemd moeten zij n

Stapeling van verbli'fsrecreafieve activiteite n

• uitgangspunt : stapeling van verblijfsrecreatieve activiteiten is mogelijk bij woon- en agrarische bestemming

• maximaal 50% van de bestaande bebouwing mag gebruikt worden voo r verblijfsrecreatieve activiteiten

• per situatie zal maatwerk worden geleverd

Overige vormen van verblijfsre creati e Hotels en pensions

• hotels en pensions dienen positief bestemd te worden ;

• de inrichting dient toegespitst te worden naar de specifieke situatie, met inachtneming van de gestelde regels en voorwaarden ;

• een hotel of pension kanjaarrond worden geëxploiteerd Nieuwe vormen van verblijfsrecreati e

• ter versterking van het toeristisch-recreatief product worden nieuwe/vernieuwende initiatieven op het gebied van verblijfsrecreatie gestimuleerd ; mede ook om nieuwe

(10)

Verblzifincreatie in WI'interswijk

2 . TRENDS EN ONTWIKKELINGEN 2 .1 . Algemeen

Dit hoofdstuk geeft een schets van trends en ontwikkelingen die van belang zijn voor het beleid ten aanzien van verblijfsrecreatie .

Trends aan de vraagzijde

• Rustgeving en natuur

Door de toenemende drukte en stress waarmee mensen te maken krijgen, blijft de vraag naar recreatie in een rustgevende en natuurlijke omgeving in het landelijke gebied stijgen . Er is een groeiende belangstelling voor onthaasten en aandacht voor gezin en gezondheid ;

• Authenticiteit: terug naar het pure leven

Als gevolg van globalisering worden mensen zich steeds meer bewust van de specifieke kenmerken van de eigen omgeving . Beleving staat hierbij centraal . De toenemende belangstelling voor het agrotoerisme is hier een voorbeeld van : het verblijven bij de boer maar ook het meebeleven van het boerenbedrijf en het boerenleven . Daarnaast wordt ook het cultuurhistorisch erfgoed steeds vaker voor recreatieve doeleinden benut;

• Beleving: anders dan anders

De recreant wordt, door eerder en/of elders opgedane ervaringen steeds bewuster en veeleisender . Hoge eisen worden gesteld aan kwaliteit en variatie van voorzieningen. Het standaardaanbod alleen voldoet niet langer . Men is op zoek naar een ervaring die "anders-dan-anders" is ; een veilig avontuur ;

• Vergrijzing

De groep senioren in Nederland wordt groter . De hoeveelheid vrije tijd van deze groep is eveneens gegroeid . Deze groep gaat vaker op (een korte) vakantie in eigen land . Daarentegen is de hoeveelheid vrije tijd van mensen onder de vijftig jaar verminderd;

• Individualisering

Mensen stellen steeds meer hun eigen voorkeuren en wensen centraal . Een "product op maat" wordt derhalve steeds belangrijker ;

• Terug naar het gezin

Als reactie op de individualisering willen mensen steeds meer tijd doorbrengen met het gezin.

Ontwikkelingen aan de aanbodzijd e

• Divers f catie in het aanbod/productverbredin g

De variatie aan de aanbodkant neemt steeds verder toe, waarbij ook steeds meer mengvormen ontstaan (bijvoorbeeld combinatie kamperen en bungalows) . Het ruimtelijk beleid is niet altijd ingesteld op nieuwere vormen van

verblijfsrecreatie, waardoor marktkansen vaak niet optimaal benut kunnen worden ;

• Toenemende ruimtebehoefte

Mensen stellen steeds meer eisen aan verblijfsrecreatieve voorzieningen (bv . grotere kampeerplaatsen, meer privacy etc .) . Daardoor zien ondernemers zich

I

I

I

I

I

I

I

(11)

I

I

Verbl~,mcreatie in bY/inter.rxizjk

steeds meer genoodzaakt om relatief minder verblijfseenheden per hectare te realiseren waardoor een kwalitatief hoogwaardiger logiesvorm ontstaat . De groeiende vraag in de sector recreatie en toerisme zorgt daarnaast voor een groeiende vraag naar logiesvormen, waarmee een extra ruimtebehoefte gepaard gaat;

• Concentratie van vakanties nog steeds in het hoogseizoen .

Er wordt nog onvoldoende geprofiteerd van de mogelijkheden in het voor- en naseizoen. Met name de kampeersector heeft te maken met een onderbezetting in voor- en naseizoen;

• Toename van langdurige verblijven van senioren op vakantieparken ("recreatief wonen")

De grenzen tussen permanent en recreatief verblijf vervagen ;

• Toename van de vraag naar groepsaccommodaties voor met name kleinere groepen (stijgend luxeniveau, meer privacy) ;

• Toenemende toeristische mogelijkheden binnen vrijkomende agrarische bebouwing

Versoepeling van de huidige regelgeving zal het aanbod stimuleren;

• Internetaansluiting op de kampeerplekke n

2.2 . Ontwikkeling in verblijfsrecreatie

Het aantal overnachtingen tijdens binnenlandse toeristische vakanties in de Achterhoek is sinds 2005 toegenomen met 9% . Deze toename betreft zowel de overnachtingen tijdens korte vakanties (+4%), als het aantal overnachtingen tijdens lange vakanties

(+11%) . De bestedingen per persoon per dag zijn gedaald van € 24,80 naar € 23 . Dit heeft tot gevolg dat ondanks de toename in het aantal overnachtingen de

bestedingen in 2006 ongeveer gelijk gebleven zijn met 2005 (GOBT, zie bijlage 1) .

(12)

Verbli rzcreatie in lY/inter.nvijk

3. WETGEVING EN BELEIDSKADER S 3.1 . Wetgevin g

Voor ontwikkeling van verblijfsrecreatie in het landelijk gebied is de volgende wetgeving het meest relevant :

• Wet op de Ruimtelijke Ordening (wijzigt per 1 juli 2008) ;

• Wet Geurhinder en veehouderij ;

• Wet Milieubeheer

- Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer ; - Besluit landbouw ;

• Richtlijn "bedrijven en milieuzonering" ;

• Brandweerwet en Woningwet/bouwbesluit ;

• Natuurbeschermingswet (vooral Natura2000) ;

• Flora- en fauna wet.

In bijlage 2 staat aanvullende informatie over deze wetgeving . 3 .1.1 Wet op de Openluchtrecreatie

Sinds 1 januari 2008 is de Wet op de Openluchtrecreatie (WOR) vervallen . Gemeenten moeten nu zelf vorm geven aan het kampeerbeleid . Het rijk heeft besloten tot

afschaffmg van de WOR in het kader van deregulering . De moderne overheid dient in de visie van het kabinet terughoudender te zijn in wat zij regelt en dient meer ruimte te bieden aan burgers en hun organisaties . Het beleid voor verblijfsrecreatie moet gericht zijn op het geven van meer ruimte aan ondernemers om aan de eisen van de consument te kunnen voldoen en zo de concurrentiepositie te behouden (LNV, 2006) . Het kabinet is voorts van mening dat de centrale doelstelling van de WOR, namelijk een bijdrage te leveren aan een grotere verscheidenheid aan kampeervonnen, niet is gerealiseerd . Verscheidenheid aan kampeervormen kan volgens het kabinet daarom niet zozeer via regelgeving worden beïnvloed, maar door de vraag ernaar en doordat op gemeentelijk niveau bepaalde kampeervormen al dan niet worden toegestaan .

