Test havo-4 scheikunde hoofdstuk 4
Tenzij anders vermeld, geldt T = 273 K en p = po.
Laat bij elk antwoord zien hoe het is berekend. 1 Reken om naar mol stof:
a 563 mg magnesium d 0,74 cm3 koolstoftetrachloride (tetra)
b 3,87 g natriumsulfaat e 48,3 cm3 waterstof
c 0,74 g koolstoftetrachloride
2 Op een school ergens in Midden-Nederland is nèt het getal van Avogadro behandeld. De leerlingen (op deze school “werkers” genoemd) bedenken een spelletje dat ze “evenveel als” noemen.
Roelf bedenkt het eerste probleem:
a In hoeveel gram suiker zitten evenveel moleculen als er ionen in 1,00 gram keukenzout zitten? Suiker heeft als molecuulformule C12H22O11 en keukenzout
is de triviale naam van natriumchloride.
Bauke komt op een idee en verandert de vraag een beetje:
b In hoeveel gram suiker zitten evenveel atomen als er ionen in 1,00 gram keukenzout zitten?
Nienke komt op een ander idee: met gassen wordt het nog leuker:
c In hoeveel cm3 zuurstofgas zitten evenveel moleculen als er moleculen in 1,00
gram suiker zitten?
Farim wil kijken of de klas de wet van Avogadro wel goed begrepen heeft:
d In hoeveel cm3 lucht zitten evenveel moleculen als er moleculen in 1,00 gram
suiker zitten?
Iris maakt het nog even iets lastiger:
e In hoeveel cm3 lucht zitten evenveel zuurstofmoleculen als er moleculen in
1,00 gram suiker zitten? Lucht bevat 20,8 volumeprocent zuurstof. Wat een klas!!!
3 Aceton is een vloeistof met een laag kookpunt van 56 °C en door zijn zeer polaire karakter in veel gevallen een uitstekend oplosmiddel. De stof wordt onder andere gebruikt als nagellakremover. De moleculen van de stof kunnen worden weergegeven met de volgende structuurformule:
C
H3 C CH3 O
a Bereken het massapercentage koolstof van zuivere aceton.
b Bereken het massapercentage koolstof van een mengsel dat voor 70
volumeprocent uit aceton en 30 volumeprocent uit water bestaat. (Tip: neem bijvoorbeeld 100 cm3 mengsel)
c Bereken het volume van 1,00 mol zuivere aceton.
In een fabriek wordt aceton gemaakt door 2-propanol met zuurstof te laten reageren. Naast aceton ontstaat óók water.
d Geef de reactievergelijking met de koolstofverbindingen in structuurformule. e Hoeveel kg 2-propanol is (minstens) nodig voor de produktie van 1000 liter
aceton?
4 Een flesje bier bevat 5,5 volumeprocent alcohol (ethanol). a Bereken de alcohol-concentratie van dit bier in mol.l-1.
b Bereken het massapercentage alcohol van dit bier. Neem aan dat de dichtheid van het bier 1,00.103 kg.m-3 bedraagt.
5 Een zuivere oplossing van loodnitraat in water heeft een concentratie nitraationen van 1,00 mol.l-1.
a Hoe groot is de concentratie van de loodionen in deze oplossing?
Aan 10,0 ml van de oplossing wordt een overmaat van een oplossing van kaliumjodide toegevoegd.
b Geef de reactievergelijking voor de optredende neerslagreactie. c Bereken hoeveel gram neerslag hoogstens kan worden gevormd.
