• No results found

Vraag nr. 455 van 18 maart 2005 van de heer JAN VERFAILLIE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 455 van 18 maart 2005 van de heer JAN VERFAILLIE"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 455 van 18 maart 2005

van de heer JAN VERFAILLIE

Mestuitvoer grensboeren – Stand van zaken (2) Op 25 januari 2005 werd onder het voorzitterschap van de Mestbank West-Vlaanderen en in samen-werking met het kabinet van de gouverneur, een vergadering gehouden met de vertegenwoordigers van de lokale en van de federale politie, van het Centrum voor Politie- en Douanesamenwerking van Doornik en van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV).

Het doel van deze bijeenkomst was het maken van concrete afspraken om op een geïntegreerde wijze en met deelname van de verschillende diensten de mesttransporten naar Frankrijk te controleren. Aansluitend op mijn schriftelijke vraag van 2 februari 2005 zou ik graag volgende vragen willen stellen.

1. Welke concrete afspraken werden gemaakt op de vergadering van 25 januari 2005 ?

2. Hoe komt het dat vier grensboeren een uit-zondering krijgen om runderstalmest op hun Franse gronden te spreiden en anderen niet ? 3. Klopt het dat de gronden die in Frankrijk

gele-gen zijn, niet meer aanvaard zullen worden voor de aangifte 2005 bij de Mestbank ?

4. Zijn er plannen om de volledige problematiek te regelen via een ministerieel besluit ?

Antwoord

Op 25/01/05 heeft op initiatief van het kabinet van de West-Vlaamse gouverneur Paul Breyne een overlegvergadering plaatsgevonden in de gebou-wen van de VLM-Mestbank Brugge met het doel concrete afspraken te maken betreffende een even-tueel te organiseren grenstransportcontrole-actie in 2005. Het kabinet van de gouverneur, de VLM-Mestbank, enkele vertegenwoordigers van de loka-le politie (loka-leper, Veurne en Kortrijk) en de federaloka-le politie, 2 vertegenwoordigers van de federale poli-tie Doornik en het FAW namen hieraan deel.

Om te komen tot een werkbare oplossing voor de Vlaamse grensboeren met cultuurgrond in Frankrijk, was het de bedoeling dat (West-)Vlaanderen haar constructieve houding concreet zou aantonen via het organiseren van een grootschalige en geïntegreerde grenstransport-controle in samenwerking met de betrokken poli-tiezones van leper, Veurne en Kortrijk.

Tijdens het overleg is gebleken dat de betrokken DirCo's (bestuurlijke Directeurs Coördinatoren) een dergelijke arbeidsintensieve actie moeilijk kon-den inpassen binnen hun reeds vastgestelde plan-ning 2005. Eventueel zal dit gerealiseerd worden in 2006.

Daarop is besloten dat de inspecteurs van de VLM-Mestbank Brugge zouden deelnemen aan een tweetal reeds geplande algemene grenscon-troles van de lokale politiezones. Tevens zou de VLM-Mestbank Brugge toelichting geven aan de geïnteresseerde en/of betrokken politiemedewer-kers, zodat deze alerter en efficiënter het mestge-beuren in de grensstreek kunnen opvolgen. Tot op vandaag heeft de VLM-Mestbank Brugge toelich-ting in verband met transportcontroles verschaft aan circa 140 personen.

Alvorens de tweede deelvraag te beantwoorden, meen ik dat het nuttig is om een korte stand van zaken betreffende reeds vroeger gemaakte afspra-ken te schetsen.

Naar aanleiding van enkele Franse klachten in het voorjaar 2004 over bepaalde grenstransporten van dierlijke mest, heeft een overleg plaats gevonden op 12 mei 2004 te Lille tussen de Franse verantwoor-delijke overheid (Direction Departementale des Services Véterinaires du Nord (DDSV du Nord) en de VLM-Mestbank. Hierbij werd overeen gekomen dat Frankrijk de transporten van alle grensboeren zou aanvaarden, mits in kader van die transpor-ten de EVOA-procedure wordt gevolgd (EVOA : Europese Verordening voor de Overbrenging van Afvalstoffen) en de betrokken grensboeren via legale documenten, zoals de notariële akte of offi-ciële stukken op basis waarvan EU-premies wor-den aangetoond, kunnen aantonen dat ze eigenaar of gebruiker zijn van deze Franse gronden.

(2)

deze bedrijven, ter controle overmaken aan DDSV du Nord.

Zij heeft haar opgenomen engagement onmid-dellijk waargemaakt door op 09/07/04 een toe-lichtingsvergadering voor de grensboeren te organiseren, alle bij de VLM-Mestbank gekende grensboeren (circa 100) persoonlijk aan te schrij-ven en een algemeen persbericht te verspreiden om deze nieuwe afspraak zo snel en ruim mogelijk naar de betrokkenen te communiceren.