De WOR bevatte regels over de ruimtelijke spreiding en diversiteit van het

kampeeraanbod, de kampeerovereenkomst en voorschriften op het gebied van hygiëne, gezondheid en veiligheid. Deze laatste aspecten waren vastgelegd in het Besluit

Hygiëne, Gezondheid en Veiligheid Kampeerterreinen . Dit Besluit is sinds 1 november 2005 vervallen. De in het besluit opgenomen onderwerpen zijn inmiddels geregeld in andere wet- en regelgeving zoals de Wet Milieubeheer en het Waterleidingsbesluit . Voor andere onderwerpen ontbreekt de noodzaak van regelgeving .

Door de intrekking van de WOR vervalt de basis onder de huidige

kampeerv ergunningen, ontheffingen en verordeningen . Gemeenten moeten eigen keuzes maken ten aanzien van het reguleren van kamperen op hun grondgebied . Als instrumenten kunnen hiervoor het bestemmingsplan en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) dienen.

I

I

I

I

I

r

I

I

I

I

I

(13)

I

a

I

I

I

I

'

I

Verbl~.rrecreatie in lY/interrunjk

3 .2 . Beleidskaders 3 .2 .2 Rijksbeleid Nota Ruimte

In de Nota Ruimte zijn de uitgangspunten voor de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland vastgelegd . Het gaat hierbij om inrichtingsvraagstukken die spelen tot 2020, met een doorkijk naar 2030 . In de nota worden de hoofdlijnen van beleid aangegeven, waarbij de ruimtelijke hoofdstructuur van Nederland (RHS) een belangrijke rol zal spelen. De nota heeft vier algemene doelen :

• versterken van de economie (oplossen van ruimtelijke knelpunten) ;

• krachtige steden en een vitaal platteland (bevordering leefbaarheid en economische vitaliteit in stad en land) ;

• waarborging van waardevolle groengebieden (behouden en versterken natuurlijke, landschappelijke en culturele waarden) ;

• veiligheid (voorkoming van rampen) . Ecologische Hoofdstructuur (EHS )

De natuur in Nederland is behoorlijk versnipperd . Om daar verandering in aan te brengen werken het Rijk en de provincies sinds 1990 aan de aanleg van een duurzaam, samenhangend netwerk van grote en kleine natuurgebieden : de Ecologische

Hoofdstructuur (EHS) . De EHS is een netwerk van gebieden in Nederland waar de natuur voorrang heeft . Het netwerk helpt voorkomen dat planten en dieren in geïsoleerde gebieden uitsterven en dat natuurgebieden hun waarde verliezen .

De EHS bestaat uit natuurgebieden die met elkaar verbonden worden door ecologische verbindingszones .

De specifieke waarden en kwaliteiten bepalen of ruimtelijke initiatieven doorgang kunnen vinden . Binnen de EHS geldt een `nee, tenzij'- benadering . Dit houdt in dat er geen bestemmingswijzigingen mogelijk zijn als daardoor de wezenlijke kenmerken en waarden van het gebied significant worden aangetast . Dit alles tenzij er geen reële alternatieven zijn en er sprake is van redenen van groot openbaar belang .

Om deze `nee, tenzij'-benadering toe te passen is het nodig om te weten waar welke waarden en kwaliteiten van belang zijn . Hiervoor heeft de provincie Gelderland de Streekplanuitwerking kernkwaliteiten en omgevingscondities van de EHS opgesteld . Tevens heeft de provincie allerlei compensatie-eisen provincie opgesteld, die op de EHS van toepassing zijn . Gelderland onderscheidt EHS-natuur, EHS-verweving en EHS-verbindingszone .

De EHS wordt op dit moment herbegrensd . Daarnaast is op basis van een afspraak tussen Rijk en provincies een spelregeldocument gemaakt, dat het mogelijk maakt om kleinschalige ingrepen zonder lange procedures toe te staan .

(14)

Verblijfsrecreatie in IY/interrwjk

Voor kleinschalige ingrepen gaat binnenkort het volgende, meer soepele regime gelden:

- kleinschalige ingrepen, die geen significante gevolgen hebben, kunnen zonder meer worden toegestaan in de EHS ;

- evt kan de ingreep doorgang vinden als zich geen significante gevolgen voordoen na het nemen van mitigerende (=verzachtende) maatregelen ; - evt kan de ingreep plaatsvinden, zolang die kleinschalig is, als de EHS dan

maar wordt herbegrensd (=ergens anders uitbreiden), zodat de kwaliteiten niet achteruit gaan .

3 .2 .3 Provinciaal beleid Streekplan Gelderl and 2005

In het streekplan wordt onderscheid gemaakt tussen extensieve en intensieve verblijfsrecreatie .

Extensieve verblijfsrecreatie

Onder extensieve recreatie wordt verstaan : kleinschalige nevenactiviteiten, zijnde verhuur van recreatieve producten of horeca aan huis, een minicamping of

gelijksoortige vormen met een beperkte capaciteit . De groeiende behoefte aan de beleving van natuur en landschap, rust, stilte, en het buitenleven in het algemeen heeft geleid tot nieuwe toeristische concepten als natuurtoerisme, cultuurtoerisme en

plattelandstoerisme . Deze vormen van recreatie & toerisme kunnen een waardevolle bijdrage leveren aan de leefbaarheid van het landelijke gebied en kunnen ook een nieuwe functie vennen voor vrijgekomen agrarische bedrijven . De provincie wil dan ook de extensieve vormen van recreatie en toerisme stimuleren . Voorwaarde blijft dat de extensieve vormen van recreatie te verenigen moeten zijn met natuur- en

landschapsdoelstellingen . Dit geldt voor het waardevol landschap dat Winterswijk rijk is . Voor de EHS-zones is het "nee, tenzij"-principe ook van toepassing op extensieve vormen van verblijfsrecreatie, tenzij het gaat om functieverandering v an vrijkomende (agrarische) bebouwing .

Intensieve verblijfsrecreati e

In het multifnnctioneel gebied geldt dat initiatieven voor intensieve vormen van recreatie en toerisme in beginsel mogelijk zijn . Daarbij dient een relatie te worden gelegd met de omgevingskenmerken en de bijdrage aan het regionaal toeristisch- recreatieve product . Gezien de bijzondere kenmerken en waarden in het groenblauwe raamwerk geldt een restrictief beleid ten aanzien van uitbreiding van intensieve recreatie . Intensivering van het ruimtegebruik binnen bestaande recreatieve

bestemmingen heeft de voorkeur boven uitbreiding . In de EHS-natuur, -verweving, en -verbindingszones en waterbergingsgebieden geldt daartoe de `nee tenzij'-benadering . Daarnaast wordt er een onderscheid gemaakt voor de gebieden met een bijzondere status ; de waardevolle landschappen, de concentratiegebieden voor intensieve teelten, de ganzen- en weidevogelgebieden en groene wiggen. Voor de waardevolle

landschappen wordt het `ja, mits'-beginsel gehanteerd . Het al dan niet toestaan is naar

I

I I

,

I

I

I

I

I

I

(15)

I

I

I

I

a

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

Verblzjfmcrratie in Winterrnnjk

de aard, schaal en verschijningsvorm van initiatieven in deze gebieden nadrukkelijk afhankelijk van de effecten op de kernkwaliteiten en gebiedskenmerken .

