Vraag nr. 135 van 27 februari 1997
van mevrouw CECILE VERWIMP-SILLIS
Nederlandstalig onderwijs Brussel – Extra midde-len
Op vrijdag 24 mei '96 bracht een aantal leden van de Commissie voor Onderwijs, Vorming en We t e n-schapsbeleid en van het Advies- en Overlegcomité Brussel en Vlaams-Brabant van het Vlaams Parle-ment een werkbezoek aan drie Nederlandstalige basisschooltjes in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Vanuit de drie schooltjes kwam een vraag naar meer middelen om hun problemen, die onderling verschillen maar toch hoofdzakelijk verband hou-den met taalachterstand, de baas te kunnen.
Bij opmerkingen hierover in het verleden stelde de minister dat per leerling naar het Nederlandstalig onderwijs in Brussel al meer middelen gaan dan naar de rest van Vlaanderen.
1. Over welke extra subsidies beschikken de Brus-selse scholen ?
Wat is het doel of de doelgroep van die subsi-dies ?
Welk percentage van de totale middelen verte-genwoordigen ze ?
2. In welke mate zijn er voor de PMS-centra (psy-cho-medisch-sociaal centrum) in Brussel aange-paste voorzieningen en/of subsidies ?
3. In welke mate investeert het departement On-derwijs in organisatie en/of subsidiëring van "huiswerkklasjes" ?
Antwoord
1. De Nederlandstalige basisscholen in het Brus-sels Hoofdstedelijk Gewest hebben in vergelij-king met de basisscholen in Vlaanderen gunsti-gere normen voor de vaststelling van de perso-neelsformatie.
Onderwijzend personeel
– Kleuteronderwijs : voor scholen tot 112 kleu-ters zijn de normen voor de vaststelling van het lestijdenpakket voor de Brusselse
scho-len gunstiger. Deze maatregel is vooral voor-delig voor de kleine scholen.
– Lager onderwijs : voor scholen tot 115 leer-lingen zijn de normen gunstiger voor de vast-stelling van het lestijdenpakket.
Zo de lestijdenschaal voor de Brusselse scholen dezelfde zou zijn als die in Vlaande-ren, dan zou dit voor de scholen in het Brus-sels Hoofdstedelijk Gewest een daling van 59 fulltime ambten in het kleuteronderwijs en 72 fulltime ambten in het lager onderwijs b e t e k e n e n . Dit zou 154,5 miljoen frank bedragen voor het onderwijzend personeel (schooljaar 1996-1997).
Telling van de leerlingen
In de scholen gelegen in Vlaanderen worden de leerlingen van scholen die meer dan één vesti-gingsplaats hebben voor de vaststelling van de personeelsformatie per onderwijsniveau en per school samengeteld, behalve voor vestigings-plaatsen die op meer dan 2 km van een andere vestigingsplaats gelegen zijn.
In Brussel worden de leerlingen altijd afzonder-lijk per vestigingsplaats geteld.
Onderwijsopdracht van de directeurs
De directeur van een basisschool kan worden belast met een gedeeltelijke onderwijsopdracht in kleinere scholen. Deze onderwijsopdracht bedraagt :
In Vlaan- In Brussel deren
18 lestijden in scholen met - 20 lln. - 20 lln. 14 lestijden in scholen met 20 tot 129 lln. 20 tot 69 lln.
8 lestijden in scholen met 130 tot 179 lln. 70 tot 99 lln. 0 lestijden in scholen met 180 of meer lln. 100 of meer lln. Dit resulteert in 700 lestijden of 29 fulltime ambten minder, zo in het Brussels Hoofdstede-lijk Gewest dezelfde normen zouden gelden als in Vlaanderen. Dit komt neer op een verminde-ring van 43,5 miljoen frank loonkosten aan de directies.
Ook zijn er bijzondere maatregelen inzake rationalisatie en programmatie voor de Brussel-se scholen.
a) Nederlandstalige scholen in Brussel worden steeds als geïsoleerde scholen beschouwd. Dit betekent dat zij minder leerlingen moe-ten tellen om in de definancierings- of subsi-dieregeling opgenomen te blijven.
b) Vestigingsplaatsen van Nederlandstalige scholen in Brussel worden steeds als geïso-leerde vestigingsplaatsen beschouwd. D i t betekent dat zij minder leerlingen moeten tellen om in de financierings- of subsidiere-geling opgenomen te blijven.
c) Nederlandstalige scholen in Brussel en vesti-gingsplaatsen van deze scholen worden steeds beschouwd als gelegen in een gemeente met minder dan 75 inwoners per km2.
2. Op het niveau van het secundair onderwijs wordt in een ruimere formatie van het onder-wijzend personeel voorzien voor de scholen met voltijds gewoon secundair onderwijs die gelegen zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Bedoelde formatie is gebaseerd op leerlingen-coëfficiënten ; elke regelmatige leerling per 1 februari genereert, naargelang het gevolgde s t r u c t u u r o n d e r d e e l , een bepaald aantal weke-lijkse uren-leraar.
Uren-leraar kunnen worden aangewend als les-uren en als les-uren bestemd voor onderwijsactivi-teiten zoals inhaallessen, klasseraden, bijzonde-re pedagogische taken en nascholing.
Deze reglementering is opgenomen in het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 tot vastlegging van het pakket uren-leraar in het voltijds secundair onderwijs, zoals gewijzigd.
Overeenkomstig artikel 4, § 2, 8 van dit besluit worden de leerlingencoëfficiënten die slaan op de tweede, de derde respectievelijk de vierde graad van het voltijds gewoon secundair onder-w i j s, voor de Brusselse scholen verhoogd met 0,10 uren-leraar.
Concreet levert dit voor het schooljaar 1996-1997 (op grond van de tellingsdatum 1 februari 1996) het volgende beeld op.
Gemeenschapsonderwijs Brussel
aantal leerlingen 3.115
effectief aantal toegekende uren-leraar 8.343 waarvan aantal uren-leraar ingevolge
de 0,10-maatregel 165
wat in % uitgedrukt neerkomt op 2,02 %
Gesubsidieerd officieel onderwijs Brussel
aantal leerlingen 1.520
effectief aantal toegekende uren-leraar 4.277 waarvan aantal uren-leraar ingevolge
de 0,10-maatregel 99
wat in % uitgedrukt neerkomt op 2,37 %
Gesubsidieerd vrij onderwijs Brussel
aantal leerlingen 7.507
effectief aantal toegekende uren-leraar 16.149 waarvan aantal uren-leraar ingevolge
de 0,10-maatregel 482
wat in % uitgedrukt neerkomt op 3,08 %
Naar extra financiering of subsidiëring voor B r u s s e l kunnen de bijkomende uren-leraar als volgt worden vertaald, ermee rekening houdend dat gemiddeld
– een voltijdse betrekking van een leraar secundair onderwijs overeenstemt met 22,5 wekelijkse uren ;
– de bruto jaarkosten van een leraar secundair onderwijs vastgesteld zijn op 1.400.000 frank :
gemeenschapsonderwijs : 10.270.000 fr.
gesubsidieerd officieel onderwijs : 6.160.000 fr. gesubsidieerd vrij onderwijs : 30.000.000 fr.
Totaal : 46.430.000 fr.
3. De PMS-centra (psycho-medisch-sociaal cen-trum) in Brussel hebben dezelfde normen voor de personeelsformatie en werkingstoelagen als de andere PMS-centra. Er zijn geen bijkomende middelen specifiek voor de Brusselse PMS-cen-tra.