Ondanks deze bekomen overeenkomst werden de eerste aangevraagde EVOA-dossiers voor var-kens- en rundermengmest in augustus 2004 door Frankrijk geweigerd op grond van een Frans Ministerieel Besluit van 25/09/95 (er kan enkel pluimvee- en paardenmest uitgewisseld worden) en van een prefectoraal verbod van 25/06/90 (de invoer en spreiding van mest in het "Département du Nord" vanuit derde landen is verboden).

Op basis van een vroeger overleg eind 2003 tussen Frankrijk en de Vlaamse landbouwattaché dhr Jan ADRIANSENS, staat DDSV du Nord momenteel een beperkte uitzondering op deze reglementering toe voor 4 grensboeren. Deze kunnen hun runder-stalmest op eigen gronden in Frankrijk spreiden, mits zij voldoen aan de hoger vernoemde strikte randvoorwaarden.

Volgens DDSV du Nord zou het uitspreiden van vaste stalmest het minst aanleiding geven tot eventuele frauduleuze mestpraktijken wegens de duidelijke controleerbaarheid ten velde. De VLM-Mestbank wil zo spoedig mogelijk verdere onderhandelingen (in samenwerking met dhr. Jan ADRIANSEN) met het Franse ministerie te Parijs initiëren en/of stimuleren teneinde in eerste instan-tie deze uitzondering voor een ruimere categorie grensboeren te bekomen.

Naar aanleiding van de in mei 2004 gemaakte afspraken betreffende de afzetmogelijkheden voor Vlaamse grensboeren via de EVOA-procedure, was voorzien dat de aangegeven Franse cultuurgronden van grensbedrijven vanaf 2005 niet meer in aan-merking zouden komen bij het berekenen van de jaarlijkse mestbalans, maar dat de naar Frankrijk - via EVOA - getransporteerde mest beschouwd wordt als mestexport.

Gezien de gewijzigde houding van de Franse over-heid door de formele weigering om EVOA-dossiers

voor varkens-en rundermengmest goed te keuren en gezien onverwijld nieuwe onderhandelingen met Frankrijk zullen opgestart worden, zal ik in overleg met de VLM-Mestbank bepalen of deze afspraak moet herzien worden.

De problematiek van de Vlaams-Franse grensboe-ren kan juridisch gezien niet via een ministerieel besluit geregeld worden. Gezien de randvoorwaar-den die bepaald zijn door het Franse en Europese wetgevend kader kan men enkel via bilateraal overleg tot eën werkbaar en duurzaam grenspro-tocol komen.

De Europese Verordening (EG) Nr. 1774/2002 ("Verordening van het Europees Parlement en de Raad van 3 oktober 2002 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor mense-lijke consumptie bestemde diermense-lijke bijproducten") stelt duidelijk in artikel 8 2. dat de lidstaat van bestemming de ontvangst van mest en verwerkte producten moet hebben toegestaan. Tevens ver-meldt Bijlage VIII, Hoofdstuk III dat voor niet-verwerkte mest, met uitzondering van mest van pluimvee en paardachtigen, handelsverkeer tussen twee Europese lidstaten slechts is toegelaten onder zeer strikte voorwaarden. Eén van deze voorwaar-den is dat de niet-verwerkte mest bestemd is om, onder controle van de bevoegde autoriteit, te wor-den uitgerewor-den op gronwor-den van eenzelfde bedrijf, gelegen aan weerszijden van de grens tussen twee lidstaten. Met andere woorden is er een wederzijds akkoord nodig van de twee betrokken lidstaten. Zoals reeds hoger gesteld zal de VLM-Mestbank zo spoedig mogelijk verdere onderhandelingen met de betrokken Franse departementen en hogere overheden initiëren en/of stimuleren teneinde in eerste instantie voor de Vlaams-Franse grensboe-ren een

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Dirk Van Mechelen, Vlaams minis- ter van Financiën en Begroting en Ruimtelijke

De gronden vormen een ecologische stapsteen tussen de Groenenburg en de Gotschalck en zijn tevens belangrijk voor de recreatieve ont- sluiting tussen deze

Om voor de zogenaamde lawaaierige sportdiscipli- nes daadwerkelijk op termijn, op een rechtszekere wijze, de noodzakelijke faciliteiten te creëren voor de talrijke beoefenaars

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu

Mijn admi- nistratie heeft dit voorschot aan de gemeente Bonheiden uitbetaald op 4 augustus 2003, voor een bedrag van 96.153,85€. Dit voorschot werd door de gemeente

Voor het uit- rijden van varkens- en koeienmest geeft de Franse overheid geen toelating om met deze mest naar de bedrijfseigen Franse gronden te rijden (kippenmest en

Kan de minister een geactualiseerd overzicht geven van alle vliegtuigen die tussen 1 oktober 2003 en nu meer dan een maand aan de grond stonden op de luchthaven van Oostende..

Heeft de minister indicaties dat de lokale besturen de regels van het decreet van 6 juli 2001 als te strak en te rigide ervaren?. Werden er reeds nieuwe intergemeentelijke