Recreatiewoningen

Terreinen met recreatiewoningen dienen gezien hun aard en functie een aan de omgeving aangepast karakter te hebben . Om dit te waarborgen zijn richtlijnen ten aanzien van oppervlakte en bouwvolume gesteld; er wordt een maximummaat toegestaan van 75 m2 en 300 m' (inclusief berging en kelder) . Uitbreidingen en nieuwvestiging van terreinen voor recreatiewoningen of stacaravans kunnen alleen worden toegestaan indien er sprake is van een bedrijfsmatig geëxploiteerd terrein, vastgelegd in het bestemmingsplan . Hieronder wordt verstaan : "het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/exploitatie, dat in de logiesverblijven daadwerkelijk recreatieve (nacht)verblijfsmogelijkheden worden geboden ." Aan de bouw van solitaire recreatiewoningen wordt geen medewerking verleend. Voor recreatiewoningen geldt als nadere eis dat deze slechts mogen worden opgericht en gebruikt voor de verhuur ten behoeve van wisselend gebruik. Bij nieuwe initiatieven voor complexen van recreatiewoningen dienen eerst bestaande

planologische restcapaciteiten binnen de regio te worden betrokken alvorens nieuwvestiging of uitbreiding aan de orde is . Stacaravans die groter zijn dan 55 m2 (inclusief bijgebouwen en overkappingen), ook wel chalets genoemd, worden voor wat betreft handhaving beschouwd als zijnde recreatiebungalows . Dientengevolge is het handhavingsbeleid voor recreatiewoningen van toepassing.

Mooi dichtbij

Het provinciale beleid ten aanzien van recreatie en toerisme is uitgewerkt in de nota

`Mooi dichtbij' (2003) . In deze nota wordt nadrukkelijk gekozen voor een decentrale aanpak en regionale diversiteit . Dit vanuit de gedachte dat juist de regionale accenten in het verblijf in Gelderland zo aantrekkelijk maken .

Een en ander is vertaald in de volgende beleidskeuzes :

- Van `product' naar `ondernemer' : het scheppen van optimale voorwaarden zodat toeristisch-recreatieve ondernemers hun werk kunnen doen ;

- Gezonde en vitale sector: het is de ambitie de bestedingen en werkgelegenheid in de sector te laten groeien ;

- Meer aandacht voor ruimte : ruimteclaims en knelpunten van ondernemers zullen worden ingebracht in de ruimtelijke afwegingen, die in het kader van het nieuw op te stellen streekplan zullen worden gemaakt ;

- Van provinciaal product naar regionale profilering ;

- Regie op hoofdlijnen: verantwoordelijkheid primair bij regio's en bedrijven;

- Mooi dichtbij : inspirerend kader voor projecten.

(16)

Verbl'~sircreatie in [Y~inter.nvijk

De toeristisch-recreatieve speerpunten zijn uitgewerkt in vier thema's :

1 . Kwaliteitsverbetering : het gaat hierbij om de kwaliteit van het fysieke product, waaronder de natuurlijke omgeving, maar ook de ondersteunende kwaliteiten

als goed ondememerschap, gastvrijheid, professionaliteit en duurzaamheid ; 2 . Plattelandstoerisme : dit omvat alle vormen van kleinschalig toerisme waarbij

de beleving van het platteland en zijn identiteit centraal staat ;

3 . Cultuurtoerisme : bij deze vorm van toerisme worden kunst, cultuur en

cultuurhistorie ingezet om de toeristische aantrekkelijkheid van een gebied te versterken ;

4 . Basisinfrastructuur & -voorzieningen : dit betreft de netwerken en

voorzieningen voor alle vormen van dagrecreatieve vrijetijdsbesteding, zoals wandelen, fietsen, zwemmen, paardrijden, varen, etc .

De provincie Gelderland is op dit moment bezig met de ontwikkeling van een nota Vrijetijdseconomie . Deze is medio 2008 gereed .

3 .2 .4 Regionaal beleid

Reconstructieplan Achterhoek en Liemer s

In het reconstructieplan wordt aangegeven dat het belangrijk is om, met het oog op de ruimtelijke kwaliteit van de Achterhoek, toeristisch-recreatieve ontwikkelingen in goede banen te leiden . Voor de ruimtelijke ontwikkeling wordt daarom gekozen voor een gelaagd zoneringsprincipe van ruimtelijke concentratie in het landelijke gebied . De uitbreidingsruimte ten behoeve van kwaliteitsverbetering van

verblijfsrecreatiebedrijven zal gevonden moeten worden in samenhang met een goede inpassing in de omgeving .

Dit document wordt in 2009 herzien . Toe risme en Recreatie Achterhoek Liemers

In 2006 heeft de Kamer van Koophandel Centraal Gelderland in nauwe samenwerking met het Gelders Overijssels Bureau voor Toerisme, het Achterhoeks Bureau voor Toerisme, het Recreatieschap Achterhoek Liemers, het Plattelandshuis Achterhoek Liemers, Recron en Koninklijke Horeca Nederland de visie Toerisme en Recreatie Achterhoek Liemers opgesteld . De visie fungeert als leidraad voor het te voeren beleid van regionale overheden, brancheorganisaties en ondernemers . Doel is de toeristische ontwikkelingen in de Achterhoek en Liemers een impuls te geven en op deze manier een bijdrage te leveren aan de stimulering van de regionale economie .

De ontwikkeling van toerisme en recreatie wordt gezien als een belangrijke opgave omdat deze sector van betekenis is voor de economie en de werkgelegenheid . De landschappelijke en ruimtelijke kwaliteiten van de Achterhoek en Liemers staan hoog in het vaandel . Binnen de kaders moet echter voldoende ruimte worden geboden voor toerisme en recreatie . In het kader van de ontwikkeling van economische dragers voor het platteland is plattelandstoerisme als speerpunt benoemd . Extensieve vormen van verblijfs- en dagrecreatie en recreatief medegebruik worden gestimuleerd, omdat zij zich goed verenigen met de diverse functies in het buitengebied .

