Vraag nr. 106 van 28 maart 1997
van de heer FELIX STRACKX
Documentaire "Weten waarom" – Productiepre-mie
De Vlaamse regering kent aan de VZW "Voor de glimlach van een kind" een productiepremie toe van 7,5 miljoen frank voor de documentaire "Weten waarom".
1. Wat zijn de doelstellingen van de VZW "Vo o r de glimlach van een kind" ?
Wie zijn de oprichters ervan ?
2. De film schijnt te handelen over mensen die tij-dens de Tweede Wereldoorlog wegens verzets-daden in een concentratiekamp terechtkwamen. Wat is de meerwaarde van deze nieuwe film ten opzichte van de reeds talrijke bestaande films ? 3. Tot welke doelgroep richt deze film zich ? 4. Acht de minister het verantwoord in deze tijd
nog een film te draaien op het archaïsche 16 mm-formaat ?
Antwoord
1. De VZW "Voor de glimlach van een kind" werd op 3 oktober 1978 opgericht door de heer Frans Buyens, auteur-cineast, mevrouw Lydia Chagoll, cineaste-scenariste en mevrouw Marianne Krus-zel.
Volgens artikel 3 van de statuten stelt de vereni-ging zich tot doel : het verspreiden van kennis en informatie over het gediscrimineerde en ver-drukte kind, zonder beperking van nationaliteit, ras of ideologie, dit in de breedste zin van het w o o r d , ongeacht de oorzaken ervan, hetzij op economisch, sociaal, ideologisch, politiek, religi-e u s, p religi-e d a g o g i s c h , culturreligi-ereligi-el vlak, religi-en dit zowreligi-el met betrekking tot de actuele toestanden, a l s geprojecteerd op het verleden en in de toe-komst. Basis voor de uitwerking van het doel is de Verklaring van de Rechten van het Kind. De vereniging wenst haar doel te verwezenlij-ken door onder meer het bevorderen, de pro-m o t i e, r e a l i s a t i e, p r o d u c t i e, verspreiding van f o t o g r a f i e ë n , f i l m , v i d e o c a s s e t t e s, g e l u i d s o p n
a-m e n , t e k e n i n g e n , p l a t e n , d r u k w e r k e n , op het door de vereniging beoogde domein.
2. De film is opgebouwd uit een aantal getuigenis-sen van Belgische burgers die zich tijdens de Tweede Wereldoorlog tegen het naziregime ver-z e t t e n , aangevuld met historische evocaties en archiefbeelden.
Het project onderscheidt zich in de eerste plaats door de cinematografische aanpak : een speci-fieke vormgeving en montage en een persoonlij-ke inhoudelijpersoonlij-ke benadering, waaraan een gron-dige research is voorafgegaan.
In tegenstelling tot de meeste andere projecten rond het onderwerp, wordt bovendien geen emotionele aanpak nagestreefd waarbij de nadruk ligt op de tastbare gevolgen van het regime : de vervolgingen, de omstandigheden in de uitroeiingskampen, enzovoort. In dit project wordt daarentegen een rationele aanpak beoogd, door middel van getuigenissen die zijn gesteund op analyse en verantwoording van het eigen handelen vanuit bepaalde inzichten en overtuigingen.
3. De film ging, onder het peterschap van het Cen-trum voor Gelijkheid van Kansen en Racisme-bestrijding, in première op het jongste Interna-tionaal Filmfestival van Brussel. In samenwer-king met het Centrum worden nog een aantal vertoningen op groot scherm gepland op diver-se plaatdiver-sen in het land.
Zo is er op 24 mei aanstaande een visiedag op de VUB in Brussel en plant CSC Vormingswerk vanaf september een tournee door heel V l a a n-deren, waarvan het startschot wordt gegeven in Antwerpen.
Ook in Wallonië worden in de belangrijkste ste-den voorstellingen georganiseerd.
Het ligt echter voor de hand dat een grotere respons kan worden verwacht van het nationale en internationale televisiepubliek (de RTBF en de BRTN zullen de film respectievelijk eind '97 en in '98 programmeren) en van specifieke doelgroepen : s c h o l e n , v e r e n i g i n g e n , v o r m i n g s-instituten en dergelijke.
4. Het 16 mm-formaat is in deze tijd inderdaad niet meer geschikt voor de bioscoop, waar 35 mm de norm is. Gezien het genre en de duur van het project (in totaal ruim 10 uur, in afleve-ringen opsplitsbaar) ligt het evenwel voor de hand dat deze film het niet van het klassieke bioscoopzalencircuit moet hebben. Het gekozen
16 mm-formaat is daarentegen wel geschikt voor festivals en bijzondere evenementen en voor vertoningen voor de hierboven vermelde specifieke doelgroepen.
Ik vestig ten slotte de aandacht op het antwoord op vraag nr. 54 van 18 december 1996 met betrekking tot hetzelfde onderwerp (Bulletin van Vragen en A n t w o o rden nr. 8 van 24 januari 1997, b l z . 752 – red.).