I

I

I

I

I

I

I

'

I

I

I

I

I

I

I

I

I

(17)

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

Verbl~.crecreatie in tY~interrnnjk

Voorstellen Recreati eschap Achterhoek-Liemers

Op verzoek van de gemeenten in de regio Achterhoek heeft het Recreatieschap Achterhoek-Liemers in 2006 het initiatief genomen om een coórdinerende rol te vervullen binnen de regio met betrekking tot de gevolgen van de intrekking van de WOR . Doel was om op regionaal niveau afstemming te verkrijgen op basis waarvan individuele gemeenten meer gedetailleerd het eigen beleid kunnen vaststellen . De voorstellen zijn samengebracht in het rapport "Intrekking Wet op de openluchtrecreatie en gemeentelijk beleid, beleidsaanbevelingen voor Achterhoek en Liemers" (bijlage 3) . Dit rapport is gebruikt bij de ontwikkeling van het onderdeel "kamperen" in deze nota . Functies zoeken plaatsen zoeken functies

De samenwerkende gemeenten uit de regio Achterhoek hebben in 2006 de Nota

"Functies zoeken Plaatsen zoeken Functies" opgesteld .

Deze nota geeft weer aan welke voorwaarden bij functieverandering in het buitengebied moet worden voldaan.

Met dit beleid willen de samenwerkende gemeenten de volgende doelen bereiken :

• behouden van de ruimtelijke kwaliteit van het landelijk gebied en waar mogelijk die kwaliteiten verder ontwikkelen . Dit betekent dat vooral rust, ruimte en groen behouden en versterkt moeten worden;

• impulsen geven aan nieuwe economische activiteiten, aan de agrarische sector, de natuur, de recreatie en de woonfunctie van het landelijk gebied ;

• bijdragen aan doelstellingen vanuit het Reconstructieplan Achterhoek en Liemers door met toepassing van maatwerk uitplaatsing van intensieve veehouderijen uit de extensiveringsgebieden te stimuleren.

3 .2 .5 Gemeentelijk beleid

Visie Buitengebied gemeente Winterswiik, Kaders en kansen voor het cultuurlandschap

In de Visie Buitengebied gemeente Winterswijk, Kaders en kansen voor het cultuurlandschap (2006) is aangegeven dat "toerisme en recreatie zich verder zal ontwikkelen als een economische drager voor het bijzondere, cultuurhistorisch waardevolle buitengebied .

Het Nationaal Landschap Winterswijk is voor toeri sten en recreanten een zeer aantrekkelijk gebied, door haar internationaal zeldzame of unieke en nationaal

kenmerkende landschapskwaliteiten, in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten" . De gemeente Winterswijk wil de cultuurhistorische

belevingswaarde vergroten door onder andere het toestaan van kleinschalige verblijfs- en dagtoeristisch en recreatieve activiteiten op bijzondere locaties .

Verblijfsrecreatieve ontwikkelingen die passen in dit beeld, zijn bijvoorbeeld : minicampings, erfgoedlogies, trekkershutten en andere kleinschalige

verblijfsrecreatieve voorzieningen in karakteristieke gebouwen, kwaliteitsverbetering

(18)

Verblàjfsrecreatie in Wintersvnjk

aan ontwikkelingen binnen de muren van bestaande gebouwen . Daarmee kan ook het toeristisch seizoen worden verruimd .

Het recreatiegebied 't Hilgelo biedt kansen voor het ontwikkelen van een bovenregionale trekpleister met intensieve dag- en verblijfsrecreatie . Voor dit recreatiegebied is een aparte visie ontwikkeld .

Landschaos Ontwikkelingsplan (LOP )

Op dit moment wordt het Landschaps Ontwikkelingsplan (LOP) ontwikkeld . Dit plan geeft aan dat de geologische, aardkundige, (cultuur)historische, visuele en ecologische kwaliteiten die in het landschap zichtbaar zijn, Winterswijk in recreatief opzicht zeer aantrekkelijk maken . Behoud, versterking en het waar mogelijk toeristisch-recreatief toegankelijk maken van het landschap zijn de ambities van het LOP . Aan de landbouw

als beheerder van het gebied wordt hierin een belangrijke rol toebedacht . Het weren van ongewenste ontwikkelingen en herstellen van schade door ongewenst e

ontwikkelingen, die de landschappelijke en milieukwaliteit aantasten, is van groot belang . Het toekennen van (nieuwe) gebruiksfuncties kan daarbij, waar mogelijk, behulpzaam zijn .

Beleids- en actieplan toerisme en recreatie Winterswij k

In het Beleids- en actieplan toerisme en recreatie Winterswijk (1997) geeft de gemeente Winterswijk de kaders om het toeristisch-recreatief product, in samenhang met andere functies, te ontwikkelen. Hierbij wordt rekening gehouden met de

landschappelijk en natuurlijke randvoorwaarden en agrarische bedrijfsvoering, zodat economische en sociale voordelen optreden voor de gehele gemeente . Hierbij wordt speciale aandacht gegeven aan de cultuurhistorische waarden van het gebied .

De toeristisch-recreatieve speerpunten zijn uitgewerkt in de volgende thema's :

• verblijfsrecreatie ;

• dagrecreatie op het platteland ;

• cultuurhistorie ;

• de kern Winterswijk ;

• evenementen;

• routes en natuurgerichte recreatie ;

• bereikbaarheid ;

• informatie en promotie .

De gemeente gaat het beleid voor toerisme en recreatie actualiseren . Dit beleid zal begin 2009 gereed zijn .

'

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

(19)

I

I

I

I

I

I

a

I

I

I

I

I

I

I

I

I

Verbli_ p'f.~recreatie in Wintemvijk

Overig gemeentelijk belei d

In 1999 heeft de raad het beleid voor Bed & Breakfast vastgesteld . De provincie heeft dit beleid niet geaccordeerd.

Het geldende beleid voor kleinschalige kampeerterreinen staat 25 terreinen met maximaal 15 kampeermiddelen toe .

De kaders voor reguliere kampeerterreinen zijn vastgelegd in het bestemmingsplan Verblijfsrecreatieterreinen (1998) .

(20)

I

Verhk~,rrecnatie in IY/inter.rwjk

4. VERBLIJFSRECREATIE IN WINTERSWIJK 4.1. Huidige situatie

De verblijfsmogelijkheden in de gemeente Winterswijk zijn zeer divers : grootschalige kampeerterreinen en terreinen met recreatiewoningen, Bed & Breakfast, kleinschalige kampeerterreinen etc . Een overzicht van deze mogelijkheden staat in bijlage 4 .

In de vigerende bestemmingsplannen voor het buitengebied worden deze voorzieningen niet allemaal geregeld.

Bijna alle grootschalige kampeerterreinen en terreinen met recreatiewoningen hebben nog restcapaciteit voor stacaravans en/of recreatiewoningen .

4.2 . Ambiti e

Om de positie van Winterswijk op het gebied van verblijfsrecreatie te versterken is een voortdurende kwaliteitsverbetering en vernieuwing van het product noodzakelijk . Het is van groot belang een divers en kwalitatief hoogwaardig pakket aan

voorzieningen te kunnen blijven aanbieden .

Op basis hiervan is de doelstelling voor de verblijfsrecreatie in de gemeente Winterswijk :

Versterking van de positie van Winterswijk als aantrekkelijke verblijfsplaats in de Achterhoek door kwaliteitsverbetering, productvernieuwing en differentiatie in het verblijfsrecreatief aanbod . Hierdoor neemt de verblijfsduur en het aantal bezoeken aan de gemeente toe en wordt het toeristisch seizoen verlengd .

Dit heeft een positief effect op de toeristische bestedingen en daarmee op de werkgelegenheid . Bovendien wordt de functie van de verblijfsrecreatie als economische drager van het Nationaal Landschap Winterswijk versterkt . Hierbij gelden de volgende uitgangspunten :

• verhoging van het aantal overnachtingen door kwaliteitsverbetering ;

• ontwikkeling van nieuwe, kleinschalige verblijfsrecreatieve voorzieningen, waarbij kwaliteit en diversiteit van het verblijfsrecreatief aanbod centraal staan ;

• stimuleren van het aantal toeristische standplaatsen ;

• geen nieuwe vestiging van grootschalige verblijfsrecreatieve voorzieningen, behalve bij 't Hilgelo ;

• versterken van de relatie tussen verblijfsrecreatieve voorzieningen en natuur en landschap ; waarborgen en verbeteren landschappelijke inpassing van

verblijfsrecreatieve bedrijven ;

• tegengaan permanente bewoning in recreatieverblijven ;

• waarborgen veiligheid en kwaliteit campings;

• bereiken van nieuwe doelgroepen, met behoud van de huidige doelgroepen .

I

I

I

I

I

I

I

'

I

I

I

I

I

I

I

I

I

(21)

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

Verblsrzcrxatie in IY/interswljk

Verhoging van het aantal overnachtingen door kwaliteitsverbetering

Het is wenselijk om het aantal toeristische overnachtingen te verhogen . Dit heeft een positief effect op de economische betekenis van recreatie en toerisme . Om dit te kunnen bereiken is het van belang dat de kwaliteit van de verblijfsrecreatieve voorzieningen gewaarborgd is . Aan plannen tot modernisering, uitbreiding van verblijfsaccommodaties (standplaatsen, hotelkamers, verblijfseenheden, centrale voorzieningen) die leiden tot een duidelijke kwaliteitsverbetering moet in principe vanuit de gemeente medewerking worden verleend. Het is van groot belang dat de dynamiek in de verblijfsrecreatieve sector beleidsmatig wordt ondersteund, zodat deze ook in ruimtelijk opzicht gestalte krijgt. Ruimte (en privacy) is één van de

belangrijkste kwaliteitseisen van de hedendaagse toerist . Dit betekent dat de aanbieders van verblijfsaccommodaties de mogelijkheid moeten krijgen om voldoende ruime kavels voor kamperen aan te bieden . Kwaliteitsverbetering vraagt bij campings vaak om extra ruimte . De kwaliteit van standplaatsen kan verbeterd worden door ze te vergroten en meer groen aan te leggen .

Ontwikkeling van nieuwe, kleinschalige verblijfsrecreatieve voorzieningen, waarbij kwaliteit en diversiteit van het verblsrecreatiefaanbod centraal staa n

Mensen die een aantal dagen of een weekend actief willen zijn in een natuurlijke omgeving zijn steeds meer op zoek naar bijzondere en kleinschalige

verblijfsaccommodaties . In dit kader is het van belang nieuwe initiatieven voor kleinschalige accommodaties te stimuleren en te ondersteunen ; ook in het ruimtelijk beleid . Hierbij dient bijvoorbeeld gedacht te worden aan de realisatie van

plattelandskamers, Bed & Breakfast of verblijfsmogelijkheden in karakteristieke panden.

Het uitbreiden van kleinschalige verblijfsaccommodaties biedt kansen voor het vergroten van de leefbaarheid van het platteland . En het draagt bij aan een breder en diverser aanbod aan overnachtingsacconnnodaties .

Kleinschalige verblijfsaccommodaties kunnen bovendien in de meeste gevallen in bestaande karakteristieke gebouwen (bijvoorbeeld vrijkomende agrarische bebouwing) worden ondergebracht en verstoren daardoor niet het landschapsbeeld . Het benutten van vrijkomende agrarische bebouwing biedt tevens kansen voor het behoud van karakteristieke bebouwing .

In het algemeen gelden de volgende uitgangspunten : Een nieuwe verblijfsaccommodatie :

• draagt bij aan de vergroting van de diversiteit van het toeristisch-recreatief product ;

• draagt bij aan kwaliteitsverbetering (onder andere landschap en vormgeving) ;

• heeft een positief economisch effect voor de gemeente ;

• doet geen afbreuk aan bestaande landschappelijke en/of natuurwaarden;

• wordt in de hoofdwoning of karakteristieke bijgebouwen toegestaan .

(22)

I

Veiblsrecizatie in Winter.rvnjk

Stimuleren van het aantal toeristische standplaatsen

Om meer overnachtingen in Winterswijk mogelijk te maken, wordt het aantal toeristische standplaatsen gestimuleerd .

Geen nieuwe vestiging van grootschalige verblijfsrecreatieve voorzieningen, behalve bij `t Hilgelo

De invulling van `t Hilgelo dient een meerwaarde te hebben ten opzichte van het huidige recreatief-toeristisch product . Nieuwe ontwikkelingen dienen een bijdrage te

leveren aan de kwaliteit en de diversiteit van het totale toeristische aanbod . Dus niet meer van hetzelfde, maar vernieuwing en uitbreiding van de variëteit .

Versterken van de relatie tussen verblijfsrecreatieve voorzieningen en natuur en landschap ; waarborgen landschappelijke inpassing van verblàjfsrecreatieve bedrijven Het is wenselijk dat het bedrijf landschappelijk ingepast wordt en voldoet aan

wettelijke milieu-eisen, zodat de natuurlijke waarden behouden blijven en zo mogelijk vergroot worden .

Tegengaan permanente bewoning in recreatieverblijve n

Permanente bewoning van recreatiewoningen is binnen de gemeente Winterswijk niet toegestaan en hiertegen zal dan ook actief worden opgetreden . Dit zal samen met de recreatiesector worden opgepakt .

Waarborgen veiligheid en kwaliteit campings

Algemeen uitgangspunt van deze nota verblijfsrecreatie vormt de versterking van het algehele toeristische product. Op hoofdlijnen worden de kaders geschetst voor diverse vormen van verblijfsrecreatie. Een goede handhaving is daarbij echter een

noodzakelijk gegeven. Indien voorschriften gesteld worden aan verblijfsrecreatieve voorzieningen met als doel de kwaliteit van de verblijfsrecreafieve sector te verbeteren, dan dient er ook op te worden toegezien dat deze voorschriften daadwerkelijk worden nageleefd .

Bereiken van nieuwe doelgroepen, met behoud van de huidige doelgroepen Winterswijk is op het moment vooral aantrekkelijk voor senioren en gezinnen met kinderen (tot 12 jaar) . Het huidig toeristisch aanbod is hierop ook met name gericht . Het is van belang deze doelgroepen te behouden en ervoor zorg te dragen dat het recreatief-toeristisch product aan de wensen en eisen van beide doelgroepen blijft voldoen. Door ervoor te zorgen dat een meer divers en vernieuwend aanbod (bijvoorbeeld thematisch ; nieuwe vorm van verblijfsrecreatie) wordt gerealiseerd, kunnen nieuwe doelgroepen bereikt worden, waardoor het aantal toeristische overnachtingen zal stijgen. Bovendien draagt de ontwikkeling van

slechtweervoorzieningen bij aan seizoensverlenging .

I

I

I

I

I

(23)

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

0

I I I

Verblsrecreatie in Wintersn ijh

5. BELEID PER VORM VAN VERBLIJFSRECREATI E 5.1 . Inleidin g

In dit hoofdstuk zullen de belangrijkste onderwerpen die geregeld waren in de WOR- vergunning worden toegelicht en zal een keuze worden gemaakt voor de toekomstige situatie .

Naast de kampeervormen, die in de WOR waren geregeld, zal ook worden ingegaan op een aantal andere vormen van recreatief nachtverblijf. Deze maakten geen deel uit van het oude wettelijke regiem, maar zijn wel onderdeel van het totale aanbod .

In dit hoofdstuk worden de volgende groepen van verblijfsrecreatie onderscheiden :

• kampere n

• recreatiewoninge n

• kleinschalige verblijfsaccommodatie s

5.2 . Algemene uitgangspunten

De gemeente Winterswijk wil zoveel mogelijk maatwerk leveren voor de ondernemers.

Voor alle verblijfsrecreatieve voorzieningen geldt echter :

• bestaande rechte n

wij kiezen voor een regeling die zoveel mogelijk aansluit bij het bestaande gebruik en bestaande rechten ;

• waardevollandschap/EHS/Natura 200 0

in de EHS worden nieuwe voorzieningen en uitbreiding van voorzieningen voor verblijfsrecreatie niet zomaar toegestaan ("nee, tenzij"-principe uit het streekplan) en er zal altijd rekening worden gehouden met het Waardevol landschap ;

• verevening

Door inpassen in het landschap en investeren in landschap, natuur en

cultuurhistorie (verevening) wordt ruimte voor kwaliteit geboden. Hiervoor zal een overeenkomst worden afgesloten met de ondernemer .

• brandveiligheid

De Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding heeft de Handreiking Brandveiligheid Kampeerterreinen (2007) opgesteld .

De gemeente Winterswijk zal zich aansluiten bij deze landelijke richtlijnen voor brandveiligheid en zich conformeren aan eventuele overgangstermijnen die voor ondernemers van kampeerterreinen worden bepaald voor de naleving van deze richtlijnen . Per terrein zal maatwerk worden geleverd op basis van deze leidraad .

(24)

I

Verhliffrreareatie in Winters=~k

A. Kampere n

Op verzoek van de deelnemende gemeenten heeft het Recreatieschap Achterhoek- Liemers ( RAL) het initiatief genomen om een cobrdinerende rol te vervullen binnen de regio met betrekking tot de gevolgen v an de intrekking van de WOR.

De aanbevelingen v an het RAL zijn de basis voor ondersta ande beleidskeuzen voor de verschillende kampeervormen (RAL, 2006 ; zie bijlage 3) .

Onderscheid tussen reguliere en kleinschalige kampeerterreine n

De eerste vraag die dient te worden beantwoord is of er een onderscheid wenselijk is tussen reguliere en kleinschalige kampeerterreinen . Indien er geen onderscheid wordt gemaakt, dient in het bestemmingsplan een aparte regeling te worden opgenomen voor de vestiging van kleinschalige kampeerterreinen.

Voor een regulier kampeerterrein blijft in de toekomst als voorwaarde gelden dat het terrein in het bestemmingsplan uitsluitend of mede als kampeerterrein is aangegeven . Hiermee is bij de intrekking van de WOR inhoudelijk niet veel veranderd . In de regio zijn de meeste gemeenten in het algemeen terughoudend bij het toestaan van nieuwe kampeerterreinen. Door onderscheid met kleinschalige kampeerterreinen te maken, is op kleine schaal nieuwvestiging wel mogelijk . Doordat er sprake is van recreatief medegebruik kan dit op een eenvoudige planologische wijze worden gerealiseerd . Een tweede voordeel is dat bij agrarische activiteiten op basis van de stankwetgeving kleinschalig kamperen in stankcirkels is toegestaan. Dit om te voorkomen dat

agrarische bedrijven op slot worden gedaan . Bovendien wordt met kleinschalige kampeerterreinen een uitbreiding van een gedifferentieerd aanbod van

verblijfsmogelijkheden bevorderd .

Het advies van het RAL om onderscheid te maken tussen reguliere en kleinschalige kampeerterreinen is in deze nota overgenomen .

5 .3 . Verschillende kampeermiddele n

Om duidelijkheid te bieden over welke vormen van verblijfsrecreatie er binnen de gemeente zijn toegestaan en om enigszins te kunnen sturen op de diversiteit in het aanbod aan kampeervormen zullen in het bestemmingsplan voorschriften worden opgenomen over het soort kampeermiddelen .

De laatste jaren is de verblijfsrecreatiesector in Nederland volop in beweging .

De huidige consument vraagt om steeds meer luxe, ook bij het kamperen . Ook speelt de `beleving' een steeds belangrijkere rol . Op de markt verschijnen steeds nieuwe vormen van kampeermiddelen . Recreatieondernemers richten zich veelvuldig op het verbeteren van de kwaliteit van het eigen kampeerproduct door in te spelen op deze groeiende vraag naar comfort kamperen en een hoogwaardig voorzieningen en/of serviceniveau.

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

(25)

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

Verblijfrrecreatie in IY~intersmjk

Reguliere kampeermiddelen

Onder reguliere kampeermiddelen worden tenten, tentwagens, toercaravans en kampeerauto's verstaan . Oftewel : alle mobiele kampeermiddelen .

Va.ste kampeermiddelen a. stacaravans

Een stacaravan is een caravan met een maximale oppervlakte van 60 mz die gedurende langere tijd op een kampeerterrein op dezelfde plaats staat en die door zijn plaatsing direct of indirect met de grond is verbonden, dan wel direct of indirect steun vindt in of op de grond . De hoogte van een stacaravan bedraagt maximaal 3,50 meter, gemeten vanaf de onderkant van de wielen .

Hoewel stacaravans niet beschouwd worden als mobiele kampeermiddelen is het wel wenselijk om ze te kunnen verplaatsen. Stacaravans zijn van oudsher gevestigd op kampeerterreinen waar de eigenaar van de stacaravan een standplaats huurt. Dit beleid zal hier geen verandering in brengen.

Veelvuldig worden schuurtjes geplaatst bij een stacaravan. Om te voorkomen dat dergelijke schuurtjes uitgroeien tot grotere aan- of bijgebouwen is het noodzakelijk om voorschriften te stellen ten aanzien van de maximale oppervlakte en de hoogte .

De oppervlakte van een bijgebouw, inclusief overkappingen, bij een stacaravan c .q.

vaste standplaats bedraagt maximaal 9 m2, de goothoogte maximaal 2,50 meter.

b . trekkershutten

Een trekkershut is een verblijf, bestaande uit een lichte constructie en lichte materialen, niet zijnde een kampeermiddel of een stacaravan, dat naar de aard en de inrichting is bedoeld voor recreatief dag- en/of nachtverblijf en geen grotere oppervlakte heeft dan 30 m2. Een trekkershut is ingericht voor maximaal zes personen met slaap-, kook- en zitgelegenheid. Een trekkershut bestaat uit één bouwlaag . Bijgebouwen zijn bij trekkershutten niet toegestaan .

Trekkershutten voorzien in een verblijfsrecreatieve behoefte en biedt de

recreatieondernemer mogelijkheden het kampeerseizoen te verbreden, met de hierbij behorende opbrengsten. Trekkershutten zijn een welkome aanvulling op de

differentiatie van het toeristische kampeerproduct .

5 .4 . Reguliere kampeerterreinen 5 .4 .1 Inleidin g

Een regulier kampeerterrein is een terrein ofplaats, geheel ofgedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf.'

(26)

I

Verblyflrecreatie in lV~intersrvijk

gemeente eigen beleid opstellen, en er al dan niet voor kiezen tot het toelaten van een regulier kampeerterrein.

Winterswijk heeft in de reguliere kampeersector een rijk geschakeerd aanbod van bedrijven (zie bijlage 4) . Dit varieert van bedrijven met weinig of geen voorzieningen tot bedrijven met uitgebreide voorzieningen . In de praktijk blijkt dat er voor beide uitersten en alles wat daartussen ligt, een markt bestaat . Ondernemers bieden vaak een gecombineerd product aan, deze diversiteit draagt bij aan een gezonde onderneming . De professionalisering en het toenemende (sociaal-)economische belang van de recreatiesector vereisen een duidelijke verwoording van de verblijfsrecreatie in het bestemmingsplan .

5.4 .1 Aantal en diversiteit kampeermiddele n

In de WOR was bepaald dat burgemeester en wethouders nadere voorschriften en beperkingen kunnen stellen a an de inrichting van kampeerterreinen. In de

kampeervergunning was voor de reguliere kampeerterreinen het exacte aantal kampeerplaatsen vastgelegd. In de nieuwe situatie kan de gemeente zelf bepalen in hoeverre het wenselijk of noodzakelijk is om in het bestemmingsplan de

maximumcapaciteit van een kampeerterrein vast te leggen. De WOR is ingetrokken met het doel de regeldruk voor ondernemers te verminderen . De ondernemer moet flexibel kunnen inspelen op de steeds veranderende marktomstandigheden .

Vanuit deze gedachte past het niet om in het bestemmingsplan exacte aantallen op te nemen voor de te plaatsen mobiele kampeermiddelen per kampeerterrein en

voorschriften te stellen ten aanzien van de oppervlakte van kampeerplaatsen . Dit geldt echter niet voor het plaatsen van vaste kampeermiddelen : stacaravans en trekkershutten . Deze middelen hebben een grotere landschappelijke uitstraling dan mobiele kampeermiddelen .

Beleidskeuze:

• voor de te plaatsen mobiele kampeermiddelen per kampeerterrein worden i n het bestemmingsplan geen exacte aantallen opgenomen en geen

voorschriften gesteld ten aanzien van de oppervlakte van kampeerplaatsen;

• voor vaste kampeermiddelen worden maximale aantallen in het bestemmingsplan opgenomen ;

• de T-zones (voor toeristische plekken) uit het bestemmingsplan Verblijfsrecreatieterreinen komen voor bedrijfsmatig geëxploiteerde bedrijven te vervallen, tenzij dit ecologische waarden belemmert 5.4 .2 Bebouwing voorzieningen

De WOR stelde geen regels ten aanzien van de bebouwing van voorzieningen op kampeerterreinen. Hiervoor was het bestemmingsplan bepalend .

De diversiteit van recreatiebedrijven vraagt, binnen de begrenzing van het maximale oppervlak, maatwerk per bedrijf waar het gaat om bebouwingsregels . Op basis van het huidige gebruik is 5 tot 10% van het bestemmingsvlak van het kampeerterrein een goed werkbare maat voor (voorzieningen)gebouwen . Op deze manier komen de

I

I

I

I

I

I

I

I

A

I

I

I

I

I

(27)

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

1

Verblijfsrecreatie in IY/intercnxjk

voorzieningen in een betere verhouding ten opzichte van het totale oppervlakte van het terrein. De bebouwing zal uiteraard ondergeschikt moeten zijn aan de functie

kamperen . De bebouwing wordt aan een bouwvlak verbonden indien de ruimtelijke ordening dit vraagt .

Gezien de landelijke omgeving waarin kampeerterreinen liggen, is een maximale hoogte van 9 meter en een goothoogte van 3,5 meter gebruikelijk en nog

landschappelijk en stedenbouwkundig inpasbaar . Beleidskeuze:

• de oppervlakte van (voorzieningen)gebouwen mag maximaal 5% zijn van he t oppervlak van het bestemmingsvlak van het kampeerterrein . Er kan

vrijstelling worden verleend voor maximaal 10% . Er zijn situaties denkbaar, waar een bouwvlak wordt aangegeven in verband met de ruimtelijke en landschappelijke inpasbaarheid;

• de hoogte van (voorzieningen)gebouwen bedraagt maximaal 9 meter en de goothoogte maximaal 3,5 meter;

• horecavoorzieningen op het terrein zijn mede gekoppeld aan het gebruik van het kampeerterrein, maar kunnen ook als zelfstandige horecavoorziening worden gebruikt.

5 .4 .3 Bebouwing dienstwonin g

De WOR stelde geen regels ten aanzien van het oprichten van een dienstwoning op kampeerterreinen . Hiervoor was het bestemmingsplan bepalend . In het

bestemmingsplan Verblijfsrecreatieterreinen Winterswijk is bij rechte per

kampeerterrein één dienstwoning toegestaan . Er wordt geen aanleiding gezien dit beleid te veranderen . Als er objectief is aangetoond dat er een bedrijfsmatige noodzaak is, kan een tweede dienstwoning worden toegestaan .

Beleidskeuze: per kampeerterrein is bij rechte één dienstwoning toegestaan 5 .4 .4 Landschappelijke inpassin g

In de WOR was bepaald dat burgemeester en wethouders nadere voorschriften en beperkingen kunnen stellen aan de inrichting van kampeerterreinen. In het

bestemmingsplan Verblijfsrecreatieterreinen Winterswijk zijn beperkte voorschriften betreffende de landschappelijke inpassing opgenomen . Vanwege het waardevolle landschap rond Winterswijk dient bij uitbreiding van bestaande terreinen of ontwikkeling van een nieuw terrein een plan ten behoeve van landschappelijke inpassing te worden ontwikkeld . Voor de uitvoering van een dergelijk plan wordt een privaatrechtelijke overeenkomst afgesloten.

Landschapswaarden mogen niet worden aangetast, hetzij cultuurhistorisch/

(28)

Verbdijfsmcreatie in IY/interrwjk

Om het behoud van bestaande afschermende beplanting te waarborgen zal deze beplanting in het nieuwe bestemmingsplan voor het buitengebied concreet worden

bestemd . Beleidskeuze.

• bij uitbreiding dient een plan voor landschappelijke inpassing op eigen terrein te worden ontwikkeld ;

• afschermende beplanting, met inheemse soorten, om kampeerterreinen is verplichG Deze beplanting dient als groen op de plankaart te worden

weergegeven. De optimale breedte van deze randbeplanting is 10 meter, maar maatwerk prevaleert waar mogelijk.

5.5. Kleinschalige kampeerterreine n 5 .5.1 Inleidin g

Een kleinschalig kampeerterrein is een terrein, bestemd voor maximaal 25 mobiele kampeermiddelen in de periode 1 maart tot en met 31 oktober .

Het kleinschalig kamperen is ook wel bekend als "kamperen bij de boer" . Bij het kleinschalig kamperen speelt de vraag in hoeverre de gemeente de vestiging van kleinschalig kamperen aan beperkingen wil onderwerpen, en in hoeverre de gemeente onderscheid wenst aan te brengen in verschillende vormen van kleinschalig kamperen . Recreatie en toerisme wordt gezien als een eigentijdse vorm van een gemengd

agrarisch bedrijf. De inkomsten uit een kleinschalig kampeerterrein kunnen bijdragen aan het behoud van karakteristieke bebouwing, het landschap en agrarische

bedrijvigheid .

Op basis van de WOR was voor een kleinschalig kampeerterrein een ontheffing van burgemeester en wethouders nodig. Tevens konden burgemeester en wethouders (aanvullende) voorwaarden en beperkingen verbinden a an het kleinschalig kamperen . Hiermee werd voorkomen dat het kleinschalig kamperen op locaties en in gebieden plaatsvindt, waar dit niet gewenst is . Met het verdwijnen van de WOR is het ontheffmgsstelsel vervallen en vallen we terug op het huidige bestemmingsplan

buitengebied . De voorwaarden, beperkingen en ontheffingsvoorschriften die ruimtelijk re levant zijn, zullen in een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied worden opgenomen. Daarnaast wordt in de APV een mogelijkheid opgenomen om nadere eisen te stellen ten aanzien van kleinschalige kampee rterreinen .

5.5.2 Beleidsuitgangspunte n

Kleinschalige kampeerterreinen onderscheiden zich van reguliere kampeerterreinen, doordat ze een verschillend product aanbieden en zij vaak een andere doelgroep aanspreken . Op deze manier dragen ze bij aan de variatie in het aanbod van verblijfsrecreatieve voorzieningen in het buitengebied. De gemeente vindt dat kleinschalige kampeeraccommodaties ook kleinschalig dienen te blijven qua opzet .

,

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

(29)

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

Verbl~,&tsrematie in Wintersim

5 .53 Koppeling aan agrarisch bedrij f

De gemeente Winterswijk sluit zich in principe aan bij de uitbreidingsmogelijkheden die op basis van het Streekplan en het regionale beleid worden geboden omdat het kleinschalig kamperen belangrijk is voor het toerisme in de gemeente Winterswijk . Het aantal standplaatsen bij minicampings mag toenemen tot maximaal 2 5

kampeermiddelen, mits voldaan wordt aan een aantal voorwaarden . Bewust is gekozen voor het toestaan van maximaal 25 kampeermiddelen (onder voorwaarden) bij een agrarische bestemming, omdat het oorspronkelijke doel van kleinschalig kamperen was om neveninkomsten te genereren voor een agrarisch bedrijf. Bij verlening van de vrijstelling wordt gecheckt of er daadwerkelijk agrarische activiteiten plaatsvinden (b .v . milieuvergunning, vee, landschapsbeheer, grondgebruik, uitstraling) .

Juist om het kleinschalig kamperen zijn identiteit te laten behouden en het gebied niet teveel aan te tasten is het ongewenst om genoemd maximum te verhogen, dit zou ruimtelijk gezien teveel impact hebben op de omgeving .

Daarnaast staat de gemeente Winterswijk kleinschalige kampeerterreinen toe op NSW- landgoederen, omdat deze landgoederen een bijdrage leveren aan de instandhouding van het landschap . Voor deze landgoederen gelden dezelfde randvoorwaarden als voor kleinschalig kamperen op een agrarische bestemming .

5.5.4 Landschappelijke inpassin g

De gemeente blijft landschappelijke inpassing van kampeerterreinen belangrijk vinden en zal hierop ook strenger gaan toezien in de toekomst . Voorschriften voor

landschappelijke inpassing zullen niet meer in afzonderlijke voorschriften worden opgenomen, maar zal voortaan in het bestemmingsplan worden geregeld of middels een overeenkomst die wordt gesloten met de ondernemer . Controle op naleving van deze voorschriften zal voortaan getoetst worden aan de hand van het bestemmingsplan . De vrijstelling kan eventueel worden ingetrokken als niet aan deze voorschriften wordt voldaan . Voor nieuw aan te leggen terreinen en bij uitbreiding van het aantal

kampeermiddelen houdt dit in dat er een optimale breedte van 10 meter beplanting in acht moet worden genomen. In sommige gevallen kan van deze breedte worden afgeweken, mits nader wordt onderbouwd waarom er in dit specifieke geval een uitzondering kan worden gemaakt. Voor bestaande terreinen is het bestemmingsplan bepalend voor de breedte van de vereiste beplanting .

5.5.5 Geurhinder

Op basis van de Wet Geurhinder en Veehouderij worden uitsluitend gebouwen waarin mensen wonen of verblijven aangemerkt als geurgevoelig object . Voor agrarische bestemmingen behoren mobiele kampeermiddelen niet hiertoe en de vestiging of eventuele uitbreiding van een kleinschalig kampeerterrein levert daarom geen belemmeringen op voor omliggende agrarische bedrijven .

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In het handhavingsverzoek wordt gesteld dat Sibelco activiteiten ontplooit die niet passen binnen het bestemmingsplan buitengebied.. We vinden het belangrijk dat er

Voor 50-km/u-wegen geldt dat inritten, in het belang van de verkeersveiligheid, zoveel mogelijk beperkt moeten worden. Nieuwe inritten langs deze wegen zijn niet

Dit artikel geeft de burgemeester de bevoegdheid om bestuursdwang toe te passen (door bijvoorbeeld een coffeeshop of een woning te sluiten) wanneer in een lokaal of woning

3.2.3 Omschakelen van wonen naar agrarisch, waaronder paardenhouderijen Met dit nieuwe beleid geeft de gemeente ruimte aan nieuwvestiging van agrarische bedrijvigheid in

Dat neemt niet weg dat er voor de gemeente Winterswijk kansen zijn om het dagelijkse arti- kelenaanbod te versterken, bijvoorbeeld door het opschalen van bestaande winkels en

De in deze nota opgenomen beleidsregels voor nieuwe landgoederen in de gemeente Winterswijk vormen een eerste toetsingskader, waarna een initiatiefnemer in gesprek

Behoud wordt bereikt middels een regel in de Provinciale Omgevingsveror- dening die bepaalt dat alleen activiteiten zijn toegestaan die de kernkwaliteiten binnen

Scenario II: uitbreiding niet-agrarische bedrijvigheid buiten de maximale regionale norm, binnen vigerend bestemmingsvlak bedrijfs- of horecadoeleinden.. Scenario III: